Beleidsregels van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Voorschoten houdende bepalingen over schuldhulpverlening (Beleidsregels Schuldhulpverlening 2021)

Geldend van 01-01-2021 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Voorschoten houdende bepalingen over schuldhulpverlening (Beleidsregels Schuldhulpverlening 2021)

Het college van de gemeente Voorschoten;

gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht (vaststellen van beleidsregels);

gelet op artikel 3, eerste tot en met derde lid van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (verantwoordelijkheid van het college en de gevallen waarin het college in ieder geval schuldhulpverlening kan weigeren);

gelet op artikel 6 van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (inlichtingenplicht);

gelet op artikel 7 van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (medewerkingsplicht);

overwegende dat de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening per 1 januari 2021 wordt gewijzigd;

besluit:

Vast te stellen de navolgende Beleidsregels Schuldhulpverlening 2021:

Beleidsregels Schuldhulpverlening 2021

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

  • a.

    cliënt: persoon aan wie schuldhulpverlening wordt gegeven op grond van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening;

  • b.

    college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente;

  • c.

    inwoner: degene die als ingezetene in de basisregistratie personen is ingeschreven;

  • d.

    schuldhulpverlening: het ondersteunen bij het vinden van een adequate oplossing gericht op de aflossing van schulden, indien redelijkerwijs is te voorzien dat een natuurlijke persoon niet zal kunnen voortgaan met het betalen van zijn schulden of indien hij in de toestand verkeert dat hij heeft opgehouden te betalen, alsmede de nazorg.

Artikel 2. Doelgroep gemeentelijke schuldhulpverlening

Iedere inwoner van de gemeente Voorschoten van 18 jaar en ouder kan zich tot het college wenden voor schuldhulpverlening. Voor een inwoner die zelfstandig ondernemer is met een nog functionerende onderneming, geldt het Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (Bbz) als voorliggende voorziening. Als de onderneming naar het oordeel van het college wel levensvatbaar is maar het Bbz geen oplossing biedt, dan kan de zelfstandige met problematische schulden worden toegelaten tot de gemeentelijke schuldhulpverlening.

Artikel 3. Aanbod schuldhulpverlening

  • 1. Het college verleent schuldhulpverlening indien het college schuldhulpverlening noodzakelijk acht. Indien de noodzaak niet aanwezig wordt geacht door het college, kan een aanvraag worden geweigerd.

  • 2. De vorm waarin de gemeente schuldhulpverlening aanbiedt, is van meerdere factoren afhankelijk en kan per situatie verschillen. De zelfredzaamheid van de persoon en de regelbaarheid van de schulden zijn bepalend.

  • 3. Alvorens een schuldregeling wordt getroffen, worden inkomsten en uitgaven van

    de cliënt in evenwicht gebracht: stabilisatie. Zodra dit het geval is, kan worden gestart met de schuldregeling. Het (breed) moratorium kan worden ingezet om stabilisatie mogelijk te maken, doch kan niet door de cliënt afgedwongen worden bij het college.

Artikel 4. Verplichtingen

  • 1. De cliënt doet aan het college op verzoek of onverwijld uit eigen beweging mededeling van alle feiten en omstandigheden waarvan hem redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat zij van invloed kunnen zijn op schuldhulpverlening, zowel bij de aanvraag als gedurende de looptijd van het schuldhulpverleningstraject.

  • 2. De cliënt is verplicht aan het college de medewerking te verlenen die redelijkerwijs nodig is voor de uitvoering van schuldhulpverlening. Hieronder wordt in ieder geval verstaan:

    • a.

      het nakomen van gemaakte afspraken in het kader van schuldhulpverlening;

    • b.

      het tijdig inleveren van noodzakelijke bewijsstukken voor de schuldhulpverlening. Hiervoor geldt dat na verzuim altijd nog één hersteltermijn wordt geboden;

    • c.

      geen nieuwe schulden aangaan die het nakomen van aflossingsverplichtingen aan bestaande schuldeisers in de weg staan;

    • d.

      het zich houden aan de bepalingen en voorwaarden zoals genoemd in het plan van aanpak en de overeenkomsten tot stabilisatie, schuldregeling, budgetbeheer of budgetondersteuning;

    • e.

      het actief deelnemen aan beschikbare financiële training gericht op het voorkomen van nieuwe schulden;

    • f.

      zoveel mogelijk afloscapaciteit creëren door het verruimen van inkomen, inzetten van beschikbaar vermogen en minimaliseren van uitgaven, en deze afloscapaciteit gebruiken ter afbetaling van de schulden;

    • g.

      inkomsten verwerven naar zijn volledige arbeidscapaciteit, passende arbeid aanvaarden of passende arbeid proberen te verkrijgen in de mate die redelijkerwijs van hem gevraagd kan worden.

Artikel 5. Weigeren en beëindigen

  • 1. Indien de cliënt niet of in onvoldoende mate zijn verplichtingen nakomt zoals neergelegd in artikel 4, kan het college besluiten om schuldhulpverlening te weigeren dan wel te beëindigen.

  • 2. Het college weigert de toegang tot schuldhulpverlening voor de persoon die veroordeeld is voor fraude, door opzet of door grove schuld, die tot financiële benadeling van een bestuursorgaan heeft geleid of daarvoor een bestuurlijke sanctie opgelegd heeft gekregen.

Artikel 6. Beëindiginggronden

  • 1. Onverminderd de overige bepalingen in deze beleidsregels, kan het college besluiten tot beëindiging van de schuldhulpverlening indien:

    • a.

      het schuldhulpverleningstraject succesvol is afgerond;

    • b.

      op grond van – zo later is gebleken – onjuiste gegevens schuldhulpverlening aan betrokkene is toegekend, terwijl indien dit ten tijde van de besluitvorming bekend was geweest bij het college, een andere beslissing zou zijn genomen;

    • c.

      de cliënt zich ten opzichte van de medewerkers, belast met werkzaamheden die voortkomen uit het schuldhulpverleningstraject, misdraagt;

    • d.

      de cliënt in staat is om zijn schulden zelf te regelen dan wel in staat is de schulden zelfstandig te beheren;

    • e.

      de geboden hulpverlening, gelet op de persoonlijke omstandigheden van de cliënt, niet (langer) passend is;

    • f.

      indien een verzoek tot toelating WSNP is afgewezen.

  • 2. Een traject schuldhulpverlening eindigt van rechtswege bij het overlijden van de cliënt.

  • 3. Indien de cliënt gedurende het schuldhulpverleningstraject verhuist naar een andere gemeente en daardoor niet langer tot de doelgroep behoort zoals beschreven in artikel 2, handelt het college als volgt: alleen indien het dossier vergevorderd is (een algeheel akkoord is bereikt met schuldeisers) en naar het oordeel van het college uit praktisch oogpunt wenselijk is, blijft het dossier in behandeling bij het college van Voorschoten.

Artikel 7. Recidive – hernieuwde aanvraag

  • 1. Indien minder dan 2 jaar voorafgaande aan de dag waarop het verzoek is ingediend, door de inwoner een traject schuldregeling succesvol is doorlopen (minnelijk en/of wettelijk), kan een aanvraag schuldhulpverlening worden geweigerd met uitzondering van het geven van informatie, advies en/of een doorverwijzing.

  • 2. Indien minder dan 1 jaar voorafgaande aan de dag waarop het verzoek is ingediend een traject schuldregeling tussentijds door toedoen van de cliënt is beëindigd (minnelijk en/of wettelijk), ingevolge artikel 5 een traject schuldhulpverlening is geweigerd of schuldhulpverlening is beëindigd op grond van artikel 6 sub b, c of e (tenzij er een oplossing voor is gevonden), kan een aanvraag schuldhulpverlening worden geweigerd met uitzondering van het geven van informatie, advies en/of een doorverwijzing.

Artikel 8. Inwerkingtreding en citeertitel

Deze beleidsregels treden in werking met ingang van 1 januari 2021 en worden aangehaald als “Beleidsregels Schuldhulpverlening 2021”. Tegelijkertijd worden de Beleidsregels schuldhulpverlening Gemeente Voorschoten 2017 ingetrokken.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van 8 december 2020

A.R. de Graaf,

Gemeentesecretaris

Ch. B. Aptroot,

burgemeester