Uitvoeringsbesluit voor de grafbedekkingen begraafplaats Rosenburgh

Geldend van 25-02-2011 t/m heden

Intitulé

Uitvoeringsbesluit voor de grafbedekkingen begraafplaats Rosenburgh

Burgemeester en wethouders van gemeente Voorschoten,

gelet op artikel 27 lid 1 van de BEHEEERSVERORDENING BEGRAAFPLAATS ROSENBURGH 2011,

besluiten vast te stellen het volgende

Uitvoeringsbesluit voor de grafbedekkingen begraafplaats Rosenburgh

Artikel 1. Aanvraag vergunning gedenkteken

  • 1. Bij de schriftelijke aanvraag voor vergunning tot het hebben van een gedenkteken behoort een werktekening te worden ingediend.

  • 2. Op deze werktekening dienen ten minste voor te komen:

    • a.

      een boven-, voor- en zijaanzicht met alle hoogte-, breedte-, dikte- en lengtematen;

    • b.

      de soort, kleur en bewerking van het te gebruiken materiaal;

    • c.

      de woordindeling van het opschrift en de plaats van figuratie(s);

    • d.

      het materiaal van de fundering en de wijze van bevestiging van het gedenkteken daarop.

Artikel 2. Regels gedenkteken

  • 1. Voor de gedenktekens mogen alleen duurzame materialen worden gebruikt, zoals natuursteen,

    metaal, keramiek, duurzame kunststoffen of een verduurzaamde houtsoort.

  • 2. Met betrekking tot de afmetingen en de aard van de gedenktekens zijn de volgende regels

    vastgesteld:

    • a.

      Particuliere graven en keldergraven: 1 gedenkteken met een maximale lengte en breedte van 1.00 m. x2.00 m, een maximale hoogte van 1.10 m. en een dikte tussen 0.06 m. en 0.40 m.;

    • b.

      Urnengraven: 1 gedenkteken met een maximale lengte en breedte van 0.70 m. x 0.50 m, een maximale hoogte van 1.10 m. en een dikte tussen 0.06 m en 0,40 m.;

    • c.

      Algemene graven: 2 gedenktekens, waarvan elk een maximale lengte en breedte heeft van 1.00 x 0.50 m, een maximale hoogte van 0.25 m, en een dikte tussen 0.06 m. en 0.40 m. of, wanneer de nabestaanden van beide in het graf begravenen daarmee

      instemmen, 1 gedenkteken met een maximale lengte en breedte van 1.00 m. x 2.00 m, een maximaal hoogte van 1.10 m. en een dikte tussen 0.06 m. en 0.40 m.;

    • d.

      Kindergraven: 2 gedenktekens, waarvan elk een maximale lengte en breedte heeft van 0.80 m. x 0.50 m, een maximale hoogte van 0.25 m. en een dikte tussen 0.06 m en 0.12 m. of, wanneer de nabestaanden van beide in het graf begravenen daarmee

      instemmen, 1 gedenkteken met een maximale lengte en breedte van 0.80 m. x 1.60 m, een maximaal hoogte van 1.10 m. en een dikte tussen 0.06 m en 0.12 m.;

    • e.

      Urnennissen: in de natuurstenen afdekplaten 0.20 x 0.20m. van de urnennissen mogen inscripties worden gegraveerd. Het aanbrengen van een inscriptie op de afdekplaat dient in opdracht van de rechthebbende, door een erkende steenhouwer te worden uitgevoerd. De betreffende steenhouwer draagt zorg voor het vervoer van de natuurstenen afdekplaat;

    • f.

      Op de herdenkingszon bij het verstrooiingsveld worden door de beheerder roestvrij stalen gedenkplaatjes ter beschikking gesteld. De gedenkplaatjes hebben een afmeting van 140 mm. x 50 mm. x 3mm., waarop teksten in de kleur zwart aangebracht kunnen worden.

  • 3. Op een grafveld mag een graf worden aangelegd met de volgende maximale afmetingen (lxb):

    • a.

      Particuliere graven en keldergraven 1.00 m. x 2.00 m.

    • b.

      Urnengraven 0.70 m. x 0.80 m.

    • c.

      Algemene graven 1.00 m. x 1.00 m.

    • d.

      Kindergraven 0.80 m. x 0.80 m.

  • 4. Indien gebruik wordt gemaakt van “losse” materialen (schelpen, grind, houtsnippers enz.) dient een opsluiting te worden aangebracht binnen de in het voorgaande lid aangegeven afmetingen.

  • 5. Alle in dit artikel genoemde lengtematen zijn in de richting overeenkomstig de voorzijde van het graf.

  • 6. Alle in dit artikel genoemde hoogtematen zijn vanaf het maaiveld.

  • 7. De beheerder van de begraafplaats en/of burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen ten aanzien van het bepaalde in dit artikel. Tevens kunnen burgemeester en wethouders van het bepaalde in dit artikel ontheffing verlenen.

Artikel 3. Regels grafbeplanting en voorwerpen

  • 1. Het (doen) aanbrengen van grafbeplanting geschiedt bij algemene graven door of namens de gebruiker.

  • 2. Het (doen) aanbrengen van grafbeplanting geschiedt bij particuliere graven door of namens de rechthebbende.

  • 3. De afmetingen van de grafbeplanting is qua lengte en breedte gelijk aan die van de liggende grafstenen genoemd in artikel 2 lid 2 a ,b en c. De hoogte mag maximaal 110 cm zijn.

  • 4. Het toepassen van glazen vazen is niet toegestaan. Ook gebruik van andere constructies en voorwerpen die sterk onderhevig zijn aan weersinvloeden is niet toegestaan. De beheerder beoordeelt welke constructies en voorwerpen sterk onderhevig zijn aan weersinvloeden.

Artikel 4. Onderhoud grafbedekking door de gemeente

  • 1. Indien er voor een vervallen graf geen belangstellende is die de grafrechten wil verwerven, wordt volledig in het onderhoud van de grafbedekking voorzien indien het graf op de lijst van historische graven volgens artikel 37 van de Verordening Begraafplaats Rosenburgh 2011 staat.Onder volledig onderhoud wordt mede verstaan het herstellen van een ondeugdelijke constructie van het gedenkteken.

Artikel 5. Slotbepalingen

  • 1. Dit uitvoeringsbesluit treedt 8 dagen na publicatie van de ‘Beheersverordening begraafplaats Rosenburgh 2011’ in Groot Voorschoten in werking.

  • 2. Dit uitvoeringsbesluit kan worden aangehaald als: Uitvoeringsbesluit voor de grafbedekkingen begraafplaats Rosenburgh.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van burgemeester en wethouders van de gemeente Voorschoten op 28 december 2010,
de secretaris, de burgemeester