Regeling vervallen per 14-08-2008

Peilbesluit Bommelerwaard

Geldend van 09-10-1997 t/m 13-08-2008

Intitulé

Peilbesluit Bommelerwaard

Aanhef

HET GECOMBINEERD COLLEGE VAN HET POLDERDISTRICT GROOT MAAS EN WAAL;

overwegende, dat een uitgebreid onderzoek heeft plaatsgevonden naar de gewenste drooglegging en ontwateringsdiepte, rekening houdend met de in het gebied aanwezige belangen;

overwegende, dat de aanpassingen van de peilen ten aanzien van het geduren­de de laatste jaren gevoerde beheer beperkt zijn en daarmee ook de gevolgen daarvan voor landbouw, natuur en voor bebouwing acceptabel zijn;

overwegende, dat de reacties tijdens de inspraakavond en de later schrifte­1 ijk i ngezonden beden kingen gemot i veerd worden beantwoord en geen aan 1 ei ­ding hebben gegeven tot een aanpassing van de peilen;

overwegende, dat binnen de in 1997 uit te voeren hydrologische studie van het bemalingsgebied van de Baanbreker, het H.C. de Jongh-gemaal, de Rietschoof en de studie glastuinbouw nader onderzoek plaatsvindt naar de gesignaleerde knelpunten;

gelet op het bepaalde in hoofdstuk III AFDELING 11 paragraaf 1 van de Verordening Waterhuishouding Gelderland;

Besluit

vast te stellen het navolgende peilbesluit voor de Bommelerwaard, gelegen in de gemeenten Maasdriel, Hedel, Ammerzoden, Kerkwijk, Brakel, Zaltbommel en Rossum zoals dit is aangegeven op de bij dit besluit behorende kaart.

Artikelen

Artikel 1

Voor toepassing van dit besluit geldt het Normaal Amsterdam Peil (N.A.P.) welke op de peilschalen is aangegeven.

Artikel 2

De in het gebied of in de afzonderlijke peilvakken na te streven waterstan­den zijn:

de afzonderlijke peilvakken na te streven waterstan­den

Peilvaknr.

Voorgesteld zomerpeil

Voorgesteld winterpeil

 111

3,50

3,50

 112

2,90

2,60

 114

2,60

2,30

 115

2,65

2,35

 116

2,50

2,20

 117

2,60

2,30

 119

2,25

1,95

 120

2,15

2,00

 121

2,10

1,90

 122

2,30

2,00

 123

2,80

2,35

 124

2,40

2,20

 125

2,90

2,60

 126

1,70

1,60

 127

2,15

2,00

 128

1,50

1,20

 129

2,20

1,90

 130

1,80

1,50

 131

2,30

2,00

 132

2,05

1,95

 133

1,70

1,40

 134

1,40

1,10

 135

1,30

1,05

 136

1,55

1,25

 137

2,25

1,95

 138

2,30

2,00

 139

2,30

2,10

 140

1,80

1,65

 141

1,60

1,50

 142

2,20

2,05

 143

2,00

1,70

 144

2,00

1,70

 145

1,70

1,40

 146

1,85

1,55

 146A

1,30

1,10

 148

1,60

1,60

 149

1,90

1,80

 150

1,55

1,40

 154

1,20

1,00

 152

1,50

1,40

 154

1,00

0,80

 155

1,45

1,20

 155A

1,60

1,10

 156

1,60

1,40

 156A

1,80

1,40

 157

2,00

2,00

 158

2,15

2,05

 159

2,15

2,05

 160

1,25

1,15

 161

0,85

0,75

 162

1,60

1,50

 163

1,60

1,30

 164

1,00

1,00

 165

0,55

0,40

de afzonderlijke peilvakken na te streven waterstan­den

Peilvaknr.

Voorgesteld zomerpeil

Voorgesteld winterpeil

 166

0,60

0,30

 167

0,80

0,50

 168

0,80

0,60

 169

1,00

0,80

 170

1,20

1,00

 171

1,10

0,90

 172

0,10

-0, 10

 173

0,90

0,75

 174

0,60

0,40

 175

0,65

0,45

 176

0,40

0,25

 177

0,25

0,05

 178

0,60

0,40

 179

0,75

0,55

 180

0,65

0,45

 181

0,65

0,45

 182

0,60

0,40

 183

0,05

-0,15

 184

0,40

0.,25

 185

1,55

1,35

 186

2,95

2,65

 187

2,50

2,50

Genoemde peilvakken zijn aangegeven op de bij dit besluit behorende kaart.

Artikel 3

De aanpassingen van de vastgestelde zomer- en winterpeilen zullen direct worden ingesteld.

Artikel 4

Bij afwijking van de in artikel 2 genoemde peilen van minder dan 0,10 m mag en bij afwijking van 0,10 m of meer moet bemaling, lozing of inlaat geschieden tot op het moment dat -na bijzakking- de na te streven peilen weer zijn bereikt.

Artikel 5

De bemalingsperioden zullen zoveel mogelijk in de weekeinden en in de nachturen (daluren energiemaatschappij) vallen, echter onder voorbehoud dat daarbij ernaar gestreefd afwijkingen van de gewenste waterstand (conform artikel 4) binnen 24 uur te corrigeren.

Artikel 6

Als regel zal de overgang van zomer- naar winterpeil geleidelijk plaatsheb­ben in de loop van de maand september en de overgang van winterpeil naar zomerpeil in de loop van de maand april, waarbij de weersgesteldheid en het verloop van de grondwaterstand in het land in aanmerking worden genomen.

Artikel 7

De dijkstoel is bevoegd -indien de weersomstandigheden dit naar haar oordeel noodzakelijk maken- bovengenoemde peilen tijdelijk:

- in droge perioden met 0,10 m te verhogen en

- in natte perioden met 0,10 m te verlagen.

Artikel 8

De dijkstoel is bevoegd ten behoeve van de nachtvorstbestrijding het zomerpeil in de loop van maart in te stellen. Voor een aantal peilvakken kan het zomerpeil tijdelijk met maximaal 0,10 m verhoogd worden ten behoeve van nachtvorstbestrijding.

Artikel 9

Dit besluit kan worden aangehaald als het peilbesluit voor de Bommeler­waard.

Artikel 10

Dit besluit treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

Aldus vastgesteld in de vergadering van het gecombineerd college van het polderdistrict Groot Maas en Waal d.d. 3 maart 1997.

Het gecombineerd college voornoemd

De secretaris­-coordinator, ing. H.H. Kok.

de dijkgraaf, mr. drs. A.C.M. van Eekhout

kaart_deel_1_bijlage_peilbesluit_bommelerwaard_1997.pdf (4280 Kb)

kaart_deel_2_bijlage_peilbesluit_bommelerwaard_1997.pdf (4714 Kb)