Regeling vervallen per 01-01-2010

Beleidsregels voor de toepassing van de wegingsfactoren in fiscale procedures

Geldend van 01-01-2010 t/m 31-12-2009

Intitulé

Beleidsregels voor de toepassing van de wegingsfactoren in fiscale procedures

Het Dagelijks Bestuur van het waterschap Aa en Maas,

Gelet op de artikelen 7:15, lid 2 en 7:28, lid 2, van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 2, lid 1, aanhef en onderdeel a van het Besluit proceskosten bestuursrecht juncto onderdeel C.1. van de bij dat besluit behorende bijlage,

B E S L U I T

Vast te stellen de volgende beleidsregels voor de toepassing van de wegingsfactoren in fiscale procedures.

Beleidsregels inzake de wegingsfactoren in fiscale procedures waterschap Aa en Maas 2009

Artikel 1 Reikwijdte beleidsregels

Deze beleidsregels zijn van toepassing bij het vergoeden van kosten die een belanghebbende in verband met de behandeling van zijn bezwaar- of administratief beroepschrift tegen een fiscale beschikking, redelijkerwijs heeft moeten maken.

1

Artikel 2 Begripsbepalingen

  • 1.In deze beleidsregels wordt onder belastingbedrag verstaan:

    • a.

      het bedrag van een belastingaanslag, of

    • b.

      indien tegelijkertijd met de belastingaanslag een bestuurlijke boete is opgelegd: het bedrag van een belastingaanslag en de boete gezamenlijk, of:

    • c.

      indien geen aanslag is vastgesteld maar wel een bestuurlijke boete is opgelegd: het bedrag van de boete.

  • 2.In deze beleidsregels wordt onder belastingaanslag verstaan:

    • a.

      de voorlopige aanslag, de aanslag, de navorderingsaanslag en de naheffingsaanslag, bedoeld in  artikel 2, lid 3, onder e, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen;

    • b.

      het voorlopig gevorderde, het gevorderde en het nagevorderde bedrag, bedoeld in artikel 125a, lid 2, onder a, van de Waterschapswet.

    2

Artikel 3 Bezwaar tegen de belastingaanslag

Voor de toepassing van de wegingsfactoren, genoemd in onderdeel C.1. van de bijlage bij het Besluit proceskosten bestuursrecht, wordt een zaak aangemerkt als:

  • a.

    zeer licht, als in geschil is een belastingbedrag van € 1,-- of meer, maar minder dan € 500,--;

  • b.

    licht, als in geschil is een belastingbedrag van € 500,-- of meer, maar minder dan € 1000,--;

  • c.

    gemiddeld, als in geschil is een belastingbedrag van € 1.000 of meer, maar minder dan € 7.000,--,

  • d.

    zwaar, als in geschil is een belastingbedrag van € 7.000 of meer, maar minder dan € 23.000,--;

  • e.

    zeer zwaar, als in geschil is een belastingbedrag van € 23.000,-- of meer.

3

Artikel 4 Bezwaar of administratief beroep tegen een andere fiscale beschikking dan een belastingaanslag

  • 1.Indien in een bestuurlijke voorprocedure een andere fiscale beschikking dan een belastingaanslag aan de orde is, wordt het gewicht van die zaak als gemiddeld aangemerkt.

  • 2.In afwijking van hetgeen in het vorige artikellid is bepaald, wordt het gewicht van een zaak waarin de kwijtschelding van belasting aan de orde is, als zeer licht aangemerkt.

  • 4

Artikel 5 Inwerkingtreding

  • 1.De beleidsregels treden in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking en werken terug tot 1 januari 2009.

  • 2.De beleidsregels, vastgesteld bij besluit van het Dagelijks Bestuur van waterschap de Aa en Maas van 7 januari 2004 blijven na intrekking van toepassing op verzoeken om vergoeding van kosten van bestuurlijke voorprocedures die vóór 1 januari 2009 zijn gedaan.

  • 3.Dit besluit kan worden aangehaald als: Beleidsregels inzake de wegingsfactoren in fiscale procedures waterschap Aa en Maas 2009.

  • 5

  • Aldus vastgesteld in de vergadering van het Dagelijks Bestuur van 13 januari 2009

  • 's-Hertogenbosch, 13 januari 2009

  • Het Dagelijks Bestuur van het waterschap Aa en Maas,

  • de secretaris,    

  • Drs. P. Sennema   

  • de dijkgraaf,

  • Drs. L.H.J. Verheijen

TOELICHTING OP DE BELEIDSREGELS TOEPASSING WEGINGSFACTOREN FISCALE PROCEDURE

Algemeen

Op 12 maart 2002 is de wet tot wijziging van de Algemene wet bestuursrecht met betrekking tot de kosten van bezwaar en administratief beroep (Wet kosten bestuurlijke voorprocedures) in werking getreden (Staatsblad 2002, nr. 55). Per dezelfde datum is ook het gewijzigde Besluit proceskosten bestuursrecht in werking getreden (Staatsblad 2002, nr. 113). De wet kosten bestuurlijke voorprocedures bevat een regeling voor de vergoeding van kosten die een belanghebbende in verband met de behandeling van zijn bezwaar of administratief beroep redelijkerwijs heeft moeten maken. Hiertoe zijn onder andere de artikelen 7:15 en 7:28 van de Awb gewijzigd.

In het Besluit proceskosten bestuursrecht is neergelegd op welke kosten een zodanige kostenvergoeding uitsluitend betrekking kan hebben. Op grond van dit besluit wordt het bedrag van de kosten van door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vastgesteld door aan de verrichte procesbehandelingen punten toe te kennen en die punten vervolgens te vermenigvuldigen met de waarde per punt en de toepasselijke wegingsfactoren. De waarde per punt bedraagt in fiscale procedures € 161,--.

In de onderhavige beleidsregels is vastgesteld hoe het gewicht van een zaak (zeer licht, licht, gemiddeld, zwaar en zeer zwaar), genoemd in onderdeel C.1. van de bijlage bij het Besluit proceskosten bestuursrecht, wordt bepaald. Er wordt (zie de artikelen 3 en 4 van de beleidsregels) een onderscheid gemaakt tussen de procedures die betrekking hebben op een opgelegde belastingaanslag en procedures die betrekking hebben op andere fiscale beschikkingen dan belastingaanslagen. Heeft de procedure betrekking op een belastingaanslag, dan wordt bij het bepalen van het gewicht van de zaak aangesloten bij het bedrag van de in het geding zijnde belastingaanslag. Heeft de procedure betrekking op andere fiscale beschikkingen dan belastingaanslagen, dan geldt een vast gewicht. In de artikelsgewijze toelichting (zie hierna) worden hiervan voorbeelden gegeven.


Noot
1

[Toelichting: Op grond van deze bepaling hebben de beleidsregels slechts betrekking op gevallen waarin een belanghebbende tegen een fiscale beschikking in bezwaar is gekomen, dan wel tegen een fiscale beschikking administratief beroep heeft ingesteld.]

Noot
2

[Toelichting: In dit artikel wordt een aantal begrippen uit het beleid nader gedefinieerd. Het eerste lid definieert het begrip “belastingbedrag”. Dit begrip valt in drie componenten uiteen.

Onder belastingbedrag dient zowel het bedrag van de belastingaanslag sec te worden verstaan (onderdeel 1), als het bedrag van de belastingaanslag en een eventuele bestuurlijke boete gezamenlijk (onderdeel b). Heeft het waterschap uitsluitend een bestuurlijke boete opgelegd, dan dient onder het begrip belastingbedrag het bedrag van deze bestuurlijke boete te worden verstaan (onderdeel c).

Waar in de beleidsregels wordt gesproken van “belastingaanslag”, dient daaronder zowel een aanslag, als een voorlopige, een naheffings- of navorderingsaanslag te worden verstaan. Dit is geregeld in het tweede lid van artikel 2. ]

Noot
3

[Toelichting: Is sprake van bezwaar tegen een opgelegde belastingaanslag, dan wordt het gewicht van de zaak bepaald aan de hand van het bedrag van die betreffende belastingaanslag. Voor het bepalen van de hoogte van de bedragen is aansluiting gezocht bij het voormalige Besluit proceskosten fiscale procedures en de daarbij behorende bijlage (Besluit van 22 december 1993, Stb. 1993, 762). De bedragen zijn omgerekend naar euro’s en naar boven afgerond tot ronde bedragen.]

Noot
4

[Toelichting: Dit artikel regelt hoe het gewicht wordt bepaald van zaken waarin een andere fiscale beschikking dan een belastingaanslag aan de orde is. De hoofdregel is neergelegd in het eerste lid van deze bepaling. Op grond van dit artikellid wordt het gewicht van een dergelijke zaak als gemiddeld aangemerkt. Het tweede lid bevat een uitzondering op deze hoofdregel door te bepalen dat in het geval waarin sprake is van een procedure waarin de kwijtschelding van belasting aan de orde is, het gewicht van zo een zaak wordt gekwalificeerd als zeer licht.

Voorbeelden van fiscale beschikkingen, niet zijnde belastingaanslagen, bedoeld in het eerste lid zijn:

-    de beschikking waarbij aan een belastingplichtige kosten van vervolging in rekening zijn gebracht (artikel 7 van de Kostenwet invordering rijksbelastingen);

-    de beschikking invorderingsrente (artikel 30, eerste lid, invorderingswet);

-    de beschikking aansprakelijkstelling (artikel 49 Invorderingswet);

-    de beschikking op grond van artikel 7, zesde lid, van de verordening zuiveringsheffing of verontreinigingsheffing (afwijking van voorschriften van Bijlage I van de verordening);

-    de beschikking op grond van artikel 8 van de verordening zuiveringsheffing of verontreinigingsheffing (meetbeschikking);

-    de beschikking op grond van artikel 9 van de verordening zuiveringsheffing of verontreinigingsheffing (T-correctie);

-    de beschikking op grond van artikel 10 van de verordening zuiveringsheffing of verontreinigingsheffing (toepassing tabel afvalwatercoëfficiënten);

-    de beschikking op grond van artikel 4, zesde lid, van het Besluit vervuilingswaarde ingenomen water (de vaststelling van de vervuilingswaarde per m³ op basis van een afvalwateronderzoek).]

Noot
5

[Toelichting: De inwerkingtreding van de beleidsregels is afhankelijk van de datum van publicatie. Gekozen is voor inwerkintreding op de eerste dag na die van de bekendmaking.

De bekendmaking van de beleidsregels geschiedt op de wijze van artikel 3:42 van de Awb.

Bepaald is dat de beleidsregels van toepassing zijn op verzoeken die na 1 januari 2009 worden ingediend.]