Regeling vervallen per 01-01-2020

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Westervoort houdende regels omtrent de heffing en invordering van precariobelasting Verordening precariobelasting 2019

Geldend van 01-01-2019 t/m 31-12-2019

Intitulé

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Westervoort houdende regels omtrent de heffing en invordering van precariobelasting Verordening precariobelasting 2019

De raad van de gemeente Westervoort;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 30 oktober 2018;

besluit vast te stellen:

Verordening op de heffing en invordering van precariobelasting 2019

Artikel 1. Begripsomschrijvingen.

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    jaar: een kalenderjaar;

  • b.

    maand: kalendermaand;

  • c.

    buizen, draden, kabels en leidingen: buizen, draden, kabels en leidingen of daarmee gelijk te stellen voorwerpen bedoeld voor het transport van energie of andere materialen.

Artikel 2. Belastbaar feit.

Onder de naam ´precariobelasting´ wordt een directe belasting geheven ter zake van het hebben van buizen, draden, kabels en leidingen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, bedoeld of genoemd in deze verordening.

Artikel 3. Belastingplicht.

De precariobelasting wordt geheven van degene die de buizen, draden, kabels en leidingen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond heeft, dan wel degene ten behoeve van wie de buizen, draden, kabels en leidingen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond aanwezig zijn.

Artikel 4. Vrijstellingen.

De belasting wordt niet geheven ter zake van het hebben van:

  • a.

    buizen, draden, kabels en leidingen, indien de gemeente ter zake van het gebruik van de voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond waar onder, op of boven de kabels en leidingen zich bevinden een privaatrechtelijke vergoeding is overeengekomen;

  • b.

    buizen, draden, kabels en leidingen, waarvan de gemeente genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht is, met uitzondering van buizen, draden, kabels en leidingen die in gebruik zijn bij een derde;

  • c.

    buizen, draden, kabels en leidingen, welke op grond van een wettelijk voorschrift, een overeenkomst of anderszins moeten worden gedoogd;

  • d.

    buizen in de grond ten behoeve van de inzameling, het transport en de lozing van afvalwater, regenwater, grondwater en oppervlaktewater.

Artikel 5. Maatstaf van heffing en belastingtarief.

Het tarief bedraagt voor het hebben van buizen, draden, kabels en leidingen per strekkende meter per jaar € 2,50, met inachtneming van het overige in deze verordening bepaalde.

Artikel 6. Berekening van de precariobelasting.

Voor de berekening van de precariobelasting wordt een gedeelte van een strekkende meter als een volledige strekkende meter aangemerkt.

Artikel 7. Belastingtijdvak.

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 8. Wijze van heffing.

De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 9. Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang.

  • 1. De belasting is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2. Indien de belastingplicht in de loop van het jaar aanvangt, is de belasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht nog volle kalendermaanden overblijven.

Artikel 10. Termijn van betaling.

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moet de aanslag worden betaald in één termijn welke vervalt twee maanden na de dagtekening van het aanslagbiljet.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijn.

Artikel 11. Kwijtschelding.

Bij de invordering van de precariobelasting wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 12. Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders.

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de precariobelasting.

Artikel 13. Overgangsrecht.

De “Verordening precariobelasting 2018”, van 11 december 2017, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 14, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 14. Inwerkingtreding.

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2019.

Artikel 15. Citeertitel.

Deze verordening wordt aangehaald als “Verordening precariobelasting 2019”.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad voornoemd d.d. 10 december 2018,

de griffier,

mevrouw. drs. D.E. van der Kamp

de voorzitter,

drs. A.J. van Hout