Regeling vervallen per 25-06-2016

Verordening tot wijziging van de Verordening WMO Adviesraad

Geldend van 01-01-2012 t/m 24-06-2016 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2012

Intitulé

Verordening tot wijziging van de Verordening WMO Adviesraad

GEWIJZIGDE VERSIE (per 1-01-2012)

Verordening WMO Adviesraad gemeente Waalwijk

De Raad van de gemeente Waalwijk;

Gezien het voorstel van het college d.d. 3 januari 2012

gelet op de verplichtingen op basis van de artikelen 9, 11 en 12 van de WMO;

met inachtneming van artikel 150 van de Gemeentewet;

Besluit:

tot het vaststellen van de hiernavolgende “Verordening WMO Adviesraad gemeente Waalwijk”:

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Begrippen

  • 1.

    Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben de betekenis die de Wet Maatschappelijke Ondersteuning daaraan toekent.

  • 2.

    In deze verordening wordt verstaan onder:

WMO: Wet Maatschappelijke Ondersteuning

WMO Adviesraad: een onafhankelijk adviesraad voor het college bestaande uit leden benoemd op basis van deskundigheid en affiniteit met de prestatievelden van de WMO zoals in Waalwijk vastgesteld:

Burger- en cliëntparticipatie: Alle activiteiten die de gemeente onderneemt om burgers te betrekken bij de ontwikkeling, uitvoering en evaluatie van beleid.

Gemeente: de gemeente Waalwijk, bestaande uit de kernen Waalwijk, Sprang-Capelle en Waspik

Raad: de raad van de gemeente Waalwijk

College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waalwijk.

Hoofdstuk 2. De WMO Adviesraad

Artikel 2 Doelstelling

De WMO Adviesraad heeft ten doel:

Het versterken van de positie van burgers en vragers van instellingen en voorzieningen op het brede terrein van welzijn, zorg, sport en maatschappelijke dienstverlening bij het WMO-beleid van de gemeente door advisering, signalering en voorstellen aan het college over het WMO beleid.

Artikel 3 Functies van de WMO Adviesraad

De WMO Adviesraad voorziet het College gevraagd en ongevraagd van advies omtrent ontwikkeling, uitvoering en evaluatie van het gemeentelijk WMO beleid. Het college vraagt in ieder geval advies van de WMO Adviesraad over:

  • o

    de Wmo-beleidsnotitie;

  • o

    de uit de beleidsnotitie voortvloeiende beleidsstukken;

  • o

    de verordeningen op het terrein van de WMO

  • o

    opzet van en hoe te handelen met de uitkomsten van het jaarlijkse klanttevredenheidsonderzoek;

  • o

    tussentijdse evaluaties op de verschillende prestatievelden.

De WMO Adviesraad:

  • o

    signaleert leemten en knelpunten in het WMO beleid en brengt ook de signalen van Waalwijkse burgers over het WMO beleid over naar het College.

  • o

    draagt ideeën en voorstellen aan voor verbetering van ontwikkeling, uitvoering en evaluatie van gemeentelijk WMO beleid.

  • o

    adviseert niet naar aanleiding van klachten, bezwaarschriften en anderen zaken die op individuele cliënten betrekking hebben.

Artikel 4. Inspraak door de WMO Adviesraad

  • o Het niveau van burgerparticipatie van de WMO Adviesraad wordt gesteld op “adviseren +”. Dit houdt in dat de WMO Adviesraad zowel adviseert over beleidsvoorstellen (reactief) als ook meedenkt bij de ontwikkeling van beleid (proactief).

  • o De WMO Adviesraad adviseert het College, dat bij de besluitvorming slechts na overleg gemotiveerd van het advies mag afwijken.

  • o De adviezen, signalen en ideeën van de WMO Adviesraad worden op schrift gesteld.

  • o De stukken van de WMO Adviesraad, worden integraal meegestuurd met de betreffende ambtelijke stukken die ter besluitvorming naar het College gaan.

  • o Het college beargumenteert schriftelijk waarom zij besluit een advies van de WMO Adviesraad niet over te nemen. Het advies wordt ook meegezonden naar de gemeenteraad.

Artikel 5. Samenstelling en positionering van de WMO Adviesraad

  • -

    Het college benoemt de leden van de WMO Adviesraad en ontslaat ze.

  • -

    De WMO Adviesraad bestaat inclusief de voorzitter uit minimaal 9 en maximaal 13 leden die zijn aangesteld op basis van een functieprofiel.

  • -

    Bij de samenstelling van deze raad is diversiteit een voorwaarde. Van kandidaten wordt verwacht dat zij een onafhankelijke positie hebben ten opzichte van overheid en aanbieders van WMO-voorzieningen.

  • -

    Leden dienen te beschikken over:

 kennis van de Waalwijkse samenleving

 maatschappelijke betrokkenheid

 vaardigheden om te kunnen adviseren over het WMO-beleid

 een houding waarbij het algemeen belang voorop staat

  • -

    Redenen voor het beëindigen van het lidmaatschap zijn:

    • 1.

      op eigen verzoek;

    • 2.

      bij aanvaarding van een functie die onverenigbaar is met het lidmaatschap

      van de WMO Adviesraad (zie artikel 5);

    • 3.

      bij het niet meer goed kunnen vervullen van de functie vanwege ziekte of

      gebreken;

  • -

    Het lidmaatschap van de WMO Adviesraad is onverenigbaar met het lidmaatschap van de Gemeenteraad, het college of een functie in de ambtelijke organisatie in de gemeente Waalwijk.

  • -

    Een lid van de WMO Adviesraad wordt voor maximaal 4 jaar aangesteld met nog een optie voor nog 4 jaar. Voor het aanstellen wordt een rooster van aftreden opgesteld door de WMO Adviesraad.

  • -

    Bij werving van nieuwe leden wordt door het college en de WMO Adviesraad samen een functieprofiel opgesteld.

  • -

    Indien een lid vervangen dient te worden, wordt een sollicitatiecommissie ingesteld. In deze commissie zitten in ieder geval 2 leden van organisaties, 1 gemeenteraadslid en 2 leden van de WMO Adviesraad.

  • -

    De WMO Adviesraad treedt in overleg met haar achterban: burgers en vragers van voorzieningen in de gemeente Waalwijk.

Hoofdstuk 3: Ondersteuning van de WMO Adviesraad

Artikel 6. Ondersteuning door gemeente

  • o Het college stelt elk jaar in december een jaarplanning voor het daar op volgende jaar aan de WMO Adviesraad beschikbaar. Op basis van deze planning geeft de WMO Adviesraad aan bij welke onderwerpen zij betrokken wil worden en eventueel hoe. In overleg worden daarop afspraken gemaakt tussen WMO Adviesraad en het college over de samenwerking. Per kwartaal ontvangt de WMO Adviesraad een bijstelling van de planning.

  • o Het college wijst de projectleider WMO aan als ambtelijk aanspreekpunt voor de WMO Adviesraad.

  • o De portefeuillehouder organiseert minimaal 1 maal per jaar bestuurlijk overleg tussen het college en de WMO Adviesraad.

  • o Het college honoreert waar mogelijk een verzoek van de WMO Adviesraad tot overleg met een wethouder of een betrokken ambtenaar.

Artikel 7. Faciliteiten

  • o De WMO Adviesraad levert jaarlijks vóór 1 november een begroting en activiteitenplan in voor de activiteiten die ze in het daaropvolgende jaar wenst te ondernemen. Op basis hiervan stelt de gemeenteraad jaarlijks een budget beschikbaar aan de WMO Adviesraad.

  • o Het maximaal beschikbare budget wordt door de gemeenteraad jaarlijks vastgesteld bij de behandeling van de (meerjaren)begroting.

Hoofdstuk 4: Slotbepalingen

Artikel 8. Slotbepalingen

  • o

    Het college kan met betrekking tot de uitvoering van deze verordening in overleg met de WMO Adviesraad afwijken van het vorenstaande of nadere regels stellen

  • o

    Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening WMO Adviesraad gemeente Waalwijk”

  • o

    De verordening treedt in werking op 1 januari 2012 en is geldig tot 1 januari 2014

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 26 januari 2012

De raad voornoemd,

De griffier De Voorzitter
G. H. Kocken Drs. A.P.M. Kleijngeld