Regeling vervallen per 06-04-2017

Mandaatbesluit gemeente Waalwijk 2016

Geldend van 01-01-2016 t/m 05-04-2017

Intitulé

Mandaatbesluit gemeente Waalwijk 2016

MANDAATBESLUIT

Het college van burgemeester en wethouders, de burgemeester en de heffingsambtenaar van de gemeente Waalwijk, ieder voor zover het zijn bevoegdheid betreft,

gelet op de Gemeentewet en Algemene wet bestuursrecht;

besluit(en):

I de uitoefening van de (beslissings)bevoegdheden die in het bij dit besluit behorende register zijn aangeduid met "A" op te dragen aan de eveneens in het schema genoemde functionaris (afdoeningsmandaat).

II te bepalen, dat met betrekking tot het ondertekenen van besluiten, in het bij dit besluit behorende register aangegeven met een "O", de aangegeven procedure gevolgd dient te worden (ondertekeningsmandaat).

III dat bij aangelegenheden, waarbij de burgemeester in zijn hoedanigheid van vertegenwoordiger van de gemeente vertegenwoordigd dient te worden, in het bij dit besluit behorende register met een "V" aangeduid, de eveneens in het schema genoemde functionaris als gemachtigde van de burgemeester aan te wijzen (vertegenwoordigingsbevoegdheid).

IV dat bij het in werking treden van dit besluit het op 15 november 2011 vastgestelde mandaatbesluit vervalt.

V ten aanzien van de uitoefening van de bevoegdheden, bedoeld onder de punten I tot en met III van dit besluit, dient het volgende in acht te worden genomen:

Artikel 1

  • 1. Indien bij een namens het college, burgemeester of heffingsambtenaar te nemen besluit het beleid van dit orgaan is betrokken, maakt degene aan wie mandaat of volmacht tot afdoening is gegeven geen gebruik van deze bevoegdheid en legt deze de zaak voor aan het betreffende orgaan indien:

    • a.

      het voornemen bestaat tot aanvulling/afwijking van het tot dan gevoerde beleid;

    • b.

      de betrokken portefeuillehouder, de burgemeester of de algemeen directeur (in zijn hoedanigheid van ambtelijk coördinator) daarom heeft verzocht;

    • c.

      uit het te nemen besluit niet voorziene financiële of andere belangrijke consequenties kunnen voortvloeien;

    • d.

      er persoonlijke betrokkenheid van de gemandateerde of de gevolmachtigde dan wel van diens plaatsvervanger bij het te nemen besluit bestaat;

    • e.

      van de te nemen beslissing precedentwerking te verwachten is;

    • f.

      artikel 169, vierde lid, van de Gemeentewet van toepassing is.

  • 2. Het orgaan dat het mandaat of de volmacht heeft verleend, kan in aanvulling hierop nadere voorwaarden stellen waaronder slechts van deze bevoegdheid gebruik mag worden gemaakt in specifieke gevallen of soorten van gevallen.

Artikel 2

In de bevoegdheidsomschrijving wordt regelmatig de term “beslissen” gebruikt. Hiermee wordt bedoeld het beslissen om een aanvraag te verlenen dan wel te weigeren, alsmede het beslissen om een aanvraag niet in behandeling te nemen of (niet)-ontvankelijk te verklaren.

Artikel 3

Bij afwezigheid van de bevoegd functionaris, aan wie bij of krachtens dit besluit bevoegdheden zijn toegekend, worden deze bevoegdheden uitgeoefend door zijn plaatsvervanger.

Artikel 4

1.Ingeval een mandaat aan een bepaalde functionaris wordt opgedragen wordt daarmee het mandaat geacht eveneens opgedragen te zijn aan de hogere functionarissen.

Hierbij wordt de volgende rangorde gehanteerd:

college/burgemeester – algemeen directeur – directeur teammanager - senior-medewerker - medewerker. Als directe chef gel dt het niveau vanaf te ammanager .

2.Ingeval een bevoegdheid aan een externe functionaris wordt gemandateerd wordt daarmee het mandaat eveneens opgedragen te zijn geacht aan het teammanager van het functionele team binnen de gemeentelijke organisatie.

Artikel 5

Als bij een krachtens mandaat te nemen besluit een andere gemeentelijke team belang heeft of de betreffende zaak het taakgebied van een andere teamraakt, legt de functionaris aan wie de bevoegdheid is opgedragen, de zaak vooraf aan deteammanagervoor. Als met de teammanager geen overeenstemming wordt bereikt, legt de functionaris aan wie de bevoegdheid is toegekend, de zaak aan dedirectie voor.

Artikel 6

De gemandateerde is zonder toestemming van de mandaatgever niet bevoegd de bevoegdheid verder te (onder)mandateren.

Artikel 7

Bij uitoefening van bevoegdheden, zoals bedoeld onder punt I van dit besluit, worden uitgaande stukken als volgt ondertekend:

"Naam bestuursorgaan, namens deze(n)/ dit, gevolgd door de naam en functieaanduiding van de (onder)gemandateerde en zijn/haar handteke ning”.

Artikel 8

Bij de bevoegdheid tot ondertekening van uitgaande stukken, zoals bedoeld onder punt II van dit besluit, worden uitgaande stukken als volgt ondertekend:

“Overeenkomstig het door het bestuursorgaan genomen besluit, voor dezen/ dit, gevolgd door de naam en functieaanduiding van de (onder)gemandateerde en zijn/haar handteke ning”.

Artikel 9

Het ondertekeningsmandaat geldt niet, behoudens in zaken met een routinematig karakter, voor stukken gericht aan:

  • a.

    de kroon;

  • b.

    Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant;

  • c.

    de Commissaris van de Koning van de provincie Noord-Brabant;

Artikel 10

Het mandaatbesluit geeft geen uitgewerkte richtlijnen over budgettaire bevoegdheden. Hierop zijn de voorwaarden uit de Regeling Budgethouders gemeente Waalwijk en Regeling Budgethouderschap Strategische Projecten van toepassing.

Artikel 11

Met dit besluit wordt de mandaatregeling 2011ingetrokken. Dit besluit treedt op 1 januari 2016 in werking.

Artikel 12

Dit besluit kan worden aangehaald als "Mandaatbesluit gemeente Waalwijk 2016"

Waalwijk, 24 november 2015

het college van burgemeester en wethouders van Waalwijk,

de secretaris, de burgemeester,

J.Lagendijk, drs. A.M.P. Kleijngeld,

de burgemeester van Waalwijk,

drs. A.M.P. Kleijngeld

de heffingsambtenaar van Waalwijk,

Teamleider vergunningverlening en belastingen