Regeling vervallen per 01-06-2019

Beleidsregels Social return gemeente Voorschoten 2016

Geldend van 28-07-2016 t/m 31-05-2019

Intitulé

Beleidsregels Social return gemeente Voorschoten 2016

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Voorschoten;

gelet op de Aanbestedingswet;

gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;

besluit vast te stellen de navolgende:

Beleidsregels Social return gemeente Voorschoten 2016.

Artikel 1. Begripsomschrijving

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

  • a.

    Diensten: werkzaamheden niet zijnde leveringen en/of werken, die betrekking hebben op het verrichten van de in de van toepassing zijnde Europese aanbestedingsrichtlijn bedoelde diensten.

  • b.

    Werken: het product van een geheel van bouwkundige of civieltechnische werken dat ertoe bestemd is als zodanig een economische of technische functie te vervullen.

  • c.

    Arbeidsextensief: een opdracht wordt geacht arbeidsextensief te zijn indien de loonsom minder dan 30% van de opdrachtsom bedraagt.

  • d.

    Bouwblokkenmodel: voor de waardering van de inzet maakt de gemeente gebruik van het bouwblokkenmodel. Deze is opgenomen in bijlage 1.

  • e.

    Drempelbedrag social return: het drempelbedrag waarbij social return wordt toegepast is gelijk aan het bedrag dat is opgenomen als drempelwaarde voor het volgen van een Europese aanbestedingsprocedure voor decentrale overheden voor diensten.

  • f.

    Opdrachtsom: het bedrag of de bedragen waarmee is ingeschreven op een aanbesteding, gerekend over de gehele opdracht.

  • g.

    Opdrachtnemer: de ondernemer aan wie een opdracht door de gemeente Voorschoten is gegund, waar social return op van toepassing is.

  • h.

    Opdrachtwaarde: de geraamde opdrachtwaarde zoals bedoeld in afdeling 2.1.2 van de Aanbestedingswet 2012.

  • i.

    Werkgeversservicepunt (hierna afgekort tot WSP): het onderdeel van de gemeentelijke organisatie verantwoordelijk voor de re-integratie van werkzoekenden en matching van werkzoekenden met werkgevers.

  • j.

    Werkzoekenden: onder werkzoekenden wordt verstaan personen behorend tot de doelgroepen zoals opgenomen in het bouwblokkenmodel.

Artikel 2. Toepassen social return

  • 1. Bij aanbestedingen van diensten en werken met een geraamde opdrachtwaarde exclusief BTW hoger dan het drempelbedrag social return past de gemeente social return toe, tenzij de opdracht zich daar niet voor leent.

  • 2. Bij aanbesteding van diensten en werken met een geraamde opdrachtwaarde exclusief BTW onder het drempelbedrag social return wordt bekeken of het toepassen van social return mogelijk is.

  • 3. Indien social return van toepassing is op een aanbesteding, dan vermeldt de gemeente dit bij de aankondiging van de aanbesteding.

  • 4. Als naar oordeel van de gemeente de realisatie van social return meer is gediend via het stellen van op sociale return gerichte gunningscriteria, dan kan de gemeente daartoe overgaan indien de aard van de opdracht voldoende verband houdt met het te realiseren doel van social return. De gunningscriteria houden in dat geval verband met het voorwerp van de opdracht.

Artikel 3. Verplichting opdrachtnemer

  • 1. De opdrachtnemer laat een deel van de opdracht waar social return op van toepassing is, uitvoeren door werkzoekenden.

  • 2. De opdrachtnemer gebruikt voor de uitvoering van de in het eerste lid genoemde verplichting tenminste 5% van de opdrachtsom.

  • 3. In afwijking van lid 2 beloopt de inzet van werkzoekenden bij de uitvoering van arbeidsextensieve opdrachten 2% van de opdrachtsom.

  • 4. Per geval zal bekeken worden of gelet op de aard of duur van de opdracht dan wel gelet op de regionale arbeidsmarktomstandigheden het noodzakelijk is af te wijken van de in dit artikel genoemde percentages.

Artikel 4 invulling social return-verplichting

  • 1. De beoordeling van de waardering van de inzet van werkzoekenden geschiedt overeenkomstig het bouwblokkenmodel zoals opgenomen in bijlage 1.

  • 2. Het bedrag dat is opgenomen in het bouwblokkenmodel is van toepassing bij een fulltime dienstverband of detachering (36 uur per week) voor de periode van een jaar.

  • 3. De opdrachtnemer neemt binnen zeven werkdagen nadat het definitieve gunningsbericht is ontvangen contact op met het WSP om afspraken te maken over de invulling van de social return-verplichting.

  • 4. Bij een dienstverband met minder arbeidsuren per week en/of van kortere duur wordt het bedrag genoemd in het bouwblokkenmodel naar rato bijgesteld.

  • 5. Doelgroepen uit het bouwblokkenmodel die maximaal 12 maanden voorafgaand aan de ingangsdatum van het aanbestedingscontract in dienst zijn genomen tellen mee voor de social return-verplichting, mits op de opdracht werkend of werkend op een aan de opdracht gerelateerde klus.

  • 6. De invulling van de social return-verplichting moet aan de opdracht gerelateerd zijn.

  • 7. Indien de werkgever loonkostensubsidie ontvangt voor een persoon die wordt meegeteld voor de social return-verplichting dan wordt het bedrag aan loonkostensubsidie in mindering gebracht op het bedrag zoals opgenomen in het bouwblokkenmodel.

  • 8. De werkgever kan geen aanspraak maken op een werkgeverscheque indien betreffend persoon meetelt voor de social return-verplichting.

Artikel 5. Verantwoordingsverplichting

  • 1. De opdrachtnemer verstrekt volgens afgesproken termijnen een overzicht van de geleverde social return-prestaties op een door de gemeente vastgestelde wijze.

  • 2. Ook als de opdrachtnemer met onderaannemers werkt, blijft eerstgenoemde eindverantwoordelijk voor de uitvoering van de verplichtingen genoemd in artikel 3.

Artikel 6. Niet nakomen verplichtingen

  • 1. In het contract met de opdrachtnemer wordt een boetebepaling opgenomen voor het niet (volledig) nakomen van de verplichtingen in artikel 3 en/of 4.

  • 2. Het boetebedrag dat wordt opgenomen in de boetebepaling bedraagt 1,5 keer het bedrag dat gelijk is aan de waarde van de verplichtingen die niet zijn nagekomen.

  • 3. Van het opleggen van een boete wordt afgezien indien de opdrachtnemer aannemelijk kan maken dat hem geen verwijt treft voor het niet (volledig) nakomen van de verplichtingen.

Artikel 7. Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als ‘Beleidsregels Social return gemeente Voorschoten 2016’.

Artikel 8. Inwerkingtreding

Deze beleidsregels treden in werking op de eerste dag na die waarop zij zijn bekend gemaakt.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van 12 juli 2016

Het college van burgemeester en wethouders

van Voorschoten,

Secretaris Burgemeester

Bijlage 1 Bouwblokkenschema

Werkzoekende / Leerling

Bijzonderheden

Waarde op jaarbasis

Geen uitkering

Zonder arbeidsbeperking

€ 5.000

Geen uitkering

Met arbeidsbeperking

€10.000

Leerling / student stage HBO

Stage op jaarbasis of naar rato / weken

€ 5.000

Leerling / student stage MBO BOL

Stage op jaarbasis of naar rato / weken

€ 5.000

Leerling / student stage MBO BOL

In dienst name

€ 25.000

Leerling / student stage

PrO / VSO

In dienstname na uitstroom

€ 25.000

WW

Uitkeringsduur niet van belang

€ 10.000

WIA

Uitkeringsduur niet van belang

€ 20.000

Wajong

Uitkeringsduur niet van belang

€ 25.000

Participatiewet

Zonder beperking en < 2 jaar uitkering

€ 25.000

Participatiewet

Zonder beperking en > 2 jaar uitkering

€ 30.000

Participatiewet

Met arbeidsbeperking, vastgesteld door UWV (valt onder garantiebaan / doelgroepenregister / banenafspraak

€ 50.000

WSW

WSW wachtlijst / Participatiewet

€ 50.000

WSW

WSW dienstverband

€ 50.000

Maatschappelijk verantwoorde activiteiten

Maatwerk

€ 1.000 maximaal per dag

- Voor werkzoekenden van 55+ geldt een extra waarde van € 10.000 op jaarbasis.

- Bij dienstverlening of productie door een SW-bedrijf geldt de waarde van de betaalde rekeningen.

Toelichting

Algemene toelichting

De gemeente Voorschoten heeft in haar inkoopbeleid social return opgenomen. Dit betekent dat de gemeente bij aanbestedingen de voorwaarde kan stellen dat de opdrachtnemer zich inzet om werkzoekenden aan het werk te helpen.

Het doel van social return is mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt kansen bieden op de arbeidsmarkt. De gemeente vraagt met social return aan de opdrachtnemer om werkzoekenden met een afstand tot de arbeidsmarkt, stagiaires of mensen die vallen onder de Wsw een arbeidsplek te bieden. In deze (tijdelijke) baan kunnen zij werkervaring opdoen en hiermee hun kansen op de arbeidsmarkt vergroten.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1. Begripsomschrijving

Dit artikel bevat een omschrijving van de begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt.

Artikel 2. Toepassen social return

Social return wordt als eis toegepast bij aanbestedingen van diensten en werken die de Europese aanbestedingsgrens voor diensten overschrijden. Hierbij wordt gekeken naar de opdrachtsom exclusief BTW. De Europese richtlijn voor aanbesteding van diensten wordt eens per twee jaar vastgesteld en bedraagt in 2016 en 2017 € 209.000,-. Social return wordt niet toegepast indien de opdracht zich daartoe niet voor leent. Dit betekent dat vooraf een inschatting wordt gemaakt of social return is uit te voeren op de aan te besteden opdracht. Bij aanbestedingen van diensten en werken met een geraamde opdrachtsom onder de Europese aanbestedingsgrens voor diensten wordt social return alleen toegepast indien de opdracht zich hier goed voor leent. Daarbij is er aandacht voor de tijdsinvestering die het toepassen van social return vraagt ten opzichte van de voordelen dat het toepassen van social return oplevert. In de aanbesteding kan de gemeente gunningscriteria opnemen met betrekking tot de invulling van social return. De gunningscriteria houden verband met het voorwerp van de opdracht.

Artikel 3. Verplichting opdrachtnemer

De opdrachtnemer stelt werkzoekenden uit het bouwblokkenmodel aan om een deel van de opdracht uit te voeren. In regel wordt als contractvoorwaarde opgenomen dat 5% van de opdrachtsom wordt besteed aan social return. Bij arbeidsextensieve opdrachten (minder dan 30% arbeid) bedraagt dit minimaal 2% van de loonsom. Het percentage wordt door de inkoper bepaald en is afhankelijk van de opdracht. Per opdracht wordt voorafgaand aan de aanbesteding bekeken of  het percentage passend is gelet op de aard en de duur van de opdracht en de regionale arbeidsmarktomstandigheden. Van het percentage kan worden afgeweken indien blijkt dat dit niet het geval is.

Artikel 4. Invulling social return-verplichting

Bij uitvoering van social return maakt de gemeente gebruikt van het bouwblokkenmodel. Het bouwblokkenmodel is opgenomen in bijlage 1. In het bouwblokkenmodel zijn verschillende doelgroepen opgenomen. Hierbij is inzichtelijk gemaakt voor welk bedrag aan social return-verplichting wordt voldaan indien een persoon uit de doelgroep wordt aangenomen. Het bedrag dat wordt genoemd is een fictief bedrag en betreft een fulltime dienstverband of detachering voor de periode van een jaar. Bij een korter durend dienstverband wordt het bedrag naar rato verrekend.

Iedere doelgroep heeft in het bouwblokkenmodel een fictieve waarde. De opdrachtnemer maakt zijn eigen indeling uit deze doelgroepen. Bij het opstellen van de fictieve waarden is onderscheid gemaakt in waardering tussen gemeentelijke (hoge waarde) en niet gemeentelijke (lage waarde) doelgroepen. Ook is rekening gehouden met de werkgeverslasten die in dienst name met zich meebrengt en de mate van inspanning voor de begeleiding van de doelgroep (de afstand tot de arbeidsmarkt). Personen uit het doelgroepenregister (ook Pro / VSO leerlingen) krijgen een hogere waarde om opdrachtnemers extra te stimuleren aan de slag te gaan met deze doelgroepen.

Over de invulling van social return moet de opdrachtnemer afspraken maken met het Werkgeversservicepunt (WSP) van de afdeling Werk en Inkomen. De opdrachtnemer moet binnen zeven werkdagen nadat het definitieve gunningsbericht is ontvangen contact opnemen met de contractbeheerder van Werk en Inkomen. De opdrachtnemer en de contractbeheerder maken afspraken over de invulling van de social return-verplichting. Deze afspraken worden schriftelijk vastgelegd en vormen een integraal onderdeel van de overeenkomst met de opdrachtnemer.

Werkzoekenden en leerlingen (alle bouwblok-doelgroepen) die maximaal 12 maanden voorafgaand aan de ingangsdatum van een contract – mits op de opdracht werkend of aan de opdracht gerelateerd – in dienst zijn genomen tellen mee voor de social return invulling van de opdrachtnemer. Dit is om stapeling van verschillende maatregelen rondom de arbeidsparticipatie van werkzoekenden en arbeidsbeperkten voor de opdrachtnemer te voorkomen. Daarnaast geeft het ruimte aan het duurzaam in dienst nemen van personen uit de social return doelgroepen. Voor detacheerders creëert het de mogelijkheid om iemand te kunnen plaatsen op meerdere social return opdrachten en poolvorming is daardoor mogelijk. Het is door deze maatregel ook mogelijk duurzame plaatsingen te realiseren door kandidaten regionaal in te zetten (op meerdere opdrachten van meerdere gemeenten).

De invulling van social return moet wettelijk gezien aan de opdracht gerelateerd zijn. Dit betekent dat personen die meetellen voor social return op de opdracht of op een klus gerelateerd aan de opdracht werkzaam dienen te zijn.  

Als werkgevers een loonkostensubsidie ontvangen voor een kandidaat die meetelt voor de social return-verplichting dan wordt het bedrag aan loonkostensubsidie in mindering gebracht op het bedrag zoals is opgenomen in het bouwblokkenmodel. De werkgever wordt via de loonkostensubsidie namelijk al gecompenseerd voor een deel van de loonkosten die de werkgever maakt voor het in dienst nemen van iemand uit de doelgroep. Deze kosten kunnen vervolgens dus niet door de opdrachtnemer worden aangedragen in kader van social return.

Een werkgever kan geen aanspraak maken op een werkgeverscheque bij in dienst name van een kandidaat voor social return. Indien de werkgeverscheque al eerder is toegekend omdat betreffend persoon al eerder in dienst is genomen, dan wordt het bedrag gelijk aan de toegekende werkgeverscheque in mindering gebracht op het bedrag zoals opgenomen in het bouwblokkenmodel.

Artikel 5. Verantwoordingsplicht

De opdrachtgever legt verantwoording af aan de gemeente over de manier waarop invulling wordt gegeven aan de social return-verplichting tijdens de duur van de overeenkomst. De opdrachtnemer heeft hierover contact met het WSP van de afdeling Werk en Inkomen. Het nakomen van de social-return-verplichting blijft de verantwoordelijkheid van de opdrachtnemer, ook als onderdelen van de opdracht bijvoorbeeld door een onderaannemer worden uitgevoerd.

Artikel 6. Niet nakomen van de verplichtingen

In de overeenkomst met de opdrachtnemer wordt een boetebepaling opgenomen voor als de opdrachtnemer zijn social return-verplichtingen niet (volledig) nakomt. Van deze inhouding wordt afgezien als de opdrachtnemer aannemelijk kan maken, dat hem geen verwijt treft voor het niet (volledig) realiseren van de social return.