Regeling vervallen per 01-01-2009

Verordening parkeerbelastingen 2008

Geldend van 28-12-2007 t/m 31-12-2008

Intitulé

Verordening parkeerbelastingen 2008

Artikel 1 Belastbaar feit

Onder de naam "parkeerbelastingen" worden de volgende belastingen geheven:

  • a.

    een belasting terzake van het parkeren van een voertuig op een bij, dan wel krachtens deze verordening in de daarin aangewezen gevallen door het college van burgemeester en wethouders te bepalen plaats, tijdstip en wijze;

  • b.

    een belasting ter zake van een van gemeentewege verleende vergunning voor het parkeren van een voertuig op de in die vergunning aangegeven plaats en wijze.

Artikel 2 Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    parkeren: het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een voertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van zaken, op binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden;

  • b.

    houder: degene die naar de omstandigheden als houder van een voertuig moet worden beschouwd, met dien verstande dat voor een motorrijtuig dat is ingeschreven in het krachtens de Wegenverkeerswet (Stb. 1994, 475) aangehouden register van opgegeven kentekens als houder wordt aangemerkt degene op wiens naam het voor het motorrijtuig opgegeven kenteken ten tijde van het parkeren in het register was ingeschreven;

  • c.

    parkeerapparatuur: parkeermeters, parkeerautomaten, met inbegrip van verzamelparkeermeters, en hetgeen naar maatschappelijke opvatting overigens onder parkeerapparatuur wordt verstaan;

  • d.

    bewonerbelanghebbende: degene die woont in een van de in artikel 4 van deze verordening beschreven betaald parkeergebieden en houder is van een voertuig;

  • e.

    zakelijk belanghebbende: degene die een beroep of bedrijf uitoefent en is gevestigd op een adres, dat gelegen is in een van de in artikel 4 van deze verordening beschreven betaald parkeergebieden en houder is van een voertuig;

  • f.

    bezoekersparkeerkaart: een kaart waarmee degene die woont respectievelijk degene die een beroep of bedrijf uitoefent in een van de in artikel 4 van deze verordening beschreven betaald parkeergebieden parkeertijd kan kopen voor het parkeren bij parkeerapparatuur met uitzondering van parkeertijd in parkeergarages en parkeerterreinen;

  • g.

    motorfiets: tweewielig motorvoertuig met grotere cilinderinhoud dan 50 cc;

  • h.

    jaar: een kalenderjaar;

  • i.

    kwartaal: een kalenderkwartaal;

  • j.

    maand: een kalendermaand;

  • k.

    nacht: een ononderbroken periode van:

  • a.

    donderdagavond van 22:00 uur tot vrijdagmorgen 07:00 uur

  • b.

    zaterdagavond van 20:00 uur tot zondagmorgen 09:00 uur

  • c.

    zondagavond van 18:00 uur tot maandagmorgen 07:00 uur

  • d.

    alle overige dagen van 20:00 uur tot 07:00 uur van de daaropvolgende dag, met dien verstande dat in de parkeergarage Mgr. Nolensplein het nachttarief op de vrijdag geldt van vrijdagavond 20:00 uur tot zaterdagmorgen 06:00 uur.

Artikel 3 Belastingplicht

  • 1.

    De belasting bedoeld in artikel 1, onderdeel a, wordt geheven van degene die het voertuig heeft geparkeerd, dan wel van degene aan wie het parkeerabonnement wordt verleend.

  • 2.

    Als degene die het voertuig heeft geparkeerd wordt mede aangemerkt:

    • a.

      degene die de belasting voldoet dan wel te kennen geeft of heeft gegeven de belasting te willen voldoen;

    • b.

      zo lang geen voldoening van de belasting genoemd in artikel 1, onderdeel a, heeft plaatsgevonden: de houder van het voertuig, met dien verstande dat

      • 1e

        indien een voor ten hoogste drie maanden aangegane huurovereenkomst wordt overgelegd waaruit blijkt wie ten tijde van het parkeren ingevolge deze overeenkomst de huurder van het voertuig was, niet de houder maar de huurder wordt aangemerkt als degene die het voertuig heeft geparkeerd;

      • 2e

        indien blijkt dat ten tijde van het parkeren een ander in het kentekenregister ingeschreven had moeten staan, die ander wordt aangemerkt als degene die het voertuig heeft geparkeerd.

  • 3.

    De belasting bedoeld in artikel 1, onderdeel a, wordt niet geheven van degene die op de voet van het tweede lid, onderdeel b, wordt aangemerkt als degene die het voertuig heeft geparkeerd, indien deze aannemelijk maakt dat ten tijde van het parkeren een ander tegen zijn wil van het voertuig heeft gebruik gemaakt en dat hij dit gebruik redelijkerwijs niet heeft kunnen voorkomen.

  • 4.

    De belasting bedoeld in artikel 1, onderdeel b, wordt geheven van degene die de vergunning heeft aangevraagd.

Artikel 4 Belanghebbenden

  • 1.

    Voor de volgende gebieden kan door het college van burgemeester en wethouders een bewoners- c.q. zakelijk belanghebbende-parkeerabonnement worden afgegeven:

    • a.

      Centrum Binnenstad:

    • het gedeelte van de gemeente dat begrensd wordt door de Maas, Professor Gelissensingel ten noorden van de Molensingel, de spoorlijn, Koninginneplein, Keulsepoort, Parade, Sint Jorisstraat, Grote Kerkstraat, Sint Martinusstraat (het gedeelte ten zuiden van de Goltziusstraat) en Puteanusstraat met inbegrip van deze straten, deze singels, kaden, wegen, pleinen en poorten behoudens de Puteanusstraat en de Sint Martinusstraat (het gedeelte ten zuiden van de Goltziusstraat);

    • b.

      Binnenstad Noord-Oost:

    • het gedeelte van de gemeente dat begrensd wordt door de Deken van Oppensingel, Goltziusstraat, Sint Martinusstraat (het gedeelte ten zuiden van de Goltziusstraat), Grote Kerkstraat, Sint Jorisstraat, Parade en Keulsepoort met inbegrip van deze straten, singels, kaden, wegen, pleinen en poorten behoudens de Parade, Grote Kerkstraat en de Sint Jorisstraat;

    • c.

      Binnenstad Noord:

    • het gedeelte van de gemeente dat begrensd wordt door de Maas, Puteannusstraat, Goltziusstraat, Krefeldseweg, Gasthuiskampstraat, Craneveldstraat, Sint Urbanuspad, Dokter Aletta Jacobsstraat, Hogeschoorweg (het gedeelte ten zuiden van de Craneveldstraat), Wilhelminapark en de Sint Urbanusweg (het gedeelte ten zuiden van de Groeneweg) met inbegrip van deze straten, singels, kaden, wegen, pleinen en poorten behoudens de Goltziusstraat, Krefeldseweg, Gasthuiskampstraat en Craneveldstraat;

    • d.

      Mgr. Nolensplein:

    • Mgr. Nolensplein, Parkstraat, Dwarsstraat, Geldersepoort en Valuasstraat;

    • e.

      Venlo-Oost

    • het gedeelte van de gemeente dat begrensd wordt door de Burgemeester van Rijnsingel, Kaldenkerkerweg, Heutzstraat en Stalbergweg, met inbegrip van deze straten, singels, kaden, wegen, pleinen en poorten behoudens de Burgemeester van Rijnsingel ten noorden van de Belletablestraat, de Kaldenkerkerweg ten oosten van de Prinsenstraat en de Stalbergweg ten oosten van de Van Schelbergenstraat;

    • f.

      Venlo-Zuid:

    • de Sloterbeekstraat vanaf de zuidsingel tot de Roermondsepoort en het terrein op de hoek van de Professor Gelissensingel en de Molensingel gelegen aan de zuidzijde (voorheen terrein “Van Gasselt”);

    • g.

      Blerick Centrum:

    • het gedeelte van de gemeente dat begrensd wordt door de Pontanusstraat, Kloosterstraat, 1e Graaf van Loonstraat, Urbanusstraat, Pepijnstraat, van Bornestraat,

    • Ruijsstraat, Witherenstraat, Steegstraat en Maasbreesestraat met inbegrip van deze straten, singels, kaden, wegen, pleinen en poorten behoudens de Ruijsstraat, de zuidzijde van de Steegstraat, de Maasbreesestraat.

  • 2.

    Het aantal per woonadres af te geven bewonerbelanghebbende-parkeerabonnementen bedraagt voor het gebied:

    • -

      Centrum Binnenstad: één;- Binnenstad Noord-Oost:: twee;

    • -

      Binnenstad Noord: twee;

    • -

      Mgr. Nolensplein: één

    • -

      Venlo-Oost: twee;

    • -

      Venlo-Zuid: één;

    • -

      Blerick Centrum: één.

  • Met dien verstande dat aan een bewonerbelanghebbende niet voor meer dan één gebied een bewonerbelanghebbende-parkeerabonnement wordt afgegeven.

  • 3.

    Met het bewonerbelanghebbende-parkeerabonnement mag worden geparkeerd binnen het gehele gebied waarvoor het parkeerabonnement is afgegeven.

  • 4.

    Bij de aanvraag van een bewonerbelanghebbende-parkeerabonnement dient een uittreksel uit het bevolkingsregister, het kentekenbewijs van de auto en een legitimatiebewijs te worden overgelegd. Ingeval van leasevoertuigen dient een houderschapsverklaring te worden overgelegd.

  • 5.

    Een zakelijkbelanghebbende-parkeerabonnement wordt alleen afgegeven voor de gebieden Binnenstad Noord, Binnenstad Noord-Oost en Venlo-Oost.

  • 6.

    Het aantal per bedrijfsadres af te geven zakelijkbelanghebbende-parkeerabonnementen wordt bepaald aan de hand van het aantal (voltijds)werknemers. Het aantal werknemers blijkt uit een uittreksel van de Kamer van Koophandel tenzij blijkt dat de feitelijke situatie anders is. Per drie (voltijds)werknemers kan één zakelijkbelanghebbende-parkeerabonnement worden verstrekt met dien verstande dat per bedrijfsadres maximaal 10 zakelijkbelanghebbende-parkeerabonnementen kunnen worden afgegeven.

  • 7.

    Bij de aanvraag van een zakelijkbelanghebbende-parkeerabonnement dient een kentekenbewijs van het voertuig, een uittreksel van de Kamer van Koophandel waaruit blijkt dat op het adres inderdaad een bedrijf is gevestigd en waaruit tevens het aantal op dat adres bij dat bedrijf werkzame (voltijds)werknemers blijkt, een werkgeversverklaring inhoudende dat men op het onderhavige adres werkzaam is en een legitimatiebewijs te worden overgelegd. Ingeval van leasevoertuigen dient een houderschapsverklaring te worden overlegd.

Artikel 5

  • 1.

    Het belanghebbende-parkeerabonnement vermeldt tenminste:

    • a.

      het kenteken van het voertuig van belanghebbende, met dien verstande dat op één belanghebbende-parkeerabonnement twee kentekens mogen worden vermeld;

    • b.

      het gebied waarvoor het belanghebbende-parkeerabonnement is afgegeven.

  • 2.

    Het belanghebbende-parkeerabonnement vervalt:

    • a.

      degene, ten name van wie het parkeerabonnement is gesteld:

      • 1.

        het gedeelte der gemeente, genoemd in artikel 4, metterwoon verlaat of daar uitgeoefende beroep of bedrijf beëindigt;

      • 2.

        daarom verzoekt;

      • 3.

        geen houder van een voertuig meer is;

      • 4.

        is overleden;

    • b.

      er zich een wijziging voordoet in één van de omstandigheden die relevant waren voor het afgeven van het abonnement;

    • c.

      blijkt dat bij de aanvraag onjuiste gegevens zijn verstrekt.

Artikel 6 Maatstaf van heffing, belastingtarief en belastingtijdvak

De maatstaf van heffing, het belastingtarief en het belastingtijdvak zijn vermeld in de bij deze verordening behorende en daarvan deel uitmakende tarieventabel.

Artikel 7 Tijdstip van ontstaan van de belastingschuld

  • 1.

    De belasting bedoeld in artikel 1, onderdeel a, is verschuldigd bij de aanvang van het parkeren, dan wel bij de aanvang van het heffingstijdvak waarvoor het abonnement wordt verleend.

  • 2.

    De belasting bedoeld in artikel 1, onderdeel b, is verschuldigd op het tijdstip waarop de vergunning wordt verleend.

Artikel 8 Bepalingen omtrent aanvang en eindigen van de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak

  • 1.

    Bij aanvang van een abonnement bedraagt het tarief zoveel derde respectievelijk twaalfde gedeelte van het geldende tarief als er maanden niet verstreken zijn in het kwartaal respectievelijk jaar

  • 2.

    Indien de belastingplicht in de loop van het tijdvak waarvoor het abonnement is aangegaan eindigt, wordt op aanvraag ontheffing verleend. Belasting is dan verschuldigd over een kwartaal of over even zoveel kwartalen als er in dat jaar reeds begonnen zijn respectievelijk over een maand of over even zoveel maanden als er in dat kwartaal reeds begonnen zijn, met dien verstande dat de belasting nimmer hoger is dan het tarief van het te beëindigen abonnement.

Artikel 9 Wijze van heffing en termijnen van betaling

  • 1.

    De belasting bedoeld in artikel 1, onderdeel a, wordt geheven bij wege van voldoening op aangifte en moet worden betaald bij de aanvang van het parkeren, dan wel op de wijze en het tijdstip zoals is aangegeven op de parkeerapparatuur.

  • 2.

    De belasting bedoeld in artikel 1, onderdeel a, voor wat betreft de abonnementen, moet contant worden betaald op het tijdstip waarop het abonnement wordt verleend, dan wel binnen tien dagen na ontvangst van de gedagtekende nota of ander schriftuur.

  • 3.

    De belasting bedoeld in artikel 1, onderdeel b, wordt geheven bij wege van voldoening op aangifte en moet contant worden betaald op het tijdstip waarop de vergunning wordt verleend, dan wel binnen tien dagen na ontvangst van de gedagtekende nota of ander schriftuur.

  • 4.

    Een naheffingsaanslag moet terstond worden betaald.

  • 5.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de gestelde termijnen van dit artikel.

Artikel 10 Bevoegdheid tot aanwijzen

De aanwijzing van de plaatsen waar, het tijdstip en de wijze waarop tegen betaling van de belasting bedoeld in artikel 1, onderdeel a, geparkeerd mag worden, geschiedt in alle gevallen door het college van burgemeester en wethouders bij openbaar te maken besluit.

Artikel 11 Bevoegdheid tot gebruik wielklem en wegsleepregeling

  • 1.

    Tot zekerheid van de betaling van een naheffingsaanslag ter zake van de belasting bedoeld in artikel 1, onderdeel a, kan aan het voertuig een wielklem worden aangebracht, waardoor verhinderd wordt dat het voertuig wordt weggereden.

  • 2.

    Het college van burgemeester en wethouders wijst bij openbaar te maken besluit in alle gevallen de terreinen en weggedeelten aan waar de wielklem wordt toegepast.

  • 3.

    Indien na het aanbrengen van de wielklem 24 uren zijn verstreken, kan het voertuig naar een door de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar aangewezen plaats worden overgebracht en in bewaring worden gesteld.

Artikel 12 Kosten

  • 1.

    De kosten van de naheffingsaanslag ter zake van de belastingen bedoeld in artikel 1, onderdeel a, bedragen € 49,00.

  • 2.

    De kosten van het aanbrengen en van het verwijderen van de wielklem bedragen € 47,00.

  • 3.

    De kosten voor de overbrenging van het voertuig bedragen € 60,00;

  • de voorrijkosten bedragen € 63,00;

  • de kosten voor opslag en afgifte bedragen € 40,00 waarin inbegrepen de bewaarkosten voor de eerste 24 uur (of gedeelte daarvan). Bewaarkosten voor de volgende dagen bedragen € 14,00 per dag (of gedeelte daarvan). Een voertuig met aanhanger wordt voor de toepassing van de kosten voor overbrenging beschouwd als twee voertuigen.

  • 4.

    Het bedrag van de ingevolge het tweede en derde lid in rekening te brengen kosten wordt bij beschikking vastgesteld.

Artikel 13 Kwijtschelding

Bij de invordering van deze belasting wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 14 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de parkeerbelastingen.

Artikel 15 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De "Verordening parkeerbelastingen 2007" vastgesteld bij raadsbesluit van 29 november 2006, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de tweede dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2008.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening parkeerbelastingen 2008".

Tarieventabel zoals bedoeld in artikel 6 van en behorende bij de Verordening parkeerbelastingen 2008

I.

Het tarief voor het parkeren als bedoeld in artikel 1, onderdeel a, bedraagt voor:

A.

Parkeerplaatsen bij parkeerapparatuur, met uitzondering van parkeergarages:

1.

op het parkeerterrein Mgr. Nolensplein, per tijdseenheid van 21 minuten

€ 0,50

2.

op alle parkeerplaatsen bij parkeerapparatuur op de Spoorstraat,de Keulsepoort en het gedeelte van de Kwietheuvel gelegen aan de noord- en oostzijde van het Stadskantoor, per tijdseenheid van 14 minuten

€ 0,50

3.

op alle parkeerplaatsen bij parkeerapparatuur op de Lohofstraat, Prinsenhofstraat, Prinses Beatrixstraat, Ruijs de Beerenbrouckstraat, van Cleefstraat, Jan de Ververstraat, Mgr. Boermansstraat (weggedeelte tussen Deken van Oppensingel en Wilhelminastraat), Julianastraat en Wilhelminastraat, per dag

€ 9,80

4.

a. op alle overige parkeerplaatsen in het stadsdeel Venlo bij parkeerapparatuur, per tijdseenheid van 27 minuten

€ 0,50

b. op het parkeerterrein op de hoek van de Professor Gelissensingel en de Molensingel gelegen aan de zuidzijde (voorheen terrein “Van Gasselt”), het onder 4.a. genoemde tarief per uur, met een maximum per dag van vier uren.

5.

op alle parkeerplaatsen in het stadsdeel Blerick bij parkeerapparatuur, per tijdseenheid van 33 minuten

€ 0,50

6.

voor motorvoertuigen ingericht voor het vervoer van meer dan 8 personen, de bestuurder daaronder niet begrepen, als bedoeld in artikel 1, sub 1, van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990, op het parkeerterrein aan de Maaskade (het terrein aan de westzijde van het gedeelte van de Maaskade tussen Puteanusstraat en de Bolwaterstraat), per uur

€ 3,00

7.

voor een abonnement op parkeerterreinen in het stadsdeel Venlo, met uitzondering van het parkeerterrein Mgr. Nolensplein

a. alle dagen in de week:

- per kwartaal

€ 106,00

- per jaar

€ 390,00

b. maandag t/m vrijdag:

- per kwartaal

€ 81,00

- per jaar

€ 293,00

B.

Parkeerplaatsen in een parkeergarage:

1.

a.op alle parkeerplaatsen in de parkeergarages Roermondsepoort en Arsenaalplein, per tijdseenheid van 27 minuten

€ 0,50

met dien verstande dat in de parkeergarages Roermondsepoort en Arsenaalplein een tarief per nacht geldt van

€ 3,40

b. op alle parkeerplaatsen in de parkeergarage Nolensplein, per tijdseenheid van 21 minuten

€ 0,50

met dien verstande dat in de parkeergarage Nolensplein een tarief per nacht geldt van

€ 3,40

2.

voor een abonnement in de parkeergarage Roermondsepoort of Arsenaalplein:

a. alle dagen in de week:

- per kwartaal

€ 216,00

- per jaar

€ 840,00

b.van maandag t/m vrijdag:

- per kwartaal

€ 160,00

- per jaar

€ 638,00

3.

voor een abonnement in de parkeergarage Mgr. Nolensplein:

a. alle dagen in de week:

- per kwartaal

€ 324,00

- per jaar

€ 1.265,00

b.van maandag t/m vrijdag:

- per kwartaal

€ 239,00

per jaar

€ 952,00

c. voor een motorfiets:

• alle dagen in de week:

- per kwartaal

€ 107,00

- per jaar

€ 420,00

d. voor een motorfiets:

• van maandag t/m vrijdag:

- per kwartaal

€ 79,00

- per jaar

€ 319,00

C.

Abonnementen bewonerbelanghebbenden:

1. voor een abonnement voor parkeerterreinen met uitzondering van het Mgr. Nolensplein voor bewonerbelanghebbenden uit het gebied Centrum Binnenstad

per kwartaal

€ 27,30

per jaar

€ 95,00

2.

voor een abonnement voor de parkeergarage Roermondsepoort, of de parkeergarage Arsenaalplein, of de parkeergarage Nolensplein voor bewonerbelanghebbenden uit het gebied Centrum Binnenstad en het gebied Binnenstad Noord-Oost en het gebied Mgr. Nolensplein

per kwartaal

€ 76,00

per jaar

€ 278,00

3.

voor een abonnement op alle parkeerplaatsen bij parkeerapparatuur, met uitzondering van parkeergarages en parkeerterreinen, voor bewonerbelanghebbenden voor het gebied Binnenstad Noord-Oost

1. voor het eerste abonnement per woonadres, per jaar

€ 66,80

2. voor het tweede abonnement per woonadres

€ 334,00

4.

voor een abonnement op alle parkeerplaatsen bij parkeerapparatuur, met uitzondering van parkeergarages en parkeerterreinen, voor bewonerbelanghebbenden voor het gebied Binnenstad Noord

1. voor het eerste abonnement per woonadres, per jaar

€ 33,70

2. voor het tweede abonnement per woonadres, per jaar

€ 169,00

5.

voor een abonnement voor een motorfiets voor de parkeergarage Nolensplein voor bewonerbelanghebbenden uit het gebied Mgr. Nolensplein

per kwartaal

€ 25,30

per jaar

€ 93,00

6.

voor een abonnement voor op alle parkeerplaatsen bij parkeerapparatuur, voor bewonerbelanghebbenden uit het gebied Venlo-Oost

1. voor het eerste abonnement per woonadres, per jaar

€ 33,70

2. voor het tweede abonnement per woonadres, per jaar

€ 169,00

7.

voor een abonnement voor op alle parkeerplaatsen bij parkeerapparatuur, voor bewonerbelanghebbenden uit het gebied Venlo-Zuid

per jaar

€ 33,70

8.

voor een abonnement voor het Laurentiusplein, voor bewonerbelanghebbenden uit het gebied Blerick Centrum

per jaar

€ 33,70

9.

voor een abonnement voor bewonerbelanghebbenden op alle parkeerplaatsen bij parkeerapparatuur voor het gebied Blerick Centrum, met uitzondering van het Laurentiusplein als bedoeld in onderdeel C, lid 8, evenmin het terrein bij de Antoniuskerk gelegen op de hoek van de Helling/ de Antoniuslaan, en evenmin de Eerste Graaf van Loonstraat voor zover ten zuiden van de Urbanusstraat

per jaar

€ 33,70

D.

Abonnementen zakelijkbelanghebbenden:

1.

voor een abonnement op alle parkeerplaatsen bij parkeerapparatuur,met uitzondering van parkeergarages en parkeerterreinen, voor zakelijkbelanghebbenden voor het gebied Binnenstad Noord-Oost

per abonnement, per jaar

€ 334,00

2.

voor een abonnement op alle parkeerplaatsen bij parkeerapparatuur, met uitzondering van parkeergarages en parkeerterreinen,voor zakelijkbelanghebbenden voor het gebied Centrum Noord

1.voor het eerste abonnement per bedrijfsadres, per jaar

€ 33,70

2.voor het tweede en volgende abonnement per bedrijfsadres, per jaar

€ 169,00

3.

voor een abonnement op alle parkeerplaatsen bij parkeerapparatuur, voor zakelijkbelanghebbenden voor het gebied Venlo-Oost

1.voor het eerste abonnement per bedrijfsadres, per jaar

€ 33,70

2. voor het tweede en volgende abonnement per bedrijfsadres, per jaar

€ 169,00

E.

Bezoekersparkeerkaart:

1.

Voor een bezoekersparkeerkaart een basistarief van

€ 16,90

2.

verhoogd met een tarief per uur van

€ 0,50

met dien verstande dat per bezoekersparkeerkaart per jaar voor maximaal € 100 parkeertijd kan worden gekocht en de bezoekersparkeerkaart tot maximaal € 100 kan worden opgewaardeerd. Per woon- of bedrijfsadres wordt maximaal een bezoekersparkeerkaart afgegeven.

II.

Het tarief voor een vergunning als bedoeld in artikel 1, onderdeel b, bedraagt voor:

1a.

De navolgende “bedrijvenstraatjes":

- Italiëplaats;

- Dominicanenstraat;

- oostzijde van Aan Cedron;

- aan de rechterzijde van de rijbaan Kruisherenstraat;

- Bartelsplaats;

- Gildenstraat;

- Huzarenplaats;

- Brouwersplaats;

- achter de Kloosterstraat;

- achter de Wieën;

per kwartaal

€ 85,00

per jaar

€ 309,00

1b.

Buitenring Wilhelminapark (gedeeltelijk):

- noordzijde Helschriksel tussen het pand Helschriksel 62 en hetpand Bergstraat 1;

- het parkeerterrein aan de westzijde van het flatgebouw "de Sliënenberg":

per kwartaal

€ 59,70

per jaar

€ 224,00

III

Tijdseenheid

Gedeelten van de in deze tabel genoemde eenheden van tijdseenheid worden voor volle eenheden gerekend.

IV

Verlies of zoekraken

Het tarief voor het verstrekken van een nieuwe abonnementskaart c.q. nieuw vergunningsbewijs, in verband met verlies c.q. zoekraken van een geldend abonnement c.q. vergunningsbewijs, bedraagt

€ 20,20