Regeling vervallen per 01-10-2011

Nadere regels en beleidsregel waarderingssubsidie beeldende Kunst

Geldend van 01-10-2011 t/m 30-09-2011

Intitulé

Nadere regels en beleidsregel waarderingssubsidie beeldende kunst

Het college van burgemeester en wethouders van Vlaardingen,

 

overwegende dat het wenselijk is om op grond van artikel 4 van de Algemene Subsidieverordening Vlaardingen 2008 nadere regels vast te stellen voor subsidies beeldende kunst;

 

overwegende dat het voorts wenselijk is om op grond van artikel 4 van de Algemene Subsidieverordening Vlaardingen 2008 een beleidsregel vast te stellen voor subsidies beeldende kunst;

 

overwegende dat het artikel 2 van onderstaand besluit een beleidsregel bevat en de overige artikelen nadere regels bevatten;

 

gelet op de bepalingen in de Algemene Subsidieverordening Vlaardingen 2008;

 

 

BESLUIT de volgende nadere regels en beleidsregel vast te stellen:

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze nadere regels wordt onder waarderingssubsidie beeldende kunst verstaan: subsidie voor  lokale professionele beeldend kunstenaars of lokale initiatiefnemers die samenwerken met professionele beeldend kunstenaars ter ondersteuning van activiteiten die in Vlaardingen plaatsvinden.

Artikel 2 Subsidiecriteria

1. Om voor subsidie in aanmerking te komen moet de subsidieontvanger voldoen aan de in in artikel 2 van de Algemene Subsidieverordening Vlaardingen 2008 genoemde criteria.

2. In deze beleidsregel wordt onder deze criteria mede verstaan dat de te subsidiëren activiteit: - een bijdrage levert aan de kwaliteit van de leefomgeving;

- een bijdrage levert aan de sociale samenhang, de participatie, de emancipatie en/of de ontplooiing van Vlaardingse burgers;

- openbaar is;

- gericht is op een breed publiek en/of op specifieke doelgroepen. 3. De te subsidiëren activiteit dient van goede kwaliteit te zijn. Hierbij wordt gekeken naar: - artistieke en organisatorische kwaliteit van de activiteit;

- kwaliteit en professionaliteit van de aanvrager;

- haalbaarheid;

- originaliteit.

Artikel 3 De subsidieaanvraag

1. Subsidies kunnen op twee momenten in het jaar worden aangevraagd: - tot 1 mei voor activiteiten die plaatsvinden in de 2e helft van het jaar;

- tot 1 november voor activiteiten die plaatsvinden in de 1e helft van het daaropvolgende jaar. 2. De aanvragen moeten in ieder geval bevatten: - een beschrijving van de activiteit;

- de doelstelling van de activiteit;

- een omschrijving van de doelgroep;

- een motivatie voor de keuze van de betrokken kunstenaar(s) indien het een aanvraag van lokale initiatiefnemers betreft;

- een begroting van de inkomsten en uitgaven;

- een publiciteitsplan dat onder meer aangeeft hoe de aanvrager de doelgroep denkt te bereiken.

Artikel 4 Beslistermijn

Burgemeester en wethouders beslissen voor 1 januari op aanvragen die betrekking hebben op de 1e helft van dat jaar en voor 1 juli op aanvragen die betrekking hebben op de 2e helft van dat jaar.

 

Artikel 5 Subsidieplafond

1. De hoogte van het bedrag dat jaarlijks wordt besteed aan waarderingssubsidies beeldende kunst is € 35.000,=.

2. De subsidieaanvragen die in de in het eerste lid van artikel 3 genoemde aanvraagperiodes binnenkomen worden met elkaar vergeleken teneinde de plannen, naast de toetsing aan de in artikel 2 genoemde criteria, ook in relatie tot elkaar te kunnen beoordelen.

3. Indien na berekening van het totale bedrag waarop de aanvragers aanspraak kunnen maken, het subsidieplafond wordt overschreden, worden slechts de aanvragen gehonoreerd die het meest bijdragen aan de doelstellingen van het kunst- en cultuurbeleid, zodat het subsidieplafond niet wordt overschreden.

Artikel 6 Inhoudelijk en financieel verslag

Binnen 12 weken nadat de activiteit heeft plaatsgevonden dient een inhoudelijk en financieel

verslag te worden ingediend. Het verslag bevat in ieder geval: - een beschrijving van het verloop van de activiteit;

- een indicatie van de mate waarin de doelstelling is bereikt;

- een vermelding van het aantal deelnemers / bezoekers, eventueel uitgesplitst naar doelgroep;

- een overzicht van de uitgaven en inkomsten;

- kopieën van foto’s, publiciteitsmateriaal, persberichten, krantenartikelen etc.  

Artikel 7 Overgangsbepaling

Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze nadere regels een aanvraag om een waarderingssubsidie beeldende kunst is ingediend en voor het tijdstip van inwerkingtreding nog niet op die aanvraag is beslist, zijn op die aanvraag deze nadere regels en beleidsregel van toepassing.

 

Artikel 8 Inwerkingtreding

Deze nadere regels en beleidsregel treden in werking op 1 mei 2008.

 

Artikel 9 Citeertitel

Deze nadere regels en beleidsregel kunnen worden aangehaald als: ‘Nadere regels en beleidsregel waarderingssubsidie beeldende Kunst’.

 

 

Ondertekening

Aldus op 22 april 2008 vastgesteld door burgemeester en wethouders van Vlaardingen,
 
De secretaris,                                     De burgemeester,
 
(R. Jeltema)                                        (mr. T.P.J. Bruinsma)
 
publicatiedatum: 29 april 2008