Regeling vervallen per 18-12-2014

Nadere regels terzake uitstallingen

Geldend van 01-07-2007 t/m 17-12-2014

Intitulé

Nadere regels terzake uitstallingen

Het college van burgemeester en wethouders van Wassenaar,

overwegende, dat het ter vermindering van de administratieve lasten van bedrijven volstaan kan worden met algemene regels, doch dat het in het belang is van de openbare orde en veiligheid van met name voetgangers en hulpverleningsverkeer geboden is het plaatsen van uitstallingen te binden aan nadere regels;

gelet op artikel 2.1.5.1, vierde lid, onder j, van de Algemene Plaatselijke Verordening Wassenaar;

besluit:

vast te stellen:

Nadere regels terzake uitstallingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • 1. Onder uitstalling wordt verstaan: het uitstallen in de openbare ruimte van goederen, losse reclame- of aanbiedingsborden alsmede decoratieve objecten die horen bij het gangbare assortiment van de winkel.

  • 2. Onder uitstalling wordt mede verstaan: fietsen of bromfietsen van een onderneming met het kennelijk doel om goederen van die onderneming te bezorgen.

  • 3. Onder winkel wordt verstaan: elke onderneming of instelling

Artikel 2 Tijdstip van uitstalling

Uitstallingen mogen slechts worden geplaatst gedurende de openingstijden van de winkel.

Artikel 3 Plaats en omvang

  • 1. Uitstallingen mogen uitsluitend worden geplaatst op voetwegen of in voetgangersgebieden.

  • 2. Voor voetgangers dient ten minste 1.50 meter brede en vrije doorloopruimte gewaarborgd te blijven.

  • 3. Voor hulpverleningsverkeer dient te allen tijde een vrije doorgang van tenminste 3.50 meter gewaarborgd te blijven.

  • 4. Uitstallingen mogen over de gehele gevelbreedte van het pand waarin de winkel is gevestigd, worden geplaatst.

  • 5. Uitstallingen mogen niet geplaatst worden:

    • -

      op brandkranen

    • -

      op afwateringen

    • -

      voor nooduitgangen

    • -

      voor de entree/deur van de winkel

    • -

      op of voor de toegang die ten dienste staat van gehandicapten.

Artikel 4 Inwerkingtreding

Deze nadere regels treden in werking op de datum van inwerkingtreding van de verordening tot wijziging van artikel 2.1.5.1. van de Algemene plaatselijke verordening Wassenaar.

Artikel 5 Citeertitel

Deze nadere regels worden aangehaald als “Nadere regels uitstallingen gemeente Wassenaar”.

Wassenaar, 15 mei 2007

Burgemeester en wethouders van Wassenaar,

de secretaris, de burgemeester,

Toelichting op de Nadere regels uitstallingen gemeente Wassenaar

Binnen de gemeente Wassenaar wordt in het kader van de vermindering van administratieve lasten voor bedrijven, instellingen en burgers het vergunningsvereiste in de Algemene plaatselijke verordening Wassenaar voor een groot deel vervangen door nadere regels, die door het college zijn vastgesteld. Inherent hieraan is dat deze algemene regels niet op iedere situatie van toepassing (kunnen) zijn. Daar waar niet voldaan wordt of kan worden voldaan, geldt nog steeds het vergunningvereiste.

Deze nadere regels borduren voort op het in 1999/2000 vastgestelde beleid, neergelegd in het met de Federatie van Winkeliers gesloten convenant terzake uitstallingen.

Artikel 1

Onder uitstalling wordt verstaan het neerzetten van goederen in de openbare ruimte in de breedste zin van het woord. Allereerst de goederen die horen bij het gangbare assortiment in de winkel met het oog op het verkopen van die goederen. Daarnaast losse reclame- of aanbiedingsborden om het assortiment aan te prijzen. Bij decoratieve objecten dient gedacht te worden aan bloembakken, mechanische speeltoestellen en dergelijke.

Verder kunnen fietsen of bromfietsen ook als uitstalling worden gezien, aangezien die gebruikt kunnen worden met het oog op bezorging aan huis, maar ook als reclameobject voor de winkel.

Aangezien uitstallingen niet alleen betrekking hebben op het verkopen van zaken, maar ook op het verrichten van diensten en activiteiten voor ideële doeleinden, wordt onder winkel ook verstaan een instelling.

Artikel 2

Gelet op het doel van een uitstalling is het neerzetten van goederen en objecten gekoppeld aan de openingstijden van een winkel.

Artikel 3

De plaatsing en de omvang van uitstallingen zijn gerelateerd aan de belangen openbare orde en (verkeers)veiligheid. Daarbij is een evenwicht gezocht tussen de verschillende betrokken belangen, namelijk de behoefte van de ondernemer, de veiligheid van de gebruikers van de openbare ruimte en de toegankelijkheid voor hulpverleningsdiensten om op een veilige en doelmatige wijze gebruik te kunnen maken van de weg, waarbij een grote mate van flexibiliteit is gehanteerd.

Uitstallingen mogen voor de gevel van de winkel waarin de goederen worden verkocht, de dienst geleverd of de activiteit wordt uitgevoerd geplaatst te worden. Op die wijze worden uitstalling en winkel aan elkaar gekoppeld. Dit maakt overigens het toezicht en de handhaving ook gemakkelijker. De afstand tussen uitstalling en winkelgevel doet niet terzake. Van belang is dat voor voetgangers, waaronder met name ook gekeken is naar gehandicapten, een minimale doorloopruimte gegarandeerd blijft en hulpverleningsverkeer te allen tijde een vrije doorgang heeft. Daarnaast dienen de uitstallingen uit het oogpunt van veiligheid niet geplaatst te worden op brandkranen, afwateringen en voor nooduitgangen, de entree/deur en toegangen voor gehandicapten.