Regeling vervallen per 29-12-2011

Aanwijzingsbesluit Parkeren 2011-02

Geldend van 29-12-2011 t/m 28-12-2011

Intitulé

Aanwijzingsbesluit Parkeren 2011-02

Het college van burgemeester en wethouders van Vlaardingen, gelet op de Parkeerverordening Vlaardingen 2009 en de Verordening parkeerbelastingen Vlaardingen 2011, b e s l u i t :

 

Artikel I

het gebied waarbinnen de plaatsen en weggedeelten liggen, waar tegen betaling van de parkeerbelastingen als bedoeld in artikel 2, onderdeel a. van de Verordening parkeerbelastingen Vlaardingen 2011 mag worden geparkeerd, vast te stellen zoals vermeld in de bij dit besluit behorende bijlage 1 ‘Gebied betaald parkeren en belanghebbenden parkeren’;

Artikel II

het gebied, waarvoor parkeervergunningen kunnen worden uitgegeven en waar tegen betaling van de parkeerbelastingen als bedoeld in artikel 2, onderdeel b. van de Verordening parkeerbelastingen Vlaardingen 2011 juncto artikel 2, lid 1 Parkeerverordening Vlaardingen 2009 met een vergunning mag worden geparkeerd, vast te stellen zoals vermeld in de bij dit besluit behorende bijlage 1 ‘Gebied betaald parkeren en belanghebbenden parkeren”;

Artikel III

de tijdstippen waarop tegen betaling van de parkeerbelastingen als bedoeld in artikel 2, onderdeel a, van de Verordening parkeerbelastingen Vlaardingen 2011 mag worden geparkeerd, vast te stellen zoals vermeld in de bij dit besluit behorende bijlage 2 ‘Tijdstippen betaald parkeren en belanghebbenden parkeren’;

Artikel IV

de tijdstippen waarop het parkeren aan vergunninghouders (belanghebbenden) is toegestaan als bedoeld in artikel 2, lid 2 van de Parkeerverordening Vlaardingen 2009, vast te stellen zoals vermeld in de bij dit besluit behorende bijlage 2 ‘Tijdstippen betaald parkeren en belanghebbenden parkeren’;

Artikel V

de wijze waarop tegen betaling van de parkeerbelastingen als bedoeld in artikel 2, onderdeel a en onderdeel b. van de Verordening parkeerbelastingen Vlaardingen 2011 mag worden geparkeerd, vast te stellen zoals vermeld in de bij dit besluit behorende bijlage 3 ‘Wijze betaald parkeren en belanghebbenden parkeren’;

Artikel VI

te bepalen dat dit besluit in werking treedt op de dag na de dag van publicatie;

Artikel VII

dit besluit aan te halen als Aanwijzingsbesluit Parkeren, versie 2011-02;

Artikel VIII

VIII. in te trekken het Aanwijzingsbesluit Parkeren, versie 2011-01 van 30 november 2010 op het in VI. bepaalde tijdstip.

Ondertekening

Vlaardingen, 22 maart 2011 Burgemeester en wethouders van Vlaardingen,
 
 
de gemeentesecretaris,           de burgemeester,
ir. C. Kruyt                                     mr. T.P.J. Bruinsma

Bijlage 1 Gebied betaald parkeren en belanghebbenden parkeren

Het gebied met betaald en belanghebbenden parkeren wordt begrensd door:

Westlandseweg, water Buizengat, water Oude Haven, Hofsingel, Binnensingel, Spoorsingel, Vossenstraat, Fuikstraat, Vettenoordstraat, Willem Pijperstraat, Maassluissedijk, Burgemeester Pruissingel (zoals weergegeven in bijlage 4 van dit besluit).

Het gebied is ingedeeld in de sectoren Centrum Noord West 1 (CNW1), Centrum Noord West 2 (CNW2), Centrum Noord West 3 (CNW3), Oostwijk Midden 1 (OWM1), Oostwijk Midden 2 (OWM2) en Oostwijk Zuid 1 (OWZ1). De sectoren OWM1 en OWM2 vormen samen één vergunningensector. Een uitzondering hierop vormt het Broekwegterrein. Dit terrein is onderverdeeld in een vrije parkeerzone waarvoor geen parkeerbelasting verschuldigd is, en een afgebakend terrein voor vergunninghouders van een Bestelbus-vergunning, die daar gratis hun bestelbus kunnen parkeren. Op de parkeerplaatsen aan het Van Leydenshof mag slechts geparkeerd worden door vergunninghouders van een bewonersvergunning voor sector CNW1 of van een bedrijfsvergunning sector CNW1 of overall. Parkeren tegen betaling van parkeerbelasting of met een parkeervergunning is toegestaan op parkeerplaatsen en weggedeelten, welke vallen binnen het hierboven omschreven gebied voor zover niet op andere wijze een parkeerverbod geldig is. De parkeerduur is onbeperkt. De plaatsen, waar tegen betaling van de parkeerbelasting als bedoeld in artikel 2, onderdeel a. van de Verordening parkeerbelastingen Vlaardingen 2011 met een maximale parkeerduur van een ½ uur geparkeerd mag worden zijn:

  afbeelding binnen de regeling afbeelding binnen de regeling afbeelding binnen de regeling

Gebied betaald en belanghebbenden parkeren

Het gebied met betaald en belanghebbenden parkeren wordt begrensd door:

Westlandseweg, water Buizengat, water Oude Haven, Hofsingel, Binnensingel, Schiedamseweg, Callenburgstraat, Willem Beukelszoonstraat, Vossenstraat, Fuikstraat, Vettenoordstraat, Willem Pijperstraat, Maassluissedijk, Burgemeester Pruissingel (zoals weergegeven in bijlage 5 van dit besluit).

Parkeren tegen betaling van parkeerbelasting is toegestaan op parkeerplaatsen en weggedeeelten, welke vallen binnen het hierboven omschreven gebied voor zover niet op andere wijze een parkeerverbod geldig is. Het gebied is ingedeeld in de sectoren Centrum Noord West 1 (CNW1), Centrum Noord West 2 (CNW2), Centrum Noord West 3 (CNW3), Oostwijk Midden 1 (OWM1) en Oostwijk Midden 2 (OWM2).

 

Een uitzondering hierop vormt het Broekwegterrein; dit terrein is aangewezen als een vrij parkeerzone waarvoor geen parkeerbelasting verschuldigd is.

 

Op de parkeerplaatsen aan het Van Leydenshof mag slechts geparkeerd worden door vergunninghouders (sector CNW1 of overall).

Tijdstippen betaald en belanghebbenden parkeren

De tijdstippen waarop tegen betaling van de parkeerbelasting mag worden geparkeerd is:

Maandag tot en met zaterdag van            09.00 uur tot 22.00 uur.

Tijdens extra openstelling van de winkels tevens op:

Zondag van                                            12.00 uur tot 17.00 uur.

Van genoemde dagen zijn uitgezonderd de Algemeen erkende feestdagen, zijnde de Nieuwjaarsdag, de Christelijke tweede Paas- en Pinksterdag, de beide Kerstdagen, de Hemelvaartsdag en de dag waarop de verjaardag van de Koningin wordt gevierd.

Wijze betaald parkeren

1. Maximale parkeerduur

a. De plaatsen, waar maximaal ½ uur, tegen betaling van de parkeerbelasting als bedoeld in artikel 2, onderdeel a, van de Verordening parkeerbelastingen Vlaardingen 2010, mag worden geparkeerd zijn weergegeven in tabel 3.A.

afbeelding binnen de regeling

b. De plaatsen, waar maximaal 1 uur, tegen betaling van de parkeerbelasting als bedoeld in artikel 2, onderdeel a, van de Verordening parkeerbelastingen Vlaardingen 2010, mag worden geparkeerd zijn weergegeven in tabel 3.B.

 

afbeelding binnen de regeling

 

 

c. Op de parkeerplaatsen en weggedeelten in het gebied met betaald en belanghebbenden parkeren, met uitzondering van de parkeerplaatsen met een maximale parkeerduur van ½ of 1 uur zoals opgenomen in de tabellen 3.A en 3.B, mag voor onbepaalde tijd geparkeerd worden, tegen betaling van de parkeerbelasting als bedoeld in artikel 2, onderdeel a, van de Verordening parkeerbelastingen Vlaardingen 2010.

 

2. Wijze van betalen

a. Terstond bij aanvang van het parkeren dient de verschuldigde parkeerbelasting te worden voldaan door het in werking stellen van de parkeerapparatuur. Bij het in werking stellen moeten de aanwijzingen en voorschriften, aangegeven op of bij de parkeerapparatuur, in acht worden genomen. Van de verschuldigde belasting per tijdseenheid wordt op of bij de parkeerapparatuur kennis gegeven.

b. Het in werking stellen van de parkeerapparatuur geschiedt door middel van:

het inwerpen van muntstukken van € 0,10, € 0,20, € 0,50, € 1,00 of € 2,00 door middel van een chipknip. het via een telefoon inloggen op de centrale computer en daarbij:

geregistreerd te zijn als deelnemer bij een bedrijf waarmee de Gemeente Vlaardingen een contract heeft afgesloten voor deze dienst; beschikken over een geldige parkeerkaart van het betreffende bedrijf; de parkeerkaart op een van buitenaf duidelijk leesbare plaats achter de voorruit van het motorvoertuig is aangebracht.

c. Er dienen tenminste zoveel muntstukken in de parkeerapparatuur te worden geworpen als nodig zijn en/of het saldo op de gebruikte chipknip(pen) dient ten minste zo groot te zijn als nodig is om de gewenste parkeerduur te kunnen parkeren.

d. Indien bij betaald parkeren op straat gebruik wordt gemaakt van parkeerapparatuur welke na inwerkingstelling een parkeerkaartje afgeeft, dient dit kaartje met de tijdsaanduiding aan de bovenzijde op een van buitenaf duidelijk leesbare plaats achter de voorruit van het motorvoertuig te worden aangebracht.

3. Parkeren met een gehandicaptenparkeerkaart

Op de in bijlage 1 genoemde parkeerplaatsen mag, met uitzondering van de parkeerplaatsen met een maximum parkeerduur van ½ of 1 uur, voor ten hoogste drie uren, door houders van een gehandicaptenparkeerkaart worden geparkeerd. De gehandicaptenparkeerkaart dient tezamen met een parkeerschijf op een van buitenaf duidelijk leesbare plaats achter de voorruit van het motorvoertuig te worden aangebracht.

Voorschriften en beperkingen parkeervergunning

1. Typen parkeervergunningen

Voorschriften en beperkingen voor het verkrijgen van een parkeervergunning ter uitvoering van artikel 3, lid 2 van de Parkeerverordening Vlaardingen 2009.

 

1. Bewonersvergunning: het college verleent op aanvraag een bewonersvergunning aan een bewoner indien: a. de aanvrager volgens de Gemeentelijke Basisregistratie Persoonsgegevens (GBA) woonachtig is op een adres opgenomen in tabel 4 van dit besluit, waarop geen parkeereis rust;

b. de aanvrager is kentekenhouder van het motorvoertuig (volgens de basisregistratie RDW) waarvoor de vergunning is aangevraagd of

c. de aanvrager een motorvoertuig gebruikt van het bedrijf waarbij hij in loondienst is en waarbij het motorvoertuig op naam staat van het bedrijf danwel sprake is van een lease-overeenkomst op naam van het bedrijf (de werkgever geeft hiervoor een werkgeversverklaring af);

d. per adres worden maximaal 2 bewonersvergunningen afgegeven, indien het maximum van 2 vergunningen (bewoners, bedrijf en BUS) per adres nog niet is bereikt. 2. Kraskaarten (dagdeelvergunning): het college verleent op aanvraag kraskaarten aan een bewoner indien: a. de aanvrager volgens de Gemeentelijke Basisregistratie Persoonsgegevens (GBA) woonachtig is op een adres opgenomen in tabel 4 van dit besluit;

b. bedrijven komen niet in aanmerking voor dagdeelvergunningen;

c. per adres worden maximaal 25 dagdeelvergunningen per kwartaal afgegeven. 3. Bedrijfsvergunning sector: het college verleent op aanvraag een bedrijfsvergunning aan een winkel, bedrijf of instelling indien: a. de winkel, het bedrijf of instelling blijkens opgave van een uittreksel van de Kamer van Koophandel gevestigd is op een adres opgenomen in tabel 4 van dit besluit, waarop geen parkeereis rust;

b. be bedrijfsvergunning wordt afgegeven op naam van het bedrijf of op kenteken (maximaal 4);

c. per adres wordt maximaal 1 bedrijfsvergunning sector afgegeven. 4. Bedrijfsvergunning overall: het college verleent op aanvraag een bedrijfsvergunning overall aan een winkel, bedrijf of instelling indien: a. de winkel, het bedrijf of instelling blijkens opgave van een uittreksel van de Kamer van Koophandel gevestigd is op een adres opgenomen in tabel 4 van dit besluit, waarop geen parkeereis rust;

b. de bedrijfsvergunning wordt afgegeven op naam van het bedrijf of op kenteken (maximaal 4);

c. per adres wordt maximaal 1 bedrijfsvergunning overall afgegeven. 5. Bedrijfsvergunning markt: het college verleent op aanvraag een bedrijfsvergunning markt aan marktkooplieden indien: a. deze marktkooplieden vanuit hun motorvoertuig koopwaar moeten verkopen;

b. toestemming is gegeven voor het afgeven van een bedrijfsvergunning markt door de marktmeester;

c. per marktkooplied kan een bedrijfsvergunning markt voor 1 en/of 2 vaste dagen in de week worden afgegeven;

d. per marktkooplied wordt maximaal 1 bedrijfsvergunning markt afgegeven. 6. Zorgverlenervergunning: het college verleent op aanvraag een zorgverlenervergunning aan: a. geregistreerde zorginstellingen, nader benoemd: huisartsen, trombosediensten, verloskundigen en bloedbanken;

b. de zorgverlenervergunning is geldig voor het gehele gebied;

c. per zorginstelling kunnen maximaal 10 zorgverlenervergunningen worden afgegeven. 7. Mantelzorgvergunning: het college verleent op aanvraag een mantelzorgvergunning aan: a. de aanvrager (mantelzorgontvanger) die volgens de Gemeentelijke Basisregistratie Persoonsgegevens (GBA) woonachtig is op een adres opgenomen in tabel 4 van dit besluit;

b. nadere regels zijn opgenomen in de “Regeling Parkeervergunning Mantelzorg 2010”;

c. per adres wordt maximaal 1 mantelzorgvergunning afgegeven. 8. BUS-vergunning: het college verleent op aanvraag een BUS-vergunning aan: a. een aanvrager die volgens de Gemeentelijke Basisregistratie Persoonsgegevens (GBA) woonachtig is op een adres opgenomen in tabel 4 van dit besluit, waarop geen parkeereis rust;

b. de aanvrager is kentekenhouder van het motorvoertuig (volgens de basisregistratie RDW) waarvoor de vergunning is aangevraagd of

c. de aanvrager een motorvoertuig gebruikt van het bedrijf waarbij hij in loondienst is en waarbij het motorvoertuig op naam staat van het bedrijf danwel sprake is van een lease-overeenkomst op naam van het bedrijf (de werkgever geeft hiervoor een werkgeversverklaring af);

d. het motorvoertuig staat geregistreerd (volgens de basisregistratie RDW) als bedrijfsauto en heeft een maximum ledig gewicht van 3.500 kg;

e. per adres wordt maximaal 1 BUS-vergunning afgegeven, indien het maximum van 2 vergunningen (bewoners, bedrijf en BUS) per adres nog niet is bereikt.

2. Gebruik parkeervergunningen

Bij het parkeren dient te allen tijde de geldige parkeervergunning met de aanduidingen aan de bovenzijde; dan wel de opengekraste dagdeelvergunning op een van buitenaf duidelijk leesbare plaats achter de voorruit op het motorvoertuig bevestigd te zijn. Het parkeren zonder zichtbaar geldige parkeervergunning of dagdeelvergunning wordt aangemerkt als parkeren zonder geldige vergunning.

 

Vergunninghouders en dagdeelkaarthouders (kraskaarten) mogen niet parkeren op parkeerplaatsen met maximale parkeerduur van ½ of 1 uur uit tabel 3.A en 3.B, behalve op de volgende tijdstippen:

maandag tot en met donderdag 17.30 uur tot 22.00 uur; zaterdag van 17.30 uur tot 22.00 uur.

3. Uitgifte parkeervergunningen

In onderstaande tabel in bijlage parkerenvlaardingen.pdf zijn de adressen weergegeven waarvoor parkeervergunningen en kraskaarten kunnen worden uitgegeven.

 

Bijlage 2 Tijdstippen betaald parkeren en belanghebbenden parkeren

De tijdstippen waarop tegen betaling van de parkeerbelastingen als bedoeld in artikel 2 onderdeel a. en onderdeel b. van de Verordening parkeerbelastingen Vlaardingen 2011, mag worden geparkeerd is voor de sectoren CNW1, CNW2, CNW3, OWM1 en OWM2 is:

- Maandag tot en met zaterdag van 09.00 uur tot 22.00 uur.

Tijdens extra openstelling van de winkels tevens op:

- Zondag van 12.00 uur tot 17.00 uur. De tijdstippen waarop tegen betaling van de parkeerbelasting mag worden geparkeerd is voor de sector OWZ1 is:

- Maandag tot en met zaterdag van 17.00 uur tot 22.00 uur. Vergunninghouders en dagdeelkaarthouders (kraskaarten) mogen niet parkeren op parkeerplaatsen met maximale parkeerduur van ½ of 1 uur (zie bijlage 1), behalve op de volgende tijdstippen:

 maandag tot en met donderdag 17.30 uur tot 22.00 uur;

 zaterdag van 17.30 uur tot 22.00 uur. Van genoemde dagen zijn uitgezonderd de Algemeen erkende feestdagen, zijnde de Nieuwjaarsdag, de Christelijke tweede Paas- en Pinksterdag, de beide Kerstdagen, de Hemelvaartsdag en de dag waarop de verjaardag van de Koningin wordt gevierd.

Bijlage 3 Wijze betaald parkeren en belanghebbenden parkeren

1. Wijze van betalen betaald parkeren a. Terstond bij aanvang van het parkeren dient de verschuldigde parkeerbelasting te worden voldaan door het in werking stellen van de parkeerapparatuur. Bij het in werking stellen moeten de aanwijzingen en voorschriften, aangegeven op of bij de parkeerapparatuur, in acht worden genomen. Van de verschuldigde belasting per tijdseenheid wordt op of bij de parkeerapparatuur kennis gegeven.

b. Het in werking stellen van de parkeerapparatuur geschiedt door middel van:

 het inwerpen van muntstukken van € 0,10, € 0,20, € 0,50, € 1,00 of € 2,00

 door middel van een chipknip.

 het via een telefoon inloggen op de centrale computer en daarbij:

- geregistreerd te zijn als deelnemer bij een bedrijf waarmee de Gemeente Vlaardingen een contract heeft afgesloten voor deze dienst;

- beschikken over een geldige parkeerkaart van het betreffende bedrijf;

- de parkeerkaart op een van buitenaf duidelijk leesbare plaats achter de voorruit van het motorvoertuig is aangebracht.

c. Er dienen tenminste zoveel muntstukken in de parkeerapparatuur te worden geworpen als nodig zijn en/of het saldo op de gebruikte chipknip(pen) dient ten minste zo groot te zijn als nodig is om de gewenste parkeerduur te kunnen parkeren.

d. Indien bij betaald parkeren op straat gebruik wordt gemaakt van parkeerapparatuur welke na inwerkingstelling een parkeerkaartje afgeeft, dient dit kaartje met de tijdsaanduiding aan de bovenzijde op een van buitenaf duidelijk leesbare plaats achter de voorruit van het motorvoertuig te worden aangebracht. 2. Wijze van betalen belanghebbenden parkeren Bij het parkeren dient de geldige parkeervergunning (parkeerpas met de barcode) bij voorkeur aan de rechteronderzijde (bijrijderskant) van de voorruit van het motorvoertuig te zijn bevestigd. De opengekraste dagdeelvergunning plaats men op een van buitenaf duidelijk leesbare plaats achter de voorruit op het motorvoertuig. Het parkeren zonder zichtbaar geldige parkeervergunning of dagdeelvergunning wordt aangemerkt als parkeren zonder geldige vergunning.

Met een mantelzorgvergunning parkeert men in combinatie met een parkeerschijf voor ten hoogste drie uren aaneengesloten.

De parkeerpas is slechts geldig in de sector waarvoor deze is afgegeven. 3. Wijze van betalen met een Europese gehandicaptenparkeerkaart Op de in bijlage 1 genoemde parkeerplaatsen mag, met uitzondering van de parkeerplaatsen met een maximum parkeerduur van ½ of 1 uur, voor ten hoogste drie uren, door houders van een gehandicaptenparkeerkaart worden geparkeerd. De gehandicaptenparkeerkaart dient tezamen met een parkeerschijf op een van buitenaf duidelijk leesbare plaats achter de voorruit van het motorvoertuig te worden aangebracht.

Bijlage 4 Gebied betaald en belanghebbenden parkeren

zie bijlage in de rechterkolom