Regeling vervallen per 01-01-2009

Verordening op de organisatie van het financieel beheer

Geldend van 01-01-2009 t/m 31-12-2008

Intitulé

Verordening op de organisatie van het financieel beheer

Het Algemeen Bestuur van het waterschap Aa en Maas;

Gezien het voorstel van de Voorbereidingscommissie van 17 december 2003;

Gelet op artikel 108, eerste lid van de Waterschapswet;

B E S L U I T :

vast te stellen de volgende Verordening op de organisatie van het financieel beheer.

Verordening op de organisatie van het financieel beheer

Begripsbepaling

Artikel 1

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    De administratieve organisatie:

    Het systematisch verzamelen, vastleggen en verwerken van gegevens gericht op het verstrekken van informatie ten behoeve van het besturen, beheren en functioneren van het waterschap en ten behoeve van de verantwoording die daarover moet worden afgelegd; 

  • b.

    De administratie:

    Het systematisch verzamelen, vastleggen en verwerken van gegevens.

  • c.

    Het beheer van vermogenswaarden:x

    Alle beheerdaden die voortvloeien uit het door het algemeen bestuur vastgestelde beleid en die gevolgen hebben voor de financiële middelen van het waterschap;

  • d.

    Het financieel beheer:

    De administratie en het beheer van vermogenswaarden. 

  • e.

    Controle:

    Handelingen die door of in opdracht van de leiding worden uitgevoerd en als doel hebben onvolkomenheden te voorkomen, ontdekken en signaleren.

  • f.

    Rechtmatigheid:

    De formele en materiele juistheid van de administratieve verantwoording en het beheer van vermogenswaarden. Bij het aspect “formele juistheid” gaat het om de vraag of de (geadministreerde) handelingen zijn verricht binnen het kader van de bevoegdheid van de handelende personen en overeenkomstig de daarvoor gegevenvoorschriften. Het aspect “materiele juistheid” slaat op de vraag of de administratie en de (administratieve) verantwoording overeenstemmen met de werkelijkheid.

  • g.

    Doelmatigheid:

    Het samenstel van doeltreffendheid, efficiëntie en zuinigheid.

1

Organisatie van de administratie en van het beheer van vermogenswaarden

Artikel 2

  • 1. Het dagelijks bestuur stelt, met inachtneming van het gestelde in deze verordening, een regeling vast met betrekking tot de organisatie van het financieel beheer en biedt deze ter kennisneming aan het algemeen bestuur aan.

  • 2. De regeling bedoeld in het eerste lid omvat in elk geval:

    • a.

      Een beschrijving van de functies van het financieel beheer, waarbij wordt aangegeven welke functies uit het oogpunt van de interne controle geschieden dienen te worden;

    • b.

      Procedurebeschrijvingen betreffende de onderdelen van het financieel beheer;

    • c.

      Een regeling van de teken-en beschikkingsbevoegdheden;

    • d.

      Een regeling van de beveiliging van programma-en gegevensbestanden;

    • e.

      Voorschriften inzake de periodieke verslaglegging;

    • f.

      Treasurystatuut

    • g.

      Controlstatuut.

  • 3. De in het eerste en tweede lid bedoelde regeling dient zodanig te worden opgesteld dat aan de eisen van controle, rechtmatigheid en doelmatigheid wordt voldaan.

  • 4. De registeraccountant van het waterschap wordt gehoord over het ontwerp van de voorschriften bedoeld in het eerste en tweede lid van dit artikel.

    2

Artikel 3

Het dagelijks bestuur wijst een ambtenaar aan – hierna te noemen de financiële ambtenaar – die zelfstandig verantwoordelijk is voor de uitvoering van de administratie en van het beheer van de vermogenswaarden van het waterschap.

3

Artikel 4

  • 1. De financiële ambtenaar is verantwoordelijk voor het voeren van de administratie van het waterschap.

  • 2. Als onderdeel van de in het eerste lid genoemde taak richt de financiële ambtenaar de financiële administratie van het waterschap met inachtneming van de voor het waterschap van toepassing zijnde comptabiliteitsvoorschriften en voert deze zodanig dat de financiële rechten en verplichtingen, de ontvangsten en de betalingen, de vermogensrechten en – verplichtingen alsmede de bezittingen en schulden van het waterschap juist en volledig blijken.

  • 3. Vanuit de administratie stelt de financiële ambtenaar alle informatie beschikbaar die de andere functionarissen van het waterschap ten behoeve van hun functioneren nodig hebben.

    4

Artikel 5

  • 1. De secretaris-directeur van het waterschap draagt er zorg voor dat de financiële ambtenaar alle door het algemeen bestuur en het dagelijks bestuur genomen besluiten waaraan financiële gevolgen verbonden zijn ontvangt.

  • 2. Aan de financiële ambtenaar worden tijdig alle overige gegevens en stukken verstrekt die hij ten behoeve van een juiste verzorging van de financiële administratie, de verslaglegging en het beheer van de vermogenswaarden nodig heeft.

  • 5

Artikel 6

  • De financiële ambtenaar draagt er zorg voor dat:

  • 1. Tijdig voorstellen tot wijziging van de regeling bedoeld in artikel 2 van dit besluit, aan het dagelijks bestuur worden gedaan, indien daartoe naar zijn mening aanleiding bestaat;

  • 2. Aan het dagelijks bestuur tijdig voorstellen worden gedaan voor het verzekeren van de financiële risico’s die verband houden met de taakuitoefening van het waterschap;

  • 3. De uit rechten en verplichtingen van het waterschap voortspruitende invorderingen en betalingen tijdig in behandeling worden genomen;

  • 4. Tijdig voorstellen aan het dagelijks bestuur worden gedaan met betrekking tot de financiering van de activiteiten van het waterschap;

  • 5. Het beheer van de geldmiddelen van het waterschap doelmatig wordt gevoerd.

  • 6

Artikel 7

  • 1. De bepaling van de posten van de begroting, waarop de inkomsten en uitgaven worden geboekt, geschiedt in overeenstemming met de desbetreffende bestuursbesluiten.

  • 2. Indien de door de daartoe bevoegde ambtenaren gegeven aanwijzingen op de desbetreffende stukken niet in overeenstemming zijn met de post of posten waarop verantwoording naar het oordeel van de financiële ambtenaar dient te geschieden, doet deze daarvan door tussenkomst van de secretaris-directeur, mededeling aan het dagelijks bestuur.

  • 7

Artikel 8

  • 1. De betalingen geschieden op grond van gefiatteerde betalingsbescheiden.

  • 2. De hieruit voortvloeiende betalingsopdrachten worden voorzien van de handtekeningen van tenminste twee daartoe aangewezen personen.

  • 8

De ontwerp-jaarrekening van het waterschap

Artikel 9

  • 1. De ontwerp-jaarrekening  van het waterschap en het daarbij behorende verslag ter verantwoording van het financieel beheer worden opgemaakt en ondertekend door de financiële ambtenaar.

  • 2. De ontwerp-jaarrekening en het verslag ter verantwoording van het financieel beheer worden tezamen met het verslag van de registeraccountant zoals bedoeld in artikel 109, tweede lid, van de Waterschapswet, aan het dagelijks bestuur aangeboden.

  • 3. Indien de financiële ambtenaar, op grond van zijn verantwoordelijkheid voor de financiële administratie, meent de ontwerp-jaarrekening en het verslag ter verantwoording van het financieel beheer niet te kunnen ondertekenen, vindt de in het tweede lid van dit artikel bedoelde aanbieding plaats onder overlegging van een verslag van de bevindingen van de financiële ambtenaar.

  • 9

Artikel 10

Indien het dagelijks bestuur de ontwerp-jaarrekening, het verslag ter verantwoording van het financieel beheer en het verslag van de registeraccountant bedoeld in artikel 109, tweede lid, van de Waterschapswet aanvaardt, strekt dit mede tot décharge van de financiële ambtenaar, behoudens later in rechte gebleken valsheid in bewijsstukken of andere onregelmatigheden.

10

Slotbepalingen

Artikel 11

Deze verordening treedt in werking met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2004.

Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als Verordening op de organisatie van het financieel beheer .

Aldus vastgesteld door het Algemeen Bestuur op 5 januari 2004.

de griffier,    ,

drs. C.J.E. van Vlokhoven 

de dijkgraaf

 drs. L.P.M. van den Berg


Noot
1

[Toelichting: In artikel 1 zijn enkele begrippen die in het vervolg van de verordening verschillende malen voorkomen, nader gedefinieerd.]

Noot
2

[Toelichting: Tot de taak van het dagelijks bestuur behoort het beheren van de inkomsten en uitgaven van het waterschap alsmede de controle op het geldelijk beheer. Het is dan ook het dagelijks bestuur dat de regeling betreffende de organisatie van het financieel beheer vaststelt. Een goede organisatie van het financieel beheer is slechts mogelijk indien de organisatie van het waterschap duidelijk is omschreven, niet alleen ten aanzien van de technische grondslagen maar ook wat betreft de leiding en verantwoordelijkheden op alle niveaus. In het kader van de regeling van de organisatie van het financieel beheer voert het echter te ver om een beschrijving van die organisatie te geven. In het kader van het financieel beheer heeft de administratie tot taak een zodanige registratie te vervullen dat op basis daarvan controle en analyse van het gehele bedrijfsgebeuren kan plaatsvinden.

In het tweede en derde lid van dit artikel is aangegeven aan welke eisen de regeling betreffende de organisatie van het financieel beheer in elk geval dient te voldoen. De beschrijving van de functies van het financieel beheer en de financiële administratie, zoals genoemd in letter a, heeft betrekking op de zeven functies die bij het financieel beheer worden onderscheiden, te weten:

1. De beherende functie;

2. De administratieve functie

3. De bewarende functie

4. De controlerende functie

5. De financiële beleids- en beheerfunctie;

6. De bedrijfseconomische functie;

7. De prognose functie.

Het derde lid van dit artikel is afgeleid uit bepalingen uit de artikel 108 en 109 van de waterschapswet. In deze artikelen wordt namelijk bepaald dat de verordening op het financieel beheer dient te waarborgen dat aan de eisen van rechtmatigheid, doelmatigheid en controle wordt voldaan. Uiteraard geldt dit ook voor de regeling van de organisatie van het financieel beheer, die als uitvloeisel van de verordening moet worden vastgesteld. Ten aanzien van de eisen van doelmatigheid is een expliciete rol weggelegd voor de concerncontroller die toeziet op een doelmatige en effectieve taakuitoefening van het watershap. De hiermee gerelateerde rekenkamerfunctie wordt door de concerncontroller uitgevoerd.

Tussen de organisatie van het financieel beheer en externe controle bestaat een nauwe relatie. Het vierde lid geeft aan dat de registeraccountant van het waterschap tijdig om advies moet worden gevraagd over de vast te stellen regeling van het financieel beheer. Tijdig wil hier zeggen voorafgaand aan de vaststelling door het dagelijks bestuur.]

Noot
3

[Toelichting: Dit artikel vindt zijn basis in artikel 108, derde lid, van de Waterschapswet, waarin wordt bepaald dat er in de verordening aparte functionarissen, niet zijnde de secretaris-directeur, moeten worden aangewezen voor het verrichten van de administratie en van het beheer van vermogenswaarden. In dit artikel wordt de zelfstandige verantwoordelijkheid voor de uitvoering van deze taken gelegd bij de financiële ambtenaar. In de loop der jaren is de registrerende functie van boekhouder of ontvanger geëvolueerd tot financiële ambtenaar en omvat deze een groter scala van taken dan voorheen. Zo geschiedt het beheer van het waterschap thans mede door middel van gegevens uit de administratie (zie hiervoor ook de toelichting op het volgend artikel). ]

Noot
4

[Toelichting: De informatiestroom naar het dagelijks bestuur is te onderscheiden in twee componenten, te weten:

- informatie die betrekking heeft op te nemen beslissingen;

- informatie omtrent de uitvoering van genomen beslissingen.

De eis die aan deze informatie wordt gesteld is dat deze juist, volledig en tijdig het dagelijks bestuur moet bereiken. Dit impliceert dat de daarmee verband houdende werkzaamheden zodanig worden georganiseerd dat aan deze eis kan worden voldaan. De huidige bestuurlijke informatievoorziening heeft zicht ontwikkeld uit de conventionele financiële administratie. Dit betekent niet automatisch dat de financiële ambtenaar, als verantwoordelijke voor de financiële administratie, alleen verantwoordelijk is voor het beleid ten aanzien van de inrichting en het functioneren van het informatiesysteem. De administratie in de huidig ontwikkelde vorm raakt vitale belangen van alle onderdelen van het waterschap en speelt een belangrijke rol in de taakvervulling van de beleids- en beheerorganen en controlerende en toezichthoudende functionarissen.

Bij de uitoefening van de comptabele taak gaat het er in de eerste plaats om de waarheid te dienen. Het in strijd met de waarheid bepaalde boekingen verrichten of doen verrichten is niet aanvaardbaar. De objectiviteit staat voorop en daarom dient de financiële ambtenaar in het algemeen geen beheer- of bewaringsbevoegdheden te bezitten.

In tegenstelling tot het beheer van geldmiddelen is de beleidsadviserende taak wel verenigbaar met het voeren van de administratie. Hoewel het primaat van bedrijfseconomische advisering vanwege de mogelijke consequenties voor doeltreffendheid en doelmatigheid bij de concerncontroller ligt, speelt de financiële ambtenaar, gezien zijn positie als verantwoordelijke voor de uitvoering van het financieel beheer en als hoofd van de (financiële) administratie, eveneens een rol van betekenis.]

Noot
5

[Toelichting: Het eerste lid van dit artikel regelt de informatieplicht aan de financiële ambtenaar teneinde deze in staat te stellen om een volledige registratie te kunnen voeren. Tevens dient hij zich te kunnen beroepen op de bevoegdheid tot het stellen van vragen aan alle functionarissen met betrekking tot in beginsel alles wat in de waterschapshuishouding voorvalt. Het spreekt van zelf dat de financiële ambtenaar tactvol en voorzichtig met zijn ondervragingsbevoegdheid moet omgaan. Omdat de bevoegdheid zich richt op alle functionarissen van het waterschap, dient deze bevoegdheid in het uiterste geval gedekt te worden door de hoogste leiding. ]

Noot
6

[Toelichting: Dit artikel regelt de algemene verantwoordelijkheid van de financiële ambtenaar met betrekking tot die maatregelen die nodig zijn voor een goede organisatie van het financieel beheer. Het bepaalde in het eerste lid beoogt te voorkomen dat er als gevolg van wijzigingen in de loop van de tijd gekunstelde constructies ontstaan die de uitgangspunten van de organisatie van het financieel beheer geweld aan doen. Het derde lid legt de bevoegdheid tot het nemen van invorderingsmaatregelen expliciet bij de financiële ambtenaar. De in het vijfde lid bedoelde maatregelen zijn met name gericht op het voorkomen van renteverliezen. ]

Noot
7

[Toelichting: Met het bepaalde in dit artikel wordt beoogd waarborgen te verschaffen voor de betrouwbaarheid van de registratie en van de te verstrekken informatie aan de beleids- en beheerorganen van het waterschap. ]

Noot
8

[Toelichting: Ter verzekering van de rechtmatigheid van de betalingsopdrachten voor bank en giro zijn maatregelen van interne controle noodzakelijk zoals functiescheiding en voorafgaande goedkeuring. De juistheid van de betalingsbescheiden zoals facturen en dergelijke zal daarbij blijken uit de aanwezigheid van alle paragrafen c.q. handtekeningen die de interne controle eist. De feitelijk te verrichten handelingen zijn sterk afhankelijk van de systematiek van verwerking die door het waterschap wordt toegepast.]

Noot
9

[Toelichting: Het spreekt van zelf dat in het kader van de organisatie van het financieel beheer wordt geregeld door wie de werkzaamheden worden verricht die verbonden zijn aan het opstellen van de ontwerp-jaarrekening en het daarbij behorende verslag ter verantwoording van het financieel beheer. Gezien zijn comptabele taak behoren deze werkzaamheden te worden verricht onder de verantwoordelijkheid van de financiële ambtenaar met in achtneming van de geldende wettelijke voorschriften. De financiële ambtenaar draagt de verantwoording dat de cijferopstelling in de ontwerp-jaarrekening in overeenstemming is met de comptabele administratie, hetgeen tot uitdrukking komt in zijn ondertekening van dit stuk bij de aanbieding aan het dagelijks bestuur. Het kan voorkomen dat het dagelijks bestuur ten aanzien van de inhoud of de inrichting van de ontwerp-jaarrekening en het verslag ter verantwoording van het financiële beheer wijzigingen laat doorvoeren overeenkomstig de door het dagelijks bestuur gegeven aanwijzingen. Immers, de ontwerp-jaarrekening is uiteindelijk een verantwoording van het gevoerde beheer van het dagelijks bestuur aan het algemeen bestuur. Het derde lid geeft de financiële ambtenaar de mogelijkheid om zijn afwijkende standpunt mede te delen, waardoor gestalte wordt gegeven aan zijn verantwoordelijkheid voor een correcte verslaglegging.]

Noot
10

[Toelichting: Dit is een bepaling die vooraf gaat aan artikel 106, vijfde lid, van de Waterschapswet, waar wordt bepaald dat de vaststelling van de jaarrekening door het algemeen bestuur de leden van het dagelijks bestuur ontlast ten aanzien van het in de jaarrekening verantwoorde financieel beheer. Voorafgaand hieraan strekt het aanvaarden van de ontwerp-jaarrekening door het algemeen bestuur, hetgeen tot uitdrukking komt in het aanbieden aan het algemeen bestuur, tot décharge van de financiële ambtenaar. ]