Regeling vervallen per 31-08-2016

Beleidsregel ondersteuning niet-uitkeringsgerechtigden en personen met een uitkering op grond van de Anw

Geldend van 01-10-2009 t/m 30-08-2016

Intitulé

Beleidsregel ondersteuning niet-uitkeringsgerechtigden en personen met een uitkering op grond van de Anw

De raad van de gemeente Veenendaal;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders

overwegende dat

het wenselijk is regels vast te stellen over het beleid ten aanzien van niet- uitkeringsgerechtigden en personen met een uitkering op grond van de Algemene nabestaandenwet,

gelet op

de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht, de Wet werk en bijstand en de “Re-integratieverordening Najaar 2009’ van de gemeente Veenendaal;

besluit:

vast te stellen de ‘Beleidsregel ondersteuning niet-uitkeringsgerechtigden

en personen met een uitkering op grond van de Anw Najaar 2009’.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Alle begrippen die in deze beleidsregel worden gebruikt en niet nader zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als in de Wet werk en bijstand en de ‘Re-integratieverordening 2009’ van de gemeente Veenendaal.

a.

b.

A n w e r

A r b ei d si n sc h a keli n g

Een persoon met een uitkering op grond van de Algemene nabestaandenwet die als werkloze werkzoekende staat ingeschreven bij het UWV

Het verkrijgen van algemeen geaccepteerde arbeid, waarbij

geen gebruik wordt gemaakt van een voorziening als bedoeld in

c.

C o lle g e

artikel 7, eerste lid, onderdeel a, van de Wet werk en bijstand

Het college van burgemeester en wethouders

d.

e.

I n k om en

Nie t-u i t ke r i ng s g e r e c ht i gd e

Het bruto inkomen van de gehuwden tezamen, de alleenstaande

of de alleenstaande ouder, vermeerderd met het van toepassing zijnde percentage vakantietoeslag en gerekend over 12 maanden voorafgaand aan de aanvraag

Persoon als bedoeld in de wet, artikel 6, lid 1 onder a

f.

g. h.

i. j.

N ug g e r s

Re d eli j ke t e r m ijn

Re - i nt e g r a t ie t r aj e ct

U W V V oo r z ie n i n g

Niet-uitkeringsgerechtigden en Anw’ers

Maximaal twee jaar

Geheel van voorzieningen gericht op arbeidsinschakeling of maatschappelijke participatie

Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen

Activiteit gericht op arbeidsinschakeling of maatschappelijke

k.

W e t :

participatie.

Wet werk en bijstand

Artikel 2 Doelgroep

NUG’gers woonachtig in Veenendaal die bij het UWV zijn ingeschreven als werkloze werkzoekenden kunnen in aanmerking komen voor een voorziening of re-integratietraject gericht op arbeidsinschakeling of maatschappelijke participatie.

Artikel 3 De aanvraag

  • 1. De Nug’ger maakt gebruik van het gemeentelijk aanvraagformulier.

  • 2. Aanvragen worden behandeld op volgorde van binnenkomst.

  • 3. Belanghebbende is verplicht mee te werken aan een inkomenstoets.

  • 4. De aanvrager ontvangt zo spoedig mogelijk doch uiterlijk 8 weken na de aanvraag, een gemotiveerde beslissing over de aanvraag.

Artikel 4 Toekenningvoorwaarden

  • 1. Het college vergoedt maximaal € 5.000,-- per rei-ntegratietraject. In individuele gevallen kan besloten worden tot een hoger bedrag.

  • 2. NUG’gers komen niet in aanmerking voor een vrijwilligerspremie, activeringspremie of uitstroompremie.

  • 3. Werkgevers die een NUG’ger in dienst nemen komen niet in aanmerking voor een loonkostensubsidie.

  • 4. Het college wijst een aanvraag af, indien de NUG’ger aan wie een vergoeding op grond van deze beleidsregel is toegekend binnen twee jaar na afloop van een re-integratietraject een nieuwe aanvraag indient.

  • 5. Het college vergoedt per kalenderjaar maximaal €175.000,-- voor re-integratietrajecten ter uitvoering van deze beleidsregel.

  • 6. Het college wijst een aanvraag af bij overschrijding van het jaarbedrag genoemd in lid 5.

  • 7. Een opleiding waarvoor studiefinanciering of een andere tegemoetkoming kan worden verkregen, wordt gezien als een voorliggende voorziening.

  • 8. Het doel van het re-integratietraject is de belanghebbende binnen een redelijke termijn geschikt te maken voor de arbeidsmarkt of maatschappelijke participatie als de afstand tot de arbeidsmarkt te groot is.

Artikel 5 Eigen bijdrage

  • 1. Belanghebbende is over de kosten van het re-integratietraject boven € 1.500 een eigen bijdrage verschuldigd (= resterende kosten).

  • 2. De eigen bijdrage voor het re-integratietraject bedraagt bij een inkomen

    • a.

      tot en met 115 % van het bruto wettelijk minimumloon (WML): nihil

    • b.

      van 116 % tot en met 135 % bruto WML: 5% van de resterende kosten c. van 136 % tot en met 150 % bruto WML: 15% van de resterende kosten d. van 151 % tot en met 160 % bruto WML: 30% van de resterende kosten e. van 161 % tot en met 170 % bruto WML: 45% van de resterende kosten f. van 171 % tot en met 180 % bruto WML: 60% van de resterende kosten g. van 181 % tot en met 190 % bruto WML: 75% van de resterende kosten h. van 191 % tot en met 200 % bruto WML: 90% van de resterende kosten

  • 3. Bij een inkomen vanaf 201% van het bruto WML betaalt belanghebbende de kosten van het re- integratietraject zelf, minus aftrek van het bedrag genoemd in artikel 5 lid 1.

  • 4. Bij de berekening van de eigen bijdrage wordt geen rekening gehouden met het eigen vermogen.

Artikel 6 Betaling van de eigen bijdrage

  • 1.

    De hoogte van de verschuldigde eigen bijdrage wordt door de gemeente berekend en schriftelijk aan de aanvrager kenbaar gemaakt bij het aanbieden van het trajectplan. Eveneens wordt de wijze van betaling en de betalingstermijn van de verschuldigde eigen bijdrage kenbaar gemaakt. Het re-integratietraject of de voorziening zal niet eerder starten dan nadat de opgelegde eigen bijdrage geheel is voldaan.

  • 2.

    In geval van tussentijdse wijzigingen in de voorziening of het re-integratietraject, naar aanleiding

waarvan de kosten wijzigen, vindt binnen 8 weken na goedkeuring van de wijziging van de voorziening of het re-integratietraject door de gemeente een herberekening plaats van de eigen bijdrage. De herberekening wordt schriftelijk aan de aanvrager kenbaar gemaakt.

Artikel 7 Staken van een re-integratietraject

  • 1. Degene die anders dan wegens dringende redenen een met de gemeente aangegaan re- integratietraject beëindigt, dient de kosten van het afgebroken trajectonderdeel aan de gemeente te vergoeden.

  • 2. Onverminderd het gestelde in het voorgaande lid, worden eventueel gemaakte kosten voor het resterende deel van het re-integratietraject eveneens bij belanghebbende in rekening gebracht. De reeds aan belanghebbende in rekening gebrachte eigen bijdrage wordt hierop naar rato in mindering gebracht.

  • 3. Als dringende reden, zoals bedoeld in het eerste lid, wordt aangemerkt:

    • a.

      ziekte of onvoorziene omstandigheden van een dusdanige aard, dat voortzetting van het re-integratietraject niet van belanghebbende verwacht kan worden;

    • b.

      in andere gevallen beslist de gemeente of sprake is van dringende redenen.

  • 4. De gemeente stuurt binnen 8 weken na bericht van beëindiging van de voorziening of het re- integratietraject, een opgave van de kosten die aan belanghebbende in rekening worden gebracht.

Artikel 8 Onvoorziene omstandigheden en hardheidsclausule

  • 1. In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college.

  • 2. Het college kan in bijzondere gevallen afwijken van de bepalingen in deze beleidsregel, als toepassing daarvan tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

Artikel 9 Publicatie en inwerkingtreding

De ‘beleidsregel ondersteuning niet-uitkeringsgerechtigden en personen met een uitkering op grond van de Anw gemeente Veenendaal 2009’ wordt ingetrokken met ingang van de inwerkingtreding van deze beleidsregel. Deze regeling treedt inwerking acht dagen na publicatie en werkt terug tot en met

1 oktober 2009.

Artikel 10 Citeertitel

Dit besluit kan worden aangehaald als ‘beleidsregel ondersteuning niet-uitkeringsgerechtigden en personen met een uitkering op grond van de Anw gemeente Veenendaal Najaar 2009’.

Vastgesteld in de vergadering van 27 oktober 2009,

de heer J.T. Langelaar (secretaris)

de heer mr. T. Elzenga (burgemeester)