Regeling vervallen per 01-01-2013

Beleidsregels subsidiebeleid welzijnssubsidies

Geldend van 31-12-2010 t/m 31-12-2012

Intitulé

Beleidsregels subsidiebeleid welzijnssubsidies

Beleidsregelssubsidiebeleid welzijnssubsidiesVastgesteld door het College van burgemeester en wethoudersvan Westervoort op 5 oktober 2010Toelichting: Wat zijn beleidsregels?Een beleidsregel is volgens artikel 1:3 van de Algemene wet bestuursrecht “een bij besluit vastgestelde algemene regel, niet zijnde een algemeen verbindend voorschrift, omtrent:- de afweging van belangen- de vaststelling van feiten- of de uitleg van wettelijke voorschriften (de subsidieverordening) bij het gebruik van een bevoegdheid van een bestuursorgaan.”Beleidsregels geven aan hoe het bestuursorgaan (de raad, het college of de burgemeester) met zijn bevoegdheden omgaat. De bevoegdheden zelf liggen vast in de Algemene wet bestuursrecht of in de subsidieverordening. Beleidsregels kunnen dan ook geen nieuwe bevoegdheden invoeren. Volgens de Verordening Welzijnssubsidies Westervoort 2010 is het college van burgemeesteren wethouders bevoegd om besluiten over subsidieverstrekking te nemen. Het college is dus ook bevoegd om de beleidsregels vast te stellen.Inhoudsopgave:Deel 1Uitvoering van artikel 7 lid 2 van de Verordening Welzijnssubsidies WestervoortRechtspersoonlijkheid van instellingen - beleidsregel bij artikel 3 lid 2Toezicht en controle - beleidsregel bij artikel 5Ontheffing indienen gegeven - beleidsregel bij artikel 12 lid 1 en artikel 14 lid 1Termijnen indienen aanvraag - beleidsregel bij artikel 11, 13 en 15Incidentele subsidies - beleidsregel bij artikel 16Bevoorschotting - beleidsregel bij artikel 17 lid 4 en artikel 28 lid 1Limitering financiële reserves van instellingen - beleidsregel bij artikel 19Verzekeringsplicht - beleidsregel bij artikel 22Consequenties niet of niet voldoende uitvoeren van activiteiten - beleidsregel bij artikel 25Vergoeding wegens vermogensvorming - beleidsregel bij artikel 26 lid 3

Deel 2Beleidsregels van algemene aard:- Subsidiëring van jubilea van instellingen - Subsidiëring van patiëntenbelangenverenigingen - Subsidiëring van activiteiten in de regio voor mensen met een beperking - Subsidiëring van landelijke instellingen die hulp bieden aan en de belangen behartigen van binnenlandse en buitenlandse bevolkingsgroepen - Beleid ten aanzien van de subsidie ‘gemeenschapsinitiatieven’ die het college zichzelf verleent - Beleid ten aanzien van de subsidie ‘ontwikkelingswerk’ Deel 3- Subsidiecriteria die gehanteerd kunnen worden bij het besluit over subsidieverstrekking Deel 4- Subsidieplafonds

Deel 1 Beleidsregels voor uitleg van de verordening

Rechtspersoonlijkheid van instellingen - beleidsregel bij artikel 3 lid 2

Artikel 3 Rechtspersoonlijkheid van instellingen

  • 1. Subsidie ten behoeve van activiteiten kan slechts worden verstrekt aan rechtspersoonlijkheid bezittende instellingen.

  • 2. Het college kan van het voorgaande lid ontheffing verlenen.

  • a. De bedoelde ontheffing wordt, als het een budgetsubsidie, jaarsubsidie of een projectsubsidie betreft, alleen tijdelijk verleend, bijvoorbeeld als de statuten van de instelling nog niet notarieel zijn vastgelegd.

  • b. In het geval van incidentele subsidies zal de ontheffing als regel worden verleend:- als er sprake is van een groep van initiatiefnemers (comité, organisatiegroep) die zich ook als zodanig manifesteert en uit zijn midden een persoon heeft aangewezen die namens de groep de subsidie beheert,én- als er een aparte administratie wordt bijgehouden van de ontvangst en de besteding van de subsidie, bij voorkeur via een speciale bank- of girorekening.

  • c. Het college kan, als de bedoelde ontheffing is verleend, specifieke subsidieverplichtingen opleggen die ertoe bijdragen dat er op juiste wijze verantwoording wordt afgelegd.

  • d. Subsidie kan slechts bij hoge uitzondering en onder strakke administratieve restricties aan een individueel persoon worden verstrekt.

Artikel 5 Toezicht en controle - beleidsregel bij artikel 5

  • 1.

    Het college kan ambtenaren of andere personen aanwijzen die met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast.

  • 2.

    Aan door het college aangewezen ambtenaren of andere personen wordt desgevraagd door of namens een gesubsidieerde instelling inzage verleend in de boekhouding en de administratie en worden alle gevraagde inlichtingen verstrekt die noodzakelijk zijn voor een juiste vervulling van hun taak.

  • 3.

    Onverminderd het bepaalde in artikel 4:59 van de wet verleent de instelling toegang tot de lokaliteiten of accommodaties die worden gebruikt.

Dit artikel kan in een tweetal situaties worden toegepast:

  • a.

    Om algemene, steekproefsgewijze controles uit te voeren, zonder dat er sprake is van een vermoeden van niet-naleving van de subsidieverordening en/of subsidieverplichtingen.

  • b.

    Bij doelgerichte controle van een instelling, indien er een vermoeden is dat een instelling handelt in strijd met de subsidieverordening en/of bepaalde subsidieverplichtingen.

Ontheffing indienen gegevens - beleidsregel bij artikel 12 lid 1 en artikel 14 lid 1

Artikel 12 Gegevens bij de subsidieaanvraag

Bij de subsidieaanvraag moet door de aanvrager worden ingeleverd:

  • 1.

    een programma van activiteiten voor de drie jaren waarop de subsidieaanvraag betrekking heeft, waarin in ieder geval tot uiting komen de aard, omvang en intensiteit van de geplande activiteiten, de doelgroepen waarop de activiteiten worden gericht en het verwachte aantal deelnemers;

  • 2.

    een begroting van baten en lasten voor de boekjaren waarvoor subsidie wordt aangevraagd, alsmede een toelichting op deze begroting;

  • 3.

    een overzicht van de te heffen contributies en bijdragen en/of van de te hanteren tarieven;

  • 4.

    de jaarrekening over het laatst voorafgaande boekjaar met toelichting;

  • 5.

    de balans op de laatste dag van de laatst voorafgaande 2 boekjaren;

  • 6.

    een overzicht van alle privaatrechtelijke overeenkomsten die er tussen de aanvrager en de gemeente bestaan;

  • 7.

    alle andere gegevens die op het aanvraagformulier voor de budgetsubsidie (indien van toepassing) worden gevraagd.

Artikel 14 Gegevens bij de subsidie aanvraag

Bij de subsidieaanvraag moet worden ingeleverd:

  • 1.

    een programma van activiteiten voor het jaar waarop de subsidieaanvraag betrekking heeft, waarin in ieder geval tot uiting komen de aard, omvang en intensiteit van de geplande activiteiten, de doelgroepen waarop de activiteiten worden gericht en het verwachte aantal deelnemers;

  • 2.

    een begroting van baten en lasten voor het jaar waarvoor subsidie wordt aangevraagd, alsmede een toelichting op deze begroting;

  • 3.

    een overzicht van de te heffen contributies en bijdragen en/of van de te hanteren tarieven.

  • a.

    Wanneer bij een subsidieaanvraag niet alle gevraagde bescheiden zijn meegestuurd, wordt de aanvragende instelling door de gemeente binnen 3 weken schriftelijk verzocht alsnog de ontbrekende bescheiden aan te leveren. In dit schriftelijke verzoek is aangegeven voor welke datum de bescheiden ingediend moeten zijn.

  • b.

    Wanneer de aanvragende instelling niet binnen de gestelde termijn alsnog de gevraagde bescheiden heeft ingediend, dan wordt overeenkomstig artikel 4:5 lid 1 onder a Awb de aanvraag niet in behandeling genomen.

Termijn indienen aanvraag - Beleidsregel bij artikel 11, 13 en 15

Artikel 11 Termijn voor indiening aanvraag

  • 1. Een aanvraag voor budgetsubsidie moet vóór 1 april voorafgaand aan het jaar waarin het subsidieprogramma start, schriftelijk bij het college zijn ingediend.

  • 2. Het college kan van deze termijn ontheffing verlenen.

Artikel 13 Termijn en gegevens voor indiening aanvraag jaarsubsidie

  • 1. Een aanvraag om jaarsubsidie moet vóór 1 april voorafgaand aan het jaar waarin het subsidieprogramma start, schriftelijk bij het college zijn ingediend.

  • 2. Het college kan van deze termijn ontheffing verlenen.

Artikel 15 Termijn en gegevens voor indiening aanvraag projectsubsidie

  • 1. Indien de aanvraag een projectsubsidie betreft, dient deze ten minste 13 weken voor aanvang van het project te worden ingediend bij het college.

  • 2 Het college kan van deze termijn ontheffing verlenen van de in lid 1 gestelde eisen, indien naleving daarvan redelijkerwijs niet kan worden verlangd.

  • a. Instellingen kunnen verzoeken om uitstel van de indieningtermijn indienen bij het college van burgemeester en wethouders. Een dergelijk verzoek moet voor 20 maart voorafgaande aan het jaar waarvoor men subsidie aanvraagt bij het college zijn ingediend. Het college kan op verzoek uitstel verlenen tot uiterlijk 1 juni.

  • b. Wanneer een aanvraag om budgetsubsidie of een jaarsubsidie niet voor de in de verordening genoemde datum is ingediend, ontvangt de instelling 1 maal een schriftelijke aanmaning.

  • c. Van een situatie als bedoeld in artikel 15 lid 2 kan sprake zijn als, naar het oordeel van het college, de hoeveelheid werk die moet worden gedaan om aan de informatie-eis te kunnen voldoen of de kosten die daarvoor gemaakt moeten worden, niet in verhouding staan tot het doel dat met de indiening wordt beoogd.

  • d. Ook kan het voorkomen dat in een specifiek geval de in te dienen stukken absoluut niet nodig zijn voor het beoordelen van de aanvraag, in welk geval de moeite van het indienen eveneens bespaard kan worden.

Artikel 16 Incidentele subsidies - beleidsregel bij artikel 16

  • 1. Het college kan incidentele subsidies verstrekken wanneer de beleidsmatige actualiteit dan wel de politieke relevantie van de subsidieaanvraag naar het oordeel van het college noopt tot een besluit tot subsidieverlening.

  • 2. Incidentele subsidies worden niet opgenomen in het subsidieprogramma.

  • 3. Incidentele subsidies kunnen gedurende het gehele jaar aangevraagd worden.

  • a. Incidentele subsidies worden alleen verstrekt wanneer er geen sprake is van een financiële doorwerking van de gesubsidieerde activiteit in (de) navolgende periode(n).

  • b. Incidentele subsidies worden direct vastgesteld. Er is geen verantwoordingsplicht voor de subsidieontvanger na uitvoering van de gesubsidieerde activiteit.Bevoorschotting - beleidsregel bij artikel 17 lid 4 en artikel 28 lid 1

Artikel 17 Besluit tot subsidieverlening

Het college besluit tevens of en op welke wijze bevoorschotting plaatsvindt.

Artikel 28 Voorschotten

Het college beslist of en op welke wijze bevoorschotting plaatsvindt.

  • a.

    Budget- en jaarsubsidies boven de € 5000,00 worden in de regel aan het begin van ieder kwartaal in gelijke delen per voorschot uitbetaald. In overleg met de betrokken instellingen kan het college tot een andere bevoorschotting besluiten.

  • b.

    Budget- en jaarsubsidies onder de € 5000,00 worden in de regel ineens (in het eerste kwartaal van het jaar waarvoor de subsidieverlening geldt) uitbetaald.

  • c.

    Voor projectsubsidies wordt in overleg met de aanvrager een bevoorschottingsritme bepaald.

  • d.

    Incidentele subsidies onder de € 3000,00 worden ineens uitbetaald. Voor incidentele subsidies van meer dan € 3000,00 geldt dat in overleg met de aanvrager een bevoorschottingsritme wordt bepaald.

Limitering financiële reserves van instellingen - beleidsregel bij artikel 19

Artikel 19 Limitering financiële reserves

  • 1. Subsidie wordt slechts verstrekt voor zover een instelling niet zelf over de benodigde geldmiddelen beschikt. Van dit laatste is sprake als de instelling niet over meer financiële reserve beschikt dan op grond van de leden 2 en 5 is toegestaan.

  • 2. De financiële reserve die een instelling die budgetsubsidie ontvangt kan hebben zonder dat daaraan consequenties zijn verbonden voor de hoogte van de subsidie, kan niet meer bedragen dan een door het college vast te stellen maximum.

  • 3. Het college kan beleidsregels vaststellen voor de bepaling van de maximale reserve zoals bedoeld in het tweede lid.

  • 4. Indien in enig jaar wordt geconstateerd dat de financiële reserves van een instelling hoger zijn dan het in het tweede lid bedoelde maximum, dan wordt het bedrag van de overschrijding in mindering gebracht op de eerstvolgende beschikking of beschikkingen tot subsidieverlening.

  • 5. Het college kan toestaan dat een instelling, naast de in het tweede lid bedoelde reserve, over een bestemmingsreserve beschikt, zonder dat daaraan consequenties zijn verbonden voor de hoogte van de subsidie. Aan een dergelijke reserve dient een bepaald omschreven doel te worden verbonden waaraan de reserve moet worden besteed, alsook een jaar waarin de reserve aan dat doel moet worden besteed. Indien de bestemmingsreserve niet in het aangegeven jaar aan het aangegeven doel wordt besteed, dan wordt deze in haar geheel op de eerstvolgende beschikking tot subsidieverlening in mindering gebracht.

  • a. Op grond van de subsidieverordening kan een instelling slechts subsidie ontvangen indien zij niet zelf in haar financiële middelen kan voorzien. Subsidiëring wordt gezien als aanvullend aan de eigen inkomsten van een instelling. Als een instelling over financiële reserves beschikt, dan moeten deze in principe worden ingezet voor de exploitatie van de activiteiten

  • b. 30% van de som der inkomsten (eigen inkomsten inclusief subsidie) in enig begrotingsjaar, mag als reserve aangehouden worden zonder dat hier consequenties aan verbonden worden voor de hoogte van de subsidie.

  • c. Onder het begrip "reserve" wordt verstaan liquide geldmiddelen of relatief eenvoudig liquide te maken middelen, die niet noodzakelijk zijn voor de dekking van de exploitatie van het begrotingsjaar.

  • d. Voor het hebben van een bestemmingsreserve, zoals in lid 5 bedoeld, treft het college een “maatwerk”-voorziening die past bij de specifieke situatie.

  • e. Indien er sprake is van te hoge reserves – hetzij gewone hetzij bestemmingsreserves – wordt, overeenkomstig artikel 19 lid 4, het bedrag van de overschrijding in mindering gebracht op de eerstvolgende subsidieverlening. Zo'n subsidiekorting betekent op zichzelf geen inbreuk op de budgetafspraken. De aanvraag om budgetsubsidie van de instellingen wordt, juridisch gezien, dan ook niet (geheel of gedeeltelijk) geweigerd. Het meerjarig budget wordt verleend, maar op grond van genoemd artikel wordt het budgetbedrag in één of meer budgetjaren verrekend met het teveel aan financiële reserve. Zodra de instelling voldoende heeft ingeteerd op de reserve, is het budget weer geheel beschikbaar.

  • f. Met de instellingen die het aangaat is of wordt in geval van toepassing van dit artikel overlegd.Verzekeringsplicht - beleidsregel bij artikel 22

Artikel 22 Verzekering

  • 1.

    Een instelling die subsidie ontvangt is verplicht tot:a. het afsluiten van een verzekering tegen wettelijke aansprakelijkheid voor een maximaal aan te geven som per gebeurtenis;b. het behoorlijk verzekerd hebben en houden van haar onroerende en roerende zaken tegen schade door brand en eventueel andere aan te geven risico’s.

  • 2.

    Het college kan van het gestelde in het eerste lid ontheffing verlenen indien naleving daarvan redelijkerwijs niet kan worden verlangd.

Lid 2 van dit artikel zal slechts worden toegepast indien de kosten van de verzekering in geen verhouding staan tot de hoogte van het te verzekeren risico.Consequenties niet of niet voldoende uitvoeren van activiteiten - beleidsregel bij artikel 25

Artikel 25 Niet voldoen aan verplichtingen

Wanneer een subsidieontvangende instelling naar het oordeel van het college niet of in onvoldoende mate voldoet aan de verplichtingen en voorwaarden die zijn opgenomen in deze verordening of in de beschikking tot subsidieverlening, kan het college de subsidieverlening opschorten en uitbetaalde voorschotten terugvorderen.

  • a.

    Indien uit het jaarverslag over de activiteiten van enig jaar blijkt dat de activiteiten niet of niet geheel zijn gerealiseerd, wordt met de instelling overlegd over een analyse van oorzaken daarvan en de mate waarin een en ander aan de instelling te wijten is.Bij hun beoordeling houden burgemeester en wethouders rekening met een redelijke marge, die individueel wordt bezien, rekening houdend met de mogelijkheden van de instelling en de risico's die de instelling loopt.

  • b.

    Een constatering als hierboven bedoeld heeft geen consequenties voor de verlening van de subsidie voor het direct daarop volgende subsidiejaar, indien en voor zover de oorzaken niet door de instelling beïnvloedbaar zijn (waren) en de kosten noodzakelijk gemaakt moe(s)ten worden, bijvoorbeeld bij vaste personeelskosten, accommodatielasten en dergelijke.

  • c.

    Indien ten behoeve van de niet uitgevoerde activiteiten geen kosten zijn gemaakt (en er dus budget overblijft), dan wel indien wél gemaakte kosten niet noodzakelijk waren, wordt de subsidie over het betreffende jaar achteraf bij de vaststelling verlaagd.

  • d.

    Als er naar het oordeel van burgemeester en wethouders sprake is van nalatigheid van de instelling, of van een andere vorm van verwijtbaarheid, dan wordt met ingang van het komende subsidiejaar de subsidie verminderd als geen verbetering is opgetreden. Een dergelijke vermindering betreft in elk geval de directe kosten van de activiteiten die niet hebben plaatsgevonden.

  • e.

    Burgemeester en wethouders kunnen op basis van artikel 25 te allen tijde tot terugvordering van subsidie overgaan indien subsidiegelden in enig jaar niet zijn gebruikt als gevolg van het niet uitvoeren van activiteiten waarvoor de subsidie was verleend.

Vergoeding wegens vermogensvorming - beleidsregel bij artikel 26 lid 3

Artikel 26 Vermogensvoordeel

  • 1. Artikel 4:41 van de wet is van toepassing.

  • 2. De hoogte van de vergoeding wordt bepaald naar evenredigheid van de mate waarin de gemeentelijke subsidie tot de vermogensvorming heeft bijgedragen.

  • 3. Het college kan in voorkomende gevallen van het bepaalde in het eerste lid afwijken.

  • a. Het college zal afzien van de vergoeding wegens vermogensvorming indien de vermogenswinst naar het oordeel van het college geheel wordt aangewend ten behoeve van de doelstelling van de instelling en/of de activiteiten van de instelling en dit binnen het beleid van de gemeente past.

  • b. Indien het college artikel 26 lid 3 toepast, wordt specifieke motivering gegeven waarom dit in het betreffende geval gebeurt, aangezien elk geval individueel zal worden beoordeeld.

  • c. Bij beëindiging van de gesubsidieerde activiteiten, beëindiging of intrekking van de subsidiëring of ontbinding van de rechtspersoon die de subsidie ontvangt, zal in alle gevallen worden overgegaan tot toepassing van lid 1 van het artikel.

Deel 2 Enkele beleidsregels van algemene aard

Subsidiëring van Jubilea van instellingen:Voor niet-gesubsidieerde instellingen:Burgemeester en wethouders kunnen bij gelegenheid van een jubileum van een Westervoortse vereniging of instelling een subsidie verstrekken ten behoeve van activiteiten waarvan zij van oordeel zijn dat deze in het kader van artikel 2 van de Verordening Welzijnssubsidies Westervoort 2010 gemeentelijke ondersteuning verdienen.Voor instellingen die al een subsidie ontvangen:Instellingen die een budgetsubsidie ontvangen of meer dan 5 jaar achtereen een jaarsubsidie hebben ontvangen in de afgelopen 7 jaar, ontvangen geen subsidie voor jubilea. Van hen wordt verwacht dat zij binnen hun reguliere exploitatie rekening hebben gehouden met toekomstige jubilea.Subsidiëring van patiëntenbelangenverenigingenWanneer de activiteiten niet specifiek gericht zijn op individuele Westervoortse patiënten, zoals themabijeenkomsten, het uitgeven van een bulletin of een telefonisch spreekuur is er sprake van algemene belangenbehartiging en wordt er geen subsidie verstrekt. Wanneer er sprake is van (reguliere) individuele activiteiten voor Westervoortse patiënten met een direct belang voor de Westervoortse patiënt, zoals aangepast sporten of individuele begeleiding van patiënten, kan er subsidie worden verstrekt op basis een bedrag per Westervoortse deelnemer. Subsidieaanvragen worden per geval beoordeeld.Toelichting.In Nederland zijn er diverse patiëntenverenigingen die informatie- en advies verstrekken aan patiënten, die ondersteuning bieden en hun belangen behartigen. Een patiëntenvereniging voorziet hierdoor in de behoefte van patiënten om informatie en advies te krijgen en ervaringen uit te wisselen over een specifieke ziekte. De algemene adviserende en informatieve vorm van dienstverlening aan patiënten wordt ook geboden door de Stichting Thuiszorg Gelderland Midden (STMG) door middel van het Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW). Algemene gezondheidsinformatie en voorlichting wordt ook gegeven door de sector Volksgezondheid / GGD van Hulpverlening Gelderland Midden. Het Algemeen Maatschappelijk Werk in Westervoort en Hulpverlening Gelderland Midden zijn opgenomen in het gemeentelijk subsidieprogramma. Patiëntenverenigingen opereren veelal landelijk en hebben soms een plaatselijk en/of regionaal steunpunt. Patiënten kunnen lid worden en naar behoefte incidenteel gebruik maken van de dienstverlening.Subsidiëring van activiteiten in de regio voor lichamelijk- of verstandelijk gehandicaptenVerenigingen of instellingen in de regio die (reguliere) activiteiten organiseren waar Westervoortse lichamelijk- of verstandelijke gehandicapten inwoners individueel aan deelnemen kunnen voor subsidie in aanmerking komen. Subsidie kan worden verstrekt op basis van een bedrag per Westervoortse deelnemer.Subsidiëring van landelijke instellingen die hulp bieden aan en de belangen behartigen van binnenlandse- en buitenlandse bevolkingsgroepenHoewel de noodzaak van deze organisaties zeker wordt onderschreven, wordt subsidiëring of donatie niet als gemeentelijke taak gezien. Met de precedentwerking in achtnemend wordt een verzoek om een financiële bijdrage van deze instellingen geweigerd. Toelichting.Er zijn in Nederland vele nationale instellingen met een ideëel doel die hulp bieden aan en belangen behartigen van binnenlandse- en buitenlandse bevolkingsgroepen. Voorbeelden van deze landelijk werkende organisaties zijn: mensenrechtenorganisaties en fondsen voor hulp in ontwikkelingslanden.Beleid ten aanzien van de subsidie ‘gemeenschapsinitiatieven’ die het college zichzelf verleentBurgemeester en wethouders subsidies kunnen subsidie verlenen voor activiteiten in brede betekenis, die van direct belang zijn voor Westervoortse inwoners. De subsidies worden verleend als bijdrage in de kosten van in eerste instantie incidentele activiteiten. Uit het budget kunnen slechts subsidies worden verleend die betrekking hebben op activiteiten in enig jaar en geen financiële doorwerking hebben naar volgende jaren. Per geval stellen burgemeester en wethouders voorwaarden aan de besteding van de subsidie. Per geval regelen burgemeester en wethouders de eventuele bevoorschotting, de vaststelling en de betaling van de subsidie. Aanvragen worden beoordeeld op chronologische volgorde. De hoogte van de subsidie wordt bepaald door burgemeester en wethouders.Beleid ten aanzien van de subsidie ‘ontwikkelingswerk’Burgemeester en wethouders kunnen subsidie verlenen voor ontwikkelingswerk wanneer:- Het om een bijdrage in de kosten van een plaatselijk initiatief gaat die naar het oordeel van burgemeester en wethouders een bijdrage levert aan een beter begrip van de derde wereld problematiek, de problematiek van arme landen en/of de problematiek van landen die in een oorlogssituatie verkeren.- Deze subsidie kan worden verleend in de vorm van een verdubbeling van de opbrengsten van financiële acties door de plaatselijke bevolking ten behoeve van de derde wereld. Dit tot een door de burgemeester te bepalen maximum.- De subsidie kan door het college ook als een schenking ten behoeve van slachtoffers van natuurrampen en humanitaire rampen beschikbaar worden gesteld.- De subsidie kan worden verleend aan projecten in het buitenland ter ondersteuning van een jonge democratie.- De subsidie kan worden verleend ten behoeve van kennisoverdracht aan ontwikkelingslanden.Uit het budget kunnen slechts subsidies worden verleend die betrekking hebben op activiteiten c.q. gebeurtenissen in enig jaar en geen financiële doorwerking hebben naar de volgende jaren. Per geval stellen burgemeester en wethouders voorwaarden aan de besteding van de subsidie.

Deel 3 Enkele subsidiecriteria die gehanteerd kunnen worden bij het besluit over subsidieverstrekking

ALGEMEENDeze subsidiecriteria hebben de status van beleidsregels. Ze zijn opgesteld ter motivering van besluiten tot subsidieverstrekking of (gedeeltelijke) weigering van subsidieaanvragen. Deze criteria geven zelf geen aanspraak op subsidie.De in de beleidsregels genoemde subsidiebedragen kunnen jaarlijks worden geïndexeerd met het CBS- prijsindexcijfer. Het college beslist hierover.Daar waar bij de subsidiecriteria wordt vermeld vereniging, instelling e.d., wordt bedoeld instellingen die gevestigd zijn in de gemeente Westervoort, tenzij uitdrukkelijk wordt genoemd instellingen die niet in Westervoort zijn gevestigd. BELEIDSTERREIN ZORGIndicatoren die de gemeente hanteert- Het in stand houden van een organisatie op het terrein van E.H.B.O.

- Aangesloten zijn bij de Nationale Bond voor Eerste Hulp bij Ongelukken - Minimaal 1x per 2 jaar cursus E.H.B.O. en/of cursus AED (defibrillator) organiseren met minimaal 7 cursisten- Conform de landelijke richtlijnen voldoende herhalingslessen (inclusief reanimatie en verbandleer) organiseren zodat gediplomeerden hun diploma geldig kunnen houden- Op aanvraag beschikbaar zijn voor de hulpverlening bij evenementen

- Een bedrag van € 1.048,00

BELEIDSTERREIN CULTUURIndicatoren die de gemeente hanteert- Het in stand houden van instrumentale muziekverenigingen- Deelname van jeugd aan activiteiten op het terrein van creativiteit en cultuur- Deelname van mensen met een functiebeperking aan activiteiten op het terrein van creativiteit en cultuur- Benodigde accommodatie(s) voor het uitvoeren van muziekactiviteiten - Benodigde accommodatie(s) voor het uitvoeren van culturele/historische activiteiten- Cultureel erfgoed van de Liemers ontsluiten, bewaren en toegankelijk maken voor publiek - Organiseren van kunstexposities - Organiseren van optredens - Deelname aan openbare optredens- Verzorgen van regionale radio-uitzendingen in Westervoort

Criteria waarop getoetst wordt

Mogelijke subsidie

- Aantal mensen die actief lid zijn van eeninstrumentele muziekvereniging

- Een bedrag van € 524,00 bij >10 en <25 leden- Een bedrag van € 1048,00 bij >25 en < 50 leden- Een bedrag van € 1572,00 bij >50 leden

- Openbaar optreden van een muziekvereniging in Westervoort en/of optreden in een voorziening voor ouderen en/of personen met een functiebeperking met een maximum van 3 per jaar

- Een bedrag van € 105,00 per optreden - Er moet een verklaring met betrekking tot de doelgoep worden overgelegd.

- Optreden van een muziekvereniging in Westervoort waarbij kosten gemaakt worden voor het inhuren van 1 of meerdere professionals, niet zijnde de vaste dirigent, met een maximum van 2 per jaar

- Een bedrag van € 105,00 per optreden

- Gezamenlijk optreden van meerdere muziekverenigingen uit Westervoort waarbij kosten gemaakt worden voor het inhuren van 1 of meerdere professionals, niet zijnde de vaste dirigent, met een maximum van 2 per jaar

- Een bedrag van in totaal € 262,00 per optreden

- Minimaal 15 Westervoortse jongeren, niet lid van de betreffende muziekvereniging, die deelnemen aan een incidentele muzikale activiteit of muzikaal project van een instrumentale muziekvereniging

- De kosten van de activiteit of het project tot een maximum van € 524,00- en een bonus van € 262,00

- Minimaal 5 Westervoortse personen met een functiebeperking die deelnemen aan een muzikale activiteit of - project van een instrumentele muziekvereniging

- De kosten van de activiteit of het project tot een maximum van € 524,00- en een bonus van € 262,00- Er moet een verklaring met betrekking tot de doelgroep worden overgelegd.

- Het in stand houden van een jeugdorkest bestaande uit minimaal 10 leden

- Een bedrag van € 1048,00

- Indien de kosten van de huur van accommodatie voor een instrumentele muziekvereniging >€ 30,00 en <€ 50,00 per lid per jaar- Indien de kosten van de huur van de accommodatie voor een instrumentele muziekvereniging >€ 50,00 per lid per jaar

- Een bedrag van € 26,00 per lid - Een bedrag van € 52,00 per lid

- De gebruikelijk museumactiviteiten uitvoeren gericht op het behoud en beschikbaar stellen van het cultureel erfgoed van De Liemers

- Normbedrag van de instelling voor de regio per inwoner

- De gebruikelijke onderzoeksactiviteiten uitvoeren gericht op het behoud en beschikbaar stellen van het cultureel erfgoed van De Liemers

- Normbedrag van de instelling voor de regio per inwoner

- Organiseren van kunstexposities in Huize Vredenburg en de bibliotheek door St. Kunstwerk

- Een bedrag van € 524,00 voor het organiseren van een kunstexpositie met een maximum van 3 per jaar

- Exploitatie en voor publiek toegankelijk houden van Huize Vredenburg door de mogelijkheid te bieden minimaal 3 tentoonstellingen per jaar te laten organiseren- Activiteiten van de Historische Kring Westervoort om de uitingen van volkscultuur levend te houden

- Gesubsidieerd wordt op basis van de geleverde prestaties en de ingediende begroting. Met de Historische Kring Westervoort zijn prestatieafspraken gemaakt over de exploitatie van Huize Vredenburg en hun verenigingsactiviteiten.

- Organiseren van een expositie door Stichting Kreatieve Kring Westervoort

- Een bedrag van € 524,00

- Organiseren van de jaarlijkse open dag door Stichting Kreatieve kring Westervoort

- Een bedrag van € 524,00

- Creatieve workshops voor volwassenen waarvan het doel is ontmoeting

- Een bedrag van € 157,00 per creatieve workshop voor dekking kosten huur accommodatie en materiaal met een maximum van 10 per jaar voor Stichting De Inloop

- Verzorgen van radio-uitzendingen met een regionaal karakter

- Normbedrag van de VNG per wooneenheid.

Toelichting- De peildatum voor het aantal leden is 1 januari voorafgaande aan het subsidiejaar. - Een incidentele activiteit of een project voor jongeren op het terrein van muziek kan zijn op basisscholen om leerlingen kennis te laten maken met muziek of een activiteit/project voor niet- jeugdleden van de muziekvereniging gericht op vrijetijdsbesteding en/ of kennisname met muziek. Het gaat om activiteiten/projecten die niet tot het gebruikelijke pakket van de organisatie behoren.- Per muziekvereniging wordt maximaal 1x per jaar subsidie verstrekt voor een activiteit/project voor jongeren en maximaal 1x per jaar voor een activiteit/project voor personen met een functiebeperking.- Een persoon met een functiebeperking voldoet aan 1 of meerdere van de volgende voorwaarden: - maakt gebruik van het speciaal onderwijs - heeft een WMO- indicatie - heeft een AWBZ- indicatie - heeft een doktersverklaring waaruit blijkt dat de persoon een functiebeperking heeftDe subsidieontvanger dient een schriftelijke verklaring te overleggen omtrent het aanwezig zijn van een functiebeperking. Deze kan door het college steekproefsgewijs worden gecontroleerd.- Een openbaar optreden, niet zijnde een repetitie, is voor iedereen toegankelijk en er wordt geen toegang geheven dat ten goede komt aan de betreffende vereniging- Indien een professional wordt ingehuurd, niet zijnde de dirigent, kan toegang geheven worden.- Een openbaar optreden betreft niet de gebruikelijke optredens zoals met Carnaval, Koninginnedag, 4-en 5 mei en Sinterklaas.- De kunstexposities duren minimaal één maand en hebben een openbare openingsactiviteit.- Leden/ deelnemers met een minimuminkomen worden via het beleidsprogramma “mensen met een minimuminkomen” gecompenseerd. Het controleren van inkomens wordt niet als een taak van de organisaties gezien.BELEIDSTERREIN SPORT EN RECREATIEIndicatoren die de gemeente hanteert- Deelname jeugd en jongeren aan sportactiviteiten- Deelname ouderen aan sport- en bewegingsactiviteiten- Deelname personen met een functiebeperking aan sport- en bewegingsactiviteiten- Deelname aan activiteiten die de kwaliteit en/of inzet van vrijwillig kader verhogen- Benodigde accommodatie(s) voor het voldoende kunnen uitvoeren van de sportactiviteiten - Activiteiten op het terrein van sport die de sociale binding in Westervoort verstevigen- Inwoners van Westervoort die sporten bij een vereniging die niet gevestigd is in Westervoort

- Minimaal 25 jongeren die lid zijn van een vereniging- Het houden van een toernooi/sportactiviteit waaraan minimaal 25 Westervoortse jongeren deelnemen die niet lid zijn van de organiserende vereniging

- Per aantal van 10 jongeren een bedrag van € 105,00 met een minimum van € 262,00 - De kosten van het toernooi/sportactiviteit tot een maximum van € 262,00 én- een bonus van € 262,00 - Aanvullend voor binnensporten de kosten van de huur van de accommodatie tot een maximum van € 262,00

- Minimaal 10 ouderen die deelnemen aan sport- en bewegingsactiviteiten van een vereniging

- Per aantal van 10 ouderen een bedrag van € 262,00 tot een maximum van € 1048,00

- Een persoon met een functiebeperking uit Westervoort die lid is van een sportvereniging in Westervoort- Een persoon met een functiebeperking die lid is van een sportvereniging buiten Westervoort

- Een bedrag van € 210,00 per persoon voor de vereniging. - Er moet een verklaring met betrekking tot de doelgroep worden overgelegd.- Per persoon met een functiebeperking een bedrag van € 210,00 voor een vereniging buiten Westervoort. Er moet een verklaring met betrekking tot de doelgroep worden overgelegd.

- Het organiseren van een toernooi/sportactiviteit waaraan minimaal 10 personen uit Westervoort deelnemen met een functiebeperking

- De kosten van het toernooi/sportactiviteit met een maximum van € 262,00 én- een bonus van € 262,00- Aanvullend voor binnensporten de kosten van de huur van de accommodatie tot een maximum van € 262,00. - Er moet een verklaring met betrekking tot de doelgroep worden overgelegd.

- Het organiseren van een toernooi/sportactiviteit waaraan minimaal 50 volwassenen deelnemen die niet lid zijn van de organiserende vereniging

- De kosten van het toernooi/sportactiviteit tot een maximum van € 262,00 én- een bonus van € 262,00 - Aanvullend voor binnensporten de kosten van de huur van de accommodatie tot een maximum van € 262,00

- Verenigingen >50 en <200 leden voor het deelnemen van kaderleden aan minimaal 1 activiteit per jaar die als doel heeft de kwaliteit van het vrijwillig kader te verhogen

- Een bedrag van € 314,00

- Verenigingen >200 en <500 leden voor het deelnemen van kaderleden aan minimaal 1 activiteit per jaar die als doel heeft de kwaliteit van het vrijwillig kader te verhogen

- Een bedrag van € 629,00

- Verenigingen >500 leden voor het deelnemen van kaderleden aan minimaal 1 activiteit per jaar die als doel heeft de kwaliteit van het vrijwillig kader te verhogen

- Een bedrag van € 1048,00

- Indien de huurkosten van de accommodatie meer bedragen dan € 50,00 per lid per jaar- Indien de huurkosten van de accommodatie meer bedragen dan € 100,00 per lid per jaar- Indien de huurkosten van de accommodatie meer bedragen dan € 150,00 per lid per jaar

- Een bedrag van € 10,48 per lid- Een bedrag van € 15,72 per lid- Een bedrag van € 26,00 per lid

- Onderhoud van de voetbalvelden- Onderhoud van de machines

- Een bedrag van € 2.620,00 per vereniging- Een bedrag van € 1.662,00 per vereniging

Toelichting- Een sportorganisatie dient aangesloten te zijn bij de betreffende overkoepelende landelijke organisatie.- De peildatum voor het aantal leden is 1 januari voorafgaande aan het subsidiejaar.- Bij de criteria gaat het erom dat er minimaal 25 jongeren lid zijn van een vereniging. Dit geeft aan dat er in Westervoort bij de jongeren behoefte is aan de vereniging. Bij het bepalen van de subsidie per aantal van 25 jongeren wordt niet gekeken of een jongere wel of niet uit Westervoort komt. - Een jongere is een persoon tot 18 jaar.- Een oudere is een persoon vanaf 50 jaar. In afwijking van het gemeentelijk ouderenbeleid is gekozen voor de leeftijd van 50 jaar omdat vanaf deze leeftijd er regelmatig bij personen sprake is van klachten aan het bewegingsapparaat.- De activiteit moet specifiek gericht zijn op ouderen of met de deelname aan de reguliere activiteiten zijn aantoonbaar extra inzet of extra kosten gemoeid.- Een persoon met een functiebeperking voldoet aan 1 of meerdere van de volgende voorwaarden: - maakt gebruik van het speciaal onderwijs - heeft een WMO- indicatie - heeft een AWBZ- indicatie - heeft een doktersverklaring waaruit blijkt dat de persoon een functiebeperking heeftDe subsidieontvanger dient een schriftelijke verklaring te overleggen omtrent het aanwezig zijn van een functiebeperking. Deze kan door het college steekproefsgewijs worden gecontroleerd.- Per vereniging wordt maximaal 1x per jaar subsidie verstrekt voor een toernooi/sportactiviteit voor één doelgroep.- Per vereniging wordt maximaal 2x per jaar subsidie verstrekt voor een toernooi/sportactiviteit. - Een toernooi/sportactiviteit voor volwassenen wordt gesubsidieerd in het kader van sociale binding.- Indien een toernooi/sportactiviteit georganiseerd wordt voor meerdere doelgroepen bedraagt de bonus € 524,00. - Indien een toernooi/sportactiviteit voor meerdere doelgroepen is, worden de kosten tot maximaal € 524,00 gesubsidieerd. - Indien een toernooi/sportactiviteit voor meerdere doelgroepen is, worden de kosten van de huur van de accommodatie tot maximaal € 262,00 gesubsidieerd.- Voor binnensporten wordt aanvullend de kosten van de huur van de accommodatie gesubsidieerd indien (een deel van) die kosten niet vergoed zijn uit de subsidie voor de kosten van het toernooi/sportactiviteit.- Indien subsidie verleend wordt voor een toernooi/sportactiviteit georganiseerd voor meerdere doelgroepen, wordt voor dat jaar geen andere toernooi/sportactiviteit meer gesubsidieerd.- Indien meerdere organisaties gezamenlijk een toernooi/sportactiviteit organiseren kan één organisatie hiervoor subsidie aanvragen. Organisaties bepalen onderling de verdeling van de uitgaven en inkomsten.- Bij accommodatiekosten gaat het om de kosten van de huur van de accommodatie.- Leden met een minimuminkomen worden via het beleidsprogramma “mensen met een minimuminkomen” gecompenseerd. Het controleren van inkomens wordt niet als een taak van de sportverenigingen gezien.BELEIDSTERREIN OUDEREN EN GEHANDICAPTENIndicatoren die de gemeente hanteert- Deelname van ouderen aan activiteiten die het welzijn van ouderen bevorderen, niet zijnde sportactiviteiten - Benodigde accommodatie(s) voor het voldoende kunnen uitvoeren van activiteiten voor ouderen- In stand houden van een overlegorgaan m.b.t. ouderenvoorzieningen- In stand houden van een overlegorgaan m.b.t. gehandicaptenvoorzieningen

- Een ouderenbond organiseert minimaal 5 activiteiten of: - Een ouderenbond organiseert minimaal 7 activiteiten

- Een bedrag van € 262,00 indien gemiddeld minimaal 30 ouderen aan de activiteit deelnemen- Een bedrag van € 524,00 indien gemiddeld minimaal 30 ouderen aan de activiteit deelnemen

- Behartigen van de belangen van ouderen door een ouderenbond o.a. door deelname aan het overlegorgaan ouderenvoorzieningen

- Een bedrag van € 262,00

- Activiteiten voor ouderen organiseren- Exploitatie van het Trefcentrum

- Met de Vereniging voor Ouderen zijn prestatieafspraken gemaakt over de exploitatie van het Trefcentrum en het uitvoeren van activiteiten. Gesubsidieerd wordt op basis van de geleverde prestaties en de ingediende begroting

- Met de Stichting Senioren Sociëteit zijn prestatieafspraken gemaakt over het uitvoeren van activiteiten. Gesubsidieerd wordt op basis van de geleverde prestaties en de ingediende begroting

- Aantal ouderen dat deelneemt aan een cursus van de Stichting Kreatieve Kring

- Een bedrag van € 524,00 bij >25 en <50 ouderen- Een bedrag van € 1.048,00 bij >50 en <75 ouderen- Een bedrag van € 2.096,00 bij >75 en <100 ouderen- Een bedrag van € 3.144,00 bij >100 ouderen

- Behartigen van de belangen van gehandicapten

- Met de Stichting Gehandicaptenraad zijn prestatieafspraken gemaakt. Gesubsidieerd wordt op basis van de geleverde prestaties en de ingediende begroting

Toelichting- De activiteiten van de ouderenbonden zijn gericht op ontspanning en/of educatie.- Een oudere is iemand die 55 jaar of ouder is. Deze leeftijdsgrens is gebaseerd op het ouderenbeleid zoals dat gevoerd wordt in de gemeente Westervoort.BELEIDSTERREIN JEUGD EN JONGERENIndicatoren die de gemeente hanteert- Deelname jeugd en jongeren aan activiteiten op het terrein van ontwikkeling en sociale ontplooiing - Deelname van jeugd en jongeren met een functiebeperking aan activiteiten op het terrein van ontwikkeling en sociale ontplooiing- Het in stand houden van een scoutinggroep- Activiteiten voor jeugd en jongeren op speciale momenten in het jaar

- Minimaal 30 Westervoortse jongeren die lid zijn van de Scouting- Het organiseren van activiteiten door Scouting voor niet Scouting- jongeren waaraan minimaal 25 Westervoortse jongeren deelnemen. Er kan voor maximaal 3 activiteiten per jaar subsidie worden aangevraagd

- Per aantal van 10 jongeren een bedrag van € 262,00 tot een maximum van € 1.048,00 - De kosten van de activiteit tot een maximum van € 262, 00 én- een bonus van € 262,00

- Lidmaatschap van jongeren met een functiebeperking van een vereniging

- Een bedrag van € 105,00 voor een vereniging in Westervoort per jongere met een functiebeperking tot een maximum van € 525,00 - Er moet een verklaring met betrekking tot de doelgroep worden overgelegd.

- Het organiseren van een activiteit of project voor minimaal 10 jongeren met een functiebeperking

- De kosten van de activiteit of het project tot een maximum van € 262,00 én- een bonus van € 262,00- Er moet een verklaring met betrekking tot de doelgroep worden overgelegd.

- Het organiseren van een activiteit/cursus voor minimaal 10 jongeren per jaar door de Stichting Kreatieve Kring Westervoort

- De kosten van de activiteit/cursus tot een maximum van € 524,00

- Het organiseren van een kindervakantieweek voor jeugd van 4 t/m 12 jaar in de laatste week van de zomervakantie

- De kindervakantieweek wordt georganiseerd door SportsPlanet. Gesubsidieerd wordt op basis van vastgestelde criteria en een ingediende begroting.

- Het organiseren van Koninginnedag

- Het programma voor de jeugd wordt georganiseerd door Scouting St. Jorisgroep. Gesubsidieerd wordt op basis van een ingediende begroting en geleverde prestaties.

- Het organiseren van de intocht van Sinterklaas

- De intocht wordt georganiseerd door Vereniging Brimata in samenwerking met een Westervoortse werkgroep Sinterklaasintocht en Westervoortse muziekverenigingen. Brimata wordt gesubsidieerd op basis van de geleverde prestaties en een ingediende begroting.

Toelichting- De subsidie voor jongeren met een functiebeperking wordt alleen verstrekt als er niet op andere wijze gesubsidieerd wordt.- De jongere met een functiebeperking voldoet aan één of meerdere van de volgende voorwaarden: - maakt gebruik van het speciaal onderwijs - heeft een WMO- indicatie - heeft een AWBZ- indicatie - heeft een doktersverklaring waaruit blijkt dat de persoon een functiebeperking heeftDe subsidieontvanger dient een schriftelijke verklaring te overleggen omtrent het aanwezig zijn van een functiebeperking. Deze kan door het college steekproefsgewijs worden gecontroleerd.- Per organisatie wordt maximaal 1x per jaar subsidie verstrekt voor een activiteit/ project voor jongeren en maximaal 1x per jaar voor een activiteit/ project voor jongeren met een functiebeperking.BELEIDSTERREIN VRIJWILLIGERS(-WERK)Indicatoren die de gemeente hanteert- Het in stand houden van een organisatie die bemiddelt bij diverse vormen van hulpverlening door vrijwilligers

- Realiseren van minimaal 350 hulpverleningen per jaar door vrijwilligers op het terrein van vervoer per auto, boodschappen doen, huishoudelijk werk, klusjes in huis en tuin, info/bemiddeling en overige werkzaamheden.De hulpverlening bestaat uit:- incidentele hulp (is primaire activiteit)- structurele hulp (bij uitzondering)

- Algemene Hulpdienst Graag Gedaan wordt getoetst op basis van prestaties en gesubsidieerd op basis van de ingediende begroting.

Deel 4 Subsidieplafonds:

Een subsidieplafond wordt ingesteld voor het budget:- Gemeenschapsinitiatieven € 2800,00- Ontwikkelingswerk € 2000,00Verdeelregels budget gemeenschapsinitiatieven:

  • 1.

    Het budget wordt verdeeld over 4 kwartalen.

  • 2.

    Aan het eind van elk kwartaal worden de ingekomen subsidie-aanvragen behandeld.

  • 3.

    Het niet uitgegeven deel van het kwartaalbudget wordt gelijkelijk verdeeld over de nog resterende kwartalen.

Verdeelregels budget ontwikkelingswerk:

  • 1.

    Het budget wordt verdeeld over 2 halve jaren.

  • 2.

    Aan het eind van eerste halfjaar worden de ingekomen subsidie-aanvragen behandeld. De helft van het jaarbudget wordt verdeeld over de ingekomen subsidie-aanvragen.

  • 3.

    Indien er geen nieuwe aanvragen binnenkomen in het tweede halfjaar, wordt het niet uitgegeven deel van het budget gelijkelijk verdeeld over de aanvragen van het eerste halfjaar.