Beleidsregels Mantelzorg en bestemmingsregelingen

Geldend van 08-03-2011 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels Mantelzorg en bestemmingsregelingen

Beleidsregels Mantelzorg en bestemmingsregelingen.

Inleiding

Rond de maatschappelijke ontwikkelingen op het gebied van mantelzorg spelen een groot aantal vragen die verband houden met de huisvesting van zorgbehoevenden in de nabijheid van de mantelzorgers. Te denken valt o.a. aan de kosten, woningtoewijzing en ruimtelijke mogelijkheden.

In deze nota wordt ingegaan op het aanpassen en toepassen van ruimtelijke regels om er voor te zorgen dat een gerechtvaardigde vraag naar (woon)ruimte van de mantelzorger of de zorgbehoevende passend wordt gefaciliteerd.

Daarbij wordt als uitgangspunt genomen dat mantelzorg van vitaal belang is om in een fase van het leven waarin de vraag naar zorg toeneemt, zo lang mogelijk zelfstandig blijven kunnen wonen. Een zorg die ook van de zijde van de overheid wordt gewaardeerd en dient te worden ondersteund.

De nota bevat een aantal beleidsregels die toegepast kunnen worden om binnen de wettelijke kaders het beleid gestalte te kunnen geven.

Definities

De rijksoverheid gebruikt in de communicatie de volgende definitie voor mantelzorg

“Mantelzorg is onbetaalde zorg voor zieke familieleden of vrienden. Het gaat bij mantelzorg om intensieve zorg voor langere tijd.

Een mantelzorger zorgt langdurig en onbetaald voor een chronisch zieke, gehandicapte of hulpbehoevende partner, ouder, kind of ander familielid, vriend of kennis. Een mantelzorger is geen beroepsmatige zorgverlener, maar geeft zorg omdat hij of zij een persoonlijke band heeft met degene voor wie hij of zij zorgt”

Een andere algemeen aanvaarde definitie is

“Mantelzorg is de zorg voor chronisch zieken, gehandicapten en hulpbehoevenden door naasten: familieleden, vrienden, kennissen en buren. Kenmerkend is de reeds bestaande persoonlijke van tussen de mantelzorger en zijn of haar naaste. Daarnaast gaat het om langdurige zorg die onbetaald is”

In recente bestemmingsplannen is de volgende definitie gebruikelijk:

“Mantelzorg is het op basis van vrijwilligheid en buiten organisatorisch verband bieden van zorg aan een persoon uit het sociale netwerk die hulpbehoevend is op het fysieke, psychische en/of sociale vlak”

Ontwikkeling van bestemmingsregelingen tot nu toe.

Zowel in rijks- en provinciaal beleid wordt het belang van mantelzorg onderstreept. In de WMO is de doelstelling opgenomen om het herstellen van de zelfredzaamheid en het toerusten en stimuleren van mensen om maatschappelijk te participeren. Een van de mogelijkheden hiertoe is de huisvesting voor mantelzorg te faciliteren.

Het provinciaal volkshuisvestingsbeleid is er echter op gericht dat woningen slechts op die plaatsen komen die daarvoor zijn aangewezen en waarbij gedetailleerd aantallen in volkshuisvestingsplannen worden vastgelegd. Door contingentering, concentratie van woonbebouwing en beperking van het uitbreiden van het aantal woningen, in onder ander het buitengebied, krijgt dit beleid gestalte.

De wens om toename van het aantal woningen via daarvoor niet bedoelde ontwikkelingen, zoals de mantelzorg, te voorkomen zijn de afgelopen tijd in planregels wel de mogelijkheid van voorzieningen van mantelzorg opgenomen maar is er sprake van onevenredige beperkingen. Te denken valt aan een maximaal aantal vierkante meters dat als woonruimte voor mantelzorger of hulpbehoevende mag worden gebruikt en het verbod om vrijstaande bijgebouwen daarvoor in te richten of te gebruiken.

Daarbij wordt niet of onvoldoende onderkent dat de partijen die elkaar in het kader van mantelzorg treffen en bereid zijn op essentiële elementen van het leven steun te verlenen en steun te ontvangen, recht hebben op adequate woonvoorzieningen, gebruikelijke faciliteiten en gebruikelijk comfort.

In het meest recente bestemmingsplan van de gemeente Vlagtwedde, het bestemmingsplan “Buitengebied” is mantelzorg opgenomen als deel van de bestemmingsomschrijving maar is woonruimte in vrijstaande gebouwen voor de zorgbehoevende of de mantelzorger niet toegestaan. Daarbij moet worden opgemerkt dat vrijstaande gebouwen wel mogen worden ingericht voor logiesverstrekking waaronder ook een gastenverblijf kan worden gerekend.

Dit bestemmingsplan sluit nog niet voldoende aan op de gerechtvaardigde vraag uit de samenleving ten aanzien van mantelzorg.

Voorgesteld beleid en regels.

Het is zaak om in nieuwe bestemmingsregelingen daarvoor een adequate oplossing te vinden.

Daarbij past het om in het beleid en regels die zaken vast te leggen die ruimtelijk relevant zijn.

Daarbij gaat het om het verankeren in regels dat het aantal woningen niet via de medewerking aan mantelzorgvoorzieningen wordt uitgebreid en ook dat verzorgers en zorgbehoevenden adequaat en naar moderne eisen kunnen voorzien in hun woonbehoefte.

Het beleid is er voor de toekomst op gericht dat mantelzorg voor wat betreft de woonvoorziening adequaat kan worden gefaciliteerd.

Daarbij geldt als hard criterium dat het aantal woningen niet mag worden uitgebreid. De woonvoorzieningen ten behoeve van mantelzorg zullen dus gevonden moeten worden binnen de context van één hoofdgebouw met bijbehorende bouwwerken. Daarbij kan worden aangesloten bij de definitie die is opgenomen in het Besluit omgevingsrecht en aangemerkt als een bouwwerk van functioneel ondergeschikt is aan een hoofdgebouw.

Zij die daarvan gebruik maken zullen dan ook moeten accepteren dat geen medewerking zal worden verleend aan stappen die zouden kunnen leiden tot vergroting van het aantal woningen door b.v. extra huisnummers of ontsluitingen op de openbare weg.

Recente bestemmingsplannen geven de ruimte om in geval van bijzondere gezinssituaties, stalling van materieel of ruimtebehoevende hobbymatige/bedrijfsmatige activiteiten het maximaal aantal m2 aan aan- en bijgebouwen bij ontheffing kan worden uitgebreid. Binnen deze regels kan ook ruimte worden gevonden voor extra vierkante meters voor mantelzorg.

Op deze wijze kan mantelzorg een onderdeel vormen van de woonbestemmingen waarbij een vergelijkbaar rechtsregiem geldt als b.v. voor aan huis verbonden beroepen en kleinschalige bedrijfsactiviteiten.

Dat betekent overigens dat het maximaal te bebouwen oppervlak, ook na ontheffing, zodanige beperkingen in kan houden dat geen voorzieningen voor mantelzorg mogelijk zijn.

Samengevat is het ruimtelijke beleid er op gericht dat mantelzorg onderdeel wordt van de woonfunctie en ook binnen de bouwregels dient te worden gerealiseerd. Voorzieningen voor mantelzorg vinden hun plaats in het hoofdgebouw of in daarbij behorende bouwwerken die daaraan functioneel ondergeschikt zijn.

Voorzieningen voor mantelzorg zijn daarmee ook niet functioneel zelfstandig en daarmee geen verblijfsobject in de zin van de Wet basisadministraties adressen en gebouwen.

Bij de herziening van de bestemmingsplannen zullen de volgende regels worden opgenomen of regels met een gelijke juridische werking:

I

Mantelzorg:

het op basis van vrijwilligheid en buiten organisatorisch verband bieden van zorg aan een persoon uit het sociale netwerk die hulpbehoevend is op het fysieke, psychische en/of sociale vlak;

II

Artikel X Wonen

X.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a. woonhuizen al dan niet met ruimte voor:

1. een aan-huis-verbonden beroep, zoals genoemd in Bijlage 1;

2. mantelzorg

III

Met omgevingsvergunning kan worden afgeweken van:

het bepaalde in artikel “X, lid .. ” in die zin dat de gezamenlijke oppervlakte van de aan- en uitbouwen, de bijgebouwen en de overkappingen wordt vergroot tot ten hoogste 100 m², mits:

2. er een aantoonbare behoefte vanuit de in de bestemming toegelaten functies is, bijvoorbeeld vanwege een gezinssituatie, mantelzorg, stalling van materieel dan wel ruimtebehoevende hobbymatige/bedrijfsmatige activiteiten of een situatie waarin de vergroting van het hoofdgebouw afgewezen moet worden;

III

X… Specifieke gebruiksregels

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

d. het gebruik van vrijstaande bijgebouwen voor bewoning, met uitzondering van mantelzorg;

Hoe om te gaan met verzoeken zolang bestemmingsregelingen niet zijn aangepast.

Een aantal bestemmingsplannen kent op dit moment geen mogelijkheden om te bouwen ten behoeve van mantelzorg of bestaande vrijstaande bijgebouwen daarvoor te gebruiken.

In die gevallen kan binnen de grenzen zoals aangegeven in het Besluit omgevingsrecht gebruik gemaakt worden van de ontheffingsmogelijkheid als bedoeld in artikel 4 lid 1 van Bijlage II.

Dat artikel geeft zowel de mogelijkheid om in afwijking van het bestemmingsplan te bouwen ten behoeve van mantelzorg als bestaande gebouwen daarvoor te gebruiken.

Voorgesteld wordt om deze ontheffingsmogelijk daarvoor in te zetten en daarbij uit te gaan van de definitie voor mantelzorg zoals die in toekomstige bestemmingsplannen zal worden opgenomen.

Voor wat betreft de ruimtelijke begrenzing van de mogelijkheden, om gebruik te maken van buitenplanse ontheffingen wordt aangesloten bij de beleidsregels op dat terrein.

Bijzondere tijdelijke omstandigheden.

In het vorenstaande zijn de kaders aangegeven waarbinnen medewerking kan worden verleend voor woonruimte ten behoeve van mantelzorg. Daarbij gaat het om zorg voor een langere tijd. Er wordt vanuit gegaan dat ten behoeve daarvan geïnvesteerd zal worden in bestaande gebouwen of ten behoeve daarvan nieuw wordt gebouwd.

Er doen zich ook situaties voor waarbij ruimten voor mantelzorg op basis van de aard van de zorgbehoefte op basis van redelijke aannames als tijdelijk moet worden aangemerkt. Dat zal onder andere aan de orde zijn bij ernstige ziekten waarbij de levensverwachting beperkt is.

Het ligt in de rede om in die gevallen te kiezen voor een tijdelijke voorziening b.v. door het plaatsen van prefab units of een vergelijkbare voorziening.

De Wet ruimtelijke ordening kent een mogelijkheid om af te wijken van een bestemmingsplan voor tijdelijke situaties. Daarbij gaat het om activiteiten voor een bepaalde termijn. Hoewel er redelijke inschattingen kunnen zijn over de ter verwachten periode dat de voorzieningen nodig zijn is er geen sprake van een activiteit voor een bepaalde termijn als bedoeld in de wet.

Ook in deze situaties kan gebruik gemaakt worden van reguliere ontheffingsmogelijkheden in de bestemmingsplannen en indien nodig van een ontheffing op grond van art. 4 van Bijlage II behorende bij het Besluit omgevingsrecht.

Omdat het bouwwerken gaat die minder passend in de omgeving kunnen zijn ligt het in die gevallen voor de hand het bij ontheffing zodanig te regelen dat de voorziening wordt verwijderd zodra de zorgbehoefte is vervallen en dat voorwaarden gesteld worden aan de landschappelijke inpassing.

Het verlenen van een ontheffing met een persoonsgebonden karakter ligt dan in de rede.

Beleidsregels:

Gelet op het vorenstaande worden de volgende beleidsregels vastgesteld:

  • 1.

    Bij de beoordeling van verzoeken om ontheffing van bestemmingsregels, wordt mantelzorg aangemerkt als een deel van woonfunctie.

  • 2.

    Bij de beoordeling van verzoeken om ontheffing wordt onder mantelzorg verstaan: zorg die op basis van vrijwilligheid en buiten organisatorisch verband wordt geboden aan een persoon uit het sociale netwerk die hulpbehoevend is op het fysieke, psychische en/of sociale vlak.

  • 3.

    Om mantelzorg te faciliteren wordt gebruik gemaakt van zowel binnenplanse als buitenplanse ontheffingsmogelijkheden waarbij de voorzieningen ten behoeve van mantelzorg gerealiseerd kunnen worden in het hoofdgebouw en/of in daarbij behorende bouwwerken die daaraan functioneel ondergeschikt zijn.

  • 4.

    In geval van bijzondere tijdelijke omstandigheden wordt alleen medewerking verleend aan het plaatsen van prefab units of vergelijkbare voorzieningen, die bedoeld zijn om aan de tijdelijke zorgbehoefte te voorzien, onder voorwaarde dat de voorzieningen na beëindiging van de zorgbehoefte worden verwijderd. De ontheffingen zijn persoonsgebonden.

  • 5.

    De beleidsregels ten aanzien van het toepassen van buitenplanse ontheffingen als bedoeld in Bijlage II artikel 4 lid 1 Besluit omgevingsrecht is van toepassing

Ondertekening

Sellingen, 8 maart 2011.
Burgemeester en wethouders van Vlagtwedde
de heer J.M. de Vos mevrouw L.A.M. Kompier
secretaris burgemeester