Regeling vervallen per 01-01-2016

Verordening op de heffing en invordering van leges 2015

Geldend van 01-01-2015 t/m 31-12-2015

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van leges 2015

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 18 november 2014;

besluit vast te stellen de volgende Verordening op de heffing en de invordering van leges 2015 (LegesverordeningVianen2015).

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • ·

    a. ’dag’: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • ·

    b. ’week’: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • ·

    c. ’maand’: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand;

  • ·

    d. ’jaar’: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • ·

    e. 'kalenderjaar': de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

  • a.

    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

  • b.

    Het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument , dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handeling zijn verricht.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • ·

    a. diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening  (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • ·

    b. diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

  • ·

    c. het raadplegen van de bij de gemeente aanwezige informatie door ambtenaren, in de uitoefening van hun functie.

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • · 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • · 2. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990  moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • o

      a. mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • o

      b. schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 6 weken na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • o

      1. onderdeel 1.1.10 (akten burgerlijke stand);

    • o

      2. hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

    • o

      3. hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

    • o

      4. onderdeel 1.4.5 (papieren verstrekking uit gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens);

    • o

      5. hoofdstuk 6 (verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens);

    • o

      6. onderdeel 1.9 1 (verklaring omtrent het gedrag);

    • o

      7. hoofdstuk 16 (kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12 Overgangsrecht

  • · 1. De artikelen en tarieventabel van de “Verordening Vianen Leges 2014, eerste wijziging” vervallen met ingang van 1 januari 2015, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • · 2. Indien de datum van inwerkingtreding van titel 1 van de tarieventabel behorende bij deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijven de op grond van het eerste lid vervallen bepalingen gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

  • · 3. De op artikel 10 van de in het eerste lid genoemde verordening gebaseerde regels van het college worden geacht mede gebaseerd te zijn op artikel 11 van deze verordening.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • · 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van bekendmaking.

  • · 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2015.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening Vianen 2015.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 16 december 2014.

De griffier,

De voorzitter,

C.J. (Kees) Steehouwer

W.G. (Wim) Groeneweg

Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening Vianen 2015.

Titel 1 Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

1.1.1

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap op:

1.1.1.1

Op dinsdag en donderdag om 9.00 uur (kosteloos)

€  0,00

1.1.1.2

Op maandag t/m vrijdag, na 9.00 uur tot 16.00 uur

€ 454,60

 1.1.1.3

Op zaterdag

€ 909,30

1.1.1.4

Op een incidentele trouwlocatie maandag t/m vrijdag tussen 9.00 en 16.00 uur

€ 1017,35

 1.1.1.5

Op een incidentele trouwlocatie op een tijdstip buiten maandag t/m vrijdag tussen 9.00 en 16.00 uur

Zondagen, feestdagen, en door het college aangewezen brugdagen zijn uitgesloten voor het voltrekken van een huwelijk/registratie partnerschap.

 € 1.753,50

1.1.2

Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk indien daarbij gebruik gemaakt wordt van de trouwzaal of een andere door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte op:

1.1.2.1

Op dinsdag en donder om 9.00 uur (kosteloos)

€ 0,00

1.1.2.2

Op maandag t/m vrijdag, na 9.00 uur tot 16.00 uur

€ 454,60

 1.1.2.3

Op zaterdag

€ 909,30

1.1.2.4

Op een incidentele trouwlocatie maandag t/m vrijdag tussen 9.00 en 16.00 uur

€ 1017,35

 1.1.2.5

Op een incidentele trouwlocatie op een tijdstip buiten maandag t/m vrijdag tussen 9.00 en 16.00 uur.

Zondagen, feestdagen, en door het college aangewezen brugdagen zijn uitgesloten voor het voltrekken van een huwelijk/registratie partnerschap.

 € 1.753,50

1.1.2.6.

Voor het laten voltrekken van een huwelijk/geregistreerd partnerschap door een Buitengewoon Ambtenaar van de Burgerlijke Stand niet in dienst van de gemeente Vianen geldt een toeslag van

€ 112,60

1.1.3

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap of voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek, boven het krachtens artikel 1.1.1. verschuldigd mocht zijn

€ 116,00

1.1.4

Indien bij de voltrekking van een huwelijk of geregistreerd partnerschap of omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk gemeenteambtenaren als getuigen optreden, per gemeentelijke getuige bedraagt het tarief per half uur of gedeelte daarvan

€ 69,65

1.1.5

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

1.1.5.1

een trouwboekje of partnerschapboekje, of een duplicaat daarvan, in een normale uitvoering

€ 20,85

1.1.5.2

een trouwboekje of partnerschapboekje, of een duplicaat daarvan, in een luxe uitvoering

€ 41,75

1.1.5.3

een trouwboekje of partnerschapboekje, of een duplicaat daarvan, zonder omslag

€ 15,55

1.1.6

Het tarief bedraagt voor de verstrekking van een verklaring van huwelijksbevoegdheid

€ 22,60

1.1.7

Het tarief bedraagt terzake van:

het aanvragen van een uittreksel uit de registers van de burgerlijke stand van een andere gemeente boven de kosten van porto en van het uittreksel

€ 12,70

1.1.8

Het tarief bedraagt per kalenderjaar terzake van het afsluiten van een abonnement van een lijst waarop zijn vermeld:

1.1.8.1

alle geborenen, overledenen, ondertrouwden, gehuwden en geregistreerde partners, indien de lijsten:

1.1.8.1.1

elke werkdag worden verstrekt

€ 2323,40

1.1.8.1.2

éénmaal in de week worden verstrekt

€ 483,00

1.1.8.1.3

éénmaal in de maand worden verstrekt

€ 197,35

1.1.9

-alle geborenen;

-of alle overledenen;

-of alle ondertrouwden of alle gehuwden of alle geregistreerde partners:

1.1.9.1

Indien die lijsten éénmaal in de week worden verstrekt

€ 533,40

1.1.9.2

Indien die lijsten éénmaal in de maand worden verstrekt

€ 111,50

1.1.10

Bij toezending van de lijsten, genoemd onder 1.1.8 en 1.1.9, door middel van TNT post zijn de leges, genoemd onder 1.1.8 en 1.1.9, verschuldigd boven de kosten voor het verzenden van poststukken zoals deze laatstelijk algemeen bekend zijn gemaakt door de TNT post, zoals dat voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager is medegedeeld.

1.1.11

Het tarief bedraagt voor het doen van onderzoek in de registers van de burgerlijke stand en/of het bevolkingsregister, voor ieder daaraan besteed half uur of gedeelte daarvan

€ 58,00

1.1.12

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en de Nederlandse Identiteitskaart

1.2.

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:

1.2.1

Van een nationaal paspoort:

1.2.1.1

Voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 67,10

1.2.1.2

Voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 51,20

1.2.2

Voor een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort):

1.2.2.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 67,10

1.2.2

Voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 51,20

1.2.3.

Van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):

1..3.1

Voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of oude ris

€ 67,10

1.2.3.2

Voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 51,20

1.2.4

Van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

€ 51,20

1.2.5

Voor een Nederlandse identiteitskaart:

1.2.5.1

Voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 53,05

1.2.5.2

Voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 28,50

1.2.6

Voor een spoedlevering van de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde documenten, de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een bedrag van

€ 47,30

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

€ 38,50

1.3.2

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met

€ 35,10

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.4.2.1

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€ 12,70

1.4.2.2

tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van gegevens gedurende de periode van één jaar:

1.4.2.2.1

voor 100 verstrekkingen

€ 677,50

1.4.2.2.2

voor 500 verstrekkingen

€ 2.904,00

1.4.2.2.3

voor 1.000 verstrekkingen

€ 4.840,00

1.4.2.2.4

voor 5.000 verstrekkingen

€ 19.358,80

1.4.2.2.5

voor 10.000 verstrekkingen

€ 29.038,10

1.4.3

Voor de toepassing van onderdeel 1.4.4 wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon die niet zijn opgenomen in de basisregistratie personen.

1.4.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.4.4.1

tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking

€ 12,70

1.4.4.2

tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van gegevens gedurende de periode van één jaar:

1.4.4.2.1

voor 100 verstrekkingen

€ 2.249,60

1.4.4.2.2

voor 500 verstrekkingen

€ 5.790,60

1.4.4.2.3

voor 1.000 verstrekkingen

€ 9.929,00

1.4.5

Het tarief bedraagt, behoudens het bepaalde in artikel 78 van de Wet basisregistratie personen, ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een gewaarmerkt afschrift van hem betreffende gegevens in de basisadministratie als genoemd in de Wet basisregistratie personen, per afschrift

€ 12,70

1.4.6

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de basisregistratie personen, voor ieder daaraan besteed kwartier,zoals dat voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager is medegedeeld.

€ 28,95

Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het Kiezersregister: niet van toepassing

Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens

1.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een bericht als bedoeld in artikel 35 van de Wet bescherming persoonsgegevens:

1.6.1.1

bij verstrekking op papier, indien het afschrift bestaat uit:

1.6.1.1.1

ten hoogste 100 pagina’s, per pagina

€ 0,30

met een maximum per bericht van

€ 5,25

1.6.1.1.2

meer dan 100 pagina’s

€ 26,10

1.6.1.2

bij verstrekking anders dan op papier

€ 5,25

1.6.1.3

dat bestaat uit een afschrift van een, vanwege de aard van de verwerking, moeilijk toegankelijke gegevensverwerking

€ 26,10

1.6.2

Indien voor hetzelfde bericht op grond van de onderdelen 1.6.1.1, 1.6.1.2 en 1.6.1.3 meerdere vergoedingen kunnen worden gevraagd, wordt slechts de hoogste gevraagd.

1.6.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzet als bedoeld in artikel 40 van de Wet bescherming persoonsgegevens

€ 5,25

Hoofdstuk 7 Bestuursstukken

1.7.1

Het tarief bedraagt voor de afgifte van:

1.7.1.1

een exemplaar van de product begroting

€ 91,30

1.7.1.2

een exemplaar van de programma begroting

€ 40,10

1.7.1.3

een exemplaar van de kadernota

€ 13,25

1.7.1.4

een exemplaar van de programma rekening

€ 57,00

1.7.1.5

Een exemplaar van de product rekening

€ 60,85

1.7.2.

Het tarief bedraagt voor de afgifte van:

1.7.2.1

Een exemplaar van de stukken behorende bij een raadsvergadering, inclusief verzendkosten

€ 10,45

1.7.3

Terzake van het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar:

1.7.3.1

Op de stukken behorende bij de raadsvergadering, inclusief verzendkosten

€ 102,20 

1.7.3.1.1

Indien de stukken op het bestuurssecretariaat afgehaald worden

€ 71,75

1.7.3.1.2

Indien een abonnement wordt afgesloten in de loop van een kalenderjaar, wordt het tarief voor het resterende gedeelte van het kalenderjaar vastgesteld op een evenredig deel van het tarief, dat voor een kalenderjaar is verschuldigd.

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie

1.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.8.1.1

voor een administratieve inzage in de kadastrale gegevens, per perceel

€ 28,95

1.8.1.2

tot het verstrekken van een fotokopie van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in onderdeel 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan:

1.8.1.2.1

in formaat A4 of kleiner, per bladzijde

€ 0,50

1.8.1.2.2

in formaat A3

€ 1,00

1.8.1.3

tot het verstrekken van een kopie van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in onderdeel 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan, per dm2 lichtdruk:

conform de kostenraming zoals deze voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager is medegedeeld.

1.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit:

1.8.2.1

de gemeentelijke basisregistratie adressen of de gemeentelijke basisregistratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen

€ 28,95

1.8.2.2

de legger bedoeld in artikel 27 van de Wegenwet

€ 28,95

1.8.2.3

de inschrijving in het register bedoeld in artikel 6, eerste lid, van de Monumentenwet 1988

€ 28,95

1.8.2.4

het openbare register van beschermde monumenten bedoeld in artikel 20 van de Monumentenwet 1988

€ 28,95

1.8.2.5

het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen

€ 14,50

1.8.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van kopieën van het gemeentelijk:

1.8.3.1

-adressenbestand,

-relatiebestand adres-kadastraal perceel,

-adrescoördinatenbestand

of gedeelten hiervan:

conform de kostenraming zoals dat voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager is medegedeeld.

Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken

1.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.9.1

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag

€ 30,05

1.9.2

tot het verkrijgen van een attestatie de vita

€ 12,70

1.9.3

tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening

€ 19,30

1.9.4

tot het ter legalisatie opzenden van een stuk

€ 48,30

Hoofdstuk 10 Gemeentearchief

1.10.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van afdrukken van foto's:

de externe laboratoriumkosten, vermeerderd met 20%, blijkend uit een begroting die terzake door of vanwege het college is opgesteld.

1.10.2

Het tarief bedraagt ter zake van het doen van onderzoek, ongeacht het resultaat, in de in het gemeentearchief berustende stukken door een ambtenaar van de gemeente per half uur of een gedeelte daarvan

€ 58,00

1.10.3

Voor de toepassing van 6.2. wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van de kosten aan de aanvrager ter kennis is gebracht.

1.10.4

Indien de werkelijke kosten minder bedragen dan het aan de hand van de begroting geraamde bedrag, wordt voor het verschil teruggaaf verleend.

Hoofdstuk 11 Huisvestingswet

1.11

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.11.1

tot het verkrijgen van een huisvestingsvergunning als bedoeld in de Huisvestingswet

€ 19,30

1.11.2

tot het verkrijgen van een vergunning tot gehele of gedeeltelijke onttrekking van woonruimte aan de bestemming tot bewoning als bedoeld in de Huisvestingswet

€ 173,90

1.11.3

tot het verkrijgen van een vergunning tot samenvoeging van woonruimte met andere woonruimte als bedoeld in de Huisvestingswet

€ 173,90

1.11.4

tot het verkrijgen van een vergunning tot omzetting van zelfstandige woonruimte in onzelfstandige woonruimte als bedoeld in de Huisvestingswet

€ 173,90

1.11.5

tot het verkrijgen van een huisvestigingsvergunning op grond van een sociale urgentie

€ 112,60

1.11.6

tot het verkrijgen van een huisvestigingsvergunning op grond van een medische urgentie

€ 337,50

Hoofdstuk 12 Leegstandwet

1.12

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.12.1

tot het verkrijgen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet

€ 116,00

1.12.2

tot verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, vierde lid, van de Leegstandwet

€ 58,00

Hoofdstuk 13 Gemeentegarantie: niet van toepassing

Hoofdstuk 14 Marktstandplaatsen: niet van toepassing

Hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet

1.15

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.15.1

voor een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet of het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet

€ 40,55

1.15.2

tot het verlenen van toestemming om een in onderdeel 1.15.1 bedoelde ontheffing over te dragen aan een ander

€ 40,55

1.15.3

tot het intrekken of wijzigen van een in onderdeel 1.15.1 bedoelde ontheffing

€ 20,25

Hoofdstuk 16 Kansspelen

1.16.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

1.16.1.1

voor een periode van twaalf maanden voor één speelautomaat

€ 56,50

1.16.1.2

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer speelautomaten, voor de eerste speelautomaat

€ 22,50

en voor iedere volgende speelautomaat

€ 34,00

1.16.1.3

voor een tijdvak korter dan twaalf maanden of langer dan twaalf maanden doch ten hoogste vier jaar: de in 1.16.1.1 en 1.16.1.2 genoemde bedragen naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning.

1.16.1.4

voor een periode van meer dan vier jaar (onbepaalde tijd) vooréén speelautomaat

€ 226,50

1.16222222222.1.5

voor een periode van meer dan vier jaar (onbepaalde tijd) voor twee speelautomaten

€ 362,50

1.16.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

€ 45,00

1.16.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 28 van de Wet op de kansspelen (prijsvraagvergunning)

€ 45,00

Hoofdstuk 17 Kinderopvang

1.17

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

1.17.1

Het in exploitatie nemen van een kindercentrum (dagopvang en/of buitenschoolse opvang) of gastouderbureau als bedoeld in artikel 1.45, lid 1, van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen

€ 1.454,80

1.17.2

Het bieden van gastouderopvang als bedoeld in artikel 1.45, lid 2, van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen:

1.17.2.1

Indien de opvang plaats vindt op het woonadres van een vraagouder

€ 365,90

1.17.2.2

Indien de opvang plaats vindt op het woonadres van de gastouder

€ 821,95

1.17.3

Het in exploitatie nemen van een peuterspeelzaal als bedoeld in artikel 2.2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen

€ 821,95

Hoofdstuk 18 Kabels en leidingen

1.18

Aanvraag/Melding voor instemming/vergunning voor werkzaamheden aan kabels en/of leidingen

1.18.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4 eerste lid Telecommunicatiewet, dan wel een aanvraag voor een vergunning voor het aanleggen van overige kabels en/of leidingen

€ 385,75

1.18.1.1

Het bedrag genoemd in 1.18.1 wordt, bij aaneengesloten graafwerkzaamheden over een lengte van 25 meter of meer, voor het uitvoeren van coördinatie en toezicht met een toeslag over de bemeten sleuflengte per strekkende meter sleuf verhoogd met

€ 1,40

1.18.1.2

Het bedrag genoemd in 1.18.1 wordt, indien overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, verhoogd met

per uur, welk bedrag voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager wordt medegedeeld.

€ 92,60

1.18.1.3

Het bedrag genoemd in 1.18.1 wordt, indien de aanvrager verzoekt om inhoudelijke afstemming bij de beoordeling verhoogd met

per uur, welk bedrag voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager wordt medegedeeld.

€ 92,60

1.18.1.4

Het bedrag genoemd in 1.18.1 wordt, indien met betrekking tot een aanvraag/melding onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college is opgesteld.

1.18.1.5

Indien een begroting als bedoeld in 1.18.1.4 is uitgebracht, wordt een aanvraag/melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

1.18.2

Indien het spoedeisende werkzaamheden betreft dan wel calamiteiten is er geen leges verschuldigd.

€ 0,00

1.18.3

indien het betreft werkzaamheden in tegel-, klinker- en sierbestratingen, alsmede gesloten verhardingen, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond verhoogd met de degeneratie vergoeding zoals deze jaarlijks wordt vastgesteld door de VNG en staan vermeld op www.vng.nl

1.18.3.1

indien het betreft werkzaamheden in bermen, groenstroken en dergelijke, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, is geen vergoeding verschuldigd mits melder het werk oplevert zoals het was.

Hoofdstuk 19 Verkeer en vervoer

1.19

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.19.1

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990

€ 41,65

1.19.2

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen

€ 41,65

1.19.3

tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

€ 116,00

1.19.4

tot het verkrijgen en aanleggen van een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken

€ 103,00

1.19.5

tot het tussentijds wijzigen van een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken; hetzij het aanbrengen van een nieuw kenteken op het onderbord dan wel het verhuizen van een parkeerplaats naar een andere locatie of naar een ander woonadres

€ 51,50

Hoofdstuk 20 Diversen

1.20.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.20.1.1

voor een ontheffing voor het parkeren van een voertuig in de parkeerschijfzone

 € 24,30

1.20.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.20.2.1

gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 9,70

1.20.2.2

afschriften, doorslagen, fotokopieën, (reader)prints of scans van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

1.20.2.2.1

per pagina op papier van A4-formaat

€ 0,50

1.20.2.2.2

per pagina op papier van een ander formaat

€ 1,00

1.20.2.3

kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in de onderdelen 1.20.2.1 en 1.20.2.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk: conform de kostenraming zoals deze voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager is medegedeeld

1.20.2.4

een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€ 34,90

1.20.2.5

stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 34,90

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

2.1.1.1

Vervallen.

2.1.1.2

bouwkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de “Uniforme administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd.

Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft.

Indien er enige onduidelijkheid is over de aanneemsom doordat deze onverklaarbaar lager is, wordt voor de vaststelling van de bouwkosten uitgegaan van de taxatieboekjes van de reeks (Her)bouwkosten van het betreffende belastingjaar uitgegeven door BIM media. Deze werkwijze is tevens opgenomen in de beleidsregel “Beleidsregel Vaststellen Bouwkosten”.

2.1.1.3

Vervallen.

2.1.1.4

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

UAV 2012

2.1.4

UAV 2012: Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 2012.

Aanneemsom

2.1.5

De aanneemsom: het bedrag, waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen, de omzetbelasting daarin niet begrepen.

Aannemer

2.1.6

De aannemer: de natuurlijke of rechtspersoon, aan wie het werk is opgedragen.

Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag

2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

2.2.1

om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project/conceptaanvraag op basis van het bestemmingsplan vergunbaar is

€ 112,60

2.2.2

om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project/conceptaanvraag in het kader van de archeologie vergunbaar is

€ 112,60

2.2.3

om beoordeling van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning

€ 457,90

de legesbedragen genoemd onder 2.2.1, 2.2.2 en 2.2.3 worden op het totale legesbedrag in mindering gebracht wanneer binnen 6 maanden een aanvraag om omgevingsvergunning wordt ingediend, waarbij ontwerpplan nagenoeg gelijk is aan het definitieve ontwerp.

De le ges worden niet teruggegeven:

-als er een negatief principestandpunt wordt ingenomen ;

-als er wel een positief standpunt is, maar geen aanvraag volgt;

-als er niet binnen 6 maanden een aanvraag om een omgevingsvergunning wordt ingediend .

2.2.4 

om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project/conceptaanvraag welstandshalve toelaatbaar is en hiervoor een advies van de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit wordt ingewonnen:

€ 112,60

2.2.5

de onder 2.2.1 t/m 2.2.4 vermelde legeskosten worden éénmaal verhoogd met administratiekosten:

€ 32,80

2.2.6

om beoordeling van een principeverzoek in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is:

€ 457,90

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

2.3.1

Bouwactiviteiten

2.3.1.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.1.1.1

indien de bouwkosten minder dan € 50.000 bedragen:

€ 266,15

vermeerderd met

van de bouwkosten

3,5 %

2.3.1.1.2

indien de bouwkosten € 50.000 tot € 100.000 bedragen:

€ 266,15

vermeerderd met

van de bouwkosten;

 3,7 %

2.3.1.1.3

indien de bouwkosten € 100.000 tot € 250.000 bedragen:

€ 405,70

vermeerderd met

van de bouwkosten;

 3,6 %

2.3.1.1.4

indien de bouwkosten 250.000 tot € 500.000 bedragen:

€ 695,55

vermeerderd met

van de bouwkosten;

 3,5 %

2.3.1.1.5

indien de bouwkosten € 500.000 of meer bedragen:

€ 3593,75

vermeerderd met

van de bouwkosten;

 3,0 %

 2.3.1.2.

 Vervallen

Advies agrarische beoordelingscommissie (Abc)

2.3.1.3.

Indien onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 bij de agrarische beoordelingscommissie een advies moet worden ingewonnen, bedraagt het tarief:

2.3.1.3.1

 Standaardadvies bestaande bedrijven:

€ 599,20

2.3.1.3.2

Inzake nieuwe vestigingen en/of beoordeling van een bedrijfsplan:

€ 702,50

2.3.1.3.3

Voor het uitbrengen van adviezen door de commissie Abc naar aanleiding van uitspraken van een commissie voor de Bezwaarschriftencommissie en/of bij gerechtelijke uitspraken:

€ 743,80

2.3.1.3.4

Nadere adviezen op eerder uitgebrachte adviezen:

€ 351,25

Achteraf ingediende aanvraag

2.3.1.4.

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1, 2.3.2., 2.3.5, 2.3.6.1.1, 2.3.6.1.2, 2.3.7.2, 2.3.7.3 en 2.3.9. wordt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de activiteit verhoogd met:

50 %

van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges, met een minimum van

 € 579,65

Beoordeling aanvullende gegevens

2.3.1.5

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief voor het beoordelen van aanvullende gegevens:

€ 231,85

Buiten behandelingstelling aanvraag

 2.3.1.6

Het tarief voor het buiten behandeling stellen van een aanvraag bedraagt:

€ 172,15

Welstand

 2.3.1.7

Indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwactiviteit waarvoor een omgevingsvergunning moet worden verleend en hiervoor het advies van de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit moet worden ingewonnen. Wordt het overeenkomstig 2.3.1. berekende bedrag verhoogd met, indien de bouwkosten bedragen:

 2.3.1.7.1

Minder dan € 4.000,--

 € 45,00

 2.3.1.7.2

Minder dan € 25.000,--

 € 45,00

 2.3.1.7.3

€ 25.000,-- of meer, doch minder dan € 120.000,--

te vermeerderen met 1,80 ‰ van de bouwkosten*

 € 0,00

 2.3.1.7.4

€ 120.000,-- of meer, doch minder dan € 230.000,--

te vermeerderen met 1,80 ‰ van de bouwkosten*

 € 0,00

 2.3.1.7.5

€ 230.000,-- of meer, doch minder dan€ 455.000,--

te vermeerderen met 1,8 ‰ van de bouwkosten*

 € 0,00

 2.3.1.7.6

€ 455.000,-- of meer

 € 2.250,00

 *

Bedragen die verband houden met de welstandstoetsing worden op € 5,00 naar boven afgerond.

Extra welstandstoets

 2.3.1.8

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien zich tijdens de beoordeling van de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wijzigingen voordoen in het bouwplan en daarvoor een nieuwe welstandstoets noodzakelijk is:

€ 0,00

2.3.2

Aanlegactiviteiten

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 347,80

 2.3.2.1

 Verhogingen

Het verschuldigde bedrag op grond van onderdeel 2.3.2. wordt, indien de aanvraag van een aanlegvergunning:

 2.3.2.1

Krachtens wettelijk voorschrift slechts kan worden afgehandeld wanneer een archeologisch bodemrapport wordt beoordeeld, verhoogd met 

€ 768,15 

 2.3.2.2

Betrekking heeft op een werk of werkzaamheden ten aanzien waarvan artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3 ̊, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking) wordt toegepast, verhoogd met

 € 11.412,70

 2.3.2.3

Betrekking heeft op een werk of werkzaamheid ten aanzien waarvan artikel 2.12 lid 1a sub 1 ̊ of 2 ̊ van de Wabo wordt toegepast, verhoogd met

 € 660,70

 2.3.2.4

Betrekking heeft op een werk of werkzaamheid ten aanzien waarvan artikel 3.1 van de Wet ruimtelijke ordening (vaststellen bestemmingsplan op aanvraag) op aanvraag wordt toegepast, verhoogd met:

 € 7.539,80

 2.3.2.5

Betrekking heeft op een werk of werkzaamheid ten aanzien waarvan een ontheffing als bedoeld in artikel 6.12, zesde lid, (ontheffing verbod uitwerkingsplan) van de Wet ruimtelijke ordening wordt verleend, verhoogd met:

 € 660,70

 2.3.2.6

vervallen.

Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit

 2.3.3

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1:

2.3.3.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 660,70

2.3.3.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€ 892,55

2.3.3.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€ 11.699,75

2.3.3.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):

€ 660,70

2.3.3.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 660,70

2.3.3.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 660,70

2.3.3.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 660,70

2.3.3.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 660,70

 2.3.3.9

 Het verschuldigde bedrag op grond van onderdeel 2.3.1 wordt, indien artikel 3.6 eerste lid onder a van de Wet ruimtelijke ordening, (wijzigingsbevoegdheid) wordt toegepast, verhoogt met:

€ 2.863,25

 2.3.3.10

 Het verschuldigde bedrag op grond van artikel 2.3.1. wordt, indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk ten aanzien waarvan artikel 3.1 van de Wet ruimtelijke ordening (vaststellen bestemmingsplan op aanvraag) op aanvraag wordt toegepast, verhoogd met:

 € 7.359,80

 2.3.3.11

 Het verschuldigde bedrag op grond van onderdeel 2.3.1. wordt, indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk ten aanzien waarvan artikel 3.3 lid 1 van de Wabo (doorbreking aanhoudingsplicht) van de Woningwet wordt toegepast, verhoogd met:

 € 660,70

 2.3.3.12

 Het verschuldigde bedrag op grond van onderdeel 2.3.1. wordt, indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk ten aanzien waarvan een ontheffing als bedoeld in artikel 6.12, zesde lid, (ontheffing verbod uitwerkingsplan) van de Wet ruimtelijke ordening wordt verleend, verhoogd met:

 € 742,85

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

 2.3.4.

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.4.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 742,85

2.3.4.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€ 973,60

2.3.4.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€ 11480,25

2.3.4.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking)

€ 742,85

2.3.4.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 742,85

2.3.4.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 742,85

2.3.4.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 742,85

2.3.4.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 742,85

 2.3.4.9

Vervallen

 2.3.4.10

Vervallen

 2.3.4.11

Vervallen

 2.3.4.12

 vervallen

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

 2.3.5

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 695,55

2.3.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

2.3.6.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.6.1.1

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:

€ 347,80

2.3.6.1.2

voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 347,80

2.3.6.1.3

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een melding voor ondergeschikte (bouw)activiteiten gelegen in de binnenstad (bestemmingsplan Binnenstad)

€ 196,70

2.3.6.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 2.3.6.3

Indien de aanvraag betrekking heeft op:

-bouwplannen gelegen in het bestemmingsplan Binnenstad

-of een bouwplan waarvoor een monumentenvergunning is vereist en hiervoor het advies van de Erfgoedcommissie moet worden ingewonnen wordt het onder 2.3.6.1, vermelde bedrag verhoogd met

2.3.6.3.1

Indien behandeld in de kleine Erfgoedcommissie

€ 112,60

2.3.6.3.2

Indien behandeld in de grote Erfgoedcommissie

€ 337,65

 2.3.6.4

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het overschrijven van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1., eerste lid, onder f, van de Wabo bedraagt

 € 116,00

2.3.7

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht

2.3.7.1

vervallen

2.3.7.1.1

in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, of waarvoor op grond van een provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo:

€ 215,20

2.3.7.1.2

Vervallen

 2.3.7.1.3

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het overschrijven van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, g, en 2.2 eerste lid onder b̊ en c van de Wabo bedraagt

€ 116,00

2.3.7.2

Vervallen

 2.3.7.3

Vervallen

Aanleggen of veranderen weg

2.3.8

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 173,85

2.3.9

Kappen

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 391,40

2.3.10

Opslag van roerende zaken

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie of de gemeente, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of een artikel in de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

2.3.10.1

indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder j, van de Wabo:

€ 173,85

2.3.10.2

indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder k, van de Wabo:

€ 116,00

2.3.11

Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998

2.3.11.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief:

€ 39,40

2.3.11.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998

€ 39,40

2.3.12

Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, voor de periode van één jaar, bedraagt het tarief

€ 116,00

 2.3.12.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, voor de periode van meer dan één jaar, bedraagt het tarief

 € 173,85

Handelsreclame

2.3.12.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanbrengen van handelsreclame met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook die zichtbaar is vanaf een voor publiek toegankelijke plaats waarvoor ingevolge van een bepaling in een provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist en niet tevens sprake is van een activiteit als bedoeld in artikel 2.3.1 bedraagt het tarief:

€ 116,00

2.3.12.2.1

Indien de activiteit bestaat uit het maken of voeren van die handelsreclame bedoeld in artikel 2.2, aanhef en lid 1, onder h van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 116,00

2.3.12.2.2

vervallen

2.3.13

Andere activiteiten

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

2.3.13.1

behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 116,00

2.3.13.2

behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 € 116,00

2.3.13.2.1

als het een gemeentelijke verordening betreft:

€ 116,00

2.3.13.2.2

als het een provinciale of waterschapsverordening betreft:

het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Omgevingsvergunning in twee fasen

 2.3.14

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.14.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

2.3.14.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

2.3.15

Beoordelen rapport (bodemrapport, akoestisch rapport en archeologisch rapport)

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

2.3.15.1

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport

€ 217,00

2.3.15.2

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport

€ 768,15

2.3.15.2.1

voor het beoordelen van een archeologisch – historisch onderzoek

€ 768,15

 2.3.15.3

Voor de uitvoering van een historisch bodemonderzoek

€ 86,85

2.3.15.4

Voor het beoordelen van de onderzoeksopzet van het verkennend bodemonderzoek

€ 42,35

2.3.15.4.1

Voor het beoordelen van een akoestisch rapport

€ 217,00

2.3.15.5

Voor de beoordeling van de resultaten van een saneringsplan

€ 260,50

2.3.15.6

Bij saneringskosten van ten hoogste € 100.000,--

2.3.15.6.1

Voor beoordeling nader (sanerings)onderzoek

€ 351,00

2.3.15.6.2

Voor beoordeling saneringsplan

€ 351,00

2.3.15.7

Bij saneringskosten tussen € 100.000 en € 500.000

2.3.15.7.1

Voor beoordeling nader (sanerings)onderzoek

€ 678,15

2.3.15.7.2

Voor beoordeling saneringsplan

€ 678,15

2.3.15.8

Bij saneringskosten hoger dan € 500.000

2.3.15.8.1

Voor beoordeling nader (sanerings)onderzoek

€ 1.356,20

2.3.15.8.2

Voor beoordeling saneringsplan

€ 1.356,20

2.3.16

Advies

2.3.16.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.3.16.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.3.17

Verklaring van geen bedenkingen

2.3.17.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

2.3.17.1.1

indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

€ 116,00

2.3.17.1.2

indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.3.17.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Hoofdstuk 4 Vermindering

2.4.

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg of beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3 (zie ook artikel 2.2.3).

2.4.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan drie activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18. De vermindering bedraagt:

2.4.2.1

bij 4 activiteiten:

2 %

Van de voor die activiteiten verschuldigde leges;

2.4.2.2

bij 5 activiteiten:

3 %

van de voor die activiteiten verschuldigde leges;

2.4.2.3

bij 6 of meer activiteiten:

5 %

van de voor die activiteiten verschuldigde leges.

2.4.2.4

Als de gemeente een omgevingsvergunning verleend en bij het opleggen van de legesaanslag blijkt dat de verschuldigde leges hoger is dan de vastgestelde bouwkosten bestaat recht op 50 procent vermindering van deze leges, met dien verstande dat dit bedrag niet lager mag zijn dan het bedrag genoemd in artikel 2.3.1.1.1 (minimaal bedrag).

De leges van – tijdens de behandeling – uitgezette adviezen worden wel geheven.

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges met uitzondering van reeds opgevraagde en/of beoordeelde adviezen.

De teruggaaf bedraagt:

2.5.1.1

indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 4 weken na het in behandeling nemen ervan

80%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

2.5.1.2

indien de aanvraag wordt ingetrokken na 4 weken en binnen 8 weken na het in behandeling nemen ervan

60%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

2.5.1.3

indien de aanvraag wordt ingetrokken na 8 weken en binnen 26 weken na het in behandeling nemen ervan

40%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 3 jaren na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

10%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

2.5.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat geen aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges.

2.5.3.2

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

2.5.4

Minimumbedrag voor teruggaaf

Het minimumtarief dat na vermindering als bedoeld in 2.5.1 wordt geheven bedraagt:

 € 172,15

2.5.5

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend.

Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning

2.6

vervallen

Hoofdstuk 7 Overig

Vergunningsvrij

2.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot afgifte van een verklaring dat een bouwwerk vergunningsvrij is:

€ 173,85

2.7.1.1

Vervallen.

Verstrekking formulieren

2.7.2

Ter verkrijging van een set formulieren voor het aanvragen van een vergunning als bedoeld in dit hoofdstuk van deze tabel

€ 17,40

Rioolaansluitingen

2.7.3

Een rioolaansluitvergunning voor maximaal 3 rioolaansluitingen

€ 338,10

2.7.3.1

Een rioolaansluitvergunning voor 4 of meer rioolaansluitingen

€ 695,55

2.7.3.2

Een vergunning tot het wijzigen of intrekken van de rioolaansluitvergunning

€ 116,00

2.7.3.3

Overschrijven op een andere naam. Voor het wijzigen van de tenaamstelling is verschuldigd:

€ 86,10

Beoordelen Veiligheidsplannen

2.7.4

Het tarief bedraagt voor het beoordelen van veiligheidsplannen t.b.v. bouw-, sloop-, of aanlegvergunningen of gebruikswijzigingen van gronden of bebouwing

€ 258,30

Publicaties

2.7.5

Indien op grond van een wettelijk voorschrift, circulaire of richtlijn voor het verlenen van een omgevingsvergunning alsmede de ten behoeve hiervan te voeren ruimtelijke procedure, publicatie moet plaatsvinden wordt het tarief als bedoeld onder 2.3 verhoogd met

€ 116,00

Verstrekken van informatie

2.7.6.

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van informatie uit een bestemmingsplan, een ander beleidsplan en/of regelgeving, voor ieder daaraan besteed kwartier of een gedeelte daarvan bedraagt

€ 28,95

Hoofdstuk 8 Bestemmingswijziging zonder activiteiten

Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten.

2.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening:

€ 7.539,80

2.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening

€ 2.863,25

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1 Horeca

3.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet

€ 260,85

3.1.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet

€ 86,95

3.1.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet

€ 68,90

3.1.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het wijzigen van een leidinggevende als bedoeld in artikel 30a van de Drank- en Horecawet

€ 116,00

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten

3.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2.25, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening (evenementenvergunning)

Niet commerciële evenementen

3.2.1.1

een kleinschalig vergunningsplichtig evenement

€ 116,00

3.2.1.2

een grootschalig evenement

€ 347,80

Commerciële evenementen

Hieronder moet worden verstaan evenementen die toegankelijk zijn op vertoning van een toegangsbewijs en/of een winstoogmerk hebben.

3.2.1.3.

Indien de tijd welke van gemeentewege aan de behandeling van de aanvraag wordt besteed niet meer dan 1,5 uur bedraagt

€ 116,00

3.2.1.4.

Indien de tijd welke van gemeentewege aan de behandeling van de aanvraag wordt besteed meer dan 1,5 uur maar niet meer dan 3 uur bedraagt

€ 545,90

3.2.1.5.

Indien de tijd welke van gemeentewege aan de behandeling van de aanvraag wordt besteed meer dan 3 uur maar niet meer dan 10 uur bedraagt

€ 1032,10

3.2.1.6.

Indien de tijd welke van gemeentewege aan de behandeling van de aanvraag wordt besteed meer dan 10 uur maar niet meer dan 15 uur bedraagt

€ 1.718,65

3.2.1.7.

Indien de tijd welke van gemeentewege aan de behandeling van de aanvraag wordt besteed meer bedraagt dan 15 uur

€ 2.120,40

conform de urenraming zoals dat voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager is medegedeeld.

Verhoging

3.2.1.8.

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 3.2.1.2. t/m 3.2.1.7. wordt het tarief verhoogd met:

Indien het een evenement met een verhoogd risicoprofiel betreft.

€ 347,80

3.2.1.9

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 3.2.1.1 t/m 3.2.1.8 wordt het tarief voor het in behandeling nemen van een spoedaanvraag verhoogd met:

50 %

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven

3.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

3.3.1

een exploitatievergunning of wijziging van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3.4, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening:

3.3.1.1

voor een seksinrichting

€ 869,45

3.3.1.2

voor een escortbedrijf

€ 869,45

3.3.2

wijziging van een exploitatievergunning in verband met uitsluitend een wijziging van het beheer in een seksinrichting of escortbedrijf:

3.3.2.1

voor een seksinrichting

€ 434,75

3.3.2.2

voor een escortbedrijf

€ 434,75

Hoofdstuk 4 Splitsingsvergunning woonruimte

3.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een splitsingsvergunning als bedoeld in de Huisvestingswet

€ 173,85

Hoofdstuk 5 Leefmilieuverordening: niet van toepassing

Hoofdstuk 6 Brandbeveiligingsverordening

 Tijdelijke inrichtingen

 3.6

 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een gebruiksvergunning voor een tijdelijke inrichting, als bedoeld in artikel 2 van de Brandbeveiligingsverordening Vianen 2012:

 3.6.1

 Voor een tijdelijke inrichting waarin gelijktijdig maximaal 200 personen aanwezig kunnen zijn:

 € 153,85

 3.6.2

 Voor een tijdelijke inrichting waarin gelijktijdig maximaal 201 t/m 500 personen aanwezig kunnen zijn

 € 230,75

3.6.3

Voor een tijdelijke inrichting waarin gelijktijdig maximaal 500 t/m 2000 personen aanwezig kunnen zijn

€ 307,60

 3.6.4

 Voor een tijdelijke inrichting waarin gelijktijdig meer dan 2001 personen aanwezig kunnen zijn

 € 461,40

3.6.5

 Voor een herhaalde aanvraag voor eenzelfde tijdelijke inrichting

 € 76,85

Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

3.7

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

tot het verkrijgen van een vergunning om afvalwater of afvalstoffen te lozen

€ 338,10

3.7.1

tot het verkrijgen van een beschikking om wijziging, toevoeging, of intrekking van voorschriften, verbonden aan een vergunning als bedoeld onder 3.7

€ 87,00

3.7.2

vervallen

3.7.3

De in 3.7 t/m 3.7.1 genoemde bedragen worden, indien m.b.t. een aldaar bedoelde aanvraag adviezen worden ingewonnen van externe adviseurs, vermeerderd met een bedrag van de voorafgaande aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde externe advieskosten, blijkend uit een begroting die terzake door of vanwege het college is opgesteld.

Voor de toepassing van dit artikel wordt ene aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van de kosten aan de aanvrager ter kennis is gebracht. Indien de werkelijke advieskosten minder bedragen dan het aan de hand van de begroting geraamde bedrag, wordt voor het verschil teruggaaf verleend.

3.8

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een vergunning voor het na algemeen sluitingsuur geopend hebben van café en dergelijke inrichtingen:

voor het eerste uur of gedeelte daarvan

€ 58,00

voor de daarop volgende uren, per uur of gedeelte daarvan

€ 37,00

3.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

€ 34,90

Behoort bij besluit van de gemeenteraad van 16 december 2014.

mij bekend,

de griffier,

C.J. Steehouwer