Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waterland houdende regels omtrent subsidies (Beleidsregels subsidies gemeente Waterland 2021)

1. De definities en begrippen uit de Algemene subsidieverordening gemeente Waterland 2021 en de Uitvoeringsregeling subsidies gemeente Waterland 2021 zijn ook op deze beleidsregels van toepassing.

2. In deze beleidsregels wordt verder verstaan onder:

• a.

  duurzame productiemiddelen: activa/consumptiegoederen die langer dan een jaar meegaan;

• b.

  historisch perspectief: niveau van de subsidiebedragen in het voorgaande jaar; voor subsidies van meer dan € 5000 tevens de subsidieontwikkeling in voorgaande jaren;

• c.

  investering: aanschaf van een duurzaam productiemiddel;

• d.

  lokale subsidiemiddelen: subsidiemiddelen die door de gemeente worden verstrekt;

• e.

  penvoerder: de organisatie die namens de aan de subsidieaanvraag deelnemende partijen de correspondentie voert en als aanspreekpunt fungeert;

• f.

  uitvoeringsregeling: Uitvoeringsregeling subsidies gemeente Waterland 2021.

1. De subsidies die worden verleend onder toepassing van de uitvoeringsregeling dienen ten goede te komen aan de inwoners. Dit betekent dat:

• a.

  aanvragen van organisaties die zich bezighouden met amateurkunst, jeugd- en jongerenwerk en volkscultuur alleen in behandeling worden genomen als deze organisaties zijn gevestigd in de gemeente of wanneer de rechtspersoon in kwestie een lokale afdeling heeft, gevestigd of opererend in de gemeente, en waarbij de subsidiemiddelen aantoonbaar worden ingezet voor/door deze lokale afdeling;

• b.

  aanvragen van regionale of landelijke organisaties alleen in behandeling worden genomen als kan worden aangetoond dat, en voor welk deel, de activiteiten en subsidiemiddelen voor inwoners van de gemeente worden ingezet;

• c.

  aanvragen alleen in behandeling worden genomen als de financiering van activiteiten vaststaat. Een aanvraag met een begroting waarin financieringsbronnen onder voorbehoud zijn opgenomen, wordt pas in behandeling genomen als die financiering concreet is gemaakt en de toezegging door de financieringsbron bekrachtigd;

• d.

  voor aanvragen waarbij een subsidie via een als penvoerder optredende regiogemeente of andere regiopartij wordt aangevraagd restricties gelden. Dergelijke aanvragen worden alleen in behandeling genomen als de gemeentelijke bijdrage, de administratieve afwikkeling en de mate waarin activiteiten aan inwoners van de gemeente ten goede komen, duidelijk in de aanvraag worden beschreven en de verantwoording van de lokale subsidiemiddelen kan worden gegarandeerd.

2. Uitgesloten van subsidieverlening onder de uitvoeringsregeling zijn:

• a.

  de totstandkoming of samenstelling van intellectueel eigendom;

• b.

  de organisatie van jubilea voor medewerkers en vrijwilligers tenzij met de organisatie van het evenement aantoonbaar een maatschappelijk doel voor inwoners wordt beoogd en bereikt.

• c.

  deelprojecten die als zodanig niet tot een zelfstandig resultaat en een maatschappelijk effect leiden. Projecten die onlosmakelijk verbonden zijn met andere projecten, die daardoor niet los van elkaar kunnen worden gezien en beoordeeld, worden geacht tot één project te behoren. Subsidieaanvragen voor delen van een project, worden niet in behandeling genomen.

3. Subsidieaanvragen voor investeringen kunnen bij voldoende beschikbare subsidiemiddelen worden gehonoreerd:

• a.

  indien artikel 5, eerste en tweede lid van de uitvoeringsregeling van toepassing is: tot maximaal het bedrag van de afschrijvingskosten van de duurzame productiemiddelen gedurende de projectperiode;

• b.

  in afwijking van het gestelde onder a, in de gevallen dat artikel 5, tweede lid sub a, b of e van de uitvoeringsregeling van toepassing is en er sprake is van een voorziening als omschreven in artikel 1 onder g van de uitvoeringsregeling: tot maximaal 100 %;

• c.

  bij periodieke subsidierelaties tot het niveau van de afschrijvingskosten van de duurzame productiemiddelen op jaarbasis; een en ander indien en voor zover de duurzame productiemiddelen worden ingezet voor de subsidiabele activiteit die in het bij de aanvraag ingezonden activiteitenplan is opgenomen.

1. De eenmalige subsidies uit hoofdstuk 2 van de uitvoeringsregeling hebben het karakter van een projectsubsidie. De activiteiten kennen een einddatum en daarmee ook een datum waarop de vaststellingsaanvraag moet worden ingediend. De eenmalige subsidie wordt in principe niet voor een meerjarig project ingezet; noch kan de periode waarvoor de subsidie is verleend, herhaaldelijk op verzoek van de subsidie ontvanger worden verlengd.

2. De periodieke subsidies tot en met € 5.000 hebben het karakter van een waarderingssubsidie. De subsidie is niet bedoeld om een exploitatietekort te financieren maar om een bijdrage te leveren ter beperking van een dergelijk tekort.

3. Bij de bepaling van de hoogte van de subsidieverleningen genoemd in het tweede lid, wordt gekeken naar het historisch perspectief en de mate waarin de subsidie aanvrager en/of de te subsidiëren activiteit kan worden vergeleken met een andere aanvrager en/of activiteit.

4. Bij de bepaling van de hoogte van subsidieverleningen van meer dan € 5.000 wordt gekeken naar het historisch perspectief, de in voorgaande jaren gemaakte afspraken, de maatschappelijke noodzaak/urgentie en de mate waarin een subsidie aanvrager voorziet of kan voorzien in het algemene voorzieningenaanbod van de gemeente.

1. Ter nadere bepaling van de kaders voor sociaal cultureel werk, wordt aansluiting gezocht bij de lijst die de Belastingdienst hanteert voor van btw vrijgestelde sociaal culturele instellingen en daarmee gelijkgestelde organisaties.

2. Organisaties moeten daarbij voldoen aan de volgende criteria:

• a.

  de organisatie moet geen winstoogmerk hebben; en

• b.

  de concurrentiepositie van ondernemers die wel winst beogen niet verstoren.