Regeling vervallen per 10-12-2019

Nadere regels subsidie DHZ Waterschap De Dommel 2018

Geldend van 01-10-2018 t/m 09-12-2019

Intitulé

Nadere regels subsidie DHZ Waterschap De Dommel 2018

Het Dagelijks Bestuur van Waterschap De Dommel:

Overwegende dat:

  • Waterschap De Dommel partner is in het project Deltaplan Hoge Zandgronden (DHZ) met als doelstelling een maatschappelijk gewenst voorzieningenniveau voor voldoende schoon water voor een klimaatbestendig, economisch vitaal en ecologisch leefbaar gebied, ook op langere termijn en een brede maatschappelijke coalitie om dit integraal en duurzaam te realiseren;

  • dat het ter verdeling van voor het verbeteren van de klimaatbestendigheid van de zoetwatervoorziening voor externe activiteiten beschikbare financiële middelen wenselijk is om aanvullend op de Algemene Subsidieverordening Waterschap De Dommel 2018 nadere regels vast te stellen;

  • gelet op de Algemene wet bestuursrecht en artikel 2, tweede lid, van de Algemene Subsidieverordening Waterschap De Dommel 2018;

Besluit:

Vast te stellen de volgende nadere regels subsidie DHZ Waterschap De Dommel 2018.

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze nadere regels wordt verstaan onder:

  • a. Dagelijks Bestuur: Dagelijks Bestuur van Waterschap De Dommel;

  • b. ASV: Algemene Subsidieverordening Waterschap De Dommel 2018;

  • c. Subsidieplafond: subsidieplafond als bedoeld in Afdeling 4.2.2. van de Algemene wet bestuursrecht;

  • d. KRW: Kaderrichtlijn water;

  • e. Natuurnetwerk Brabant: netwerk van belangrijke natuurgebieden in de provincie Noord-Brabant;

  • f. PAS: landelijke beleidsregel Programmatische Aanpak Stikstof, die tot doel heeft om de doelen van het Europees natuurbeleid te realiseren.

Artikel 2. Doelgroep

  • 1. Subsidie op grond van deze nadere regels kan worden aangevraagd door:

    • a.

      rechtspersonen, met uitzondering van waterschappen;

    • b.

      een samenwerkingsverband van rechtspersonen;

    • c.

      een samenwerkingsverband van rechtspersonen en natuurlijke personen.

  • 2. Indien het samenwerkingsverband, bedoeld in het eerste lid, geen rechtspersoonlijkheid bezit:

    • a.

      wordt subsidie aangevraagd door een deelnemer van het samenwerkingsverband met rechtspersoonlijkheid, en;

    • b.

      draagt de activiteit de instemming van alle deelnemers van het samenwerkingsverband.

Artikel 3. Subsidievorm

  • 1. Het Dagelijks Bestuur verstrekt op grond van deze nadere regels activiteitensubsidies.

  • 2. Subsidies als bedoeld in het eerste lid worden verstrekt in de vorm van een geldbedrag.

Artikel 4. Subsidiabele activiteiten

Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten gericht op het verbeteren van de klimaatbestendigheid van de zoetwatervoorziening in de vorm van uitvoeringsactiviteiten.

Artikel 5. Weigeringsgronden

Subsidie wordt, onverminderd het bepaalde in artikel 7 van de ASV, geweigerd indien:

  • a. de subsidieaanvrager voor de activiteit reeds subsidie heeft ontvangen;

  • b. de activiteit reeds is gestart voor aanvraag van de subsidie.

Artikel 6. Subsidievereisten

Om voor subsidie als bedoeld in artikel 4 in aanmerking te komen, moet worden voldaan aan de volgende vereisten:

  • a. de activiteit wordt uitgevoerd in het beheergebied van Waterschap De Dommel;

  • b. de activiteit is gericht op het verbeteren van de klimaatbestendigheid van de zoetwatervoorziening, door ten minste een van de volgende maatregeltypen:

    • 1.

      vermindering van de watervraag;

    • 2.

      waterconservering door verbetering van de sponswerking van het watersysteem;

    • 3.

      optimaliseren van wateraanvoer;

    • 4.

      adapteren aan de effecten van droogte;

  • c. de activiteit betreft maatregelen, die verder gaan dan de maatregelen die de subsidieaanvrager reeds op basis van wettelijke taken of afspraken zoals bijvoorbeeld in het kader van de KRW, het Natuurnetwerk Brabant of de PAS, verplicht is uit te voeren;

  • d. de activiteit draagt bij aan een of meer van de volgende andere beleidsdoelen:

    • 1.

      het streven naar een vitale bodem, door de bodemvruchtbaarheid, de biodiversiteit en het herstelvermogen van de bodem te verbeteren;

    • 2.

      het verbeteren van de waterkwaliteit als bedoeld in de KRW;

    • 3.

      het terugbrengen van wateroverlast;

    • 4.

      klimaatadaptatie in stedelijk gebied;

    • 5.

      het verduurzamen van de voedselketen en een economisch rendabele landbouw in het kader van agrofood;

    • 6.

      het sluiten van grondstofkringlopen of waterkringlopen in het kader van de circulaire economie;

    • 7.

      het vergroten van de grondwatervoorraad;

  • e. de activiteit is gericht op actieve kennisverspreiding en heeft een aantoonbaar leer- of uitstralingseffect;

  • f. de activiteit is kosteneffectief;

  • g. het is bekend wat het effect van de activiteit is in termen van:

    • 1.

      de omvang van de activiteit in hectares;

    • 2.

      het aantal m3 waterbesparing;

    • 3.

      het aantal m3 waterconservering, of;

    • 4.

      het aantal deelnemers;

  • h. aan de activiteit ligt een activiteitenplan ten grondslag, waarin in ieder geval is opgenomen:

    • 1.

      op welke wijze wordt voldaan aan de vereisten in dit artikel;

    • 2.

      een sluitende begroting.

    • 3.

      een aanpak voor actieve kennisspreiding

Artikel 7. Subsidiabele kosten

  • 1. Voor zover noodzakelijk en adequaat in relatie tot het doel van de subsidie, bedoeld in artikel 4, komen de volgende kosten voor subsidie in aanmerking:

    • a.

      alle investeringskosten die rechtstreeks verband houden met het verbeteren van de klimaatbestendigheid van de zoetwatervoorziening;

    • b.

      investeringskosten als bedoeld onder a, in de vorm van personeelskosten voor coördinerende taken van de aanvrager en van deelnemers van een samenwerkingsverband, met uitzondering van publiekrechtelijke rechtspersonen;

    • c.

      investeringskosten als bedoeld onder a, in de vorm van kosten derden, voor consultancy en gelijkwaardige diensten, die uitsluitend voor de activiteit worden gebruikt, tot een maximum van € 150 per uur;

    • d.

      investeringskosten als bedoeld onder a, in de vorm van kosten voor de inzet van vrijwilligers tot een maximum van € 4,50 per uur;

    • e.

      investeringskosten als bedoeld onder a, in de vorm van communicatiekosten.

  • 2. Voor de berekening van interne uurtarieven als bedoeld in het eerste lid, onder b, past de subsidieaanvrager een tarief van € 50 toe.

Artikel 8. Niet subsidiabele kosten

In afwijking van artikel 7 komen de volgende kosten in ieder geval niet voor subsidie in aanmerking:

  • a. personeelskosten van publiekrechtelijke rechtspersonen;

  • b. personeelskosten, met uitzondering van coördinatiekosten als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onder b;

  • c. kosten in verband met het opstellen van een milieueffectrapportage;

  • d. kosten van rente, bankdiensten, financieringen, verzekeringspremies, gerechtelijke procedures, boetes en sancties;

  • e. kosten van regulier beheer en onderhoud;

  • f. kosten om te voldoen aan gangbare minimumkwaliteitseisen of wettelijke verplichtingen.

Artikel 9. Vereisten subsidieaanvraag

Subsidieaanvragen worden ingediend binnen de periode van 15 oktober 2018 tot en met 31 december 2019.

Artikel 10. Subsidiehoogte

De hoogte van de subsidie, bedoeld in artikel 4, bedraagt 50 procent van de subsidiabele kosten, tot een maximum van € 450.000.

Artikel 11. Verplichtingen van de subsidieontvanger

De subsidieontvanger heeft in ieder geval de volgende verplichtingen:

  • a. voor subsidies hoger dan € 50.000 overlegt de subsidieontvanger gedurende de looptijd van de activiteit in iedere twaalfde maand na het verlenen van de subsidie een tussentijds voortgangsverslag ter zake van de verrichte activiteiten en de daaraan verbonden kosten, indien de periode van uitvoering van de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend meer dan een jaar bedraagt;

  • b. de subsidieontvanger zorgt voor actieve kennisverspreiding over de activiteit;

  • c. de activiteit is gereed voor 31 december 2021.

Artikel 12. Bevoorschotting en betaling

  • 1. Het Dagelijks Bestuur verstrekt voor subsidies tot € 50.000 een voorschot van 100 procent van het verleende subsidiebedrag.

  • 2. Het Dagelijks Bestuur verstrekt voor subsidies vanaf € 50.000 een voorschot van 80 procent van het verleende subsidiebedrag.

  • 3. Het Dagelijks Bestuur betaalt het voorschot, bedoeld in het eerste lid, in een keer.

  • 4. Het Dagelijks Bestuur betaalt het voorschot, bedoeld in het tweede lid, in vier gelijke delen, verdeeld over vier perioden.

  • 5. De in leden 1 tot en met 4 genoemde percentages, bedragen en termijnen van bevoorschotting worden overeenkomstig artikel 16 lid 4 van de ASV in de beschikking tot subsidieverlening opgenomen.

Artikel 13 Subsidieplafond

Voor het tijdvak 15 oktober 2018 tot en met 31 december 2019 voor activiteiten vallend onder de reikwijdte van deze nadere regels het subsidieplafond vast te stellen op € 450.000.

Artikel 14. Inwerkingtreding

Deze nadere regels treden in werking met ingang van de dag volgend op haar bekendmaking en zijn voor het eerst van toepassing op subsidieaanvragen die vanaf 15 oktober 2018 zijn ingediend.

Artikel 15. Citeertitel

Deze nadere regels worden aangehaald als ‘Nadere regels subsidie DHZ Waterschap De Dommel 2018’.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door het Dagelijks Bestuur van Waterschap De Dommel op 25 september 2018.

De voorzitter

Mr. Drs. P.C.G. Glas

De secretaris

drs. A.G. Dekker