Regeling vervallen per 01-01-2019

Verordening op de heffing en invordering van leges Vlissingen 2018

Geldend van 01-01-2018 t/m 31-12-2018

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van leges Vlissingen 2018

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Vlissingen;

gelet op het artikel 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, het delegatiebesluit van de raad (24-09-2009) om de bevoegdheid tot vaststelling van de legesverordening over te dragen aan het college en artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2 tweede lid en 7 van de Paspoortwet,

BESLUIT:

Vast te stellen de

Verordening op de heffing en invordering van van leges Vlissingen 2018

________________________________________

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    ‘dag’:de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    ‘week’: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    Maand: het tijdvak dat loop van de ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, , met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

  • d.

    'jaar': het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    ‘kalenderjaar:de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2. Belastbaar feit

Onder de naam 'leges' worden rechten geheven voor:

  • a.

    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

  • b.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse

identiteitskaart of een reisdocument; een en ander zoals genoemd in deze verordening en de met daarbij behorende tarieventabel.

c.hetgeen in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel is bepaald over een Nederlandse identiteitskaart voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is van overeenkomstige toepassing op een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor personen met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon.

c.Artikel 3. Belastingplicht

c.Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht. Onverminderd het bepaalde in voorgaande volzin wordt een aanvraag respectievelijk het in de gelegenheid stellen tot het uitbrengen van advies als bedoeld in artikel 2.26 van de ‘Wet algemene bepalingen omgevingsrecht’, gelijk gesteld aan de aanvraag van de dienst zoals bedoeld in voorgaande volzin

Artikel 4. Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    het in behandeling nemen van een aanvraag voor de afgifte van een bewijs van onvermogen;

  • b.

    minuten, afschriften of uittreksels van besluiten, akten en beschikkingen, verklaringen, houdende:

    • I.

      benoeming van ambtenaren en leden van colleges of commissies;

    • II.

      verhoging of bezoldiging van ambtenaren en leden van college of commissies;

    • III.

      benoeming tot een ambt van gelijke of mindere rang dan dat, hetwelk de benoemde reeds bekleedde;

    • IV.

      gegevens omtrent bij de gemeente doorgebrachte diensttijd;

  • c.

    stukken en legalisaties van handtekeningen op stukken betreffende militaire zaken;

  • d.

    kwitanties voor geldsommen en andere stukken, waarbij de ontvangst of overneming van gelden of goederen wordt erkend of vermeld;

  • e.

    collectevergunningen op grond van artikel 5.2.1. van de "Algemene plaatselijke verordening voor Vlissingen (APV Vlissingen)", alsmede voor vergunningen krachtens artikel 3 der Wet op de kansspelen;

  • f.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald met dien verstande dat in afwijking van het gestelde in afdeling 6.4. Wet ruimtelijke ordening, bij toepassing van het artikel 6.2.1.a Besluit ruimtelijke ordening, de kosten via de legesverordening kunnen worden verhaald;

  • g.

    Diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend

  • h.

    het in behandeling nemen van een aanvraag als bedoeld in onderdeel 2.3.1.1 van de bij deze verordening behorende tarieventabel, indien deze aanvraag een vergunning betreft voor een instelling die zich blijkens haar statuten de uitoefening ten doel stelt van activiteiten van maatschappelijke, sociale of culturele aard, waarbij de activiteiten in hoofdzaak worden verricht door vrijwilligers (en die voldoet aan door het college van burgemeester en wethouders te stellen voorwaarden).

Artikel 5. Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

  • 3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6. Wijze van heffing

De leges worden geheven bij wege van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7. Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990, moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

  • a. mondeling wordt gedaan: op het moment van het doen van de kennisgeving;

  • b. schriftelijk wordt gedaan: op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8. Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9. Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10. Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 11. Inwerkingtreding, overgangsbepaling, citeertitel

  • 1.

    De artikelen en de tarieventabel van de "Legesverordening Vlissingen 2017", vastgesteld bij collegebesluit van 13 december 2016, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    In afwijking in zoverre van het in de voorgaande leden bepaalde, blijft, indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, de ingetrokken verordening gelden bepalingen voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover ter zake daarvan de heffing van de leges in die periode plaatsvindt.

  • 4.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2018.

  • 5.

    Deze verordening kan worden aangehaald als "Legesverordening Vlissingen 2018".

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van 14 december 2017.

de secretaris, de burgemeester,

Mr. Drs. Ing. M. van Vliet Drs. A.R.B. van den Tillaar

Gemeente Vlissingen tarieventabel behorende bij de legesverordening 2018

vastgesteld tarief 2018

Titel I

Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1

Burgerlijke stand

1.1.1.

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap of de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk met ceremonie op:

1.1.1.1.

op maandag en dinsdag

321,20

1.1.1.2.

op woensdag en donderdag

321,20

1.1.1.3.

op vrijdag

321,20

1.1.1.4.

op zaterdag

580,55

1.1.1.5.

op zondag

684,30

1.1.1.6.

Huwelijk/geregistreed partnerschap/omzetting geregistreerd partnerschap in huwelijk, zonder ceremonie in de Boeg van maandag tot en met vrijdag.

102,30

1.1.1.7.

Kosteloos huwelijk/geregistreerd partnerschap/omzetting geregistreerd partnerschap in huwelijk ( 2 x per week, kamer stadhuis op woensdagmorgen om 08:30 en 08:45 zonder ceremonie).

0,00

1.1.2.

Voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap in een bijzonder huis als bedoeld in artikel 64 Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek wordt legesbedrag op de onder 1.1.1.1,1.1.1.2,1.1.1.3 en 1.1.1.4 genoemde dagen vermeerderd met :

85,80

1.1.3.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het gebruik maken van een onbezoldigd ambtenaar van de burgerlijke stand bij een huwelijksvoltrekking, voltrekking partnerschapregistratie of de omzetting van een partnerschapregistratie in een huwelijk op basis van een sponsorverzoek

211,90

1.1.4.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.1.4.1.

een trouwboekje of geregistreerd partnerschapboekje in een normale uitvoering

10,40

1.1.4.2.

een duplicaat-trouwboekje of een duplicaat-geregistreerd partnerschapboekje als bedoeld onder 1.1.4.1.

10,40

1.1.4.3.

een trouwboekje of geregistreerd partnerschapboekje in een luxe uitvoering

24,20

1.1.4.4.

een duplicaat-trouwboekje of een duplicaat-geregistreerd partnerschapboekje als bedoeld onder 1.1.4.3.

24,20

1.1.5.

Vervallen

1.1.6.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

1.1.7.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot de afgifte van een verklaring, bestemd tot het vervoeren van een lijk over de grenzen (laissez-passer)

10,90

1.1.8.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot de afgifte van een verklaring voor uitstel van begraven of cremeren

10,90

1.1.9.

Het tarief bedraagt voor het vanuit de gemeente leveren van een of meerdere getuigen ten behoeve van het voltrekken van een huwelijk of registratie van een partnerschap, per getuige

25,05

1.1.10

Indien de huwelijksvoltrekking, de registratie van een partnerschap, dan wel de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, ongeacht de oorzaak, wordt geannuleerd, bedraagt het tarief

155,65

Hoofdstuk 2

Reisdocumenten

1.2.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: een reisdocument van het Koninkrijk der Nederlanden als bedoeld in artikel 2, eerste lid van de Paspoortwet, ten behoeve van een persoon die op het moment van de aanvragg de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt het maximale tarief zoals dat is opgenomen in het Besluit Paspoortengelden afgerond op € 0,05 naar beneden. Een reisdocument van het Koninkrijk der Nederlanden als bedoeld in artikel 2, eerste lid van de Paspoortwet, die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt het maximale tarief zoals dat is opgenomen in het Besluit Paspoortgelden afgerond op € 0,05 naar beneden. Een Nederlandse identiteitskaart als bedoeld im artikel 2, tweede lid van de Paspoortwet ten behoeve van een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt het maximale tarief zoals dat is opgenomen in het Besluit Paspoortgelden afgerond op € 0,05 naar beneden. Een Nederlandse identiteitskaart als bedoeld in artikel 2, tweede lid van de Paspoortwet ten behoeve van een persoon, die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt het maximale tarief zoals dat is opgenomen in het Besluit Paspoortgelden afgerond op € 0,05 naar beneden. De tarieven genoemd onder a, b, c en d worden bij spoedlevering vermeerderd met het atrief zoals is opgenomen in het Besluit Paspoortgelden.

Hoofdstuk 3

Rijbewijzen

1.3.1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs: het bedrag zoals dit laatstelijk wettelijk is bepaald.

1.3.2.

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met: het bedrag zoals dit laatstelijk wettelijk is bepaald.

1.3.3.

Het tarief bedraagt voor de opmaak van een verklaring omtrent vermissing van een rijbewijs.

15,90

1.3.4.

Het tarief bedraagt voor het verkrijgen van een eigen verklaring ter verkrijging van een geneeskundige verklaring (verklaring van geschiktheid), het bedrag zoals dit laatstelijk door het Centraal bureau rijvaardigheidsbewijzen (CBR) is bepaald.

Hoofdstuk 4

Verstrekkingen uit de basis registratie personen

1.4.1.

Voor de toepassing van onderdeel 1.4.2 wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waar voor de basis registratie personen moet worden geraadpleegd.

1.4.2.

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.4.2.1.

tot het verstrekken van een afschrift basisregistraties personen:

8,80

1.4.2.2.

tot het verstrekken van gegevens door middel van een selectie op basis van een aantal inwoners uit het bevolkingsbestand:

voor 2 - 1.000 inwoners

64,30

voor 1.000 - 2.500 inwoners

73,90

voor 2.500 - 5.000 inwoners

83,55

voor 5.000 - 7.500 inwoners

93,20

voor 7.500 - 10.000 inwoners

102,95

voor 10.000 - 12.500 inwoners

112,60

voor 12.500 - 15.000 inwoners

122,20

voor 15.000 - 17.500 inwoners

131,80

voor 17.500 - 20.000 inwoners

141,40

voor 20.000 - 22.500 inwoners

151,10

voor 22.500 - 25.000 inwoners

160,70

voor 25.000 - 27.500 inwoners

170,30

voor 27.500 - 30.000 inwoners

173,60

voor 30.000 - 32.500 inwoners

183,20

voor 32.500 - 35.000 inwoners

189,65

voor 35.000 - 37.500 inwoners

199,30

voor 37.500 - 40.000 inwoners

208,95

voor 40.000 - 42.500 inwoners

218,50

voor 42.500 - 45.000 inwoners

228,25

voor 45.000 - 47.500 inwoners

237,90

voor 47.500 – 50.000 inwoners

247,55

1.4.3.

Het tarief bedraagt ter zake van het op verzoek doornemen van de basis registratie personen of voormalige bevolkingsadministratie voor ieder daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan

9,60

1.4.4.

Voor de toepassing van onderdeel 1.4.5 wordt onder verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon die niet zijn opgenomen in de basis registratie personen.

1.4.5.

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.4.5.1.

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking:

8,80

1.4.5.2.

Indien, ten gevolge van de aard van de aanvraag tot het verstrekken van gegevens wordt gedaan, één of meer kaartverzamelingen of registers geheel of gedeeltelijk moeten worden doorgenomen, bedraagt het tarief naast het gevorderde ingevolge de voorafgaande onderdelen, voor ieder daaraan besteed kwartier of een gedeelte daarvan

9,60

1.4.6.

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstekken van:

1.4.6.1.

een bewijs van Nederlanderschap

6,30

b.voor een collectieve lijst voor gezelschapsreis naar het buitenland ten name van 1-20 personen

8,75

ten name van 21-50 personen

10,20

boven 50 personen wordt het laatste bedrag verhoogd per persoon met

0,10

1.4.6.2.

een (GBA-) persoonslijst

15,95

1.4.6.3.

een gewaarmerkt geregistreerd brondocument

8,80

1.4.6.4.

een in meertalen gesteld uittreksel uit het voormalige bevolkingsregister

8,80

1.4.6.5.

elk andere verklaring dan bedoeld onder 1.4.6.1. tot en met 1.4.6.5. welke in het belang van de daarin genoemde persoon of aanvrager wordt opgemaakt

8,80

1.4.6.6.

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens als bedoeld in artikel 10, tweede lid, van het Besluit basis registratie personen

21,15

Hoofdstuk 5

Verstrekkingen uit het Kiezersregister

1.5.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een inlichting betreffende de registratie van de aanvrager als kiezer bedoeld in artikel D4 van de Kieswet

4,00

Hoofdstuk 6

Gemeentegarantie

1.6.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het instemmen met het wijzigen of omzetten van een door de gemeente gegarandeerde hypothecaire geldlening: (VAST TARIEF)

79,50

Hoofdstuk 7

Bestuursstukken

1.7.1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.7.1.1.

een afschrift van de gemeentebegroting met toelichting

39,25

1.7.1.2.

een afschrift van de gemeenterekening met toelichting

15,45

1.7.1.3.

een afschrift van de kadernota

11,65

1.7.2.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.7.2.1.

een afschrift van een verordening, per pagina

0,35

Hoofdstuk 8

Vastgoedinformatie

1.8.1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een fotokopie van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, structuurplan of stadsvernieuwingsplan:

1.8.1.1.

in formaat A4 of kleiner, per bladzijde

2,75

1.8.1.2.

in formaat A3

3,55

1.8.2.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit:

1.8.2.1.

de gemeentelijke basisregistratie adressen of de gemeentelijke basisregistratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen per adres of object

8,85

1.8.2.2.

het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder a en b, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van die wet

35,05

1.8.3.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van kopieën van:

1.8.3.1.

het gemeentelijke adressenbestand of delen daarvan, per bestand of deel van het bestand

58,40

1.8.3.2.

Het gemeentelijke relatiebestand adres-kadastraal perceel of delen daarvan, per gelegde relatie

8,85

1.8.3.3.

het gemeentelijke adrescoördinatenbestand of delen daarvan, per bestand of deel van het bestand

58,40

Hoofdstuk 9

Overige publiekszaken

1.9.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.9.1.

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag: het bedrag zoals dit laatstelijk wettelijk is bepaald.

1.9.2.

tot het verkrijgen van een verklaring van in leven zijn: het bedrag zoals dit laatstelijk wettelijk is bepaald.

1.9.3.

tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening

5,20

1.9.4.

het waarmerken van kopieen van orginele documenten

5,20

1.9.5.

het verkrijgen van een uittreksel uit het samenlevingsregister

9,00

1.9.6

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het Gedrag geldt het tarief

zoals dat in artikel 39 van de Wet justitiele en strafvordelijke gegevens

voor dit document is vastgesteld.

Hoofdstuk 10

Gemeentearchief

1.10.1.

Het tarief bedraagt voor het op schriftelijk verzoek doen van onderzoek in de bij het gemeentearchief berustende archieven en verzamelingen, ongeacht het resultaat, en voor het vervaardigen van afschriften en uittreksels, per daaraan besteed kwartier

7,40

1.10.2.

Het tarief bedraagt:

1.10.2.1.

voor een fotokopie in A-4 formaat in zwart wit, per kopie

0,35

1.10.2.2.

voor een fotokopie in A-3 formaat in zwart wit, per kopie

0,50

1.10.2.3.

voor een fotokopie in A-4 formaat in kleur, per kopie

0,70

1.10.2.4.

voor een fotokopie in A-3 formaat in kleur, per kopie

1,70

1.10.2.5.

voor een digitale afbeelding, per afbeelding

6,00

1.10.3.

Bij gebruik voor commerciële doeleinden worden de in 1.10.2 genoemde tarieven per kopie of afbeelding verhoogd met

15,60

Hoofdstuk 11

Huisvestingswet

1.11.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.11.1.

tot het verkrijgen van een huisvestingsvergunning, als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de Huisvestingswet 2014

280,70

Hoofdstuk 12

Leegstandwet

1.12.1.

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning tot tijdelijke verhuur ex artikel 15, eerste lid van de Leegstandwet

1.12.1.1.

voor één woning (basisbedrag)

151,50

1.12.1.2.

voor meerdere woningen (bijvoorbeeld een complex), wordt het tarief onder 1.12.1.1. per woning voor elke tweede en volgende woning vermeerderd met

50,55

1.12.2.

tot verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, vijfde lid, van de Leegstandwet

76,30

Hoofdstuk 13

Gevaarlijke stoffen

1.13.1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een verklaring van geen bezwaar, een ontheffing of een vergunning op grond van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen of de Wet explosieven voor civiel gebruik of uitvoeringsbesluiten van deze wetten:

1.13.1.1.

voor het bezigen van springstoffen wordt het tarief bepaald op de op basis van artikel 4 lid 2 van de Regeling aanvraag erkenning en onkostenvergoeding goedkeuring Wet explosieven voor civiel gebruik genoemde vergoeding.

1.13.1.2.

een ontheffing route gevaarlijke stoffen als bedoeld in artikel 22 van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen:

1.13.1.2.1.

enkelvoudige ontheffing of ontheffing voor twee afleveradressen, kosten per afleveradres

77,80

1.13.1.2.2.

meervoudige ontheffing of ontheffing propaan buitengebied (meer dan twee afleveradressen)

233,40

1.13.1.3.

een andere verklaring van geen bezwaar, ontheffing of vergunning

80,35

1.13.2.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het verkopen van vuurwerk als bedoeld in artikel 2:63 van de APV

80,35

Hoofdstuk 14

Winkeltijdenwet

1.14

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.14.1

voor een ontheffing, behoudens een ontheffing als bedoeld in onderdeel 1.14.2, in het kader van de Winkeltijdenwet of het Vrijstellingenbesluit

128,55

1.14.2.

voor een ontheffing in het kader van artikel 3, vierde lid, van de Winkeltijdenwet

482,55

1.14.3.

Het tarief bedraagt voor het verlenen van toestemming om een in de vorige onderdelen bedoelde ontheffing over te dragen aan een ander

128,55

1.14.4.

Het tarief bedraagt ter zake een intrekking of wijziging van een in de vorige onderdelen bedoelde ontheffing

64,30

Hoofdstuk 15

Kansspelen

1.15.1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

1.15.1.1.

een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat

56,50

1.15.1.2.

een periode van twaalf maanden voor twee of meer speelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat

56,50

en voor iedere volgende kansspelautomaat

34,00

1.15.1.3.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een aanwezigheidsvergunning als bedoeld onder 1.15.1. geldend voor een kortere of langere periode dan twaalf maanden geldt een naar tijdsduur evenredig tarief, afgeleid van de onder 1.15.1.1 en 1.15.1.2 genoemde tarieven.

Hoofdstuk 16

Algemene Verordening Ondergrondse infrastructuren - AVOI

1.16.1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding of aanvraag in verband met het verkrijgen van een instemmingsbesluit of vergunning voor het leggen, in stand houden, onderhouden, verleggen of verwijderen van kabels en leidingen als bedoeld in artikel 4, eerste lid, van de Algemene Verordening Ondergrondse infrastructuren - AVOI € 355,00 en € 1,15 per strekkende meter bodemsleuf.

1.16.2.

vervallen

Hoofdstuk 17

Algemene plaatselijke verordening Vlissingen

1.17.1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor:

1.17.1.1.

afgifte van een exemplaar van de APV Vlissingen

69,15

1.17.1.2.

een abonnement op de losbladige aanvulling van de APV Vlissingen per bladzijde

0,70

1.17.2.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een standplaatsvergunning op grond van artikel 5:17 of voor een ventvergunning op grond van artikel 5:14 van de APV Vlissingen

1.17.2.1.

het afgeven van een vergunning voor een periode langer dan 1 dag (bijvoorbeeld maand, kwartaal of een jaar)

111,15

1.17.2.2.

in tegenstelling tot hetgeen is bepaald in 1.17.2.1. bedraagt het tarief voor het afgeven van een vergunning, indien het gaat om het ongewijzigd verlengen van een vergunning die eerder voor een langere periode dan 1 dag (bijvoorbeeld maand, kwartaal of een jaar) is afgegeven

35,35

1.17.2.3.

het afgeven van een vergunning voor de duur van 1 dag

38,40

1.17.3.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet genoemde vergunning, ontheffing of beschikking op basis van de APV Vlissingen, voor zover daarvoor geen wettelijke regeling of vrijstelling bestaat of voor zover daarvoor niet elders in deze tabel een tarief is opgenomen

35,35

1.17.4.

Uitweg / inrit

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo in samenhang met (de provinciale wegenverordening of het provinciaal wegenreglement) of (artikel 2:7 van de Algemene plaatselijke verordening), bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

257,20

1.17.4.1.

Indien voor het verkrijgen van de vergunning als bedoeld in artikel 1.17.4 een rioolkolk moet worden verplaatst of vervangen wordt het tarief per rioolkolk die moet worden verplaatst of vervangen verhoogd met

240,00

1.17.4.2.

Indien voor het verkrijgen van de vergunning als bedoeld in artikel 1.17.4 een lichtmast moet worden verplaatst wordt het tarief per lichtmast die moet worden verplaatst verhoogd met de werkelijk gemaakte kosten.

Hoofdstuk 18

Verkeer en vervoer

1.18

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.18.1.

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen

30,70

1.18.2.

tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart, eerste aanvraag, als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

135,55

1.18.3

tot het verstrekken van een verlenging gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 1.18.2 bedraagt

32,25

1.18.4

Het tarief voor het vervangen (na verlies of diefstal) van de gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 1.18.2 en het verstrekken van een duplicaat-parkeerkaart bedraagt

32,25

Hoofdstuk 19

Diversen

1.19.1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.19.1.1.

gewaarmerkte afschriften van stukken, lichtdrukken of uittreksels uit stukken voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen,

1.19.1.1.1.

per pagina op papier van A4-formaat

2,75

1.19.1.1.2.

per pagina op papier van een ander formaat

3,55

1.19.1.2.

afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

1.19.1.2.1.

per pagina op papier van A4-formaat in zwart wit

0,35

1.19.1.2.2.

per pagina op papier van A4-formaat in kleur

0,50

1.19.1.2.3.

per pagina op papier van een ander formaat in zwart wit

0,70

1.19.1.2.4.

per pagina op papier van een ander formaat in kleur

1,70

1.19.1.3.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van camerakopieën:

1.19.1.3.1.

per pagina op papier van A4-formaat

5,45

1.19.1.3.2.

per pagina op papier van een ander formaat

6,90

1.19.1.4.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

35,35

1.19.1.5.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van stukken per e-mail, per bijlage

6,40

1.19.1.6.

Indien het noodzakelijk is de gevraagde stukken onder 1.19.1.5. te digitaliseren dan wordt het bedrag, volgens vooraf verstrekte opgave, verhoogd met per kwartier werk

7,15

1.19.1.7.

Indien de stukken bedoeld onder 1.19.1.1. in druk worden uitgegeven, bedraagt het bedrag per bladzijde geheel of gedeeltelijk bedrukt

0,70

Onder gedeeltelijk bedrukte stukken worden verstaan voor een deel bedrukte en overigens hetzij geschreven hetzij blanco gelaten stukken.

1.19.2.

Voor het verrichten van straatherstelwerkzaamheden als gevolg van het gedogen van werkzaamheden in gemeentegrond, met uitzondering van de werkzaamheden die onder de Telecommunicatiewet vallen, wordt het tarief berekend op grond van de laatstelijk door het “Nutsoverleg” vastgestelde tarieven.

1.19.3.

Het tarief bedraagt voor het aansluiten van een object op de gemeentelijke riolering per aansluiting met een buisdikte van maximum doorsnede van 160 mm

618,55

1.19.3.1.

Indien de aansluiting als bedoeld in artikel 1.19.3. een grotere buisdikte nodig is dan 160 mm, worden de werkelijke kosten in rekening gebracht, gebaseerd op een niet-bindende prijsopgave vooraf.

1.19.4.

Het tarief bedraagt voor het aanbrengen van een niet-parkeren vak ten behoeve van het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerplaats

340,75

1.19.5.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een hogere waarde voor de ten hoogste toelaatbare geluidsbelasting als bedoeld in artikel 110a, derde lid, van de Wet geluidshinder

628,00

1.19.5.1.

Het tarief bedraagt voor het op verzoek verstrekken van digitale milieu-informatie per locatie (kadastraal perceel) en per milieu-aspect (bijv. bodem, geluid)

36,20

1.19.5.2.

Het tarief bedraagt voor een actualisatie van de eerder verstrekte, onder 1.19.5.1. bedoelde informatie 5% van de genoemde bedragen.

1.19.6.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het waarmerken van registers als bedoeld in de artikel 438 van het Wetboek van Strafrecht voor de eerste tien bladzijden

3,70

Vermeerderd voor elke volgende tien bladzijden of gedeelten daarvan met

1,65

1.19.7.

Het tarief bedraagt voor het op verzoek schriftelijk verstrekken van inlichtingen uit het bestemmingsplan of inlichtingen over de bodemgesteldheid (Wet bodembescherming) ten behoeve van taxaties onroerende zaken:

38,55

1.19.8.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot afgifte van een “ship sanitation certificate” voor schepen die op basis van de gestelde eisen van de World Health Organisation wordt afgegeven, geldt het tarief zoals dat laatstelijk is bepaald door de GGD.

1.19.9.

Indien met betrekking tot een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning en/of ontheffing een advies van het Bureau bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (BIBOB) nodig is, wordt het legesbedrag voor het verkrijgen van de vergunning/ontheffing verhoogd met

vervallen

Titel 2

Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving /omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1

2.1.1.

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

2.1.1.1.

Aanlegkosten: de aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen ((de aannemingssom), de omzetbelasting daarin niet begrepen, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de kosten die voortvloeien uit de aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het aanleggen) van de werken of de werkzaamheden, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van de werken of de werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen;

2.1.1.2.

Bouwkosten: De aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin niet begrepen, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen;

2.1.1.3.

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht:

2.1.2.

in deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

2.1.3.

in deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

Hoofdstuk 2

Vooroverleg / beoordeling conceptaanvraag

2.2.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

2.2.1.

om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is.

64,50

Er is sprake van een vooroverleg als u het formulier “Vooroverleg gemeente Vlissingen” met bijbehorende bijlagen indient. Het inwinnen van informatie, telefonisch of aan de balie valt niet onder vooroverleg en is gratis. Wanneer u een advies wilt van de welstandscommissie zult u wel een Vooroverleg in moeten dienen.

2.2.2.

Bij meer dan twee adviezen van de welstandscommissie zal bij de uiteindelijke aanvraag om een omgevingsvergunning één of meerdere extra welstandstoets(en) worden opgevoerd. (Het tarief voor een extra welstandstoets bij de aanvraag omgevingsvergunning vindt u in paragraaf 2.3.1.2)

Hoofdstuk 3

Omgevingsvergunning

2.3.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

2.3.1.

Bouwactiviteiten

2.3.1.1.

Indien een aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo bedraagt het tarief:

2.3.1.1.1.

indien de bouwkosten niet meer dan € 5.000,- bedragen:

25,40

vermeerderd met € 18,00 per € 500,- of gedeelte daarvan

met een minimaal bedrag van:

133,00

2.3.1.1.2.

indien de bouwkosten meer dan € 5.000,- bedragen en minder dan € 500.000,-

115,95

vermeerderd met € 9,10 per € 500,- of gedeelte daarvan

2.3.1.1.3.

indien de bouwkosten € 500.000,- of meer bedragen

1.743,15

vermeerderd met € 7,50 per € 500,- of gedeelte daarvan

2.3.1.1.4

de in de artikelen 2.3.1.1.1 t/m 2.3.1.1.3 genoemde bedragen worden met 15% verminderd indien het hieraan ten grondslag gelegen bestemmingsplan ouder is dan 10 jaar

2.3.1.2.

Extra welstandstoets

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien voor een onderdeel van een aanvraag een nieuwe welstandstoets noodzakelijk is:

2.3.1.2.1.

Indien de bouwkosten minder dan € 5.000,- bedragen:

51,85

2.3.1.2.2.

Indien de bouwkosten € 5.000,- t/m € 500.000,- bedragen: bouwkosten gedeeld door € 500,- x € 1,00 plus een standaard tarief van:

41,70

2.3.1.2.3.

Indien de bouwkosten meer dan € 500.000,- bedragen: bouwkosten gedeeld door € 500,- x € 0,25 plus een standaard tarief van:

804,45

Met een maximum bedrag van € 1.500,-

2.3.1.3.

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld:

2.3.1.3.1.

voor een advies van de adviescommissie Zeeland (excl. BTW):

722,05

2.3.1.3.2.

vervallen.

Achteraf ingediende aanvraag

2.3.1.4.

Onverminderd het bepaalde in de onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het extra tarief, indien de in dat onderdeel / die onderdelen bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de WABO-activiteit: 50% van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges

met een minimum bedrag van

291,55

en een maximum bedrag van

1.066,05

Beoordeling aanvullende gegevens

2.3.1.5.

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de in dat onderdeel bedoelde aanvraag al in behandeling is genomen:

20%

van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges.

2.3.1.6.

Provincie bevoegd gezag

Voor een aanvraag waarbij de provincie bevoegd gezag is worden bovenop de gemeentelijke leges de provinciale leges geheven. De provinciale leges bedragen 10% van de gemeentelijke leges, met een minimumbedrag van:

372,40

2.3.2.

Aanlegactiviteiten

2.3.2.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief; € 12,60 per € 500,00 van de aanlegkosten, met een minimum van:

300,00

2.3.2.2

De in artikel 2.3.2.1 genoemde bedragen worden met 15% verminderd indien het hieraan ten grondslag liggende bestemmingsplan ouder is dan 10 jaar

2.3.3.

Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1:

2.3.3.1.

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1°, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking bestemmingsplan):

300,00

2.3.3.2.

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2°, van de Wabo wordt toegepast en het een afwijking betreft op grond van artikel 4, lid 1 t/m 8 en 10, bijlage II, Besluit omgevingsrecht:

300,00

2.3.3.3.

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2°, van de Wabo wordt toegepast en het een afwijking betreft op grond van artikel 4, lid 9, bijlage II, Besluit omgevingsrecht:

2.3.3.3.1.

de oppervlakte van het bouwwerk is minder of gelijk aan 100 m2

300,00

2.3.3.3.2.

de oppervlakte van het bouwwerk is groter dan 100 m2 en minder of gelijk aan 250 m2:

400,00

2.3.3.3.3.

de oppervlakte van het bouwwerk is groter dan 250 m2 en minder of gelijk aan 500 m2

600,00

2.3.3.3.4.

de oppervlakte van het bouwwerk is groter dan 500 m2 en minder of gelijk aan 1.000 m2

800,00

2.3.3.3.5.

de oppervlakte van het bouwwerk is groter dan 1.000 m2

1.000,00

2.3.3.4.

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2°, van de Wabo wordt toegepast en het een afwijking betreft op grond van artikel 4, lid 11, bijlage II, Besluit omgevingsrecht en

1.000,00

2.3.3.5.

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3o, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking), waarbij:

2.3.3.5.1.

de bouwkosten minder dan € 500.000,- bedragen

8.000,00

2.3.3.5.2.

de bouwkosten gelijk zijn aan of meer dan € 500.000,- bedragen en minder dan € 1.000.000,- bedragen:

13.000,00

2.3.3.5.3.

de bouwkosten gelijk zijn aan of meer dan € 1.000.000,- bedragen en minder dan € 2.000.000,- bedragen:

18.000,00

2.3.3.5.4

de bouwkosten gelijk zijn aan of meer dan € 2.000.000,- bedragen en minder dan € 5.000.000,- bedragen:

23.000,00

2.3.3.5.5.

de bouwkosten gelijk zijn aan of meer dan € 5.000.000,- bedraagt het minimale tarief

30.000,00

vermeerderd met 0,5% van het deel van de bouwkosten boven de € 5.000.000,- met een maximum van € 60.000,--

2.3.3.6.

indien artikel 3.1 of 3.6, eerste lid, onder a of b van de WRO wordt toegepast waarbij:

2.3.3.6.1.

de bouwkosten minder dan € 500.000,- bedragen

8.000,00

2.3.3.6.2.

de bouwkosten gelijk zijn aan of meer dan € 500.000,- bedragen en minder dan € 1.000.000,- bedragen:

13.000,00

2.3.3.6.3.

de bouwkosten gelijk zijn aan of meer dan € 1.000.000,- bedragen en minder dan € 2.000.000,- bedragen:

18.000,00

2.3.3.6.4.

de bouwkosten gelijk zijn aan of meer dan € 2.000.000,-bedragen en minder dan € 5.000.000,- bedragen

23.000,00

2.3.3.6.5

de bouwkosten gelijk zijn aan of meer dan € 5.000.000,- bedraagt het minimale tarief

30.000,00

vermeerderd met 0,5% van het deel van de bouwkosten boven de € 5.000.000,- met een maximum van € 60.000,--

2.3.3.7

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

300,00

2.3.3.8

indien de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de WRO en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo (afwijking van provinciale regelgeving)

6.000,00

2.3.3.9

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de WRO en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo (afwijking van nationale regelgeving)

6.000,00

2.3.4.

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

2.3.4.1.

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief, bij het in gebruik nemen of gebruiken van een bouwwerk waarin bedrijfsmatig of in het kader van verzorging nachtverblijf zal worden verschaft aan:

2.3.4.1.1

11 tot 25 personen:

668,00

2.3.4.1.2.

26 tot 50 personen:

1.337,00

2.3.4.1.3.

meer dan 50 personen:

2.673,00

2.3.4.2.

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief bij het in gebruik nemen of gebruiken van een bouwwerk waarin dagverblijf zal worden verschaft aan:

meer dan 10 personen jonger dan 12 jaar dan wel aan meer dan 10 lichamelijk of verstandelijk gehandicapte personen:

668,00

2.3.5.

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

2.3.5.1.

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een rijks-, provinciaal of gemeentelijk monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, of artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wabo in samenhang met de provinciale erfgoedverordening of artikel (14) van de (citeertitel gemeentelijke erfgoedverordening), bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.5.1.1.

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:

322,80

2.3.5.1.2.

voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

322,80

2.3.5.2.

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder c, van de Wabo, in samenhang met de provinciale erfgoedverordening of artikel (20) van de (citeertitel gemeentelijke erfgoedverordening), bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

322,80

2.3.6

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht

2.3.6.1.

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

304,30

2.3.7.

Aanleggen of veranderen weg

2.3.7.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder d, van de Wabo in samenhang met (de provinciale wegenverordening of het provinciaal wegenreglement) of artikel 2:6 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

19,15

2.3.8.

Uitweg / inrit (verplaatst naar 1.17.4)

2.3.9.

Kappen

2.3.9.1.

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo in samenhang met (de provinciale bodemverordening of) artikel 4:12 van de Algemene plaatselijke verordening , bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

36,15

2.3.10.

Reclame

2.3.10.1.

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelsreclame met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, die zichtbaar is vanaf een voor het publiek toegankelijke plaats, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder h en i, van de Wabo in samenhang met (de provinciale reclameverordening) of artikel 4.18a van de Algemene plaatselijke en indien niet tevens sprake is van een activiteit als bedoeld in onderdeel 2.3.1.1. (bouwactiviteit), bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

37,60

verhoogd met

2.3.10.2.

per m2 oppervlakte van de reclame-uiting

37,60

2.3.11.

Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 2000

2.3.11.1.

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2 aa, aanhef en onder a, van het Besluit ruimtelijke ordening (Natura 2000-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

59,80

2.3.11.2

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een handeling als bedoeld in artikel 2.1,eerste lid, onder k, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

59,80

2.3.12.

Flora- en fauna-activiteiten (bescherming van soorten)

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (flora- en fauna-activiteit) bedraagt het tarief, omverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

59,80

2.3.13.

Andere activiteiten

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

2.3.13.1.

behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:

29,90

2.3.13.2.

behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.13.2.1.

als het een gemeentelijke verordening betreft

19,15

2.3.13.2.2.

als het een provinciale of waterschapsverordening betreft

19,15

2.3.14.

Omgevingsvergunning in twee fasen

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.14.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

2.3.14.2.

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

2.3.15.

Beoordeling bodemrapport

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

2.3.15.1.

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport

129,05

2.3.15.2.

Voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport

258,20

2.3.16.

Advies

2.3.16.1.

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.26, derde lid, van de Wabo: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.3.16.2.

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.18.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.3.16.3.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het uitbrengen van een advies als bedoeld artikel 2.26 van de Wabo: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in deze tarieventabel voor de activiteiten, de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning waarop het adviesverzoek betrekking heeft. In het kader van het adviesverzoek worden de in deze tarieventabel opgenomen tarieven toegepast als ware de activiteit, de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning waarop het adviesverzoek betrekking heeft rechtstreeks in behandeling is genomen.

2.3.17.

Verklaring van geen bedenkingen

2.3.17.1.

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

2.3.17.1.1.

indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven

359,00

2.3.17.1.2.

indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.3.17.2

indien een begroting als bedoeld in 2.3.19.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Hoofdstuk 4

Vermindering

2.4.1.

Indien de locatie van de aanvraag om een omgevingsvergunning valt onder, volgens de welstandsnota, ambitieniveau 4 (welstandsvrij) of wanneer het een tijdelijk bouwwerk betreft, zal een deel van de leges in mindering worden gebracht, de vermindering bedraagt:

2.4.1.1.

Indien de bouwkosten minder dan € 5.000,- bedragen:

51,85

2.4.1.2.

Indien de bouwkosten € 5.000,- t/m € 500.000,- bedragen: bouwkosten gedeeld door € 500,- x € 1,00 plus een standaard tarief van:

41,70

Met een maximum bedrag van € 750,-

2.4.1.3.

Indien de bouwkosten meer dan € 500.000,- bedragen: bouwkosten gedeeld door € 500,- x € 0,25 plus een standaard tarief van:

804,45

Met een maximum bedrag van € 1.500,-

Hoofdstuk 5

Teruggaaf

2.5.1.

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

75%

2.5.1.1.

indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van vier weken na het in behandeling nemen ervan

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

50%

2.5.1.2.

indien de aanvraag wordt ingetrokken na vier weken na het in behandeling nemen ervan

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.2.

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw- aanleg- of sloopactiviteiten

50%

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 24 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.3.

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, planologisch strijdig gebruik-, aanleg- of sloopactiviteiten

50%

2.5.3.1.

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.3, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.3.2.

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

2.5.4.

Minimumbedrag voor teruggaaf Een bedrag minder dan € 150,00 wordt niet teruggegeven

2.5.5.

Teruggaaf bij het niet behandelen op grond van art. 4:5 van de Awb

Wanneer de gemeente besluit een aanvraag voor een omgevingsvergunning niet verder te behandelen (als bedoeld in art. 4:5 van de Awb) wordt 75% van de verschuldigde leges teruggegeven. Met dien verstande dat de minimale bouwleges (zie artikel 2.3.1.1.1) niet worden teruggegeven.

2.5.6.

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.18 en 2.3.19 wordt geen teruggaaf verleend.

Hoofdstuk 6

Intrekking omgevingsvergunning

2.6.

Het percentage bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing:

50%

Hoofdstuk 7

Wijziging omgevingsvergunning

2.7.1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:

37,60

2.7.2.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van de tenaamstelling van een verleende omgevingsvergunning:

37,60

Hoofdstuk 8

Vervallen

Hoofdstuk 9

In deze titel niet benoemde beschikking

2.9.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:

124,70

Hoofdstuk 10

Overig

2.10.

Het tarief bedraagt voor extra werkzaamheden voor het gereed maken, wijzigen of bijwerken van stukken en tekeningen, benodigd bij aanvragen om een omgevingsvergunning, alsmede voor het verlenen van hulp hierbij: voor elk half uur of een gedeelte daarvan:

20,45

2.10.1.

Het tarief bedraagt voor het doen van onderzoek in het archief van de afdeling Veiligheid, Vergunningen en Handhaving per kwartier:

8,50

Titel 3

Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1

Horeca

3.1.1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet

214,80

3.1.2.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet

80,35

3.1.3.1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet

20,35

3.1.3.2.

Het tarief als vermeld onder 3.1.3.1. wordt met een factor twee vermenigvuldigd als de ontheffingsaanvraag binnen drie weken voor de aanvang van het evenement schriftelijk is ingediend.

3.1.4.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor:

3.1.4.1.

een ontheffing van de algemeen geldende sluitingstijd (a.g.s.) als bedoeld in artikel 2:27 lid 3 van de APV nachtontheffing)

739,75

3.1.4.2.

Een vergunning van de a.g.s. als bedoeld in artikel 2:27 lid 1 of lid 4 van de APV

160 ,70

3.1.4.3.

Een ontheffing van de a.g.s. als bedoeld in artikel 2:27 lid 2 van de APV per nacht (incidentele ontheffing)

64 ,30

3.1.4.4.

Een vergunning, ontheffing, verlof of combinatie hiervan ingevolge afdeling 8, hoofdstuk 2 van de APV voor zover niet genoemd

107,35

3.1.4.5.

het aanpassen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet, dan wel een verlofvergunning ingevolge afdeling 8, hoofdstuk 2 van de APV door bijschrijven van een leidinggevende per leidinggevende, waarbij maximaal 3 maal dit tarief is verschuldigd.

35,35

Hoofdstuk 2

Organiseren evenementen of markten

3.2.

Voor evenementen die vallen onder 0 ( 0 - evenementen ) geldt geen vergunningsplicht meer en er worden derhalve geen leges geheven. Wel geldt voor deze evenementen een meldingsplicht.

0,00

3.2.1.

Voor evenementen die worden ingedeeld in categorie A kan een (verzamel)vergunning worden verleend tegen een eenmalig tarief van

35,85

3.2.2.

Voor evenementen die worden ingedeeld in categorie B kan een (verzamel) vergunning worden verleend tegen een eenmalig tarief van

76,70

3.2.3.

Voor evenementen die worden ingedeeld in categorie C kan een (verzamel) vergunning worden verleend tegen een eenmalig tarief van

306,90

3.2.4

Het tarief bedraagt voor het ter beschikbaar stellen van de onderstaande zaken tijdens evenementen

3.2.4.1

Tot en met 50 dranghekken bedraagt het tarief per dranghek, met een minmum bedrag van € 25,--

1,00

3.2.4.2

vanaf 50 tot en met 100 dranghekken bedraagt het tarief per dranghek

€ 

0,75

3.2.4.3

Vanaf 100 dranghekken bedraagt het tarief per dranghek

0,50

3.2.5

De tarieven genoemd in artikel 3.2.4 tot 3.2.4.3 worden niet in rekening gebracht indien de dranghekken zelf worden opgehaald en teruggebracht

Hoofdstuk 3

Prostitutiebedrijven

3.3.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

3.3.1.

een exploitatievergunning of wijziging van een exploitatievergunning als bedoeld in afdeling 2 van hoofdstuk 3 van de Algemene plaatselijke verordening:

3.3.1.1.

voor een seksinrichting

1.797,00

3.3.1.2.

voor een escortbedrijf

1.475,00

Hoofdstuk 4

Huisvestingswet 2014

3.4.

Het tarief bedraagt voor het verkrijgen van een splitsingsvergunning als bedoeld in artikel 33 van de Huisvestingswet

1.000,00

3.4.1.

Het tarief bedraagt voor het verkrijgen van een vergunning tot gehele of gedeeltelijke onttrekking van woonruimte aan de bestemming tot bewoning als bedoeld in artikel 30, eerste lid, onderdeel a, van de Huisvestingswet

500,00

3.4.2.

Het tarief bedraagt voor het verkrijgen van een vergunning tot omzetting van zelfstandige woonruimte in onzelfstandige woonruimte als bedoeld in artikel 30, eerste lid, onderdeel c, van de Huisvestingswet

1.000,00

Hoofdstuk 5

Brandbeveiligingsverordening

3.5.

Een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning met betrekking tot het brandveilig gebruik van een inrichting, als bedoeld in artikel 2 van de Brandbeveilingsverordening:

3.5.1.

en daarbij:

3.5.1.1.

50 tot 100 personen tegelijk aanwezig zijn

627,00

3.5.1.2.

100 tot 200 personen tegelijk aanwezig zijn

1.255,00

3.5.1.3.

meer dan 200 personen tegelijk aanwezig zijn

2.508,00

3.5.2

en daarbij in het kader van verzorging nachtverblijf wordt verschaft aan meer dan 10 personen;

3.5.2.1.

11 tot 25 personen

627,00

3.5.2.2.

25 tot 50 personen

1.255,00

3.5.2.3.

Meer dan 50 personen

2.508,00

3.5.3.

en daarbij dagverblijf wordt verschaft aan meer dan 10 personen jonger dan 12 jaar en/of meer dan 10 lichamelijk of verstandelijk gehandicapte personen;

3.5.3.1.

11 tot 25 personen

627,00

3.5.3.2.

25 tot 50 personen

1.255,00

3.5.3.3.

Meer dan 50 personen

2.508,00

Hoofdstuk 6

In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

3.6.1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

35,35

Behorend bij de Legesverordening Vlissingen 2018

de secretaris,

Mr. Drs. Ing. M. van Vliet