Beleidsregel Subsidiëring Amateurkunst

Artikel 1. Algemene bepalingen

Deze beleidsregel is een nadere uitwerking van de Algemene Subsidieverordening Velsen 2013. Voor zover in deze beleidsregel niet anders is bepaald, zijn de bepalingen van de Algemene Subsidieverordening Velsen 2013 van toepassing.

Artikel 2. Doelstelling subsidie

Het stimuleren van amateurkunstbeoefening in verenigingsverband ter bevordering van leefbaarheid en versterking van identiteit en traditie.

Artikel 3. Begripsomschrijving

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

• 1.

  Activiteiten: de artistiek gerichte werkzaamheden van de aanvrager;

• 2.

  Actieve leden: contributiebetalende leden van de aanvrager, die de activiteiten ervan mede uitvoeren, dan wel bestuurlijk mogelijk maken;

• 3.

  Amateurkunst: kunst die niet beroepsmatig wordt bedreven;

• 4.

  Artistieke leiding: dirigent, regisseur, instructeur, repetitor en choreograaf en dergelijke, die een erkende opleiding heeft gevolgd;

• 5.

  Kunstcategorieën: categorieën van kunstuitingen, te onderscheiden in:

  • - instrumentale muziek: gezelschappen waaronder : harmonie orkesten, fanfares, brassbands, symfonieorkesten;

  • - vocale muziek: koren

  • - theater/dans: alle cultuuruitingen die tot theater, muziek- of bewegingstheater gerekend kunnen worden;

• 6.

  Openbare uitvoering: een door de aanvrager georganiseerde openbare, voor een breed publiek toegankelijke voorstelling, concert of evenement in de gemeente Velsen, waaraan door publiciteit bekendheid wordt gegeven en die toegankelijk is voor de inwoners van de gemeente Velsen.

Artikel 4 Subsidievoorwaarden

Een aanvrager kan in aanmerking komen voor subsidie indien deze voldoet aan de volgende voorwaarden:

• 1.

  De aanvrager is gedurende tenminste één jaar voorafgaand aan de indiening van de aanvraag actief op het gebied van amateurkunst.

• 2.

  De aanvrager is statutair gevestigd in de gemeente Velsen.

• 3.

  De aanvrager levert naar oordeel van het college van burgemeester en wethouders een redelijke eigen bijdrage in de kosten.

• 4.

  De aanvrager zoekt actief naar mogelijkheden om andere bronnen van financiering aan te boren.

• 5.

  Van de actieve leden is tenminste 50% woonachtig in de gemeente Velsen.

• 6.

  De aanvrager is, indien de mogelijkheid daartoe bestaat, aangesloten bij een federatief amateurkunstverband dat plaatselijk, regionaal, provinciaal of landelijk werkzaam is.

• 7.

  De aanvrager verzorgt tenminste (gemiddeld) één maal per jaar een openbare uitvoering / presentatie in de gemeente Velsen, waarmee zij zich presenteert. Ten minste één maand voorafgaand aan de uitvoering / presentatie wordt deze, middels een uitnodiging aangekondigd bij het college.

• 8.

  Een aanvrager heeft tenminste het volgende aantal actieve leden:

Kunstcategorie instrumentale muziek

Harmonieorkesten, fanfarecorpsen en brassbands 25

Orkesten 10

 Kunstcategorie vocale muziek

Zangvereniging 10

Oratoriumverenigingen 25

 Kunstcategorie theater/dans

Toneelgezelschappen 10

Muziektheater- of operaverenigingen 10

Musicalvereniging 10

Artikel 5 Subsidieaanvraag en -verlening

• 1.

  Het college kan met inachtneming van deze beleidsregels eens per jaar subsidie verlenen aan een aanvrager op het gebied van amateurkunst.

• 2.

  Voor de indiening van de aanvraag maakt de aanvrager gebruik van door het college te verstrekken aanvraagformulieren.

• 3.

  Het college bepaalt de hoogte van de maximaal te verstrekken subsidie aan de hand van de bij de aanvraag verstrekte gegevens en de bepalingen in artikel 6.

• 4.

  Het college beslist op de aanvraag nadat de gemeentebegroting voor de betreffende subsidieperiode is vastgesteld.

Artikel 6 Subsidiegrondslag

• 1.

  Bij de berekening van de subsidie gaat het college uit van het aantal actieve leden op 31 december van het jaar voorafgaand aan de aanvraag.

• 2.

  De subsidie heeft de volgende berekeningsgrondslag:

  • a. Een bijdrage van € 50,-- per actief lid;

  • b. 50% van de kosten voor het uitvoeren van producties tot een maximum van € 1.500,-- per productie.

• 3.

  Aan aanvragers die, in vergelijking met andere instellingen in dezelfde kunstcategorie, voor uitzonderlijk hoge huisvestingskosten worden geplaatst, zulks ter beoordeling van het college, kan een subsidie worden verleend in de huisvestingskosten.

• 4.

  Bij de berekening van de subsidies worden de eigen inkomsten van de aanvrager in de vorm van contributies, recettes en andere inkomsten betrokken.

Artikel 7 Subsidievaststelling

Subsidievaststelling vindt plaats conform de bepalingen in de vigerende Algemene Subsidieverordening van de gemeente Velsen.

Artikel 8 Verplichtingen

De aanvrager is verplicht iedere wijziging ten opzichte van de gegevens die bij de aanvraag zijn overlegd, onmiddellijk te melden;

Artikel 9 Inwerkingtreding

Deze beleidsregel treedt in werking 1 dag na publicatie

Artikel 10 Citeertitel

Deze beleidsregel kan worden aangehaald als “Beleidsregel subsidiëring Amateurkunst Velsen”.

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Velsen d.d. 19 mei 2015.