Regeling vervallen per 01-01-2016

Verordening watertoeristenbelasting 2015

Geldend van 24-12-2014 t/m 31-12-2015

Intitulé

Verordening watertoeristenbelasting 2015

Vastgesteld bij raadsbesluit van 11 december 2014, kenmerk 14int663

De raad van de gemeente West Maas en Waal;

Gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 4 november 2014, kenmerk 14int663;

Gelet op artikel 224 van de Gemeentewet;

Besluit vast te stellen de volgende verordening:

Verordening op de heffing en invordering van WATERtoeristenbelasting 2015

Verordening watertoeristenbelasting 2015

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    vaartuig: een vaartuig dat is bestemd of wordt gebezigd voor vakantie- of andere recreatieve doeleinden;

  • b.

    lengte: de lengte over alles;

  • c.

    vaste ligplaats: een ligplaats die naar plaatselijk gebruik, zulks ter beoordeling van het college van burgemeester en wethouders, is bestemd voor het regelmatig afmeren of ter anker leggen van een zelfde vaartuig gedurende een periode van ten minste een maand;

  • d.

    etmaal: een aaneengesloten tijdvak van 24 uren, aanvangend om 21.00 uur;

  • e.

    seizoen: het tijdvak van 16 april tot en met 16 oktober;

  • f.

    kapitein: de gezagvoerder van een vaartuig of degene die deze vervangt.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam 'watertoeristenbelasting' wordt een directe belasting geheven voor het houden van verblijf op vaartuigen die aanwezig zijn in wateren binnen de gemeente tegen een vergoeding in welke vorm dan ook, door personen die niet als ingezetene met een adres in de gemeente in de basisregistratie personen zijn ingeschreven.

Artikel 3 Belastingplicht

  • 1. Belastingplichtig is degene die tegen vergoeding gelegenheid biedt tot verblijf als bedoeld in artikel 2 aan hem ter beschikking staande ligplaatsen dan wel op hem ter beschikking staande vaartuigen.

  • 2. De belastingplichtige is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene die verblijf houdt als bedoeld in artikel 2.

  • 3. Als er geen persoon is aan te wijzen die gelegenheid biedt tot verblijf, is belastingplichtig: - de schipper, - de eigenaar of de gebruiker van een vaartuig, of - degene die werkelijk verblijf houdt aan boord van een dergelijk vaartuig.

Artikel 4 Vrijstellingen

De belasting wordt niet geheven ter zake van het verblijf:

  • 1.

    Door degenen die verblijf houden aan boord van:

    • a.

      een vaartuig dat is ingericht en wordt gebruikt tot verpleging of verzorging van zieken, van

      gebrekkigen, van hulpbehoevenden of van bejaarden;

    • b.

      kano's, roei- en volgboten;

    • c.

      motor- en zeilboten met een lengte van ten hoogste 4 meter;

    • d.

      een vaartuig dat zich op last of bevel van de overheid in het gemeentelijke watergebied

      bevindt.

  • 2.

    Waarvoor de gemeente:

    • a.

      belasting heft ingevolge de verordening op de heffing en invordering van toeristenbelasting;

    • b.

      belasting heft ingevolge de verordening op de heffing en invordering van forensenbelasting.

  • 3.

    Van een vreemdeling als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000, die rechtmatig in Nederland verblijft in de zin van artikel 8, letters c, d, f, g, h, van voornoemde wet, en voor zover deze persoon verblijf houdt in een gelegenheid als bedoeld in artikel 2, van de Verordening, onder verantwoordelijkheid van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers.

Artikel 5 Maatstaf van heffing

De belasting wordt geheven naar het aantal etmalen dat verblijf is gehouden. Voor de toepassing van dit artikel wordt een gedeelte van een etmaal voor een vol etmaal gerekend.

Artikel 6 Heffing krachtens overeenkomst

Indien voor het verblijf als bedoeld in artikel 2 krachtens een overeenkomst een vergoeding is voldaan vóór 15 april van het belastingjaar, wordt de belasting voor dat jaar niet geheven.

Artikel 7 Belastingtarief

De belasting bedraagt per persoon per etmaal € 1,00.

Artikel 8 Belastingtijdvak

Het belastingtijdvak is gelijk aan het seizoen.

Artikel 9 Wijze van belastingheffing

De belasting wordt bij wijze van aanslag geheven.

Artikel 10 Aanslaggrens

Geen belastingaanslag wordt opgelegd indien het aantal etmalen dat gelegenheid tot verblijf is of wordt gegeven, gedurende het belastingtijdvak minder dan tien zal of heeft belopen.

Artikel 11 Termijnen van betaling

  • 1. De aanslagen moeten worden betaald in twee gelijke termijnen, waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later.

  • 2. Met betrekking tot het ingevolge artikel 2, tweede lid, onderdeel c, van de Invorderingswet 1990 met een belastingaanslag gelijkgestelde beschikking inzake een bestuurlijke boete is het eerste lid van overeenkomstige toepassing, voor zover deze gelijktijdig wordt opgelegd met de vaststelling van de aanslag.

Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de watertoeristenbelasting.

Artikel 13 Aanmeldingsplicht

De belastingplichtige bedoeld in artikel 3, eerste lid, is gehouden, voordat hij voor de eerste maal na het in werking treden van deze verordening gelegenheid tot verblijf verschaft, zulks schriftelijk te melden aan de door het college van burgemeester en wethouders aangewezen gemeenteambtenaren, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdelen b en d van de Gemeentewet.

Artikel 14 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De "Verordening watertoeristenbelasting 2014" van 28 november 2013, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2015.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening watertoeristenbelasting 2015".

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering op 11 december 2014.

DE RAAD VAN DE GEMEENTE WEST MAAS EN WAAL,

De griffier, De voorzitter,

Mr. G.E.M. Gieling Th.A.M. Steenkamp