Regeling vervallen per 01-07-2014

VERORDENING VOORZIENINGEN RAADS- EN COMMISSIELEDEN

Geldend van 17-02-2014 t/m 30-06-2014 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2012

Intitulé

Verordening voorzieningen raads- en commissieleden

Nr. 8B

De raad der gemeente Voorschoten;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders dd. 3 december 2002, nr. 8B;

gelet op het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden

besluit:

vast te stellen de volgende verordening:

VERORDENING VOORZIENINGEN RAADS- EN COMMISSIELEDEN

HOOFDSTUK I BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN

Artikel 1

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    commissie: een commissie genoemd in de bijlage bij deze verordening;

  • b.

    Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden: het Koninklijk Besluit van 22 maart 1994, Stb. 244;

  • c.

    Reisbesluit binnenland: het Koninklijk Besluit van 1 maart 1993, Stb. 144;

  • d.

    Reisregeling binnenland: het besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken van 16 maart 1993, nr. AB93/U280, Stcrt. 56;

  • e.

    raadslid: lid van gemeenteraad;

HOOFDSTUK II VOORZIENINGEN VOOR RAADSLEDEN

VERGOEDING VOOR DE WERKZAAMHEDEN

Artikel 2

Aan het raadslid wordt een vergoeding voor de werkzaamheden toegekend die gelijk is aan het bedrag, vermeld in tabel I van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

ONKOSTENVERGOEDING

Artikel 3

  • 1. Aan het raadslid wordt een onkostenvergoeding voor aan de uitoefening van het raadslidmaatschap verbonden kosten toegekend die gelijk is aan het bedrag, vermeld in tabel II van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

  • 2. Aan een raadslid van wie de arbeidsverhouding ingevolge artikel 4, aanhef en onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 voor de toepassing van die wet als dienstbetrekking wordt aangemerkt, wordt in afwijking van het eerste lid een onkostenvergoeding toegekend die gelijk is aan het bedrag, vermeld in tabel III van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

BEREKENING EN BETALING VASTE VERGOEDINGEN

Artikel 4

  • 1. Onverminderd het bepaalde in de artikelen 1, onder e, en 8 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden vangen de vergoedingen bedoeld in de artikelen 2 en 3 aan op de dag van het afleggen van de eed of belofte bedoeld in artikel 14 van de Gemeentewet.

  • 2. Onverminderd het bepaalde in de artikelen 1, onder e, en 8 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden eindigen de vergoedingen bedoeld in de artikelen 2 en 3 op de dag bedoeld in artikel C4, tweede lid, van de Kieswet, dan wel het tijdstip bedoeld in de artikelen X1, eerste en derde lid, X6 en X8, tweede, derde en vijfde van de Kieswet.

  • 3. De vergoedingen, bedoeld in de artikelen 2 en 3, worden maandelijks uitbetaald.

REISKOSTEN

Artikel 5

  • 1. De ten behoeve van de gemeente gemaakte kosten in verband met reizen buiten het grondgebied van de gemeente ter uitvoering van een beslissing van het gemeentebestuur worden aan het raadslid vergoed.

  • 2. De in het eerste lid bedoelde vergoeding betreft:

    • a.

      bij gebruik van openbare middelen van vervoer en van een (trein)taxi: een volledige vergoeding van de in redelijkheid noodzakelijk gemaakte reiskosten; bij reizen per trein kan van de eerste klas gebruik worden gemaakt;

    • b.

      bij gebruik van een eigen motorvoertuig of bromfiets: een vergoeding van de in redelijkheid noodzakelijk gemaakte reiskosten overeenkomstig de bedragen in artikel 2 van de Reisregeling binnenland en (gebruteerde) vergoeding van in redelijkheid noodzakelijke kosten voor parkeren.

VERBLIJFKOSTEN

Artikel 6

De in redelijkheid noodzakelijk gemaakte verblijfskosten van reizen buiten het grondgebied van de gemeente worden aan het raadslid vergoed, tot ten hoogste de bedragen, vastgesteld bij of krachtens het Reisbesluit binnenland.

CURSUS, CONGRES, SEMINAR OF SYMPOSIUM

Artikel 7

  • 1. De kosten van deelname van een raadslid aan cursussen, congressen, seminars en symposia die in het gemeentebelang door of namens de gemeente worden aangeboden of verzorgd komen voor rekening van de gemeente.

  • 2. De kosten van cursussen, congressen, seminars of symposia die niet door of namens de gemeente worden aangeboden of verzorgd komen voor rekening van de gemeente als deelname van belang is in verband met de vervulling van het raadslidmaatschap.

  • 3. Het raadslid dat wil deelnemen aan een cursus, congres, seminar of symposium dat niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, en waarvan de kosten hoger zijn dan € 500,−, dient daartoe vooraf een gemotiveerde aanvraag in bij de burgemeester. De aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie.

COMPUTER EN LAPTOP

Artikel 8

  • 1. Aan het raadslid wordt voor de uitoefening van het raadslidmaatschap de mogelijkheid geboden deel te nemen aan de voor het gemeente personeel geldende pc-privéregeling. Aan het raadslid kan een eventuele gemeentelijke bijdrage in het kader van de pc-privéregeling worden verstrekt.

  • 2. Aan het raadslid dat geen gebruik maakt van de in het eerste lid bedoelde pc-privéregeling wordt voor de uitoefening van het raadslidmaatschap op aanvraag een computer of laptop met bijbehorende randapparatuur en software in bruikleen ter beschikking gesteld.

  • 3. Het raadslid ondertekent voor de bruikleen een bruikleenovereenkomst met de gemeente.

  • 4. Het college stelt het model van de bruikleenovereenkomst vast.

SPAARLOONREGELING

Artikel 9

Het raadslid van wie de arbeidsverhouding ingevolge artikel 4, aanhef en onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 voor de toepassing van die wet als dienstbetrekking wordt aangemerkt, kan op aanvraag deelnemen aan de voor het gemeentepersoneel geldende spaarloonregeling.

HOOFDSTUK III VOORZIENINGEN VOOR COMMISSIELEDEN

VERGOEDING VOOR HET BIJWONEN VAN VERGADERINGEN

Artikel 10

  • 1. Het lid van een commissie ontvangt voor het bijwonen van de vergaderingen van een commissie een vergoeding die wordt afgeleid van het bedrag vermeld in tabel IV van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

  • 2. Het bepaalde in het eerste lid is niet van toepassing op degene die als lid van een commissie een vaste vergoeding voor de werkzaamheden als bedoeld in artikel 96, tweede lid, van de Gemeentewet ontvangt.

  • 3. Geen vergoeding ontvangt degene die zitting heeft in een commissie:

    • -

      als raadslid of wethouder;

    • -

      uit hoofde van dan wel als rechtstreeks uitvloeisel van een ambtelijke of bestuurlijke hoedanigheid dan wel van een functie bij een instelling die grotendeels van overheidswege wordt gesubsidieerd;

    • -

      als vertegenwoordiger van een belanghebbende instelling, organisatie of groepering, tenzij zijn lidmaatschap van de commissie tevens in belangrijke mate het gemeentelijk belang dient.

  • 4. Voor de commissies Burger en Bestuur,Wonen, Ruimte en Groen en Mens en Samenleving , zoals vermeld in de bijlage bij deze verordening, geldt dat de vergoeding, zoals bedoeld in het eerste lid, maximaal drie keer per maand wordt toegekend, ongeacht aan welke commissievergaderingen is deelgenomen.

  • 5. De vergoeding, zoals bedoeld in het eerste lid, bedraagt voor de leden van de commissie genoemd in de bijlage bij deze verordening onder:

    categorie A: 63%;

    categorie B: 100%;

    categorie C: 250%.

  • 6. van het bedrag, zoals genoemd in het eerste lid. De bedragen worden naar boven afgerond op een euro.

  • 7. De leden – niet zijnde de burgerleden - van de Commissie Welstand en Cultureel Erfgoed worden voor het bijwonen van de vergaderingen van deze commissie vergoed op basis van het aantal uren dat zij in een vergadering aanwezig zijn. De vaststelling van het uurtarief geschiedt door burgemeester en wethouders.

  • 8. De leden – niet zijnde de burgerleden - van de Commissie Welstand en Cultureel Erfgoed worden voor het bijwonen van de vergaderingen van deze commissie vergoed op basis van het aantal uren dat zij in een vergadering aanwezig zijn. De vaststelling van het uurtarief geschiedt door burgemeester en wethouders.

  • 9. De burgerleden van de Commissie Welstand en Cultureel Erfgoed ontvangen voor het bijwonen van de vergaderingen van een commissie een vergoeding, die door burgemeester en wethouders wordt vastgesteld.

HOOFDSTUK IV DE PROCEDURE VAN DECLARATIE

BETALING VAN KOSTEN

Artikel 11

Betaling van kosten op grond van deze verordening vindt plaats door

  • a.

    betaling uit eigen middelen; of

  • b.

    rechtstreekse toezending van de factuur aan de gemeente.

DECLARATIE VAN VOORUIT BETAALDE KOSTEN

Artikel 12

  • 1. Voor de vergoeding van de kosten, bedoeld in de artikelen 5 en 6, wordt gebruik gemaakt van een declaratieformulier, waarvan het model door het college is vastgesteld, indien deze kosten uit eigen middelen vooruit zijn betaald.

  • 2. Het declaratieformulier wordt volledig ingevuld en ondertekend en binnen 2 maanden bij de griffier, of een door hem aangewezen ambtenaar ingediend, onder bijvoeging van de originele bewijsstukken.

RECHTSTREEKSE FACTURERING BIJ DE GEMEENTE

Artikel 13

  • 1. De vergoeding van kosten, bedoeld in de artikel 7, kan plaatsvinden door rechtstreekse toezending van de door het raadslid voor akkoord ondertekende factuur aan de gemeente.

  • 2. De factuur wordt binnen 2 maanden ingediend bij de griffier, of een door hem aangewezen ambtenaar.

HOOFDSTUK V CITEERTITEL EN INWERKINGTREDING

CITEERTITEL

Artikel 14

Deze verordening wordt aangehaald als Verordening voorzieningen raads- en commissieleden.

INWERKINGTREDING

Artikel 15

  • 1. Deze verordening treedt in werking op de dag na het besluit van de gemeenteraad. Gelijktijdig daarmee komt de bestaande Verordening geldelijke voorzieningen raads- en commissieleden te vervallen.

  • 2. Artikel 3 werkt terug tot en met 1 januari 2001.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad der gemeente Voorschoten, gehouden op 30 januari 2003.
de secretaris, de voorzitter,

Bijlage bij de Verordening voorzieningen raads- en commissieleden

Categorie A.

- Commissie voor Cultuur.

Categorie B.

- Commissie voor Burger en Bestuur

- Commissie voor Wonen, Ruimte en Groen

- Commissie voor Mens en Samenleving.

Categorie C.

- Commissie voor Aankoop beeldende kunst.

- Commissie voor de behandeling van bezwaar- en beroepschriften.

- Commissie voor de behandeling van bezwaarschriften ingevolge de Algemene Bijstandswet c.a..