Reglement van Orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de Rekenkamer van Weert

Geldend van 03-08-2006 t/m heden

Intitulé

Reglement van Orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de Rekenkamer van Weert

De rekenkamer van de gemeente Weert,

Gelet op het bepaalde in artikel 81i van de Gemeentewet en in artikel 11 van de Verordening op de rekenkamer gemeente Weert;

B E S L U I T:

Vast te stellen het“Reglement van Orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de Rekenkamer van Weert”, luidend als volgt:

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In dit reglement wordt verstaan onder:

  • a.

    rekenkamer: de rekenkamer van de gemeente Weert;

  • b.

    voorzitter: de voorzitter van de rekenkamer of diens vervanger;

  • c.

    lid: een lid van de rekenkamer;

  • d.

    griffier: de griffier van de raad van de gemeente Weert of diens vervanger;

  • e.

    vergadering: een vergadering van de rekenkamer;

  • f.

    raad: de gemeenteraad van Weert;

  • g.

    college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Weert.

Artikel 2 De voorzitter

De voorzitter is tevens lid van de rekenkamer en is belast met:

  • a.

    het tijdig en periodiek bijeenroepen van de rekenkamer;

  • b.

    het leiden van de vergadering;

  • c.

    het handhaven van de orde;

  • d.

    het doen naleven van het reglement van orde;

  • e.

    het bewaken van de uitgangspunten, werkwijze en kwaliteit van de onderzoeken en het bevorderen van een zorgvuldige besluitvorming;

  • f.

    de externe communicatie naar burgers, raad, college, ambtelijke organisatie, media, overige betrokkenen en organisaties;

  • g.

    het budgethouderschap van de rekenkamer (in overleg met de concerncontroller);

  • h.

    hetgeen de Gemeentewet of dit reglement hem verder opdraagt.

Artikel 3 De leden

  • 1. De leden hebben tot taak:

    • a.

      het in gezamenlijkheid met de voorzitter vorm geven aan het onderzoeksprogramma, het opzetten van afzonderlijk onderzoek, het formuleren van conclusies en aanbevelingen en het jaarlijks uitbrengen van een (kort) verslag van de werkzaamheden van de rekenkamer.

    • b.

      het (mede-) leiding geven aan de uitvoering van een onderzoek (adoptie van een onderzoek).

  • 2. De leden hebben geen plaatsvervangers.

Artikel 4 De griffier

  • 1. De griffier is verantwoordelijk voor het ambtelijk secretariaat van de rekenkamer. De ambtelijke ondersteuning wordt geleverd door de griffie.

  • 2. De griffier is geen lid van de rekenkamer.

Hoofdstuk 2 Vergaderingen, beslotenheid en geheimhouding

Artikel 5 Plaats en tijdstip van vergaderen

  • 1. De vergaderingen worden in beginsel gehouden in het stadhuis na oproep door de voorzitter.

  • 2. De voorzitter stelt de voorlopige agenda op.

  • 3. De griffier zendt uit naam van de voorzitter –spoedeisende vergaderingen uitgezonderd- zoveel mogelijk ten minste zes dagen vóór een vergadering de leden een schriftelijke oproep. In deze oproep worden dag, aanvangstijdstip en plaats van de vergadering aangegeven.

  • 4. De voorlopige agenda en de daarbij behorende stukken worden tegelijkertijd met de schriftelijke oproep aan de leden gezonden.

  • 5. Bij aanvang van de vergadering stelt de rekenkamer de agenda vast.

  • 6. Op voorstel van een lid of de voorzitter kan de rekenkamer bij de vaststelling van de agenda onderwerpen aan de agenda toevoegen of van de agenda afvoeren.

Artikel 6 Vergaderquorum

  • 1. De voorzitter opent de vergadering op het vastgestelde uur, indien ten minste twee van de leden van de rekenkamer aanwezig zijn.

  • 2. Wanneer een kwartier na het vastgestelde tijdstip niet het vereiste aantal leden aanwezig is, bepaalt de voorzitter dag en uur van de volgende vergadering.

Artikel 7 Verslaglegging

  • 1. De griffier draagt zorg voor de verslaglegging. Hierin worden onder meer de namen van de aan- en afwezigen vermeld, alsmede een zakelijke samenvatting van het besprokene en de afspraken en besluitvorming.

  • 2. De vastgestelde notulen worden door de voorzitter ondertekend.

  • 3. Het verslag is niet openbaar en wordt niet aan derden beschikbaar gesteld, tenzij de rekenkamer anders beslist.

  • 4. De rekenkamer bepaalt in haar vergaderingen of en zo ja welke informatie openbaar wordt gemaakt. De rekenkamer bepaalt daarbij tevens in welke vorm en op welke wijze de openbaarmaking geschiedt.

Artikel 8 Deelname aan de beraadslaging door anderen

  • 1. De rekenkamer kan bepalen dat anderen dan de in de vergadering aanwezige leden van de rekenkamer en de voorzitter deelnemen aan de beraadslaging.

  • 2. Een beslissing daartoe wordt op voorstel van de voorzitter of één der leden van de rekenkamer genomen alvorens met de beraadslaging ten aanzien van het aan de orde zijnde agendapunt een aanvang wordt genomen.

Artikel 9 Besloten vergaderingen

  • 1. De vergaderingen van de rekenkamer worden in beginsel in beslotenheid gehouden.

  • 2. Wanneer één van de aanwezige leden daarom verzoekt of de voorzitter het nodig oordeelt, kan de rekenkamer beslissen of in openbaarheid zal worden vergaderd.

  • 3. Tussentijdse onderzoeksresultaten en stukken waaromtrent geheimhouding is opgelegd worden altijd achter gesloten deuren besproken.

Artikel 10 Geheimhouding

  • 1. Artikel 25 leden 1 en 2 van de Gemeentewet zijn van overeenkomstige toepassing op de rekenkamer.

  • 2. Voor de afloop van de besloten vergadering beslist de rekenkamer overeenkomstig artikel 25 eerste lid van de Gemeentewet of omtrent de inhoud van de stukken en het verhandelde geheimhouding zal gelden.

  • 3. De rekenkamer kan besluiten de geheimhouding, door haarzelf ten aanzien van het in een besloten vergadering behandelde en omtrent de inhoud van de stukken opgelegd ingevolge artikel 25 eerste lid van de Gemeentewet, op te heffen.

  • 4. Indien door een ander orgaan dan de rekenkamer geheimhouding is opgelegd ten aanzien van de stukken, die zij aan de rekenkamer hebben overgelegd, dan kan de rekenkamer deze geheimhouding niet opheffen. De rekenkamer kan het desbetreffende orgaan verzoeken de geheimhouding op te heffen en daartoe met dit orgaan in een besloten vergadering overleg voeren.

Hoofdstuk 3 Werkwijze rekenkamer

Artikel 11 Mandatering

De rekenkamer kan besluiten een of meer taken te mandateren aan de voorzitter of een lid van de rekenkamer. Onder taken wordt niet verstaan het nemen van besluiten, als bedoeld in artikel 16.

Artikel 12 Onderzoeksprogramma

  • 1. De rekenkamer stelt vóór de aanvang van een kalenderjaar een onderzoeksprogramma op voor dat jaar. In dit onderzoeksprogramma staan de onderzoeken, die de rekenkamer dat jaar zal gaan uitvoeren, een korte motivatie en een planning van in te zetten tijd, kosten en middelen.

  • 2. Het streven van de rekenkamer is er op gericht minimaal twee onderzoeken per jaar uit te voeren.

  • 3. De rekenkamer stuurt uiterlijk in januari het onderzoeksprogramma ter kennisneming naar raad en college en maakt het (door verspreiding aan de pers en plaatsing op het internet) openbaar.

Artikel 13 Onderwerpselectie

  • 1. De rekenkamer bepaalt haar onderzoeksprogramma aan de hand van de in lid 3 genoemde selectiecriteria.

  • 2. Eventuele verzoeken worden door de rekenkamer aan deze criteria getoetst. De rekenkamer neemt geen verzoeken in behandeling, die niet tot haar wettelijke taak behoren of waar de raad en/of het college (nog) geen besluit over heeft / hebben genomen.

  • 3. De rekenkamer kiest onderwerpen, die allen in enigerlei mate voldoen aan de volgende selectiecriteria:

    • a.

      Het onderwerp heeft een duidelijk financieel, organisatorisch, maatschappelijk en/of politiek/bestuurlijk belang;

    • b.

      Er is aanleiding tot een onderzoek vanuit een oogpunt van doeltreffendheid, doelmatigheid of rechtmatigheid danwel in verband met de kwaliteit van de informatievoorziening aan de raad;

    • c.

      Er is sprake van een risico: gebrekkige uitvoering heeft relatief ernstige financiële of maatschappelijke gevolgen;

    • d.

      De meerwaarde van een onderzoek door de rekenkamer (in plaats van een ander gremium) moet duidelijk zijn;

    • e.

      Het onderwerp heeft een hoog (potentieel) leereffect;

    • f.

      Het onderwerp moet voor de rekenkamer haalbaar zijn en passen binnen haar financiële en organisatorische mogelijkheden.

  • 4. De rekenkamer besluit over het te onderzoeken onderwerp en brengt raad en college hiervan op de hoogte.

Artikel 14 Werkwijze

  • 1. De rekenkamer is belast met en verantwoordelijk voor de organisatie en de uitvoering van het onderzoek.

  • 2. De rekenkamer stelt per onderzoek de onderzoeksvraag, de onderzoeksmethode en de onderzoeksplanning op. Deze worden ter informatie aan raad en college gezonden. Raad en college kunnen desgewenst richting rekenkamer hierop reageren.

  • 3. Het onderzoek wordt in beginsel door voorzitter en leden van de rekenkamer zelf uitgevoerd. Voor de uitvoering van het onderzoek kan de rekenkamer, met inachtneming van het beschikbare budget, externe personen of bureaus inschakelen.

  • 4. De rekenkamer vergadert tijdens het onderzoek regelmatig ter bespreking van procedurele en inhoudelijke aspecten en problemen van het onderzoek.

  • 5. De rekenkamer vergadert zo dikwijls als dit nodig wordt geoordeeld.

  • 6. De rekenkamer kan, via de betrokken functionele commissie(s), de raad tussentijds over het lopende onderzoek informeren op momenten, dat zij dat dienstig acht.

  • 7. Door of namens het college wordt er voor zorg gedragen, dat de rekenkamer de voor haar werkzaamheden benodigde stukken tijdig ontvangt.

  • 8. Indien de rekenkamer inlichtingen wenst van ambtenaren en bestuurders, dan zijn deze verplicht daaraan gehoor te geven. De ambtenaren en bestuurders zijn verplicht de gevraagde inlichtingen binnen de door de rekenkamer gestelde en bij de zaak passende redelijke termijn juist en volledig te verstrekken.

  • 9. De voorzitter is bevoegd ambtenaren en bestuurders van de gemeente uit te nodigen een vergadering van de rekenkamer bij te wonen voor het geven van inlichtingen.

  • 10. Indien de rekenkamer stuit op problemen bij het maken van afspraken voor interviews met ambtelijke betrokkenen of het verkrijgen van informatie kan zij een schriftelijk verzoek doen op de gemeentesecretaris om via die weg de informatie alsnog zo snel mogelijk te krijgen.

  • 11. De gemeentesecretaris zal een verzoek als bedoeld in lid 10 binnen een termijn van acht werkdagen beantwoorden.

  • 12. De rekenkamer kan besluiten andere personen, voor zover niet vallend onder de leden 8 en 9, te horen over zaken, die aan haar oordeel zijn onderworpen.

  • 13. Over de gedeelten van het onderzoek, waarover geheimhouding is opgelegd, neemt de rekenkamer een besluit met betrekking tot selectieve openbaarmaking.

  • 14. Alle van de rekenkamer uitgaande stukken worden ondertekend door de voorzitter.

Artikel 15 Kwaliteitseisen uitvoering onderzoek

De rekenkamer hanteert de volgende kwaliteitseisen voor de uitvoering van haar onderzoeken:

  • a.

    Objectiviteit: voorzitter en leden ondernemen hun werkzaamheden zonder zich door eigen gevoel of voorkeur te laten beïnvloeden.

  • b.

    Onderbouwing: de onderzoeksresultaten worden door feiten ondersteund.

  • c.

    Consistentie: de onderzoeksresultaten moeten onweerlegbaar zijn.

  • d.

    Controleerbaarheid: de onderzoeksresultaten kunnen door derden, zo dit gewenst is, worden nagezien op bestaanbaarheid.

  • e.

    Zorgvuldigheid.

  • f.

    Onafhankelijkheid: voorzitter en leden doen hun werkzaamheden zonder last of ruggespraak.

  • g.

    Doelmatigheid en efficiëntie: het streven om met een zo beperkt mogelijke inzet van de beschikbare middelen het gewenste resultaat te bereiken, door een heldere afbakening van de werkzaamheden, een doelgerichte uitvoering en een juiste afweging op kosten en baten.

  • h.

    Bruikbaarheid: bondige en toegankelijke informatie, waarmee de raad en het college verbetering kunnen bewerkstelligen in het functioneren van de gemeente en/of het bevorderen van het lerend vermogen van de organisatie.

Artikel 16 Besluitquorum

  • 1. De besluiten van de rekenkamer worden genomen bij volstrekte meerderheid van stemmen van de leden.

  • 2. Uitgangspunt bij stakende stemmen is, dat uitstel van stemming tot de volgende vergadering plaatsvindt. Als de stemmen in de volgende vergadering wederom staken, is de stem van de voorzitter doorslaggevend.

  • 3. In een advies of verslag van de rekenkamer wordt desgewenst een eventueel minderheidsstandpunt in dat advies of verslag tot uitdrukking gebracht.

Artikel 17 Eindrapportages

  • 1. De eindrapportages worden aan raad, college en geïnterviewden aangeboden.

  • 2. Met de aanbieding aan de raad zijn de rapportages openbaar.

  • 3. De rapportages worden gepubliceerd op de gemeentelijke website, op verzoek gestuurd naar de pers en ter inzage gelegd voor burgers. Belangstellenden kunnen de rapportages tegen kostprijs bestellen of kosteloos via internet downloaden.

Artikel 18 Evaluatie

Na het afronden van de behandeling van de eindrapportage in commissie en raad evalueert de rekenkamer de gang van zaken tijdens het onderzoek.

Artikel 19 Externe communicatie

  • 1. Alle relevante openbare informatie van de rekenkamer zal toegankelijk worden gemaakt via de website van de gemeente met een link naar de rekenkamer.

  • 2. Per onderzoek wordt door de rekenkamer bepaald hoe over het onderzoek extern worden gecommuniceerd, waarbij in ieder geval het volgende geldt:

    • a.

      Bij het verschijnen van een onderzoeksrapport/eindrapportage maakt de rekenkamer de resultaten met een persbericht openbaar.

    • b.

      De voorzitter is woordvoerder als het erom gaat informatie te verstrekken over het verloop en de uitkomsten van een onderzoek.

  • 3. Het onderzoeksprogramma, de onderzoeksvraag, de onderzoeksmethode, de onderzoeksplanning en de eindrapportages worden via het internet digitaal beschikbaar gesteld.

Artikel 20 Ingekomen stukken

  • 1. De griffier draagt er zorg voor, dat bij de rekenkamer ingekomen stukken worden ingeboekt en een ontvangstbevestiging ontvangen.

  • 2. De rekenkamer behandelt ingekomen stukken in haar eerstvolgende vergadering.

  • 3. De voorzitter doet ingekomen stukken namens de rekenkamer af.

  • 4. De griffier zorgt voor de archivering van de ingekomen stukken en de afhandeling daarvan door de rekenkamer.

Hoofdstuk 4 Integriteit

Artikel 21 Belangenverstrengeling

  • 1. Artikel 28 leden 1, 2 en 3 van de Gemeentewet zijn van overeenkomstige toepassing op de leden van de rekenkamer.

  • 2. In gevallen waarbij sprake kan zijn van belangenverstrengeling, zal het betreffende lid zich niet met het onderzoek bezighouden en geen deel uit maken van de betreffende beraadslagingen en stemmingen.

  • 3. Bedrijven en/of organisaties waarbij een lid werkzaam en/of bestuurslid of toezichthouder is of waarmee een lid familie- of vriendschapsbetrekkingen of anderszins persoonlijke betrekkingen heeft, kunnen geen opdrachten voor de rekenkamer uitvoeren.

  • 4. Een lid vervult geen nevenfuncties, waarbij sprake is of kan zijn van strijdigheid met het belang van de gemeente.

Artikel 22 Informatie

  • 1. Een lid gaat zorgvuldig en correct om met informatie waarover hij/zij uit hoofde van zijn/haar ambt beschikt. Hij/zij verstrekt geen geheime informatie.

  • 2. Een lid houdt geen informatie achter, tenzij deze geheim is en het niet geven van informatie mogelijk is op grond van artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur en/of wegens strijd met het openbaar belang. Een lid behandelt niet-openbare informatie als zodanig, dat wil zeggen laat deze niet bewust of onbewust uitlekken, bewaart de informatie zorgvuldig en voorkomt, dat onbevoegde derden er kennis van kunnen nemen.

  • 3. Een lid maakt niet ten eigen bate of ten bate van zijn/haar persoonlijke betrekkingen gebruik van in de uitoefening van het ambt verkregen informatie.

  • 4. De rekenkamer verzekert, dat het aantal personen dat inzage heeft in documenten, die verband houden met het onderzoek niet verder wordt uitgebreid dan voorzitter en leden van de rekenkamer, de griffie, de raad, het college en de externe onderzoekers, tenzij deze stukken behoren tot de documenten, die berusten bij de gemeente Weert en gelet op de Wet Openbaarheid van Bestuur openbaar zijn.

  • 5. Voor externe onderzoekers geldt de geheimhoudingsplicht ingevolge artikel 25 Gemeentewet eveneens onverkort. Hiervan wordt bij de opdrachtverstrekking melding gemaakt.

Artikel 23 Aannemen van geld of geschenken

  • 1. Een lid neemt van een bedrijf of organisatie dat/die een opdracht voor de rekenkamer uitvoert, geen faciliteiten of diensten aan, die zijn onafhankelijke positie ten opzichte van de opdrachtnemer kunnen beïnvloeden.

  • 2. Geschenken en giften, die een lid uit hoofde van zijn/haar functie ontvangt, worden gemeld en geregistreerd en zijn eigendom van de gemeente. De registratie omvat de datum van de ontvangst, een omschrijving van geschenk of gift, de naam van de schenker en de geschatte waarde. Er wordt een gemeentelijke bestemming voor gezocht.

  • 3. Indien een lid één keer per jaar per relatie geschenken of giften ontvangt, die een waarde van minder dan 50 euro vertegenwoordigen, kunnen deze in afwijking van het bovenstaande worden behouden en behoeven ze niet te worden gemeld en geregistreerd. Geschenken en giften met een bijzonder karakter of ter gelegenheid van een bijzondere gebeurtenis, die genoemd(e) bedrag en/of frequentie te boven gaan, mogen worden aanvaard met instemming van de raadscommissie voor de rekenkamer.

  • 4. Geschenken en giften als bedoeld onder lid 2 worden niet op het huisadres ontvangen. Indien dit toch is gebeurd, wordt dit gemeld in de raadscommissie voor de rekenkamer waar een besluit over de bestemming van het geschenk wordt genomen. Geschenken en giften als bedoeld onder lid 2 worden bij voorkeur niet ontvangen op het huisadres.

  • 5. Indien evident is, dat een concrete tegenprestatie wordt verwacht tegenover geschenken en giften, aanvaardt het lid deze niet.

Artikel 24 Bestuurlijke uitgaven

  • 1. Uitgaven door de leden worden uitsluitend vergoed als de hoogte en de functionaliteit ervan kunnen worden aangetoond.

  • 2. Ter bepaling van de functionaliteit van bestuurlijke uitgaven worden de volgende criteria gehanteerd:

    • -

      met de uitgave is het belang van de gemeente gediend, en

    • -

      de uitgave vloeit voort uit de functie.

Artikel 25 Declaraties

  • 1. Een lid declareert geen kosten, die reeds op andere wijze worden vergoed.

  • 2. Declaraties worden afgewikkeld volgens een daartoe vastgestelde administratieve procedure.

  • 3. Een declaratie wordt ingediend door middel van een daartoe vastgesteld formulier. Bij het formulier wordt een betalingsbewijs gevoegd en op het formulier wordt de functionaliteit van de uitgave vermeld.

  • 4. Gemaakte kosten worden binnen een maand gedeclareerd. Eventuele voorschotten worden voorzover mogelijk binnen een maand afgerekend.

  • 5. De griffier is verantwoordelijk voor een deugdelijke administratieve afhandeling en registratie van declaraties. Declaraties van een lid worden administratief afgehandeld door de directeur middelen.

  • 6. In geval van twijfel omtrent een declaratie, wordt deze voorgelegd aan de voorzitter. Zonodig wordt de declaratie ter besluitvorming aan de raadscommissie voor de rekenkamer voorlegd.

Artikel 26 Gebruik van gemeentelijke voorzieningen

Gebruik van gemeentelijke eigendommen of voorzieningen voor privédoeleinden is niet toegestaan.

Artikel 27 Lunch, diner, voorstelling en werkbezoeken/excursies

Uitnodigingen op kosten van derden kunnen door een lid worden aanvaard, indien en voor zover:

  • -

    zij redelijkerwijs zijn te beschouwen als functioneel;

  • -

    het aanvaarden van de uitnodiging niet geacht kan worden het lid bij zijn werkzaamheden voor de rekenkamer te beïnvloeden.

Hoofdstuk 5 Slotbepalingen

Artikel 28 Uitleg reglement

In de gevallen waarin dit reglement niet voorziet of bij twijfel omtrent de toepassing van het reglement, beslist de rekenkamer op voorstel van de voorzitter.

Artikel 29 In werking treden

Dit reglement treedt in werking op de dag volgende op die van de bekendmaking.

Artikel 30 Citeertitel

Dit reglement van orde kan worden aangehaald als “Reglement van Orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de Rekenkamer van Weert”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de rekenkamer van de gemeente Weert in haar vergadering van 26 januari 2006,
De voorzitter,
Drs. A.G.A. Rooskens Msc.

Toelichting

Algemeen

Op grond van de Gemeentewet en de hierna te noemen verordening onderzoekt de rekenkamer de doelmatigheid, doeltreffendheid en de rechtmatigheid van het door het gemeentebestuur gevoerde bestuur. De rekenkamer controleert niet de jaarrekening. De rekenkamer bepaalt zelf haar onderzoeksprogramma. De raad kan de rekenkamer verzoeken om een onderzoek in te stellen. De rekenkamer is niet verplicht een onderzoek waarom de raad heeft verzocht uit te voeren. In hoofdstuk IV A van de Gemeentewet zijn regels omtrent de gemeentelijke rekenkamer opgenomen. De bevoegdheden van de rekenkamer zijn in hoofdstuk XIA van de Gemeentewet vastgelegd.

De raad van de gemeente Weert heeft op 2 juni 2005 de “Verordening op de rekenkamer gemeente Weert” (hierna: de verordening) vastgesteld.

Artikelsgewijs

 

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Behoeft geen toelichting.

Artikel 2 De voorzitter

De voorzitter is verantwoordelijk voor het algehele reilen en zeilen van de rekenkamer. Hij geeft leiding aan de rekenkamer, bevordert een optimale samenwerking binnen de rekenkamer, coördineert het onderzoeksprogramma van de rekenkamer en bewaakt de voortgang. De voorzitter voert als lid tevens (delen van) onderzoeken uit. Ook waakt hij voor de (politieke) onafhankelijkheid van de leden. De voorzitter vertegenwoordigt de rekenkamer in vergaderingen van raadscommissies en raad alsmede bij interne en externe contacten. De voorzitter adviseert de rekenkamer en de gemeenteraad over de ontwikkeling van de rekenkamer. De voorzitter is bevoegd uitgaven namens de rekenkamer te doen binnen het door de raad voor de rekenkamer beschikbaar gestelde budget en in overleg met de concerncontroller. Dit laatste vloeit voort uit de gemeentelijke budgethoudersregeling.

In artikel 4 lid 3 van de verordening is bepaald, dat bij ontstentenis van de voorzitter het langstzittende lid als voorzitter optreedt, dan wel als de overige leden een gelijke periode zitting hebben gehad, het oudste lid in jaren.

Artikel 3 De leden

De leden van de rekenkamer zijn (met de voorzitter) verantwoordelijk voor het opzetten van een onderzoeksprogramma, het uitvoeren van onderzoek, het uitbrengen van een rapport en het uitbrengen van verslag over de werkzaamheden van de rekenkamer.

Artikel 4 De griffier

De taken van de griffie(r) beperken zich tot de secretariële ondersteuning. Kortheidshalve wordt verwezen naar artikel 8 van de Verordening op de rekenkamer gemeente Weert. De Gemeentewet bepaalt in artikel 81j, dat ambtenaren, die werkzaamheden voor de rekenkamer verrichten, niet tevens werkzaamheden verrichten voor een ander orgaan van de gemeente. Secretariële ondersteuning valt strikt genomen ook onder werkzaamheden, maar om praktische redenen is ervoor gekozen de griffie toch deze ondersteuning te laten uitvoeren.

Artikel 5 Plaats en tijdstip van vergaderen

Oproep en agenda worden digitaal naar de leden gezonden. Stukken van enige omvang worden in papieren vorm toegezonden. Zeer lijvige stukken en dossiers worden ter inzage gelegd. Een origineel van een ter inzage gelegd stuk wordt niet buiten het gemeentehuis gebracht.

De rekenkamer is zelf verantwoordelijk voor het bepalen van haar agenda.

Omdat de rekenkamer in beginsel in beslotenheid vergadert, zijn noch de concept-agenda noch de vastgestelde agenda openbaar. Deze worden niet aan derden beschikbaar gesteld, ook niet aan de leden van de raad en het college. Aangezien de agenda niet openbaar is, zullen er ook geen verzoeken van derden komen om de stukken in te zien. Mocht dit toch gebeuren, dan moet worden beoordeeld om wat voor stukken het gaat. Openbare stukken kunnen worden ingezien. Stukken waaromtrent geheimhouding is opgelegd niet. Het kan hierbij gaan om geheimhouding, die door de rekenkamer is opgelegd (artikel 25 Gemeentewet juncto de artikelen 11 en 14 RvO) en om gemeentelijke stukken, waaromtrent door college, raad of burgemeester geheimhouding is opgelegd (artikel 25 Gemeentewet).

Artikel 6 Vergaderquorum

De voorzitter is tevens lid van de rekenkamer. Aangezien voorzitter en leden van de rekenkamer niet in Weert woonachtig zijn, zal worden geprobeerd te voorkomen, dat een vergadering vanwege het ontbreken van het vergaderquorum geen doorgang kan vinden. Tijdige afmelding en verplaatsing van de vergadering is dan beter.

Artikel 7 Verslaglegging

De rekenkamer vergadert in beslotenheid en de verslagen daarvan zijn niet openbaar, ongeacht of er geheimhouding is opgelegd of niet. Deze verslagen worden niet aan derden beschikbaar gesteld, ook niet aan de leden van de raad en het college. Indien de rekenkamer beslist dat zij wel openbaar kunnen zijn, geschiedt aldus. De rekenkamer kan ook bepalen, dat op een andere wijze informatie openbaar wordt gemaakt. Verslagen van gesprekken/verhoren zijn niet openbaar.

Artikel 8 Deelname aan de beraadslagingen door anderen

Deze bepaling impliceert niet tevens een verschoningsrecht, als bedoeld in artikel 22 van de Gemeentewet voor vergaderingen van de gemeenteraad. Een dergelijke bepaling bestaat voor de rekenkamer niet.

Artikel 9 Besloten vergaderingen

De vergaderingen en overige werkzaamheden van de rekenkamer hebben het karakter van onderzoek naar de feiten en beoordeling daarvan. Om die reden heeft de rekenkamer ervoor gekozen in beslotenheid te vergaderen. Er dient een zo volledig mogelijk beeld van de feiten te worden verkregen, ook in gesprekken met betrokkenen. De rekenkamer vergadert derhalve in beginsel in beslotenheid, maar er kan besloten worden dat een vergadering wordt gehouden in openbaarheid.

De rapportages worden in openbaarheid uitgebracht en besproken. Ingevolge artikel 185 lid 5 van de Gemeentewet zijn de rapporten en jaarverslagen van de rekenkamer openbaar.

Ook het onderzoeksprogramma is openbaar (zie artikel 12).

Artikel 10 Geheimhouding

De leden 1 en 2 van artikel 25 van de Gemeentewet zijn van overeenkomstige toepassing verklaard. Op grond hiervan kan de rekenkamer geheimhouding opleggen omtrent het in een besloten vergadering behandelde en omtrent de inhoud van de stukken, die aan haar worden overgelegd. Toetsingscriteria zijn die van artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur. Ook is het mogelijk, dat de raad, het college van burgemeester en wethouders, de burgemeester en een commissie geheimhouding opleggen. Raads- en collegeleden zijn niet bevoegd stukken, waaromtrent de rekenkamer geheimhouding heeft opgelegd, in te zien. Geheimhouding geldt voor iedereen die kennis neemt van het in een besloten vergadering behandelde of de inhoud van stukken.

Het feit dat een zaak in een besloten vergadering wordt behandeld en de notulen niet openbaar zijn, betekent niet zonder meer dat op de leden ter zake een geheimhoudingsplicht rust. De rekenkamer kan op grond van een belang, genoemd in artikel 10 van de Wet Openbaarheid van Bestuur (WOB) geheimhouding opleggen ten aanzien van stukken die in een besloten vergadering zijn behandeld.

Het schenden van die geheimhoudingsplicht kan volgens artikel 272 van het Wetboek van Strafrecht bestraft worden met gevangenisstraf of een geldboete. Dit geldt overigens niet alleen voor informatie waarvoor nadrukkelijk een geheimhoudingsplicht is opgelegd, maar voor elk geval waarin “hij die enig geheim waarvan hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat hij uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift dan wel van vroeger ambt of beroep verplicht is het te bewaren” toch dat geheim schendt.

De geheimhouding kan worden opgeheven door de rekenkamer, mits en voor zover door haarzelf opgelegd. Is de geheimhouding door een ander gemeentelijk orgaan opgelegd, dan kan de geheimhouding niet door de rekenkamer worden opgeheven. Het is onwenselijk als de rekenkamer de bevoegdheid zou hebben om de geheimhouding, opgelegd door een gemeentelijk bestuursorgaan vanuit zijn eigen afweging en bevoegdheid, in het kader van haar werkzaamheden eigenstandig zou kunnen opheffen. Indien de rekenkamer dat met het oog op haar werkzaamheden noodzakelijk acht, kan zij wel het desbetreffende orgaan verzoeken om de geheimhouding op te heffen.

Artikel 11 Mandatering

Om praktische redenen is dit artikel opgenomen. De rekenkamer behoeft niet altijd in gezamenlijkheid taken uit te voeren. Bij taken moet gedacht worden aan taken als het voeren van correspondentie, het aansturen van de griffie als ambtelijk secretariaat van de rekenkamer, het voeren van overleg met bij een onderzoek betrokkenen, etc.

 

Artikel 12 Onderzoeksprogramma

De rekenkamer is autonoom in het bepalen van haar onderzoeksprogramma. Op grond van artikel 9 van de verordening kan de raad de rekenkamer (bij voorkeur bij de begrotingsbehandeling) gemotiveerd verzoeken tot het instellen van één of meerdere onderzoeken. De rekenkamer bericht de raad binnen 6 weken gemotiveerd of zij aan dit verzoek voldoet.

De contacten tussen rekenkamer en raad lopen in principe via de raadscommissie Algemene Zaken, die op grond van artikel 3 van de verordening de raadscommissie voor de rekenkamer is.

De hoeveelheid onderzoeken, die de rekenkamer jaarlijks kan uitvoeren, zal voor een belangrijk deel worden bepaald door het beschikbare budget. Dit is zeker het geval bij onderzoeken, die niet door de rekenkamer zelf (kunnen) worden uitgevoerd.

Artikel 13 Onderwerpselectie

Ten behoeve van een neutrale afweging worden de te onderzoeken onderwerpen aan de hand van een aantal vooraf gedefinieerde criteria beoordeeld.  

Artikel 14 Werkwijze

In dit artikel is de feitelijke werkwijze geregeld. Het is de verantwoordelijkheid van het college, dat de rekenkamer alle informatie ontvangt, die zij voor haar functioneren nodig heeft. Ook is de relatie tussen rekenkamer en bestuurders en ambtenaren vastgelegd. Indien de rekenkamer inlichtingen wenst van bestuurders en ambtenaren, zijn deze verplicht deze te verstrekken. Voldoen ambtenaren hier niet aan, dan kan de rekenkamer zich richten tot de gemeentesecretaris.

Artikel 15 Kwaliteitseisen uitvoering onderzoek

De rekenkamer acht het van belang de door haar te hanteren kwaliteitseisen vooraf voor een ieder inzichtelijk te maken.

Artikel 16 Besluitquorum

Onder besluit dient te worden verstaan het zich uitspreken over de inhoud van haar adviezen en verslagen.

Artikel 17 Eindrapportages

In de verordening zijn regels omtrent hoor en wederhoor ter zake van rapportages van de rekenkamer opgenomen.

 

Artikel 18 Evaluatie

De rekenkamer is een nieuw gemeentelijk orgaan. De rekenkamer zal aan zelfreflectie doen. Ook kunnen er opmerkingen en suggesties door raadscommissies en raad worden gedaan of door het college. Ook de betrokken ambtenaren kunnen aangeven hoe zij het onderzoek procesmatig en inhoudelijk hebben ervaren. Uiteraard kunnen ook burgers hun mening kenbaar maken. De gemeente maakt bekend (bv. op website en in gemeentegids) op welke wijze burgers en instellingen de rekenkamer kunnen benaderen.

Artikel 19 Externe communicatie

Agenda´s en verslagen van openbare vergaderingen worden via de website ontsloten. Uiteraard kunnen ook schriftelijke exemplaren hiervan bij de rekenkamer of de griffie worden opgevraagd. Op grond van lid 3 geldt dit ook voor het jaarlijkse onderzoeksprogramma, de onderzoeksvraag die de rekenkamer vaststelt, de onderzoeksmethode, de planning en de eindrapportages. De rekenkamer wil transparant werken. De gemeente maakt bekend (bv. op website en in gemeentegids) op welke wijze burgers en instellingen de rekenkamer kunnen benaderen.

Artikel 20 Ingekomen stukken

Ingekomen stukken worden administratief door de griffier behandeld. Deze draagt er zorg voor, dat een ontvangstbevestiging naar de afzender uitgaat en de stukken worden geagendeerd voor een vergadering van de rekenkamer. Tevens plaatst deze de stukken op een afdoeningslijst. De leden van de rekenkamer ontvangen een afschrift van het ingekomen stuk en de afdoeningslijst. In lijn met de overige communicatie vanuit de rekenkamer, doet de voorzitter stukken af namens de rekenkamer en conform de behandeling door de rekenkamer van de stukken tijdens de vergadering. De rekenkamer kan overigens ook besluiten om stukken voor kennisgeving aan te nemen en geen inhoudelijk standpunt ter zake in te nemen. De gemeente maakt bekend (bv. op website en in gemeentegids) op welke wijze burgers en instellingen de rekenkamer kunnen benaderen.

 

Artikelen 21 t/m 27 Integriteit

Burgemeester, wethouders en raads- en commissieleden hebben elk hun eigen gedragscode. Voor de rekenkamer zijn enkele integriteitsregels in het RvO opgenomen. De onafhankelijke en onbeïnvloedbare positie van de rekenkamer wordt van eminent belang geacht en dient te allen tijde onbetwistbaar te zijn. Artikel 28 leden 1, 2 en 3 van de Gemeentewet zijn van overeenkomstige toepassing verklaard op de leden van de rekenkamer. Lid 4 is niet aan de orde v.w.b. de rekenkamer. Door artikel 25 lid 2 RvO is de regeling voor de leden van de rekenkamer nog strenger dan de wettelijke regeling voor raadsleden. Zij mogen immers niet alleen niet aan de stemming deelnemen in geval van belangenverstrengeling, maar ook niet aan de beraadslagingen. De reden hiervoor is, dat de rekenkamer slechts uit 3 personen beslaat, waardoor de mening van 1 lid verhoudingsgewijs meer invloed op de beraadslagingen kunnen hebben dan van een van de 29 raadsleden. Bovendien zijn raadsleden rechtstreeks democratisch gelegitimeerd en dienen derhalve zo min mogelijk in hun rechten beperkt te worden.

Voor het overige is een aantal bepalingen uit de gedragscode voor raadsleden overgenomen in dit reglement en derhalve op de leden van de rekenkamer van toepassing verklaard. Voor een toelichting hierop wordt kortheidshalve verwezen naar de handreiking bestuurdersintegriteit van de VNG/Vernieuwingsimpuls.

Op grond van artikel 81g van de Gemeentewet hebben voorzitter en leden van de rekenkamer bij hun benoeming de eed afgelegd en ingevolge artikel 12 Gemeentewet zijn hun (neven-)functies openbaar gemaakt. Ook zijn zij zich bewust van de omstandigheid, dat artikel 15 van de Gemeentewet op hen van toepassing is.

Artikelen 18, 29 en 30

Deze artikelen behoeven geen verdere toelichting.