Algemene voorwaarden voor het gebruik van door slagbomen afgesloten gemeentelijke parkeerterreinen

Geldend van 10-04-2019 t/m heden

Intitulé

Algemene voorwaarden voor het gebruik van door slagbomen afgesloten gemeentelijke parkeerterreinen

Het College van Waalwijk,

gelet op artikel 160 lid 1 sub e Gemeentewet,

Besluit

vast te stellen de “Algemene voorwaarden voor het gebruik van door slagbomen afgesloten gemeentelijke parkeerterreinen”,

Toegang tot een parkeerterrein wordt uitsluitend verleend onder toepassing van de navolgende voorwaarden, die deel uitmaken van iedere parkeerovereenkomst tussen de parkeerder en de gemeente als eigenaar tevens beheerder.

Artikel 1. DEFINITIES

In deze beleidsregel wordt verstaan onder:

  • 1.

    gemeente: de gemeente Waalwijk;

  • 2.

    parkeerterrein: een terrein dat bestemd is voor het tegen betaling parkeren van motorvoertuigen;

  • 3.

    parkeerder: degene die een motorvoertuig op het parkeerterrein parkeert;

  • 4.

    parkeerbewijs: een parkeerkaart, uitrijkaart, kortingskaart, seizoenskaart, firmarekeningkaart, abonnement of andere kaartsoort, danwel een op kenteken geregistreerd digitaal parkeerrecht;

  • 5.

    abonnementhouder: de eigenaar of gebruiker van een motorvoertuig waarvoor een parkeerabonnement is verstrekt;

  • 6.

    parkeergeld: het bedrag dat de parkeerder die geen parkeerabonnement heeft verschuldigd is voor het gebruik van het parkeerterrein;

  • 7.

    motorvoertuig: motorrijtuig zoals omschreven in de Wegenverkeerswet 1994;

  • 8.

    parkeerapparatuur: de technische voorzieningen die op of bij het parkeerterrein aanwezig zijn.

Artikel 2. DOEL EN REIKWIJDTE VAN DE ALGEMENE PARKEERVOORWAARDEN

  • 1.

    Deze algemene parkeervoorwaarden zijn van toepassing op alle parkeerders die gebruik maken van een parkeerterrein.

  • 2.

    In deze algemene parkeervoorwaarden is tevens geregeld onder welke voorwaarden een parkeerabonnement kan worden verkregen.

Artikel 3. TOEGANG MET PARKEERBEWIJS

Een geldig parkeerbewijs geeft, mits er voldoende plaats beschikbaar is, recht op toegang tot het parkeerterrein voor het parkeren van één motorvoertuig.

Artikel 4. AANHANGWAGENS, CARAVANS E.D.

Het is verboden met aanhangwagens, van welke aard dan ook, hieronder mede begrepen caravans, het parkeerterrein op te rijden.

Artikel 5. WERKWIJZE PARKEREN

  • 1.

    Een parkeerder die zijn motorvoertuig op een parkeerterrein wil parkeren, dient gebruik te maken van de parkeerapparatuur.

  • 2.

    Na het parkeren dient de motor van het motorvoertuig te worden uitgezet, dienen de lichten te worden gedoofd en dient het motorvoertuig deugdelijk te worden afgesloten.

  • 3.

    De parkeerder dient er zorg voor te dragen dat geen hinder of overlast wordt veroorzaakt voor de gebruikers van de in de omgeving gelegen panden c.q. medegebruikers van het parkeerterrein.

Artikel 6. IN DE VAKKEN PARKEREN

  • 1.

    Motorvoertuigen mogen uitsluitend worden geparkeerd in de daarvoor bestemde vakken en volgende de door of namens de gemeente gegeven aanwijzingen.

  • 2.

    De in- en uitritten en rijstroken dienen te allen tijde vrij en berijdbaar te worden gehouden.

  • 3.

    Borden en markeringen op een parkeerterrein gelden als door de gemeente gegeven aanwijzingen.

  • 4.

    Motorvoertuigen die in strijd met de genoemde aanwijzingen zijn geparkeerd, kan de gemeente te allen tijde voor rekening en risico van de parkeerder verplaatsen en zo nodig buiten het parkeerterrein brengen. Ook wanneer er een calamiteit plaatsvindt op het parkeerterrein mag de gemeente het voertuig verplaatsen.

  • 5.

    Alle met het verplaatsen verband houdende kosten worden op de parkeerder verhaald, behalve wanneer er sprake is van een calamiteit.

  • 6.

    Parkeervakken voor mindervaliden op het parkeerterrein mogen alleen worden gebruik in combinatie met de Europese gehandicaptenparkeerkaart.

Artikel 7. OPSLAG

Opslag van goederen, van welke aard dan ook, is niet toegestaan op een parkeerterrein.

Artikel 8 TOEGANG WEIGEREN

  • 1.

    De gemeente is gerechtigd een motorvoertuig de toegang tot het parkeerterrein te weigeren, indien zij dit wenselijk acht.

  • 2.

    De gemeente zal toegang in ieder geval weigeren als zij weet of vermoedt dat een motorvoertuig ontplofbare of andere gevaarlijke stoffen vervoert, daaronder niet inbegrepen motorbrandstoffen in het daarvoor bestemde normale brandstofreservoir van het motorvoertuig, of als zij van oordeel is dat het motorvoertuig, gelet op de omvang en/of zwaarte, dan wel door zaken die met het voertuig worden vervoerd, aan de omgeving schade kan toebrengen.

Artikel 9. PARKEERGELD

  • 1.

    Voor het gebruik van het parkeerterrein is de parkeerder parkeergeld verschuldigd.

  • 2.

    Het parkeergeld wordt berekend volgens de door de gemeente vastgestelde tarieven.

  • 3.

    De tarieven voor het parkeerterrein staan vermeld bij de ingang van het desbetreffende parkeerterrein. Ze staan ook op de website van de gemeente.

Artikel 10. BETALING PARKEERGELD

  • 1.

    Om met het motorvoertuig het parkeerterrein te kunnen verlaten, dient de parkeerder eerst het verschuldigde parkeergeld te voldoen.

  • 2.

    Het voldoen van het verschuldigde parkeergeld kan bij de daarvoor bestemde betaalautomaat, door bij de uitrit gebruik te maken van een vóóraf aangeschaft abonnement of door automatische afmelding bij de uitrit van het kenteken waarvoor een digitaal parkeerrecht is geregistreerd.

Artikel 11. ZONDER BETALEN HET PARKEERTERREIN VERLATEN

  • 1.

    Het is verboden het parkeerterrein te verlaten zonder dat het verschuldigde parkeergeld betaald is of zonder toestemming van de gemeente.

  • 2.

    Nadat het parkeerterrein met een motorvoertuig is verlaten, zonder dat het verschuldigde parkeergeld is betaald, zal de gemeente schriftelijk het bedrag dat op dat moment geldt als dagtarief voor het parkeerterrein, vermeerderd met € 100,- vorderen van de kentekenhouder. Tevens wordt de toegang tot alle parkeerterreinen voor het betreffende motorvoertuig ontzegt totdat deze vordering volledig is voldaan.

Artikel 12. UITRIJTIJD

  • 1.

    Na betaling bij een parkeerautomaat geeft het parkeerbewijs de parkeerder gedurende een periode van 15 minuten de gelegenheid het parkeerterrein met zijn motorvoertuig te verlaten.

  • 2.

    Indien de genoemde periode verstrijkt zonder dat de parkeerder het parkeerterrein heeft verlaten, vangt een nieuwe parkeertermijn aan waarvoor opnieuw parkeergeld verschuldigd is. Indien het vastgestelde tarief een gratis parkeertijd kent, is deze gratis parkeertijd in deze situatie niet weer van toepassing.

  • 3.

    Na betaling van de nieuwe termijn wordt de procedure als beschreven in het eerste lid herhaald.

Artikel 13. VERLOREN KAART

  • 1.

    Bij verlies of ontbreken van het parkeerbewijs mag de parkeerder alleen dan het parkeerterrein verlaten met zijn motorvoertuig nadat hij de op dat moment daarvoor geldende vergoeding heeft betaald, voor elke dag en/of gedeelte daarvan dat het motorvoertuig, naar oordeel van de gemeente, op het parkeerterrein aanwezig is geweest.

  • 2.

    De aanschaf van een (variabele) verloren kaart, om het parkeerterrein te kunnen verlaten, kan alleen plaatsvinden na contact met en tussenkomst van de gemeente.

Artikel 14. OPENINGSTIJDEN

  • 1.

    Het parkeerterrein is 24 uur per dag en 7 dagen per week geopend, tenzij ter plaatse van de ingang(en) anders is aangegeven.

  • 2.

    Het in- en uitrijden en het parkeren van motorvoertuigen kan uitsluitend geschieden gedurende de in het eerste lid genoemde openingstijden.

  • 3.

    De gemeente is gerechtigd van deze openingstijden af te wijken of deze te wijzigen.

  • 4.

    Behalve in geval van overmacht zal een wijziging in de openingstijden tijdig bekend gemaakt worden.

Artikel 15. MAXIMALE PARKEERDUUR

  • 1.

    Zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de gemeente mag een motorvoertuig niet langer dan 28 dagen ononderbroken op een parkeerterrein geparkeerd zijn, tenzij schriftelijk anders wordt overeengekomen.

  • 2.

    Na het verlopen van de in het eerste lid genoemde termijn is de parkeerder naast het parkeergeld voor 28 dagen parkeren, een vergoeding verschuldigd van € 100,- per dag, voor elke dag of gedeelte daarvan na afloop van de genoemde maximale termijn dat het motorvoertuig van parkeerder op het parkeerterrein aanwezig is.

  • 3.

    De gemeente is gerechtigd om, daarnaast en daarboven vergoeding van kosten, schaden en interesten te vorderen.

  • 4.

    De vordering van de kosten als genoemd in lid 2 en lid 3 vindt plaats zonder voorafgaande ingebrekestelling.

Artikel 16. RECHT VAN RETENTIE

  • 1.

    Ter zekerstelling en borg voor het verschuldigde parkeergeld, vorderingen, kosten, schaden en interesten, hetzij op grond van de parkeerovereenkomst, hetzij uit andere hoofde, kan de gemeente het hiermee verband houdende motorvoertuig terughouden.

  • 2.

    Ten behoeve van de terughouding kan de gemeente het motorvoertuig overbrengen naar een afgesloten ruimte buiten het parkeerterrein of anderszins maatregelen nemen waardoor het motorvoertuig niet zonder tussenkomst van de gemeente het parkeerterrein kan verlaten.

  • 3.

    De kosten van terughouding en de daarmee samenhangende maatregelen zijn voor rekening van de kentekenhouder.

  • 4.

    De gemeente stelt de kentekenhouder schriftelijk op de hoogte van de terughouding.

  • 5.

    Ingeval het adres van de kentekenhouder van het motorvoertuig ondanks redelijke inspanning niet valt te achterhalen, kan worden volstaan met het duidelijk zichtbaar aanbrengen van het schrijven onder de ruitenwisser van het motorvoertuig.

  • 6.

    Wanneer de kentekenhouder binnen 13 weken na aanschrijving het motorvoertuig niet heeft opgehaald of indien uit taxatie door een daartoe beëdigde taxateur blijkt dat de totale kosten van bewaring vermeerderd met de te vorderen kosten de waarde van het motorvoertuig overstijgen, is de gemeente gerechtigd om het voertuig, na verkrijging van een executoriale titel te (laten) verkopen.

  • 7.

    De in het voorgaande lid bedoelde waarde van het motorvoertuig, zal in mindering worden gebracht op de vordering jegens de kentekenhouder.

Artikel 17. NIET TOEGESTANE ACTIVITEITEN

  • 1.

    Het zich ophouden op een parkeerterrein, behalve voor het onmiddellijk in- en uitrijden en het opbergen van goederen in het motorvoertuig, is niet toegestaan.

  • 2.

    Het is, zonder voorafgaande toestemming van de gemeente, verboden om het parkeerterrein voor andere doeleinden te gebruiken dan voor het parkeren van motorvoertuigen.

  • 3.

    Het is, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de gemeente, verboden op het parkeerterrein goederen of diensten aan te bieden, uit te delen of deze te verkopen of te verhuren.

  • 4.

    Het is verboden om op een parkeerterrein reparaties aan het motorvoertuig of andere werkzaamheden uit te voeren of te doen uitvoeren, tenzij daartoe uitdrukkelijk toestemming door of namens de gemeente is verleend.

  • 5.

    Bij overtreding van de in de leden 1 tot en met 4 genoemde bepalingen, zullen alle hieruit voortvloeiende kosten op de aansprakelijke partij worden verhaald.

Artikel 18. AFVAL ACHTERLATEN

Met uitzondering van het klein-afval, dat in de daarvoor bestemde bakken dient te worden gedeponeerd, is het verboden afval op een parkeerterrein achter te laten.

Bij overtreding van dit verbod, zullen alle daaruit voortvloeiende kosten op de vervuiler worden verhaald.

Artikel 19. RECLAME MAKEN

Het is, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de gemeente, niet toegestaan, op een parkeerterrein reclame te maken, anders dan door middel van uitingen die vast aan of op het motorvoertuig zijn aangebracht.

Artikel 20. VERKEERSVEILIGHEID

  • 1.

    De maximumsnelheid op een parkeerterrein is 15 kilometer per uur.

  • 2.

    Voetgangers hebben op een parkeerterrein overal en te allen tijde voorrang op motorvoertuigen.

Artikel 21. PARKEEROVEREENKOMST

  • 1.

    Een parkeerovereenkomst is stilzwijgend tot stand gekomen wanneer de parkeerder het motorvoertuig op een parkeerterrein heeft geparkeerd.

  • 2.

    Het aangaan van een parkeerovereenkomst zonder gebruik te maken van de daarvoor beschikbaar gestelde middelen en apparatuur is verboden.

  • 3.

    De geldigheidsduur van een parkeerovereenkomst wordt bepaald aan de hand van het door de parkeerapparatuur geregistreerde tijdstip van in- en uitrijden of door een van tevoren tussen parkeerder en gemeente overeengekomen geldigheidsduur.

Artikel 22. VOORWAARDEN, OPZEGGING ABONNEMENT

  • 1.

    Een abonnement wordt afgesloten voor de duur van ten minste 6 maanden.

  • 2.

    Een abonnement kan niet binnen die 6 maanden opgezegd worden, na die 6 maanden kan dat uitsluitend met een opzegtermijn van 1 maand.

  • 3.

    Na de datum van opzegging zal de gemeente het gebruik van de abonnementskaart blokkeren.

  • 4.

    Schriftelijke opzegging door de gemeente vindt plaats indien de abonnementhouder nalatig blijft in de nakoming van enige verplichting of voorschrift uit deze voorwaarden.

  • 5.

    Tariefverhogingen wordt ten minste één maand voorafgaand aan de datum van ingang van de tariefsverhoging schriftelijk aan de abonnementhouders bekend gemaakt.

  • 6.

    Het abonnement is persoons- of bedrijfsgebonden en niet overdraagbaar.

Artikel 23. BETALINGSTERMIJN ABONNEMENT

  • 1.

    De kosten voor een abonnement voor een parkeerterrein dienen bij vooruitbetaling uiterlijk voor of op de eerste dag van de abonnementsperiode te zijn voldaan.

  • 2.

    Indien van het parkeerterrein gebruik wordt gemaakt, zonder dat het abonnementsgeld tijdig is voldaan, zal de abonnementskaart worden geblokkeerd en parkeergeld volgens het dagtarief in rekening worden gebracht.

  • 3.

    Indien de abonnementhouder nalatig blijft in de betaling van het verschuldigde bedrag op de overeengekomen vervaldatum, zal de abonnementhouder, onverminderd de overige rechten die voor de gemeente uit deze niet-betaling voortvloeien, zonder dat enige aanmaning of ingebrekestelling is vereist, 2% van het achterstallig parkeergeld verschuldigd zijn per maand of gedeelte van een maand dat de betaling niet plaatsvond.

  • 4.

    Indien bij wanbetaling van het verschuldigde bedrag incassomaatregelen noodzakelijk zijn, worden de buitengerechtelijke incassokosten tussen partijen bij voorbaat vastgesteld op 15% van de onbetaalde hoofdsom doch tenminste op € 250,-.

  • 5.

    Betalingen, door de abonnementhouder gedaan na het uitgaan van de sommatie of de dagvaarding, strekken in de eerste plaats tot voldoening van de voormelde incassokosten, ook al vermeldt de abonnementhouder bij betaling een andere bestemming.

  • 6.

    Als na betaling de blokkering van de abonnementskaart ongedaan gemaakt moet worden, kunnen administratiekosten in rekening worden gebracht.

Artikel 24. GEEN VASTE PARKEERPLAATS ABONNEMENTSHOUDERS

  • 1.

    Het abonnement geeft garantie op een parkeerplaats op een parkeerterrein.

  • 2.

    Het abonnement geeft geen recht op een vaste parkeerplaats op een parkeerterrein.

  • 3.

    De gemeente is gerechtigd een deel van een parkeerterrein aan te wijzen dat bestemd is voor motorvoertuigen van abonnementhouders.

Artikel 25. EIGENDOM, VERLIES ABONNEMENTSKAART

  • 1.

    Bij het aangaan van de overeenkomst tot het afsluiten van een abonnement wordt aan de aanvrager een abonnementskaart verstrekt, waarmee toegang tot een parkeerterrein wordt verkregen.

  • 2.

    De abonnementskaart is en blijft eigendom van de gemeente.

  • 3.

    Bij verlies of in ongerede raken van de abonnementskaart is de abonnementhouder verplicht hiervan de gemeente op de hoogte te stellen. Tegen een vergoeding voor de administratiekosten wordt een nieuwe kaart verstrekt.

  • 4.

    Bij beëindiging van het abonnement dient de abonnementhouder de abonnementskaart binnen 5 werkdagen na de datum van beëindiging in te leveren bij de gemeente.

  • 5.

    Indien de abonnementskaart niet binnen 5 werkdagen na de datum van beëindiging van het abonnement wordt ingeleverd, worden de verschuldigde abonnementskosten tot en met de datum van inlevering van de abonnementskaart bij de abonnementhouder in rekening gebracht.

  • 6.

    Indien een abonnementskaart door toedoen van de gemeente vervangen moet worden, worden de kosten van vervanging niet bij de abonnementhouder in rekening gebracht.

Artikel 26. RESTITUTIE ABONNEMENTSHOUDERS

  • 1.

    Indien het parkeerterrein door omstandigheden, veroorzaakt door de gemeente, niet gebruikt kan worden, zal de gemeente één of meerdere alternatieve parkeerlocaties voor de abonnementhouders aanwijzen.

  • 2.

    Indien het parkeerterrein door calamiteiten niet gebruikt kan worden, zal de gemeente zich inspannen om één of meerdere alternatieve parkeerlocaties voor de abonnementhouders aan te wijzen.

  • 3.

    Indien geen alternatieve parkeerlocatie zoals bedoeld in de leden 1 en 2 is aangewezen en de abonnementhouder daardoor meer dan één maand geen genot heeft kunnen hebben van zijn abonnement, dan zal hij slechts een evenredig deel van de abonnementskosten verschuldigd zijn.

Artikel 27. OVERGANGSREGELING ABONNEMENTEN

Voor abonnementen die zijn afgesloten voor de datum van inwerkingtreding van deze algemene voorwaarden, zijn deze algemene voorwaarden van overeenkomstige toepassing.

Artikel 28. PRIVACY

  • 1.

    Op de gemeentelijke parkeerterreinen, bij tenminste alle in- en uitritten en de betaalapparatuur, vindt videoregistratie plaats ter ondersteuning van de beheertaken alsmede ter bestrijding van vandalisme. Deze beelden worden na 72 uur gewist, tenzij de Gemeente deze dient af te staan aan het bevoegd gezag.

  • 2.

    Bij het op- of inrijden van een parkeerterrein wordt gebruik gemaakt van kentekenherkenning. Het kenteken van een eenmalige gebruiker wordt geregistreerd in het parkeermanagementsysteem en, indien van toepassing, afgedrukt op het parkeerticket. Het kenteken wordt geregistreerd en afgedrukt ter bestrijding van fraude met parkeerbewijzen en van diefstal. Het kenteken van een eenmalige gebruiker wordt automatisch verwijderd uit het parkeermanagementsysteem uiterlijk 24 uur nadat het voertuig het parkeerterrein heeft verlaten én de verschuldigde parkeerkosten zijn voldaan.

  • 3.

    Het kenteken van een abonnementhouder wordt bij het aangaan van de overeenkomst tot het afsluiten van een abonnement geregistreerd in het parkeermanagementsysteem en blijft geregistreerd gedurende de looptijd van het abonnement, tenzij de abonnementhouder kenbaar maakt dat het kenteken gewijzigd dient te worden. Op eerste verzoek van de abonnementhouder wordt het kenteken dienovereenkomstig gewijzigd. Bij het verstrijken van de geldigheid van het abonnement wordt de registratie van het kenteken automatisch verwijderd uit het parkeermanagementsysteem.

  • 4.

    Kentekens worden niet verstrekt aan derden, tenzij hiervoor een wettelijke verplichting geldt.

Artikel 29. AANSPRAKELIJKHEID

  • 1.

    De tussen partijen tot stand gekomen parkeerovereenkomst omvat geen bewaking.

  • 2.

    De gemeente aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor diefstal van, beschadigingen aan of het verloren gaan van eigendommen en motorvoertuigen van de parkeerder of andere inzittenden van het motorvoertuig.

Artikel 30. OVERMACHT GEMEENTE

Wijzigingen in wet- of regelgeving, inclusief die van de gemeente zelf, die gevolgen hebben voor de inhoud van deze algemene voorwaarden worden geacht onderdeel uit te maken van deze voorwaarden.

Artikel 31. ONVOORZIENE OMSTANDIGHEDEN

In alle gevallen waarin deze voorwaarden niet voorzien, beslist het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waalwijk.

Artikel 32. TOEPASSELIJK RECHT

Op deze algemene voorwaarden is het Nederlands recht van toepassing.

Artikel 33. INWERKINGTREDING

Deze algemene voorwaarden treden in werking op de eerste dag na de datum van bekendmaking. Gelijktijdig met deze inwerkingtreding komen de "Algemene voorwaarden voor het gebruik van door slagbomen afgesloten parkeerterreinen", zoals vastgesteld op 9 mei 2017, te vervallen.

Artikel 34. CITEERTITEL

Deze voorwaarden kunnen worden aangehaald als de “Algemene voorwaarden voor het gebruik van door slagbomen afgesloten gemeentelijke parkeerterreinen”.

Aldus vastgesteld in de vergadering van het College van Waalwijk op 26 maart 2019.

Het College van Waalwijk,

de secretaris, de burgemeester,

J.H. Lagendijk , drs. A.M.P. Kleijngeld