Regeling Opleiding en Ontwikkeling gemeente Vlaardingen

Geldend van 16-02-2012 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2012

Intitulé

Regeling Opleiding en Ontwikkeling gemeente Vlaardingen

Het college van de gemeente Vlaardingen Besluit gelet op artikel 125 Ambtenarenwet; gelet op het bepaalde in hoofdstuk 17 van de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling voor de sector gemeenten (CAR) en de Uitwerkingsovereenkomst (UWO); gelet op artikel 160 van de Gemeentewet; na verkregen instemming van de commissie voor Georganiseerd Overleg; tot vaststelling van de navolgende regeling en deze op te nemen in de arbeidsvoorwaardenregeling van de gemeente Vlaardingen; Regeling Opleiding en Ontwikkeling gemeente Vlaardingen

Artikel 1 Begripsomschrijving

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder: 1. Medewerker

De ambtenaar in de zin van artikel 1:1, eerste lid, onder a van de CAR.

2.  Volledige betrekking

Een betrekking als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid, onder k van de CAR.

3. Persoonlijk Ontwikkelingsplan (POP)

Een door de direct leidinggevende en de medewerker vastgelegd en ondertekend geheel aan afspraken over de te ondernemen activiteiten van beide partijen in het kader van de ontwikkeling van de medewerker.

4. Opleidingsplan

Een plan waarin de prioriteiten ten aanzien van door het personeel te volgen opleidingen zijn vastgelegd.

5. Opleidingsbudget

Het bedrag dat jaarlijks door het college beschikbaar wordt gesteld voor de uitvoering van de opleidingsplannen/opleidingen.

6. Opleidingen

Onder opleidingen verstaan we vele leeractiviteiten: cursussen, workshops, coaching, studiedagen, trainingen en opleidingen. Ze hebben met elkaar gemeen dat ze gericht zijn op het verkrijgen/versterken van competenties (het geheel aan kennis, vaardigheden en houding en gedrag) die nodig zijn voor het uitoefenen van de huidige cq toekomstige functie.

7.  Studiemateriaal

Verplicht en niet verplicht voorgeschreven boeken en syllabi en duurzame gebruiksartikelen.

8. Opleidingskosten

Cursus- en lesgelden, evenals examen- en diplomagelden.

9. Opleidingsfaciliteiten

Het geheel van de door het college vergoede kosten alsmede toegekende (studie)verlofuren ten behoeve van een opleiding.

10. Functioneringsgesprek

Een jaarlijks terugkerend gesprek tussen de medewerker en direct leidinggevende over het functioneren en de ontwikkeling van de medewerker.

 

Artikel 2 Persoonlijk Ontwikkelingsplan

1. De leidinggevende en medewerker leggen in het functioneringsgesprek de afspraken vast over de persoonlijke ontwikkeling (m.b.v. POP)

2. Een te volgen opleiding en de te ondernemen activiteiten in het kader van persoonlijke ontwikkeling passen in de doelstellingen, criteria en budgettaire voorwaarden van de gemeente.

3. In de onderling overeengekomen afspraken uit het persoonlijk ontwikkelingsplan worden in ieder geval vastgelegd:

• Het verlof en de tijdsinvestering van de medewerker;

• De keuze van opleidingsvorm, -instituut, en de te maken kosten;

• De periode gedurende welke een studie gevolgd zal worden;

• De beoogde (leer)doelen;

• De rol van de leidinggevende tijdens het traject.

4. Uitgangspunt is dat alle afspraken rond ontwikkeling van de medewerker tijdens het functioneringsgesprek besproken worden. Mochten zich situaties voordoen waarbij tussentijdse opleidingsactiviteiten gewenst zijn, dan is de Regeling Opleiding en Ontwikkeling eveneens van kracht. De onderling gemaakte afspraken worden bij het functioneringsgesprekverslag in het personeelsdossier gevoegd.

Artikel 3 Vergoeding opleidingskosten

1. Indien een opleiding in het Persoonlijk Ontwikkelingsplan wordt opgenomen en past binnen het opleidingsplan cq het opleidingsbudget, dan worden de kosten van de opleiding volledig vergoed.

2. Als opleidingskosten worden aangemerkt:

• Studiekosten (incl. examens);

• Studiemateriaal;

• Reis- en verblijfskosten.

3. Verplicht voorgeschreven boeken en syllabi worden volledig vergoed. Niet vergoed worden schrijfbenodigdheden, verzendkosten, duurzame gebruiksartikelen en niet verplicht voorgeschreven studiebijeenkomsten, boeken en syllabi.

4. Reis- en verblijfskosten die de medewerker maakt in het kader van het volgen van een opleiding, worden vergoed conform de regeling dienstreizen. Indien van toepassing wordt rekening gehouden met de vergoeding woon-werkverkeer.

Artikel 4 Terugbetalingsverplichting

Er rust een terugbetalingsverplichting op de medewerker die een opleiding volgt, volgens de volgende richtlijn:

• Bij een opleiding tot € 3.000 geldt geen terugbetalingsverplichting;

• Bij een opleiding tussen de € 3.000 en € 5.000 geldt dat de medewerker die binnen een jaar na afronding van de opleiding met ontslag op eigen verzoek gaat, de kosten moet terugbetalen, waarbij er sprake is van een maandelijkse afbouw. De termijn van terugbetaling start bij aanvang van de opleiding en omvat de duur van de opleiding plus een jaar;

• Bij een opleiding tussen de € 5.000 en € 10.000 geldt dat de medewerker die binnen twee jaar na afronding van de opleiding met ontslag op eigen verzoek gaat, de kosten moet terugbetalen, waarbij er sprake is van een maandelijkse afbouw. De termijn van terugbetaling start bij aanvang van de opleiding en omvat de duur van de opleiding plus twee jaar;

• Bij een opleiding van meer dan € 10.000 geldt dat de medewerker die binnen drie jaar na afronding van de opleiding met ontslag op eigen verzoek gaat, de kosten moet terugbetalen, waarbij er sprake is van een maandelijkse afbouw. De termijn van terugbetaling start bij aanvang van de opleiding en omvat de duur van de opleiding plus drie jaar;

• Indien de medewerker zijn studie tussentijds zonder goede reden afbreekt, of tijdens de studie met ontslag op eigen verzoek gaat, betaalt hij de opleidingskosten volledig terug.

Artikel 5 Opleidingsverlof

1. Een medewerker die een externe opleiding volgt van maximaal drie dagen wordt verlof met behoud van bezoldiging verleend voor deelname aan de opleiding;

2. Een medewerker die een externe opleiding volgt die langer dan drie dagen duurt, wordt  50% verlof met behoud van bezoldiging verleend voor deelname aan de opleiding.

3. Voor intern aangeboden ontwikkeltrajecten wordt geen eigen tijdsinvestering van de medewerker gevraagd. Dit geldt voor zowel in-company trajecten als voor andere ontwikkelactiviteiten die op de werkplek plaatsvinden (zoals learning on the job, coaching, werkinstructies, introductieactiviteiten en voorlichtingsbijeenkomsten). Uitzondering hierop vormen langdurige interne opleidingstrajecten, waarbij een eigen tijdsinvestering van medewerkers vereist is.

4. De tijd die aan studeren wordt besteed is eigen tijd.

5. Voor het deelnemen aan examens of tentamens wordt opleidingsverlof met behoud van bezoldiging verleend.

6. Onderzoeksopdrachten kunnen in overleg intern uitgevoerd worden (gedeeltelijk onder werktijd).

7. Voor medewerkers met een parttime dienstverband wordt het verlof naar rato toegekend.

Artikel 6 Onvoorziene omstandigheden

In gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet kan het college een bijzondere voorziening treffen.

Artikel 7 Citeertitel en inwerkingtreding

Deze regeling kan worden aangehaald als “Regeling Opleiding en Ontwikkeling gemeente Vlaardingen”en treedt met terugwerkende kracht in werking met ingang van 1 januari 2012.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders
    op 31 januari 2012     Datum     De secretaris,   De burgemeester,  
    Ir. C. Kruyt   mr.T.P.J. Bruinsma