Regeling vervallen per 18-07-2011

Kwijtscheldingsregeling gemeentelijke belastingen 2010

Geldend van 01-01-2010 t/m 17-07-2011

Intitulé

Kwijtscheldingsregeling gemeentelijke belastingen 2010

Artikel 1.

Een verzoek op grond van de “Kwijtscheldingsregeling gemeentelijke belastingen” moet worden ingediend op het daarvoor bestemde formulier.

Artikel 2.

  • 1.

    Voor degene die in het voorafgaande belastingjaar in aanmerking is gekomen voor gehele of gedeeltelijke kwijtschelding, wordt door middel van bestandvergelijking tussen de gemeente, het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV), de Belastingdienst en de Dienst Wegverkeer (RDW) nagegaan of betrokkene voor het lopende jaar wederom in aanmerking komt voor kwijtschelding. De bestandsvergelijking wordt uitgevoerd door de Stichting Inlichtingenbureau.

  • 2.

    Degene die in aanmerking komt voor de geautomatiseerde kwijtschelding, zoals bedoeld in artikel 2, lid 1, dient voorafgaande aan de toetsing schriftelijk toestemming te verlenen om het recht op kwijtschelding geautomatiseerd vast te (laten) stellen.

  • 3.

    Over de toewijzing of afwijzing van automatische kwijtschelding wordt betrokkene schriftelijk door de gemeente geïnformeerd.

  • 4.

    Bij een afwijzing via automatische kwijtschelding is het voor betrokkene alsnog mogelijk een schriftelijk kwijtscheldingsverzoek te doen.

Artikel 3.

Indien een aanvraagformulier onvolledig wordt terugontvangen of de gevraagde bescheiden niet door de aanvrager zijn bijgevoegd, wordt de aanvrager eenmaal in de gelegenheid gesteld de stukken alsnog te completeren en wel binnen twee weken.

Wordt daaraan niet voldaan, dan wordt het verzoek zonder verdere beoordeling afgewezen.

Artikel 4.

  • 1.

    Een verzoek om kwijtschelding wordt beoordeeld op grond van de regels uit de “Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990”.

  • 2.

    Bij de vaststelling van de financiële middelen (vermogenstoets) wordt in afwijking van artikel 4, lid 1 bij de beoordeling van het verzoek om kwijtscheldinguitgegaan van tweemaal het voor verzoeker geldende normbedrag kwijtschelding. Het normbedrag kwijtschelding is gelijk aan het voor het desbetreffende huishoudtype geldende bijstandsnorm zoals bedoeld in de Wet werk en bijstand.

Artikel 5.

Op verzoeken om kwijtschelding wordt zoveel mogelijk binnen acht weken na ontvangst daarvan, bij beschikking beslist.

Artikel 6.

Geen kwijtschelding wordt verleend voor de navolgende belastingen en rechten geheven op grond van de voor het betreffende belastingjaar geldende verordeningen:

  • a.

    leges, als bedoeld in de “Legesverordening”;

  • b.

    reinigingsrechten, geheven op grond van de “Verordening reinigingsheffingen”

  • c.

    marktgelden, geheven op grond van de “Verordening marktgelden”

  • d.

    hondenbelasting, voor wat betreft tweede en volgende honden, geheven op grond van de “Verordening hondenbelasting”.

Artikel 7.

  • 1. De kwijtschelding wordt verleend onder de voorwaarde dat de kwijtschelding vervalt indien en voor zoveel de aanslag nadien wordt verlaagd.

  • 2. Een vermindering of ontheffing op een al geheel of gedeeltelijk kwijtgescholden aanslag kan niet leiden tot terugbetaling van het kwijtgescholden bedrag.

Artikel 8.

Een verzoek om kwijtschelding van al betaalde belastingaanslagen moet worden ingediend binnen drie maanden nadat de (laatste) betaling op de belastingaanslag heeft plaats gevonden en de belastingschuldige heeft betaald onder omstandigheden die aanleiding zouden hebben gegeven tot kwijtschelding indien hij daarom eerder had verzocht. Indien aan het verzoek wordt tegemoet gekomen, wordt aan de belastingschuldige een teruggaaf verleend tot het bedrag waarvoor kwijtschelding zou zijn verleend.

Artikel 9.

  • 1. De kwijtscheldingsregeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2010 en vindt toepassing voor verzoeken die zijn gedaan op of na 1 januari 2010.

  • 2. Met ingang van 1 januari 2010 vervalt de “Kwijtscheldings- en bijdrageregeling gemeentelijke belastingen” vastgesteld bij raadsbesluit van 11 november 2008, nr.08.111, met dien verstande dat genoemd besluit van toepassing blijft voor verzoeken die zijn gedaan voor 1 januari 2010.

  • 3. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2010.

  • 4. Deze regeling kan worden aangehaald als de “Kwijtscheldingsregeling gemeentelijke belastingen 2010”.