Verordening cliëntenraad Wet werk en bijstand

Geldend van 28-12-2018 t/m heden

Intitulé

Verordening cliëntenraad Wet werk en bijstand

De Raad van de gemeente Wassenaar;

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 2 juni 2009,

Gelet op artikel 47 van de Wet werk en bijstand en artikel 12, eerste lid, onderdeel d, van de Wet investeren in jongeren;

Raadsvoorstel no. 09064;

B e s l u i t:

vast te stellen de volgende verordening:

Verordening cliëntenraad Wet werk en bijstand

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a.

de wet:

de Wet werk en bijstand (WWB) alsmede de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (Ioaw) en de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte zelfstandigen (Ioaz) en de Wet investeren in jongeren (WIJ);

b.

gemeente:

de gemeente Wassenaar;

c.

college:

het college van burgemeester en wethouders;

d.

wethouder:

de wethouder van Sociale Zaken;

e.

afdeling:

de afdeling Werk en Inkomen

f.

cliënt:

de persoon die een periodieke of incidentele uitkering ingevolge de wet of de minimaregeling ontvangt en die behoort tot de personenkring als omschreven in artikel 7, eerste lid WWB dan wel de jongere als bedoeld in artikel 2 van de WIJ;

g.

de doelgroep:

personen, wonende in de gemeente Wassenaar, die aanspraak maken op een uitkering, werkleeraanbod, inkomensvoorziening, regeling of voorziening in het kader van de wet, of die op grond van hun inkomens- en vermogenspositie behoren tot de doelgroep van het gemeentelijk minimabeleid;

h.

cliëntenraad:

het adviesorgaan dat adviseert over onderwerpen met betrekking tot het minima-, inkomens- en re-integratiebeleid;

i.

minimabeleid:

het beleid ten aanzien van het samenstel van regelingen en voorzieningen binnen de wet die minima ondersteunen om rond te komen;

j.

inkomensbeleid:

het beleid ten aanzien van het verstrekken van uitkeringen en inkomensvoorzieningen, inclusief terugvordering, verhaal, handhaving en afstemming van de wet;

k.

re-integratiebeleid:

het beleid ten aanzien van uitstroom en activering van cliënten, inclusief premiebeleid en gesubsidieerd werk op grond van de wet en het werkleeraanbod voor de jongere als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de WIJ;

Artikel 2 Doelstelling

  • 1. De cliëntenraad heeft tot doel te bewerkstelligen dat cliënten betrokken worden bij de voorbereiding, vaststelling, uitvoering en evaluatie van het gemeentelijke minima-, inkomens-, en re-integratiebeleid.

  • 2. De cliëntenraad heeft tot doel het behartigen van de collectieve belangen van de doelgroep voor zover dit binnen de gemeentelijke invloedsfeer valt.

Artikel 3 Taken en bevoegdheden

  • 1. De cliëntenraad geeft – gevraagd en ongevraagd – advies aan de gemeenteraad, het college, het hoofd van de afdeling en de instanties die te maken hebben met het minima-, inkomens- en re-integratiebeleid. De advisering heeft betrekking op de voorbereiding, vaststelling, uitvoering en evaluatie van het beleid. Over nieuwe regelingen dan wel voornemens daartoe (zowel landelijk als lokaal) en organisatorische veranderingen voor zover deze gevolgen hebben voor de cliënten brengt de cliëntenraad ook advies uit.

  • 2. De cliëntenraad geeft advies over de kwaliteit van de dienstverlening van de afdeling.

  • 3. De cliëntenraad verschaft zich inzicht in hetgeen er onder (potentiële) cliënten leeft om te komen tot een grotere inbreng van cliënten.

  • 4. De cliëntenraad fungeert als contactpunt in de gemeente in relatie tot de doelgroep of individuen uit de doelgroep.

  • 5. De cliëntenraad is alert op ontwikkelingen en knelpunten op het gebied van sociale zaken. De cliëntenraad geeft daarover signalen af en wisselt ervaringen uit met overheden en andere instanties.

  • 6. Van de leden van de cliëntenraad wordt verwacht dat zij vergaderingen bijwonen, de belangen van cliënten vertegenwoordigen, zorgvuldig omgaan met de privacy van cliënten en medewerkers, klachten, vragen of suggesties van cliënten in de cliëntenraad naar voren brengen, cliënten informeren over zaken die in de cliëntenraad spelen en meedoen aan activiteiten van de cliëntenraad buiten de vergaderingen om.

  • 7. De cliëntenraad is verantwoordelijk voor de werving van nieuwe leden en het bijhouden van een wachtlijst met kandidaat leden.

  • 8. De cliëntenraad is, in geval van een vacature, verantwoordelijk voor het opstellen van een oproep voor een nieuw lid.

  • 9. De cliëntenraad is ervoor verantwoordelijk dat de uitgaven binnen het budget blijven.

  • 10. De cliëntenraad spreekt zich niet uit over individuele zaken tenzij die zaken betrekking hebben op het functioneren van de afdeling in het algemeen.

  • 11. De cliëntenraad is niet bevoegd te adviseren bij klachten, bezwaar- en beroepschriften en andere zaken die op individuele cliënten betrekking hebben.

  • 12. De cliëntenraad adviseert niet over de uitvoering van wettelijke voorschriften als er voor die uitvoering geen ruimte voor gemeentelijk beleid is gelaten.

  • 13. De cliëntenraad kiest uit zijn midden een voorzitter, een secretaris en een penningmeester. De functies van secretaris en penningmeester mogen ook door één en dezelfde persoon worden uitgeoefend.

  • 14. Tot de taken van de voorzitter behoren - in ieder geval - het agenderen van de vergaderingen en het samen met de secretaris opstellen van de agenda, het leiden van de vergaderingen, het ondertekenen van de uitgaande post en het vertegenwoordigen van de cliëntenraad naar buiten. Voorts bewaakt de voorzitter de zittingsduur van de leden en de rechtmatigheid van het lidmaatschap.

  • 15. Tot de taken van de secretaris behoren - in ieder geval - het bijeenroepen voor de vergadering, het versturen van de relevante stukken, het opstellen van het verslag, het samen met de voorzitter opstellen van de agenda, het reserveren/organiseren van een vergaderlocatie, het bijhouden van de presentielijst, het ondertekenen van de uitgaande post en het zorgdragen dat een oproep voor nieuwe leden op de gemeentepagina en de website van de gemeente wordt geplaatst.

  • 16. Tot de taken van de penningmeester behoren - in ieder geval - het op een verantwoorde wijze beheren van het door de gemeente beschikbaar gestelde budget ten behoeve van de cliëntenraad. De penningmeester levert de afdeling aan het eind van het jaar een door de cliëntenraad geaccordeerd overzicht van de uitgaven in het betreffende jaar en een raming voor de uitgaven van het komende jaar.

  • 17. Indien het de cliëntenraad niet lukt een penningmeester of een secretaris te benoemen, kan de gemeente voor deze taken tijdelijk ambtelijke ondersteuning bieden. Deze ambtenaar heeft geen stemrecht en ondertekent geen namens de cliëntenraad uit te brengen adviezen.

Artikel 4 Informatievoorziening

  • 1. De gemeente is verplicht de cliëntenraad tijdig om advies te vragen en van die informatie te voorzien die nodig is om zijn taken naar behoren te kunnen uitoefenen.

  • 2. Het college kan voor een met name te noemen tijdsduur geheimhouding vragen bij het verstrekken van informatie en het vragen van advies.

  • 3. Indien het college afwijkt van het uitgebrachte advies, dan wordt de cliëntenraad van de reden hiervoor op de hoogte gesteld.

  • 4. De voorzitter en de secretaris zijn contactpersoon en aanspreekpunt voor de cliëntenraad.

Artikel 5 Samenstelling en aanstelling

  • 1. De cliëntenraad bestaat uit ten minste 3 (drie) en maximaal 7 (zeven) leden. Alleen personen die behoren tot de doelgroep of die afiniteit hebben met de doelgroep kunnen lid zijn van de cliëntenraad.

  • 2. Bij voorkeur vormen personen die behoren tot de doelgroep de helft of meer van het totaal aantal leden van de cliëntenraad.

  • 3. De voorzitter is lid van de cliëntenraad en heeft stemrecht.

  • 4. Een lid is minimaal 18 jaar oud en mag niet uitgesloten van het kiesrecht zijn. Enige uitzondering hierop vormen 16- en 17jarigen die in aanmerking komen voor een werkleeraanbod van de gemeente.

  • 5. Het lidmaatschap van de cliëntenraad is onverenigbaar met de functie van lid van de gemeenteraad, lid van een raadscommissie, lid van de rekenkamercommissie, lid van het college, lid van het algemeen of dagelijks bestuur van dewerkorganisatie Duivennvoorde of ambtenaar, door of vanwege het gemeentebestuur van de gemeenten Wassenaar, Voorschoten of Leidschendam-Voorburg of het bestuur van de werkorganisatie Duivenvoorde aangesteld of daaraan ondergeschikt.

  • 6. Het college benoemt de leden van de cliëntenraad.

Artikel 6 Voordracht en zittingsduur

  • 1. De leden van de cliëntenraad worden door het college benoemd voor een periode van vier jaar.

  • 2. Deze zittingsduur kan stilzwijgend verlengd worden met periodes van twee jaar, maar de totale zittingsduur is nooit langer dan acht jaar.

  • 3. De verlenging met twee jaar vindt niet plaats als er geschikte kandidaten op de wachtlijst staan.

  • 4. Het lidmaatschap eindigt:

    • a.

      Op (schriftelijk) verzoek van het lid;

    • b.

      Als de zittingsduur is verlopen en het lid niet voor verlenging in aanmerking komt;

    • c.

      (vervallen)

    • d.

      (vervallen)

    • e.

      Als het lid een onverenigbare functie aanvaart zoals omschreven in artikel 5, vijfde lid;

    • f.

      Als hiertoe een schriftelijk en gemotiveerd verzoek van de cliëntenraad wordt ontvangen. Het lid in kwestie wordt in de gelegenheid gesteld zijn/haar zienswijze kenbaar te maken. Het college kan besluiten het lid te schorsen in afwachting van een beslissing op het ingediende verzoek.

  • 5. Het college kan, op grond van een gemotiveerd verzoek, in afwijking van lid 2 besluiten het lidmaatschap met een langere periode te verlengen.

  • 6. Na de werving van nieuwe leden door de cliëntenraad worden de selectiegesprekken gevoerd door een selectiecommissie.

  • 7. De selectiecommissie bestaat uit één vertegenwoordiger van of namens de cliëntenraad en één vertegenwoordiger van of namens de gemeente. Deze twee vertegenwoordigers kiezen samen een derde persoon die tevens voorzitter van de selectiecommissie wordt.

  • 8. De cliëntenraad kan besluiten een profielschets te maken van de functie van lid van de cliëntenraad WWB. De selectiecommissie dient in dat geval deze te hanteren bij de selectie van nieuwe leden.

  • 9. De benoeming in een – tussentijdse – vacature gebeurt bij voorkeur binnen drie maanden na het ontstaan ervan.

  • 10. (vervallen)

Artikel 7 Werkwijze en vergadering

  • 1. De cliëntenraad vergadert in ieder geval vier keer per jaar en verder zo vaak als nodig is voor de uitvoering van de in artikel 3 genoemde taken met een maximum van één keer per maand of twaalf keer per jaar.

  • 2. De noodzaak voor een extra vergadering dient in ieder geval door de helft van het aantal leden van de cliëntenraad, waaronder de voorzitter, ondersteund te worden.

  • 3. Tenminste tweemaal per jaar is de wethouder, op uitnodiging van de cliëntenraad, aanwezig tijdens de vergadering.

  • 4. De agenda en de relevante stukken worden uiterlijk één week voor de vergadering in het bezit van de leden gesteld.

  • 5. Van de vergadering wordt een schriftelijk verslag gemaakt. Het verslag wordt de eerstkomende vergadering ter goedkeuring voorgelegd.

  • 6. Gevraagde adviezen worden door de cliëntenraad schriftelijk uitgebracht en ondertekend door de voorzitter of de secretaris.

  • 7. Vergaderingen zijn openbaar, tenzij de cliëntenraad op grond van aspecten van geheimhouding anders beslist.

  • 8. De cliëntenraad kan alleen dan geldige besluiten nemen indien minimaal de helft van de leden ter vergadering aanwezig is.

  • 9. De cliëntenraad besluit tijdens de vergadering bij meerderheid van stemmen. Bij een gelijk aantal stemmen kan de voorzitter besluiten eenmalig opnieuw te stemmen. Staken de stemmen opnieuw, dan is het voorstel niet aangenomen, tenzij de cliëntenraad besluit een minderheidsadvies uit te brengen.

Artikel 8 Faciliteiten

  • 1. De gemeente stelt de volgende faciliteiten ter beschikking aan de cliëntenraad:

    • a.

      een vergaderruimte met bijbehorende voorzieningen;

    • b.

      de mogelijkheid gebruik te maken van kopieervoorzieningen en dergelijke en van de mogelijkheid post te verzenden;

    • c.

      de mogelijkheid extern advies in te winnen of deskundigen te raadplegen.

  • 2. Het college stelt jaarlijks een budget beschikbaar voor de uitoefening van de taken van de cliëntenraad. Dit budget is bestemd voor ondersteuning, deskundigheidsbevordering, externe adviezen en voor het vergoeden van extra onkosten van leden van de cliëntenraad.

  • 3. Het budget bedraagt maximaal € 3.000,- per jaar. De definitieve hoogte ervan wordt jaarlijks bepaald door 1 + het aantal leden dat in het voorgaande kalenderjaar langer dan zes maanden lid is geweest te vermenigvuldigen met € 375,-.

  • 4. De uitgaven worden door de penningmeester uitsluitend op declaratiebasis vergoed. Indien de cliëntenraad voornemens is een uitgave te doen van € 500,- of meer, dient vooraf schriftelijk toestemming van het hoofd van de afdeling verkregen te worden.

  • 5. Alle vanuit het budget aangeschafte goederen blijven eigendom van de gemeente en dienen aan het einde van het lidmaatschap of op verzoek van de gemeente terstond teruggegeven te worden.

  • 6. Een eventueel overschot op het budget vloeit jaarlijks terug naar de algemene middelen van de gemeente, tenzij de cliëntenraad het overschot wil reserveren voor een specifiek doel. Hiertoe dient de cliëntenraad uiterlijk 1 november van het jaar waarop het overschot betrekking heeft schriftelijk toestemming te vragen aan het hoofd van de afdeling.

  • 7. Een gelabeld overschot kan slechts eenmalig naar een volgend kalenderjaar meegenomen worden.

  • 8. Een lid van de cliëntenraad ontvangt een kostenvergoeding, zoals die geldt voor het doen van vrijwilligerswerk, zoals bedoeld in artikel 31, lid 2, onder k, van de Participatiewet per vergadering of een daarmee gelijkgestelde activiteit (met een maximum van 10 per kalenderjaar).

Artikel 9 Slotbepalingen

  • 1. De cliëntenraad publiceert uiterlijk 1 maart van het lopend kalenderjaar een verslag over zijn activiteiten en brengt dit ter kennis aan de doelgroep, het college, de gemeenteraad en het hoofd van de afdeling.

  • 2. In ieder geval één keer per jaar evalueert de cliëntenraad zijn functioneren. Aan de hand hiervan wordt bepaald in welke vorm continuering van de werkzaamheden zal plaatsvinden.

  • 3. Het lidmaatschap van de cliëntenraad is op geen enkele wijze van invloed op de behandeling van leden door medewerkers van de gemeente.

  • 4. Leden van de cliëntenraad zijn zelf verantwoordelijk voor de aangifte/opgave van de in artikel 8, lid 8, genoemde vergoeding bij de belastingdienst en/of uitkeringsinstantie.

  • 5. Ieder (nieuw) lid van de cliëntenraad neemt kennis van deze verordening en toelichting en ondertekent deze voor “gezien”.

  • 6. Eventuele geschillen worden voor advies voorgelegd aan het hoofd van de afdeling.

  • 7. Deze verordening treedt in werking op de dag na bekendmaking.

  • 8. De “Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand” wordt met ingang van de dag van inwerkingtreding van deze verordening ingetrokken.

  • 9. Deze verordening kan worden aangehaald als: “Verordening cliëntenraad Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren”.

Ondertekening

Wassenaar, 22 juni 2009

De Raad voornoemd,

de Griffier
de Voorzitter

Toelichting op de Verordening cliëntenraad Wet werk en bijstand

Algemeen

Sinds 1999 worden in Wassenaar cliënten betrokken bij de uitvoering van de bijstandsverlening. Met de invoering van de Wet werk en bijstand op 1 januari 2004 werd cliëntenparticipatie in de wet opgenomen (artikel 47). Aan de gemeenteraad is de opdracht gegeven bij verordening regels op te stellen over de wijze waarop personen uit de doelgroep (zoals bepaald in de artikel 7, eerste lid WWB) en hun vertegenwoordigers betrokken worden bij de uitvoering van de wet. In ieder geval wordt in deze verordening geregeld de wijze waarop:

  • a.

    periodiek overleg wordt gevoerd;

  • b.

    onderwerpen voor de agenda van dit overleg aangemeld kunnen worden;

  • c.

    de informatieverstrekking plaatsvindt.

In de Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand (2004) werd aan de wettelijke verplichting uitvoering gegeven. Deze verordening werd grotendeels gebaseerd op het reglement van het bestaande cliëntenpanel.

Inmiddels heeft het cliëntenpanel ruim vijf jaar gewerkt op grond van de huidige verordening en meer inzicht gekregen in de verschillende mogelijkheden van cliëntenparticipatie. Gaandeweg is de behoefte ontstaan de cliëntenparticipatie te verbreden met niet-uitkeringsgerechtigden én belangenorganisaties. Het cliëntenpanel wordt zodoende omgevormd tot een volwaardige cliëntenraad, inclusief de bijbehorende taken en faciliteiten. De organisatie van de gemeente is ondertussen anders ingericht. De verordening is hierop aangepast. De uitvoerende taken van Sociale Zaken zijn tegenwoordig ondergebracht bij de afdeling Primair Proces en de beleidszaken bij de afdeling Beleid.

Toelichting per artikel

Artikel 1

Dit artikel benoemt een aantal in de verordening gebruikte begrippen ter aanvulling op de omschrijvingen in de Wet werk en bijstand.

In de omschrijving van de begrippen “doelgroep” en “minimabeleid” komt tot uitdrukking dat het bereik van de cliëntenparticipatie breder is dan alleen personen met een bijstandsuitkering. Te denken valt aan personen met een vergelijkbaar inkomen of niet uitgerechtigden die in aanmerking komen voor ondersteuning bij het verkrijgen van algemeen geaccepteerde arbeid. Het gemeentelijk minimabeleid omvat o.a. de bijzondere bijstand, de collectieve ziektekostenverzekering maar ook de schuldhulpverlening. Ook personen die hiervoor in aanmerking komen worden gerekend tot de doelgroep van de cliëntenparticipatie.

Nieuw is verder de omschrijving van het begrip “belangenorganisatie”.

Artikel 2

De cliëntenraad fungeert als een vertegenwoordigend orgaan namens de volledige doelgroep. Om deze rol goed te kunnen vervullen dienen de leden van de cliëntenraad op de hoogte te zijn van hetgeen er leeft onder de doelgroep. De leden zijn aanspreekbaar voor de achterban. Via de website van de gemeente en/of de nieuwsbrief wordt bekendgemaakt op welke wijze de cliëntenraad bereikt kan worden.

Verder kan de cliëntenraad door middels van een periodiek te houden klanttevredenheidsonderzoek de achterban raadplegen en komen tot aanbevelingen voor de uitvoering. Voorts kunnen de leden aan andere voor de doelgroep relevante overlegvormen deelnemen teneinde zich te laten informeren en de belangbehartiging (verder) te optimaliseren.

Artikel 3

In dit artikel worden de taken en bevoegdheden van de cliëntenraad genoemd. Uitgangspunt is dat de cliëntenraad zelfstandig zijn werkzaamheden verricht en zijn voorbestaan waarborgt onder andere door tijdig nieuwe leden te werven.

De kerntaken van de voorzitter, de secretaris en de penningmeester worden eveneens genoemd. Een penningmeester is noodzakelijk omdat de cliëntenraad structureel de beschikking krijgt over een eigen budget. De uitgaven dienen jaarlijks aan de gemeente verantwoord te worden. De cliëntenraad is zelf verantwoordelijk voor de uitvoering van genoemde taken. De gemeente ondersteunt op afstand en kan op verzoek tijdelijk ambtelijke ondersteuning bieden.

Artikel 4

De cliëntenraad wordt tijdig geraadpleegd met betrekking tot de vorming van (nieuw) beleid. In de praktijk betekent dit dat de cliëntenraad als regel om advies wordt gevraagd vóórdat een advies aan het college en eventueel de gemeenteraad wordt voorgelegd. Het heeft de voorkeur de cliëntenraad al bij de voorbereiding en ontwikkeling van (nieuw) beleid te betrekken. Als geheimhouding wordt gevraagd moet in het verslag worden vastgelegd dat alle aanwezige leden hiermee hebben ingestemd. Een advies wordt schriftelijk uitgebracht en ondertekend door de voorzitter. Als het college afwijkt van het uitgebrachte advies, wordt de cliëntenraad van de argumenten hiervoor op de hoogte gesteld.

Artikel 5

De cliëntenraad bestaat alleen uit personen die behoren tot de doelgroep en personen die een belangenorganisatie vertegenwoordigen. In aantal dienen personen uit de doelgroep minimaal de helft van de cliëntenraad uit te maken. Als de cliëntenraad gevormd wordt door een oneven aantal leden, wordt de helft afgerond naar boven op één heel lid. De leden van de cliëntenraad vormen als geheel een representatieve afspiegeling van de doelgroep. De voorzitter wordt gekozen door de leden, is lid van de cliëntenraad en heeft stemrecht. Alle leden van de cliëntenraad, waaronder de voorzitter, worden benoemd door het college.

Om belangenverstrengeling te voorkomen is in dit artikel ook opgenomen welke (gemeentelijke) functies niet verenigbaar zijn met het lidmaatschap van de cliëntenraad. Daaronder vallen ook leden van adviescommissies of vergelijkbare organen die namens een in de raad vertegenwoordigde politieke partij daarin zitting hebben.

Artikel 6

De termijn voor zitting in de cliëntenraad is in principe vier jaar. Dat kan met maximaal twee keer twee jaar verlengd worden, maar niet als er geschikte kandidaten op de wachtlijst staan. Het college is bevoegd het lidmaatschap met een langere periode te verlengen.

Als personen zich aanmelden voor het lidmaatschap van de cliëntenraad vindt er een gesprek plaats met de selectiecommissie. Als alle plaatsen in de cliëntenraad bezet zijn, vindt een dergelijk gesprek eerst plaats nadat er een vacature is ontstaan. In de tussentijd worden aanmeldingen wel vastgelegd op een wachtlijst op volgorde van binnenkomst. De selectiecommissie rapporteert aan het college of de persoon al dan niet geschikt is om lid te worden van de cliëntenraad. Daarna neemt het college een besluit over de benoeming. De cliëntenraad is bevoegd om een functieomschrijving te maken. In die situatie is de selectiecommissie gehouden deze te hanteren bij de selectie van aspirant leden.

De selectiecommissie dient voorts te bewaken dat de bezetting van de cliëntenraad een afspiegeling vormt van de doelgroep.

Er zijn belangenorganisaties in velerlei vormen, zoals vakbonden, ouderenbonden, gehandicaptenbonden, maatschappelijk werk e.a. De cliëntenraad is bevoegd een lijst te maken met een beperkt aantal organisaties die naar hun mening in aanmerking zouden kunnen komen voor een plaats in de cliëntenraad. De cliëntenraad kan deze organisaties ook gericht benaderen om een vertegenwoordiger voor te dragen.

Artikel 7

De cliëntenraad vergadert in ieder geval vier keer per jaar (elk kwartaal). Extra vergaderingen zijn mogelijk mits de noodzaak daarvoor door in ieder geval de helft van het aantal leden van de cliëntenraad, inclusief de voorzitter, ondersteund wordt.

De wethouder zal twee keer per kaar een vergadering bijkomen hetzij op uitnodiging hetzij op eigen initiatief.

Artikel 8

De gemeente stelt jaarlijks een budget ter beschikking aan de cliëntenraad. Dit budget bedraagt minimaal € 375 en maximaal € 3000. De penningmeester dient op een deugdelijke wijze de uitgaven vast te leggen. De declarant dient bewijzen van zijn uitgaven te overleggen aan de penningmeester. Het budget mag onder andere worden ingezet voor de volgende onkosten:

  • -

    Kosten van openbaar vervoer voor het bijwonen van relevante bijeenkomsten buiten Wassenaar;

  • -

    Cursussen in het kader van deskundigheidsbevordering;

  • -

    Inwinnen van extern advies;

  • -

    Secretariële kosten zoals papier, postzegels, e.d.

Als de cliëntenraad een gebruiksartikel aanschaft, zoals bijvoorbeeld een laptop, blijft het aangeschafte eigendom van de gemeente.

Indien de gemeente dat noodzakelijk acht, kan zij besluiten een bruikleenovereenkomst af te sluiten met het lid dat het artikel in gebruik neemt.

De leden van de cliëntenraad ontvangen een vergoeding voor het bijwonen van een vergadering van de cliëntenraad. De hoogte van deze vergoeding wordt jaarlijks door Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in het Rechtspositiebesluit Raad- en commissieleden vastgelegd en bedraagt voor 2009 maximaal € 84,33 per maand. Een lid heeft alleen recht op deze vergoeding, met een maximum van zeven per jaar, als de presentielijst ondertekend is en de gehele vergadering is bijgewoond. De presentielijst dient na afloop van de vergadering bij het hoofd van de afdeling Primair Proces ingeleverd te worden.

Artikel 9

De cliëntenraad brengt jaarlijks een verslag uit van zijn activiteiten over het voorgaande jaar. Ook evalueert de cliëntenraad jaarlijks zijn functioneren en stelt zij zaken bij die verbeterd kunnen worden.

In de wet is bepaald dat een onkostenvergoeding tot een bepaald maximum niet van invloed is op de hoogte van de uitkering. De vergoeding voor het deelnemen aan vergaderingen van de cliëntenraad blijft onder dit maximale bedrag. Er kunnen zich situaties voordoen dat een lid ook ander vrijwilligerswerk doet of een vergoeding ontvangt voor een andere activiteit en dan wel boven de gestelde vrijlating komt. Leden zijn zelf verantwoordelijk hiervoor, evenals voor een tijdige opgave aan de belastingdienst en/of de uitkeringsinstantie.