Reglement voor de commissies uit het algemeen bestuur van waterschap Brabantse Delta 2013

1. Er is een :

• *

  voorbereidingscommissie Financiële Zaken;

• *

  voorbereidingscommissie Watersystemen;

• *

  Commissie Geloofsbrieven.

2. De in het eerste lid bedoelde commissies zijn vaste commissies van advies als bedoeld in artikel 66, eerste lid, van het Reglement van orde van het algemeen bestuur waterschap Brabantse Delta 2009.

1. De voorbereidingscommissie Financiële Zaken:

• a.

  brengt aan het dagelijks bestuur financieel- technisch advies uit over de ontwerp-begroting en de -jaarrekening van het waterschap alsmede over ontwerp-verordeningen en –beleidstukken voor zo ver zij betrekking hebben op financiële onderwerpen. Ook wordt financieel-technisch advies uitgebracht aan het dagelijks bestuur over de managementletters die door het dagelijks bestuur ter kennis zijn gebracht aan het algemeen bestuur.

• b.

  vormt meningen en brengt gevraagd en ongevraagd advies uit aan het dagelijks bestuur over onderwerpen en ontwikkelingen met betrekking tot de financiën van het waterschap.

2. Ter vervulling van haar taak als in het eerste lid bedoeld komt de voorbereidingscommissie Financiële Zaken in een door haar zelf te bepalen aantal vergaderingen per jaar bijeen.

3. De voorbereidingscommissie Watersystemen vormt meningen en brengt gevraagd en ongevraagd advies uit aan het dagelijks bestuur over onderwerpen met betrekking tot het watersysteem. Hiertoe komt de commissie vier tot zes maal per jaar bijeen.

4. De Commissie Geloofsbrieven heeft tot taak het onderzoeken van de geloofsbrieven van de leden van het algemeen bestuur en hierover advies uit te brengen aan het algemeen bestuur. Daarnaast rapporteert de Commissie Geloofsbrieven ten minste eenmaal per jaar aan het algemeen bestuur over door de leden van het algemeen bestuur ingediende formulieren Nevenfuncties en financiële belangen.

1. De voorbereidingscommissies Financiële Jaarstukken en Watersystemen bestaan uit 10 leden en een voorzitter.

2. Iedere fractie uit het algemeen bestuur draagt voor de in het eerste lid bedoelde commissies uit zijn midden één commissielid en één plaatsvervangend commissielid voor, niet zijnde leden van het dagelijks bestuur. Het algemeen bestuur benoemt de aldus voorgedragen leden en plaatsvervangend leden.

3. De voorzitter van de in het eerste lid bedoelde commissies is een lid van het dagelijks bestuur, te weten:

• •

  voorzitter van de voorbereidingscommissie Financiële jaarstukken: de portefeuillehouder Zuiveren en Financiën;

• •

  voorzitter van de voorbereidingscommissie Watersystemen: de portefeuillehouder Watersystemen.

1. De Commissie Geloofsbrieven bestaat uit 4 leden waaronder de voorzitter.

2. De leden van de Commissie Geloofsbrieven worden uit en door het algemeen bestuur benoemd.

3. De leden van de Commissie Geloofsbrieven wijzen uit hun midden een voorzitter aan.

1. De commissies als bedoeld in dit reglement worden bijgestaan door de secretaris-directeur of door hem aangewezen ambtenaren, in de hoedanigheid van secretaris van de commissie.

2. De secretaris maakt notulen van een commissievergadering, die in de eerstvolgende commissievergadering worden vastgesteld

3. De voorzitter kan voor de vergadering van een commissie deskundige ambtenaren of externe deskundigen uitnodigen.

1. De leden van de commissies als bedoeld in dit reglement worden benoemd voor de duur van één zittingsperiode van het algemeen bestuur, of bij tussentijdse benoeming voor de resterende duur van deze zittingsperiode.

2. Het lidmaatschap van een commissie eindigt eveneens op eigen verzoek of bij beëindiging van het lidmaatschap van het algemeen bestuur.

3. Het algemeen bestuur kan, op schriftelijk verzoek van de desbetreffende fractie en door tussenkomst van het dagelijks bestuur, een benoemingsbesluit van een commissielid intrekken.

1. Een commissie vergadert - in de lijn met het bepaalde omtrent haar taakstelling in artikel 2 – als de voorzitter dit nodig oordeelt of ten minste de helft van het aantal leden daarom schriftelijk en onder opgaaf van redenen verzoekt.

2. De agenda voor een commissievergadering wordt vastgesteld door de voorzitter.

3. Een commissie vergadert in het openbaar.

4. De openbaarheid wordt door de voorzitter opgeheven als de meerderheid van de aanwezige leden dit in het belang van personen of in het algemeen belang nodig oordeelt.

5. Omtrent hetgeen in een besloten vergadering is besproken en besloten beslist de commissie of en in hoeverre dit in de openbaarheid wordt gebracht.

6. De voorzitter roept de leden van een commissie ten minste zeven dagen voor de vergadering schriftelijk op. Zoveel mogelijk gelijktijdig met de oproeping worden de agenda en de vergaderstukken aan de leden toegezonden.

7. Spoedeisende gevallen uitgezonderd, brengt de voorzitter gelijktijdig met de oproeping dag, tijdstip en plaats van de vergadering ter kennis.

1. Een commissie kan alleen besluiten over uit te brengen adviezen als, met inbegrip van de voorzitter, ten minste de helft van het aantal leden aanwezig is.

2. De besluiten om te komen tot een advies door de commissie, worden genomen bij meerderheid van stemmen van de aanwezige leden. Wanneer geen eensluidend advies kan worden uitgebracht, worden de verschillende meningen in het advies weergegeven.

1. Dit reglement treedt onmiddellijk na vaststelling in werking.

2. Dit reglement kan worden aangehaald als: Reglement voor de commissies uit het algemeen bestuur van waterschap Brabantse Delta 2013.