Regeling vervallen per 08-07-2015

Verordening rechtspositie raadsleden, wethouders en leden commissie bezwaarschriften gemeente Venlo

Geldend van 01-01-2010 t/m 07-07-2015

Intitulé

Verordening rechtspositie raadsleden, wethouders en leden commissie bezwaarschriften gemeente Venlo

De raad van de gemeente Venlo;

gezien het voorstel van het Projectcollege herindeling van 3 november 2009;

gehoord de herindelingscommissie van 9 november 2009

gelet op de artikelen 44, 95 tot en met 99en 147 van de Gemeenteweten de Wet samenvoeging gemeenten Arcen en Velden en Venlo van 18 juli 2009, Stb 341;

gelet op het Rechtspositiebesluit wethouders en het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden;

besluit

vast te stellen de navolgende Verordening rechtspositie raadsleden, wethouders en leden commissie bezwaarschriften gemeente Venlo;

Hoofdstuk I Begripsomschrijvingen

Artikel 1

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a)

    Commissie: een commissie voor behandeling van bezwaarschriften en/of klachten;

  • b)

    Rechtspositiebesluit wethouders: het Koninklijk Besluit van 22 maart 1994, Stb. 243;

  • c)

    Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden: het Koninklijke Besluit van 22 maart 1994, Stb. 244;

  • d)

    Regeling rechtspositie wethouders: de ministeriële regeling van 20 februari 2001, Stcrt. 41 als bedoeld in artikel 23 Rechtspositiebesluit wethouders;

  • e)

    Verplaatsingskostenregeling 1989: het besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken van 20 oktober 1989, Stcrt. 212;

  • f)

    Reisregeling binnenland: het besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken van 16 maart 1993, nr. AB93/U280, Stcrt, 56;

  • g)

    Reisregeling buitenland: het besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken van 12 september 1994, nr. AD94/U1011, Stcrt. 181;

  • h)

    Raadslid: lid van de gemeenteraad, niet zijnde wethouder;

  • i)

    College: het college van burgemeester en wethouders;

  • j)

    Griffier: de griffier, bedoeld in artikel 107 van de Gemeentewet;

  • k)

    Gemeentesecretaris: de secretaris, bedoeld in artikel 102 van de Gemeentewet.

Hoofdstuk II Voorzieningen voor raadsleden

Artikel 2 Vergoeding voor werkzaamheden en onkosten

  • 1.

    Aan het raadslid wordt een vergoeding voor de werkzaamheden toegekend die gelijk is aan het bedrag, vermeld in artikel 2, eerste lid van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, zoals dit bedrag jaarlijks door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties wordt herzien.

  • 2.

    Aan het raadslid wordt een onkostenvergoeding voor aan de uitoefening van het raadslidmaatschap verbonden kosten toegekend die gelijk is aan het bedrag, vermeld in artikel 2, derde lid, van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, zoals dit bedrag jaarlijks door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties wordt herzien.

  • 3.

    Ten aanzien van het raadslid van wie de arbeidsverhouding ingevolge artikel 4, aanhef en onderdeel f van de Wet op de loonbelasting 1964 voor de toepassing van die wet als dienstbetrekking wordt aangemerkt, wordt in afwijking van het tweede lid een onkostenvergoeding toegekend die gelijk is aan het bedrag, vermeld in artikel 2, vierde lid van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, zoals dat bedrag jaarlijks door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties wordt herzien.

  • 4.

    Hij of zij, die gedurende een gedeelte van het kalenderjaar lid van de raad is geweest, ontvangt de vergoeding en de tegemoetkoming in de kosten, als bedoeld in het eerste, tweede en derde lid naar evenredigheid van het aantal dagen, dat hij of zij het lidmaatschap van de raad heeft bekleed.

  • 5.

    De betaling van de vergoedingen geschiedt in maandelijkse termijnen.

Artikel 3 Reis- en verblijfskosten

  • 1.

    De leden van de raad ontvangen een vergoeding voor reis- en verblijfskosten, gemaakt in verband met reizen buiten het grondgebied van de gemeente Venlo ter uitvoering van een besluit van het gemeentebestuur.

  • 2.

    De in het eerste lid bedoelde vergoeding betreft:

    • a)

      bij gebruik van openbaar vervoer en taxi: volledige vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten tegen overleggen van bewijsstukken

    • b)

      Bij gebruikmaking van een eigen vervoermiddel: de werkelijk gemaakte kilometers worden vergoed tegen het maximale bedrag per kilometer dat is vastgesteld bij of krachtens artikel 2 van het Reisbesluit binnenland.

  • 3.

    De in redelijkheid noodzakelijk gemaakte verblijfskosten ter zake van reizen buiten het grondgebied van de gemeente worden aan het raadslid vergoed.

Artikel 4 Cursus, congres, seminar of symposium

  • 1.

    De kosten van deelname van een raadslid aan cursussen, congressen, seminars en symposia die in het gemeentelijk belang door of namens de gemeente worden geboden of verzorgd komen voor rekening van de gemeente.

  • 2.

    Het raadslid dat wil deelnemen aan een cursus, congres seminar of symposium dat niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dient daartoe een gemotiveerde aanvraag in. De aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. De kosten komen voor rekening van de gemeente als deelname van belang is in verband met de vervulling van het raadslidmaatschap.

  • 3.

    De aanvraag als bedoeld in het tweede lid wordt ingediend bij de griffier.

Artikel 5 Ziektekosten

  • 1.

    De leden van de raad ontvangen een vergoeding in de kosten van een ziektekostenverzekering van € 175,- per jaar.

  • 2.

    Indien het raadslid een gedeelte van een jaar raadslid is geweest, wordt de hoogte van de in lid 1 vermelde vergoeding naar rato aangepast.

  • 3.

    De betaling van de vergoeding geschiedt in maandelijkse termijnen.

Artikel 6 Computer en internetverbinding

  • 1.

    Op aanvraag wordt door het college aan een lid van de raad voor de uitoefening van het raadslidmaatschap een computer, bijbehorende apparatuur en software in bruikleen ter beschikking gesteld.

  • 2.

    Voor zover er sprake is van een belastingheffing in verband met een ten laste van de gemeente ter beschikking gestelde computer, bijbehorende apparatuur en software als bedoeld in het eerste lid ontvangt het raadslid ten laste van de gemeente op aanvraag per jaar een tegemoetkoming van 30% van de aanschafwaarde daarvan voor een periode van maximaal drie jaar. Daarbij wordt ten hoogste uitgegaan van de aanschafwaarde van de computer, bijbehorende apparatuur en software welke aan het college aan raadsleden in bruikleen ter beschikking stelt.

  • 3.

    Indien geen computer en bijbehorende apparatuur en software ter beschikking is gesteld, verleent het college een raadslid op aanvraag voor de uitoefening van het raadslidmaatschap voor een periode van maximaal drie jaar een tegemoetkoming van 30% van de aanschafwaarde voor

    • a.

      aanschaf van een computer, bijbehorende apparatuur en software, of

    • b.

      gebruik van een eigen computer, bijbehorende apparatuur en software.

  • 1.

    De leden van de raad ontvangen een vergoeding in de kosten van een ziektekostenverzekering van € 175,- per jaar.

  • 2.

    Indien het raadslid een gedeelte van een jaar raadslid is geweest, wordt de hoogte van de in lid 1 vermelde vergoeding naar rato aangepast.

  • 3.

    De betaling van de vergoeding geschiedt in maandelijkse termijnen.

  • Daarbij wordt ten hoogste uitgegaan van de aanschafwaarde van de computer, bijbehorende apparatuur en software welke het college aan raadsleden in bruikleen ter beschikking stelt.

  • 4.

    Op aanvraag wordt door het college € 25,- per maand aan het raadslid ter beschikking gesteld voor de aanleg- en de abonnementskosten voor de internetverbinding voor de in het eerste of derde lid genoemde computerapparatuur.

  • 5.

    Het raadslid ondertekent voor de bruikleen een bruikleenovereenkomst met de gemeente.

  • 6.

    Het college stelt het model bruikleenovereenkomst vast.

Artikel 7 Spaarloonregeling en levensloopregeling

Artikel 8 Verlaging vergoeding werkzaamheden bij arbeidsongeschiktheid

De vergoeding voor de werkzaamheden, bedoeld in artikel 2, kan op verzoek van een raadslid worden verlaagd in het geval hij een uitkering ontvangt in verband met gehele of gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid.

Artikel 9 Compensatie korting werkloosheidsuitkering

  • 1.

    Indien een raadslid een uitkering op grond van de Werkloosheidswetontvangt en door de toepassing van artikel 20 van deze wet ontstane korting op deze uitkering ten gevolge van het uitoefenen van het raadslidmaatschap meer bedraagt dan de in artikel 2 bedoelde vergoeding voor de werkzaamheden die het raadslid ontvangt, wordt deze vergoeding ten laste van de gemeente verhoogd tot het bedrag van de bedoelde korting.

  • 2.

    In het geval dat een raadslid een uitkering ontvangt op grond van het Besluit Werkloosheid onderwijs- en onderzoekspersoneel en de na toepassing van artikel 6, vierde lid, van dat besluit ontstane korting op deze uitkering ten gevolge van het uitoefenen van het raadslidmaatschap meer bedraagt dan de in artikel 2 bedoelde vergoeding voor de werkzaamheden die het raadslid ontvangt, wordt deze vergoeding ten laste van de gemeente verhoogd tot het bedrag van de bedoelde korting.

Artikel 10 Voorzieningen bij tijdelijk ontslag wegens zwangerschap en bevalling of ziekte

De artikelen 2, 4 tot en met 8 blijven van toepassing op het raadslid aan wie ingevolge artikel X 10 van de Kieswet tijdelijk ontslag is verleend wegens zwangerschap en bevalling of ziekte, met dien verstande dat de onkostenvergoeding die dit raadslid op grond van artikel 2, tweede of derde lid, ontvangt de helft bedraagt van het bedrag dat op grond van die bepalingen van toepassing is.

De artikelen 1 tot en met 4, 5 eerste, tweede en vierde lid, 7 en 8 van deze verordening zijn van toepassing op raadsleden die tijdelijk worden benoemd ter vervanging van een raadslid dat ingevolge Kieswet tijdelijk ontslag is verleend wegens zwangerschap en bevalling of ziekte.

Hoofdstuk III Voorzieningen voor wethouders

Artikel 11 Onkostenvergoeding

Aan de wethouder wordt een onkostenvergoeding toegekend voor overige aan de uitoefening van het ambt verbonden kosten die gelijk is aan het bedrag, vermeld in artikel 21, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit wethouders.

Artikel 12 Zakelijke reis- en verblijfkosten wethouders

  • 1.

    De wethouder ontvangt een vergoeding voor reis- en verblijfskosten, gemaakt in verband met reizen buiten het grondgebied van de gemeente Venlo ter uitvoering van een besluit van het gemeentebestuur.

  • 2.

    De in het eerste lid bedoelde vergoeding betreft:

    • a)

      bij gebruik van openbaar vervoer en taxi: volledige vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten tegen overleggen van bewijsstukken

    • b)

      Bij gebruikmaking van een eigen vervoermiddel: de werkelijk gemaakte kilometers worden vergoed overeenkomstig het bepaalde in artikel 4, onderdeel b, van de Regeling rechtspositie wethouders.

  • 3.

    De in redelijkheid noodzakelijk gemaakte verblijfskosten ter zake van reizen buiten het grondgebied van de gemeente worden aan de wethouder vergoed.

Artikel 13 Computer en internetverbinding

  • 1.

    Op aanvraag wordt de wethouder voor de uitoefening van het ambt een computer, bijbehorende apparatuur en software in bruikleen ter beschikking gesteld.

  • 2.

    Voor zover er sprake is van een belastingheffing in verband met een ten laste van de gemeente ter beschikking gestelde computer, bijbehorende apparatuur en software als bedoeld in het eerste lid ontvangt de wethouder ten laste van de gemeente op aanvraag per jaar een tegemoetkoming van 30% van de aanschafwaarde van de computer, bijbehorende apparatuur en software welke het college aan wethouders in bruikleen ter beschikking stelt.

  • 3.

    Indien geen computer en bijbehorende apparatuur en software ter beschikking is gesteld, verleent het college de wethouder op aanvraag voor de uitoefening van het ambt voor een periode van maximaal drie jaren een tegemoetkoming van 30% van de aanschafwaarde voor

    • a.

      aanschaf van een computer, bijbehorende apparatuur en software, of

    • b.

      gebruik eigen computer, bijbehorende apparatuur en software.

    • Daarbij wordt ten hoogste uitgegaan van de aanschafwaarde van de computer, bijbehorende apparatuur en software welke het college aan de wethouders in bruikleen ter beschikking stelt.

  • 4.

    Op aanvraag wordt door het college € 25,- per maand aan de wethouder ter beschikking gesteld voor de aanleg- en de abonnementskosten voor de internetverbinding voor de in het eerste of derde lid genoemde computerapparatuur.

  • 5.

    De wethouder ondertekent voor de bruikleen een bruikleenovereenkomst met de gemeente.

  • 6.

    Het college stelt het model bruikleenovereenkomst vast.

Artikel 14 Reis- en pensionkosten en verhuiskosten

De wethouder die bij benoeming nog niet over woonruimte in de gemeente beschikt heeft ten laste van de gemeente aanspraak op vergoeding van:

Artikel 15 Spaarloonregeling en levensloopregeling

  • 1.

    De wethouder kan op aanvraag deelnemen aan de voor het gemeentelijk personeel geldende spaarloonregeling.

  • 2.

    De wethouder kan deelnemen aan de levensloopregeling als bedoeld in artikel 19g van de Wet op de loonbelasting 1964.

  • 3.

    Deelname aan de spaarloonregeling is niet mogelijk indien de wethouder gebruik maakt van de wettelijke levensloopregeling.

  • 4.

    Gelet op het bepaalde in artikel 44 van de Gemeentewet bestaat geen aanspraak op enige vergoeding van de gemeente.

Artikel 16 Schade als gevolg van werkzaamheden

Ter zake schade, als bedoeld in artikel 20, tweede lid, van het Rechtspositiebesluit wethouders, is op de wethouder van overeenkomstige toepassing het voor het gemeentepersoneel geldende regeling.

Artikel 17 Fietsregeling

  • 1.

    De wethouder kan deelnemen aan de fietsregeling als bedoeld in artikel 37 van de Uitvoeringsregeling loonbelasting 2001. Naar keuze van de wethouder wordt de bezoldiging dan wel vaste onkostenvergoeding dan wel eindejaarsuitkering verminderd met de vergoeding voor de fiets als bedoeld in de Uitvoeringsregeling.

  • 2.

    Gelet op het bepaalde in artikel 44 van de Gemeentewet bestaat geen aanspraak op enige vergoeding van de gemeente.

Artikel 18 Mobiele telefoon

  • 1.

    Op aanvraag wordt de wethouder voor de uitoefening van zijn ambt een mobiele telefoon in bruikleen ter beschikking gesteld die uitsluitend bestemd is voor zakelijk gebruik.

  • 2.

    De wethouder ondertekent daartoe een bruikleenovereenkomst met de gemeente.

  • 3.

    Het college stelt het model van de bruikleenovereenkomst vast.

Artikel 19 Cursus, congres, seminar of symposium

  • 1.

    De kosten van deelname van een wethouder aan cursussen, congressen, seminars en symposia die in het gemeentelijk belang door of namens de Gemeente worden aangeboden of verzorgd komen voor rekening van de Gemeente.

  • 2.

    De wethouder die wil deelnemen aan een cursus congres, seminar of symposium dat niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dient daartoe een gemotiveerde aanvraag in. De aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. De kosten komen voor rekening van de gemeente als deelname van belang is in verband met de uitoefening van het ambt van wethouder.

Artikel 20 Outplacementvoorziening gewezen wethouders

  • 1.

    De gewezen wethouder, die in het genot is van een uitkering op grond van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers (Appa) kan het college verzoeken om toekenning van outplacementfaciliteiten. Hieronder wordt verstaan een vergoeding voor kosten verbonden aan een outplacementbegeleiding, waaronder mede verstaan kan worden reis- en verblijf- en verwervingskosten.

  • 2.

    Toegekende outplacementfaciliteiten komen ten hoogste voor de duur van één jaar voor rekening van de gemeente, met inachtneming van een daartoe te sluiten overeenkomst met de gewezen wethouder.

  • 3.

    In gevallen waarin het bepaalde in lid 1 en lid 2 niet in redelijkheid voorzien, is het college bevoegd een voorziening te treffen.

Hoofdstuk IV Voorzieningen voor leden commissie bezwaarschriften en klachten

Artikel 21 Vergoeding

  • 1.

    De leden van de commissie voor de bezwaarschriften en klachten op de raad, welke geen raadslid zijn, ontvangen voor het bijwonen van een vergadering van de commissie een bedrag van € 100- per vergadering.

  • 2.

    In afwijking van het bepaalde in het tweede lid van dit artikel ontvangt de voorzitter van deze commissie voor het bijwonen van een vergadering van de commissie een bedrag van € 150,- per vergadering.

Hoofdstuk V De procedure van declaraties

Artikel 22 Betaling van kosten

Betaling van kosten op grond van deze verordening vindt plaats door

  • a.

    betaling uit eigen middelen, of

  • b.

    rechtstreekse toezending van de factuur aan de gemeente.

Artikel 23 Declaratie van vooruit betaalde kosten

  • 1.

    Voor de vergoeding van de kosten wordt gebruik gemaakt van een declaratieformulier, waarvan het model door het college is vastgesteld, indien deze kosten uit eigen middelen vooruit zijn betaald.

  • 2.

    Het declaratieformulier wordt volledig ingevuld en ondertekend. Het raadslid, onderscheidenlijk de wethouder dient het declaratieformulier binnen twee maanden bij de griffier, onderscheidenlijk de gemeentesecretaris of een door hem aangewezen ambtenaar in, onder bijvoeging van de originele bewijsstukken.

Artikel 24 Rechtstreekse facturering bij de Gemeente

  • 1.

    De vergoeding van kosten kan plaatsvinden door rechtstreekse toezending van de door het raadslid, onderscheidenlijk de wethouder voor akkoord ondertekende factuur aan de gemeente.

  • 2.

    Verantwoording van deze wijze van vergoeding vindt plaats door het begeleidingsformulier, waarvan het model door het college wordt vastgesteld, volledig in te vullen en te ondertekenen.

  • 3.

    Het raadslid, onderscheidenlijk de wethouder dient het begeleidingsformulier en de factuur binnen 2 maanden in bij de griffier, onderscheidenlijk de gemeentesecretaris of een door hem aangewezen ambtenaar.

Hoofdstuk VI Citeertitel en inwerkingtreding

Artikel 25 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2010.

  • 2.

    Op dat tijdstip worden de Verordening kostenvergoeding wethouders van 1 januari 2001, de Verordening rechtspositie raads- en commissieleden gemeente Venlo van 1 januari 2001 en de Regeling outplacementvoorziening gewezen wethouders van 1 januari 2001 ingetrokken.

Artikel 26 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: “Verordening rechtspositie raadsleden, wethouders en leden commissie bezwaarschriften gemeente Venlo”.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van 4 januari 2010.
De griffier De voorzitter