Regeling vervallen per 29-12-2011

Verordening baatbelasting Bolwaterstraat

Geldend van 01-12-1987 t/m 28-12-2011

Intitulé

Verordening baatbelasting Bolwaterstraat

Gelet op het bepaalde in artikel 222 Gemeentewet.

Artikel 1 Voorwerp der belasting

  • 1.

    Ter zake van de onroerende zaken, die gebaat zijn door de door de gemeente of met medewerking van de gemeente tot stand gebrachte voorzieningen in de vorm van onder andere sierbestrating, sierelementen, groenvoorzieningen in de Bolwaterstraat wordt onder de naam "baatbelasting Bolwaterstraat" een jaarlijkse belasting geheven, zulks ter verkrijging van een billijke bijdrage in de ten laste van de gemeente blijvende kosten van die voorzieningen.

  • 2.

    De in het eerste lid bedoelde onroerende zaken zijn die welke grenzen aan dan wel gedeeltelijk gelegen zijn in het gebied dat op de bij deze verordening behorende en als zodanig gewaarmerkte tekening in blauwe kleur is aangeduid.

Artikel 2 Belastingplicht

  • 1.

    De belasting wordt geheven van degene, die bij het begin van het belastingjaar het genot heeft krachtens zakelijk recht van een in artikel 1 bedoelde onroerende zaak.

  • 2.

    Voor de toepassing van het eerste lid wordt als genothebbende krachtens zakelijk recht aangemerkt degene, die bij het begin van het belastingjaar als zodanig bij het kadaster bekend staat, tenzij blijkt, dat op dat tijdstip een ander genothebbende krachtens zakelijk recht was.

Artikel 3 Belastinggrondslag

  • 1.

    De grondslag waarnaar de belasting wordt geheven, is het langs de grond gemeten aantal strekkende meters, waarmee een onroerende zaak of een gedeelte daarvan grenst aan het op de in artikel 1 genoemde tekening aangegeven gebied.

  • 2.

    Indien een gedeelte van een onroerende zaak geheel en uitsluitend voor woondoeleinden is bestemd, wordt het langs de grond gemeten aantal strekkende meters, waarmee dat gedeelte grenst aan het op de in artikel 1 genoemde tekening aangegeven gebied, bij de berekening van de in het eerste lid bedoelde grondslag buiten beschouwing gelaten.

  • 3.

    Bij de meting worden onderdelen van een kwart meter naar boven afgerond op een hele kwart meter.

Artikel 4 Belastingtarief

De belasting bedraagt per belastingjaar € 49,60 per strekkende meter.

Artikel 5 Wijze van heffing

De belasting wordt geheven bij wege van aanslag.

Artikel 6 Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 7 Tijdsduur van de heffing

De belasting wordt, behoudens het geval van voldoening ineens, overeenkomstig het bepaalde in artikel 8, gedurende dertig achtereenvolgende belastingjaren jaarlijks geheven.

Artikel 8 Heffing ineens

  • 1.

    Op verzoek van de belastingplichtige wordt de belasting ineens geheven naar een bedrag, dat gelijk is aan de contante waarde van de belastingbedragen, welke geheven zouden zijn - beoordeeld naar de omstandigheden bij het begin van het belastingjaar volgende op het kalenderjaar, waarin het verzoek wordt gedaan - voor elk van de nog aan te vangen belastingjaren.

  • 2.

    De contante waarde, bedoeld in het vorige lid, wordt berekend naar een rentevoet van 7% met inachtneming van de onderstaande tabel.

  • Indien de heffing ineens geschiedt met ngang van het hieronder vermelde belastingjaar

    Vermenigvuldigingsfactor

    1988

    13.2777

    1989

    13.1371

    1990

    12.9867

    1991

    12.8258

    1992

    12.6536

    1993

    12.4693

    1994

    12.2722

    1995

    12.0612

    1996

    11.8355

    1997

    11.5940

    1998

    11.3356

    1999

    11.0591

    2000

    10.7632

    2001

    10.4466

    2002

    10.1079

    2003

    9.7455

    2004

    9.3577

    2005

    8.9427

    2006

    8.4987

    2007

    8.0236

    2008

    7.5152

    2009

    6.9713

    2010

    6.3893

    2011

    5.7665

    2012

    5.1002

    2013

    4.3872

    2014

    3.6243

    2015

    2.8080

    2016

    1.9346

  • 3.

    Een verzoek, zoals in het eerste lid wordt bedoeld, moet schriftelijk bij de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar worden ingediend.

Artikel 9 Vrijstelling

De belasting wordt niet geheven, ter zake van:

  • 1.

    onroerende zaken, die geheel en uitsluitend voor woondoeleinden zijn bestemd;

  • 2.

    onroerende zaken, waarvan de gemeente het genot heeft krachtens zakelijk recht, met uitzondering van de onroerende zaak, die aan derden zijn verhuurd dan wel in bruikleen of gebruik zijn gegeven;

  • 3.

    onroerende zaken, welke in hoofdzaak zijn bestemd voor de openbare eredienst of voor openbare bijeenkomsten van rechtspersoonlijkheid bezittende genootschappen op geestelijke grondslag, andere dan kerkgenootschappen, voor het gezamenlijk beleven en zich bezinnen op de aan die genootschappen ten grondslag liggende levensovertuiging.

Artikel 10 Kwijtschelding

Bij de invordering van de baatbelasting wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de baatbelastingen.

Artikel 12 Inwerkingtreding en titel van aanhaling

  • 1.

    Dit wijzigingsbesluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na die van bekendmaking.

  • 2.

    De datum van ingang is 1 januari 2002.

  • 3.

    Dit wijzigingsbesluit kan worden aangehaald als het 5de wijzigingsbesluit behorende tot de verordening baatbelasting Bolwaterstraat.