Regeling vervallen per 01-10-2021

Beleidsregels Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten (TONK) gemeente Veenendaal

Geldend van 22-06-2021 t/m 30-09-2021 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2021

Intitulé

Beleidsregels Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten (TONK) gemeente Veenendaal

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Veenendaal;

Overwegende dat

  • het college het wenselijk vindt om aan te geven in welke situaties en onder welke voorwaarden een burger in aanmerking kan komen voor een tegemoetkoming Tijdelijke ondersteuning noodzakelijk kosten (TONK);

  • het daarom wenselijk is voor dit doel aparte, tijdelijke, beleidsregels vast te stellen;

Gelet op

  • titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb);

  • artikel 13, 17, 35 en 58 van de Participatiewet (Pw).

Besluit

vast te stellen Beleidsregel Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten (TONK) Veenendaal

Hoofdstuk 1 BEGRIPPEN

Artikel 1 Begrippen

  • 1.

    In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

    • a.

      wet: Participatiewet;

    • b.

      college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Veenendaal;

    • c.

      inkomensterugval: een onvoorzienbare, onvermijdelijke en substantiële terugval in het inkomen als gevolg van de coronacrisis;

    • d.

      TVL: Tegemoetkoming Vaste Lasten;

    • e.

      NOW: de tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid;

    • f.

      voorliggende voorziening: een voorziening zoals bedoeld in artikel 15 lid 1 van de wet.

    • g.

      peilmaand: maand waarvan het inkomen bepalend is voor de vaststelling van het recht en de hoogte van de TONK.

    • h.

      peildatum: datum waarop het vermogen bepalend is voor de vaststelling van de draagkracht.

    • i.

      aanvrager: de persoon die de aanvraag indient en diens eventuele partner conform artikel 3 van de wet.

  • 2.

    Alle begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en niet nader zijn omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Pw en de Awb.

Hoofdstuk 2 DOELGROEP

Artikel 2 Doelgroep TONK

  • 1.

    Een tegemoetkoming TONK is bedoeld voor de aanvrager:

    • a.

      die door de huidige omstandigheden als gevolg van de coronacrisis te maken heeft met een onvoorzienbare en onvermijdelijke terugval in inkomen in januari 2021 ten opzichte van januari 2020, van minimaal 25%;

    • b.

      die daardoor noodzakelijke woonkosten niet meer kan voldoen uit het inkomen (artikel 7);

    • c.

      die geen draagkracht uit vermogen heeft (artikel 8); en

    • d.

      waarvoor andere regelingen niet of onvoldoende toereikend zijn.

Artikel 3 Voorwaarden tegemoetkoming TONK

  • 1.

    Het college kan een tegemoetkoming TONK verstrekken aan de aanvrager die als gevolg van een onvoorziene inkomensterugval vanwege de coronacrisis zijn noodzakelijke particuliere woonkosten niet meer kan voldoen;

  • 2.

    Aanvrager verklaart bij aanvraag dat de inkomensterugval het gevolg is van de maatregelen in verband met het coronavirus (Covid-19);

  • 3.

    Aanvrager is een rechthebbende zoals benoemd in artikel 11 van de wet.

Artikel 4 Uitsluitingsgronden

  • 1.

    Er wordt geen tegemoetkoming TONK verstrekt voor zover een beroep gedaan kan worden op een voorliggende voorziening als bedoeld in artikel 15 Pw.

  • 2.

    Een vergoeding op basis van de TVL, NOW of Tozo bedrijfskrediet wordt niet beschouwd als voorliggende voorziening.

  • 3.

    Op basis van artikel 16 Pw kan afgeweken worden van lid 1 t/m 3.

Hoofdstuk 3 NOODZAKELIJKE WOONKOSTEN

Artikel 5 Kostensoorten

  • 1.

    De tegemoetkoming TONK wordt verstrekt voor noodzakelijke kosten van het bestaan.

  • 2.

    2. Onder noodzakelijke kosten van het bestaan worden in het kader van de TONK de volgende kostensoorten verstaan:

    • a.

      huur van de particuliere woning;

    • b.

      hypotheekrente en -aflossing van de particuliere woning;

    • c.

      kosten voor nutsvoorzieningen (gas, water, elektriciteit) voor de particuliere woning;

    • d.

      bijdrage of kosten vereniging van eigenaren bij een koopwoning of indien er sprake is van een huurwoning en deze kosten apart worden gefactureerd.

  • 3.

    Bij de vaststelling van de hoogte van de noodzakelijke kosten worden op de in het eerste lid genoemde kosten in mindering gebracht:

    • a.

      de eventueel aan de aanvrager toegekende bijzondere bijstand voor woonkosten;

    • b.

      de mogelijk te ontvangen huurtoeslag; en

    • c.

      de bijdragen in de vaste woonkosten van medebewoners.

  • 4.

    De aanvrager dient de kosten uit lid 2 en 3 aannemelijk te maken door middel van bankafschriften of nota’s.

  • 5.

    Voor de kosten uit lid 2 kan voor de periode van 1 januari 2021 tot en met 30 september 2021 eenmalig een tegemoetkoming worden verstrekt.

Artikel 6 Komen de kosten voort uit bijzondere omstandigheden?

  • 1.

    1. Er kan volstaan worden met een verklaring van de aanvrager dat de substantiële terugval in inkomen over de peilmaand januari 2021 ten opzichte van de peilmaand januari 2020, van minimaal 25%, het gevolg is van corona.

  • 2.

    In individuele situaties kan afgeweken worden van de peilmaand.

Hoofdstuk 4 INKOMEN EN VERMOGEN

Artikel 7 Inkomsten

  • 1.

    1. Er wordt rekening gehouden met het inkomen van de aanvrager en de partner van de aanvrager over de maand januari 2020 en januari 2021.

  • 2.

    Onder inkomen, zoals genoemd in lid 1, worden de volgende netto-inkomsten verstaan:

    • a.

      inkomsten uit arbeid;

    • b.

      inkomsten uit een uitkering;

    • c.

      inkomsten uit een onderneming;

    • d.

      inkomen uit arbeid als zelfstandige;

    • e.

      inkomsten uit verhuur; en

    • f.

      inkomsten uit partner- en/of kinderalimentatie.

  • 3.

    Het inkomen uit de maand januari 2021 zoals genoemd in lid 1 en 2, is door de huidige omstandigheden als gevolg van de coronacrisis met tenminste 25 % gedaald ten opzichte van het inkomen uit de maand januari 2020.

  • 4.

    Het inkomen over de maand januari 2020 en januari 2021 dient door de klant aannemelijk gemaakt te worden doormiddel van bijvoorbeeld bankafschriften, loonstroken of een specificatie van omzet en bedrijfslasten.

  • 5.

    Indien het aannemelijk maken van het inkomen over de maand januari 2020, of januari 2021, niet mogelijk is, dan kan hiervoor het gemiddelde maandinkomen van het eerste kwartaal 2020, of eerste kwartaal 2021, aannemelijk worden gemaakt doormiddel van bijvoorbeeld aangifte van de inkomstenbelasting, Btw-aangifte, bankafschriften of een specificatie van omzet en bedrijfslasten.

Artikel 8 Vermogen

  • 1.

    Uitsluitend de beschikbare geldmiddelen op peildatum 1 januari 2021, worden in aanmerking genomen.

  • 2.

    Beschikbare geldmiddelen zijn geldmiddelen waarover de aanvrager en/of de eventuele partner direct over beschikt.

  • 3.

    Onder beschikbare geldmiddelen wordt verstaan:

    • a.

      contant geld;

    • b.

      geld op betaal- en spaarrekeningen (geen bedrijfsrekeningen);

    • c.

      cryptocurrency (zoals bitcoins);

    • d.

      de waarde van effecten (hierbij gaat het om beleggingsrekeningen met aandelen, obligaties, en opties en effecten in depot).

  • 4.

    De aanvrager dient de beschikbare geldmiddelen aan te tonen doormiddel van bankafschriften.

  • 5.

    De vermogensgrens is € 15.590,00 voor gehuwden/samenwonenden en alleenstaande ouders en € 9.295,00 voor een alleenstaande.

  • 6.

    Als het vermogen meer bedraagt dan de in lid 4 genoemde vermogensgrens, bestaat er geen recht op een vergoeding vanuit de TONK.

Hoofdstuk 5 HOOGTE TONK

Artikel 9 Hoogte van de TONK

  • 1.

    Uitgangspunten en benodigde informatie voor de hoogte van de TONK zijn:

    • a.

      De hoogte van het inkomen over januari 2021, zoals genoemd in artikel 7 lid 1 en 2, over de periode 1 januari 2021 tot 1 juli 2021 (op basis van peilmaand januari 2021) (A);

    • b.

      De hoogte van de noodzakelijke kosten als genoemd in artikel 4 over de periode 1 januari 2021 tot 1 juli 2021 (B);

  • 2.

    Berekening hoogte van de TONK zijn:

    • a.

      B / A * 100% = Y %

    • b.

      Indien Y < 35% dan is er geen recht op een tegemoetkoming TONK

    • c.

      Indien Y > 35% maar lager dan 45% dan bestaat er recht op een eenmalige lage TONK ter hoogte van € 2.250,00.

    • d.

      Indien Y > 45% dan bestaat er recht op een eenmalige hoge TONK ter hoogte van € 3.000,00.

  • 3.

    Aan wie voor de vaststelling van de eerste wijziging van deze beleidsregel al een uitkering heeft plaats gevonden zal een nabetaling plaats vinden ter hoogte van € 750,00 voor de ‘lage Tonk’ en € 1.000,00 voor de ‘hoge Tonk’. Aan wie na de vaststelling van de eerste wijziging van deze beleidsregel, maar voor de vaststelling van de tweede wijziging van deze beleidsregel, al een uitkering heeft plaats gevonden zal een nabetaling plaats vinden ter hoogte van € 250,00 voor de ‘lage Tonk’ en € 500,00 voor de ‘hoge Tonk’.

Artikel 10 Vorm van bijstand

  • 1.

    De tegemoetkoming TONK wordt om niet verstrekt.

Artikel 11 Aanvraag

  • 1.

    De aanvraag voor de tegemoetkoming wordt digitaal ingediend via de website van de gemeente.

  • 2.

    In afwijking van lid 1 is een schriftelijke aanvraag mogelijk indien naar het oordeel van het college bijzondere omstandigheden in het individuele geval hiertoe aanleiding geven.

  • 3.

    Aanvrager overlegt bij de aanvraag:

    • a.

      de bewijzen van het inkomen van de maand januari 2021;

    • b.

      de bewijzen van het inkomen van de maand januari 2020;

    • c.

      de verklaring dat de daling van het inkomen van de maand januari 2021 ten opzichte van de maand januari 2020 voort komt uit de coronamaatregelen;

    • d.

      de bewijzen van het beschikbaar vermogen op 1 januari 2021;

    • e.

      de bewijzen van de noodzakelijke kosten (als in artikel 5) van de maand januari 2021;

  • 4.

    Een aanvraag tegemoetkoming TONK kan worden ingediend tot 1 oktober 2021.

Artikel 12 Terugwerkende kracht

Een aanvraag voor een tegemoetkoming TONK kan met terugwerkende kracht worden aangevraagd vanaf 1 januari 2021.

Hoofdstuk 6 SLOTBEPALINGEN

Artikel 13 Afzien opleggen verhuisverplichting

Het college legt aan de aanvrager die op basis van deze beleidsregel in aanmerking komt voor de tegemoetkoming TONK, geen verhuisverplichting op.

Artikel 14 Inwerkingtreding en duur beleidsregels

  • 1.

    De beleidsregels treden in werking op de dag van besluitvorming en werken terug tot 1 januari 2021.

  • 2.

    De beleidsregels vervallen op 1 oktober 2021.

Artikel 15 Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten (TONK) gemeente Veenendaal.

Vastgesteld in de vergadering van 23 maart 2021

Ondertekening

Burgemeester en wethouders van Veenendaal,

De heer drs. P. van der Veer

Wnd. secretaris

de heer K.J.G. Kats

burgemeester