Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Waalre houdende regels voor het parkeren van belanghebbenden Verordening parkeren belanghebbenden

Geldend van 28-03-1991 t/m heden

Intitulé

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Waalre houdende regels voor het parkeren van belanghebbenden Verordening parkeren belanghebbenden

DE RAAD DER GEMEENTE WAALRE

Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 9 oktober 1990, nr. 100;

Gelet op de bepaling van de wegenverkeerswet, het reglement verkeersregels en verkeerstekens, de Gemeentewet en de Wet op de motorrijtuigenbelasting 1966;

BESLUIT:

Vast te stellen de “Verordening tot regeling van het parkeren door belanghebbende op voor hen aangewezen openbare weggedeelten”.

Artikel 1

Voor de toepassing van deze ordening wordt verstaan in het reglement verkeersregels en verkeerstekens.

Artikel 2

  • a. Burgemeester en Wethouders kunnen bij ter openbare kennis te brengen besluit openbare weggedeelten aanwijzen, waar parkeren slechts is toegestaan aan belanghebbenden, als bedoeld in artikel 20, tweede lid, onder c, van de Wet op de Motorrijtuigenbelasting 1966;

  • b. Als belanghebbenden worden aangemerkt degenen, aan wie burgemeester en Wethouders overeenkomstig de bepalingen van deze verordening een parkeervergunning hebben verleend.

Artikel 3

Een parkeervergunning kan worden verleend aan:

  • a.

    de eigenaar of houder van een motorvoertuig op meer dan twee wielen die bewoner is van een pand, gelegen in een door Burgemeester en Wethouder te bepalen gebied, waarvan openbare weggedeelten zijn aangewezen bij een besluit, als bedoeld in artikel 2;

  • b.

    de eigenaar of houder van een motorvoertuig op meer dan twee wielen, die zijn beroep of bedrijf uitoefent in een pand, gelegen in een gebied, als bedoeld onder a. en die heeft aangetoond dat het in het belang van zijn beroeps- of bedrijfsuitoefening noodzakelijk is het motorvoertuig te parkeren op een ingevolge artikel 2 aangewezen openbare weggedeelte.

Artikel 4

Een parkeervergunning kan uitsluitend worden verleend voor het parkeren met motorvoertuigen op meer dan twee wielen en met een lengte van minder dan 2 meter.

Artikel 5

Burgemeester en Wethouders beslissen binnen een maand nadat een aanvrage voor een parkeervergunning is ingekomen. Zij kunnen deze termijn met ten hoogste een maand verlengen. Een besluit tot weigering is met redenen omkleed.

Artikel 6

De parkeervergunning vermeldt tenminste:

  • a.

    de naam en het adres van de vergunninghouder;

  • b.

    het kenteken van het motorvoertuig of van de motorvoertuigen, waarvoor de vergunbning is verleend;

  • c.

    de datum van ingang;

  • d.

    het openbare weggedeelte of de weggedeelten, waarvoor de parkeervergunning is verleend.

Artikel 7

Burgemeester en Wethouders kunnen aan een parkeervergunning voorschriften verbinden.

Artikel 8

Burgemeester en Wethouders trekken een parkeervergunning in indien:De vergunninghouder niet meer voldoet aan de omschrijving van artikel 3 onder a. of b.;De aanwijzing, bedoelt in artikel 2 wordt ingetrokken.

Artikel 9

Burgemeester en Wethouders kunnen een parkeervergunning intrekken:Indien de vergunninghouder in strijd handelt met de voorschriften verbonden aan de parkeervergunning;Om redenen van openbaar belang;

Artikel 10

  • a. een besluit tot intrekking van een parkeervergunning is met redenen omkleed. Het besluit wordt bij brief toegezonden. Dit besluit wordt niet genomen dan nadat de vergunninghouder in de gelegenheid is gesteld binnen een door Burgemeester en Wethouders gestelde termijn zijn oordeel kenbaar te maken omtrent het besluitvoornemen.

  • b. Ten aanzien van het intrekken van een besluit tot aanwijzing als bedoeld in artikel 2, is het gestelde onder a. van overeenkomstige toepassing.

Artikel 11

Degene die een parkeervergunning heeft aangevraagd, onderscheidenlijk de vergunninghouder kan schriftelijk beroep instellen bij de gemeenteraad indien:

  • a.

    de parkeervergunning is geweigerd.

  • b.

    Aan de parkeervergunning voorschriften zijn verbonden;

  • c.

    Niet tijdig op de aanvrage om een parkeervergunning is beslist.

  • d.

    De parkeervergunning is ingetrokken.Het beroep moet worden ingesteld binnen een maand na de dag, volgende op die waarop het besluit als bedoelt in het vorige lid is verzonden dan wel binnen een maand, nadat de beslissing op een aanvrage om een parkeervergunning had moeten zijn genomen.

Het beroepschrift moet zijn ondertekend en houdt in:

  • a.

    naam en adres in Nederland van degene die beroep instelt;

  • b.

    de gronden van het beroep.

De gemeenteraad beslist binnen drie maanden na de dag waarop het beroepschrift is ontvangen. Hij kan de termijn van drie maanden ten hoogste met twee maanden verlengen. Zijn beslissing is met redenen omkleed.

Artikel 12

Het is verboden op een openbaar weggedeelte als bedoelt in artikel 2 te parkeren:

  • a.

    zonder parkeervergunning dan wel

  • b.

    zonder dat in het motorvoertuig een door of namens Burgemeester en Wethouders afgegeven vergunningsbewijs duidelijk zichtbaar is aangebracht, dan wel

  • c.

    in strijd met de aan de parkeervergunning verbonden voorschriften.

Artikel 13

Voor zover op overtreding van het bepaalde in artikel 12 van deze verordening niet reeds straf is gesteld in artikel 139 van het Reglement Verkeersregels en verkeerstekens, wordt overtreding daarvan gestraft met hechtenis van ten hoogste twee maanden of een geldboete van ten hoogste tweede categorie.

Artikel 14

Behalve de in artikel 141 van het wetboek van Strafvordering genoemde ambtenaren zijn met de handhaving en de zorg voor de naleving van deze verordening en de opsporing van de hierin bedoelde strafbare feiten belast de daartoe door de Burgemeester aangewezen ambtenaren.

Artikel 15

Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van haar afkondiging en kan worden aangehaald als ‘Verordening parkeren belanghebbenden’.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 20 november 1990.
DE RAAD DER GEMEENTE WAALRE