Regeling vervallen per 01-01-2020

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Venray houdende regels voor de heffing en invordering van marktgelden (Verordening marktgelden 2020)

Geldend van 28-12-2019 t/m 31-12-2019

Intitulé

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Venray houdende regels voor de heffing en invordering van marktgelden (Verordening marktgelden 2020)

de raad van Venray

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 4 november 2019;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel a en b, van de Gemeentewet;

mede gezien het advies van de commissie Werken en Besturen van 27 november 2019;

besluit:

vast te stellen de volgende verordeningen:

VERORDENING VAN DE GEMEENTERAAD VAN VENRAY HOUDENDE REGELS VOOR DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN MARKTGELDEN 2020

(Verordening marktgelden 2020)

Artikel 1 Definities

  • a. Markt: de warenmarkt, die op de daartoe door of namens het college van B&W aangewezen plaats, dag en tijd wordt gehouden;

  • b. Standplaats: de op en voor de duur van de markt door of namens het college van burgemeester en wethouders aangewezen ruimte voor het uitoefenen van de markthandel;

  • c. Standplaatshouder: ieder aan wie door of namens het college van burgemeester en wethouders is toegestaan om gedurende een markt een standplaats te bezetten;

  • d. Frontbreedte van een standplaats: de lengte van de zijde van een standplaats die aan een voor het publiek geprojecteerde gang is gelegen;

  • e. Belastingjaar: kalenderjaar.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam 'marktgeld' worden rechten geheven ter zake van het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten, bestaande uit het ter beschikking stellen van een standplaats voor het uitoefenen van de markthandel en daarmee verband houdende handelingen en/of het gebruik van verstrekte hulpmiddelen, en het doen van promotie van de markt.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de standplaatshouder.

Artikel 4 Maatstaf van heffing

  • 1. De maatstaf van heffing voor de berekening van het recht is voor elke standplaats de frontbreedte in strekkende meters.

  • 2. Voor de berekening van de in artikel 5, lid 3 genoemde tarieven wordt een gedeelte van de genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 5 Belastingtarieven

  • 1. Het recht bedraagt per dag of gedeelte daarvan voor een in artikel 1 bedoelde standplaats per strekkende meter of gedeelte daarvan € 2,20.

  • 2. Het in lid 1 van dit artikel bedoelde marktgeld kan worden voldaan bij wijze van een kwartaalabonnement, in welk geval het recht bedraagt € 23,10 per strekkende meter of gedeelte daarvan per kalenderkwartaal.

Artikel 6 Wijze van heffing

  • 1. Het marktgeld wordt geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving.

  • 2. Het verschuldigde bedrag wordt in de kennisgeving, nota of andere schriftuur vermeld.

Artikel 7 Betalingstermijnen

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 is het marktgeld verschuldigd en moet worden betaald op het tijdstip dat een standplaats wordt ingenomen.

  • 2. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen indien het marktgeld bij wijze van abonnement wordt voldaan worden betaald in één termijn welke vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van de schriftelijke kennisgeving, nota of andere schriftuur is vermeld.

  • 3. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.

Artikel 8 Teruggaaf

  • 1. Teruggaaf van het recht, dat voldaan is bij wijze van kwartaalabonnement, vindt uitsluitend plaats indien belanghebbende van de standplaats door overmacht gedurende het kalenderkwartaal, waarvoor het recht is voldaan, minder dan achtmaal gebruik heeft kunnen maken.

  • 2. In het in het vorige lid bedoelde geval wordt het bedrag van de teruggaaf bepaald op het verschil tussen het bedrag van het bij wijze van kwartaalabonnement betaalde recht en het totaalbedrag van de op de voet van het bepaalde in artikel 4, eerste lid, te berekenen rechten voor de dagen, dat wel van de standplaats gebruik gemaakt is of kon worden.

Artikel 9 kwijtschelding

Bij de invordering van de marktgelden wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van marktgelden.

Artikel 11 Inwerkingtreding

  • 1. De 'Verordening marktgelden Venray 2019' vastgesteld bij raadsbesluit van 18 december 2018, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van bekendmaking.

  • 3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2020.

Artikel 12 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als 'Verordening marktgelden 2020'.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van 17 december 2019

, voorzitter

, raadsgriffier