Afvalstoffenverordening 2012 Gemeente Westland

Geldend van 30-12-2011 t/m heden

Intitulé

Afvalstoffenverordening 2012 Gemeente Westland

De raad van de gemeente Westland;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders  van 8 november, nummer 5.B.2.2;

 

gelet op het bepaalde in artikel 10.23 van de Wet Milieubeheer en artikel 149 van de Gemeentewet;

 

besluit:

 

vast te stelen de  "Afvalstoffenverordening 2012 Gemeente Westland" onder gelijktijdige intrekking van de vigerende "Afvalstoffenverordening 2005 Gemeente Westland" inclusief wijzigingen

§ 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan dan wel mede verstaan:

  • a.

    wet: Wet milieubeheer, Stb.1992, 551, zoals sindsdien gewijzigd;

  • b.

    inzamelen: de activiteiten gericht op het ophalen of innemen van afvalstoffen die binnen de gemeente ter inzameling worden aangeboden en het feitelijk ophalen en innemen daarvan;

  • c.

    ter inzameling aanbieden: de wijze van overdragen van afvalstoffen aan een inzamelende persoon of instantie, inclusief het achterlaten van afvalstoffen in daartoe door of vanwege de inzamelende persoon of instantie geplaatste inzamelmiddelen of -voorzieningen of op een daartoe aangewezen plaats;

  • d.

    inzamelmiddel: een voor de inzameling van afvalstoffen bestemd hulp- of bewaarmiddel, bijvoorbeeld een huisvuilzak, minicontainer, afvalemmer, kca-box of big bag, ten behoeve van één huishouden;

  • e.

    inzamelvoorziening: een voor de inzameling van afvalstoffen bestemd(e) bewaarmiddel of -plaats, bijvoorbeeld een verzamelcontainer, wijkcontainer ten behoeve van meerdere huishoudens alsmede een gemeentelijk brengdepot;

  • f.

    gemeentelijk afvalbrengdepot: een bemenste voorziening op lokaal niveau waar meerdere afvalcategorieën kunnen worden gebracht;

  • g.

    inzameldienst: de krachtens artikel 2, eerste lid, aangewezen inzameldienst, belast met de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen;

  • h.

    andere inzamelaars: de krachtens artikel 2, lid 2, aangewezen personen en instanties, belast met het afzonderlijk inzamelen van categorieën huishoudelijke afvalstoffen;

  • i.

    gebruiker(s) van een perceel: degene die in de gemeente feitelijk gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge artikel 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt;

  • j.

    perceel: ieder gebouw of een gedeelte van een gebouw binnen de gemeente Westland gelegen, bestemd tot zelfstandige bewoning waarvan ingevolge artikel 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt;

  • k.

    straatafval: huishoudelijke afvalstoffen van zeer beperkte omvang en gewicht, zoals proppen, papier, sigarettenpeuken, kauwgom, plastic bekertjes en blikjes, verpakkings-materiaal, etenswaren, niet zijnde klein chemisch afval, ontstaan buiten een perceel;

  • l.

    gemengd huisvuil: huishoudelijk afval bestaande uit zowel groente- fruit- en tuinafval als huishoudelijk restafval;

  • m.

    wegen: alle voor het openbaar verkeer openstaande wegen of paden met inbegrip van de daarin liggende bruggen en duikers en de tot die wegen behorende paden en bermen of zijkanten als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b van de Wegenverkeerswet 1994;

  • n.

    motorrijtuigen: alle voertuigen, als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder c van de Wegenverkeerswet 1994;

  • o.

    college: college van burgemeester en wethouders van Westland.

§ 2 Inzameling van huishoudelijke afvalstoffen

Artikel 2 Aanwijzing inzameldienst en andere inzamelaars

  • 1. Het college wijst de inzameldienst(en) aan die is/zijn belast met de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen.

  • 2. Naast de aanwijzing van een inzameldienst kan het college andere inzamelaars aanwijzen die zijn belast zijn met het afzonderlijk inzamelen van categorieën huishoudelijke afvalstoffen.

  • 3. Het college kan aan het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen voorschriften en beperkingen verbinden in het belang van de bescherming van het milieu.

  • 4. Paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is niet van toepassing op de volgende artikelen in de verordening: artikel 2, 20 en 26.

Artikel 3 Afzonderlijke inzameling

  • 1. Door de inzameldienst of andere inzamelaars worden de volgende categorieën huis-houdelijke afvalstoffen afzonderlijk ingezameld:

    • a.

      groente-, fruit- en tuinafval;

    • b.

      klein chemisch afval;

    • c.

      glas;

    • d.

      oud papier en karton;

    • e.

      kunststofverpakkingen;

    • f.

      textiel;

    • g.

      electrische en electronische apparatuur;

    • h.

      bouw- en sloopafval;

    • i.

      (verduurzaamd)hout;

    • j.

      grof tuinafval;

    • k.

      asbest en asbesthoudend afval;

    • l.

      grof huishoudelijk restafval;

    • m.

      huishoudelijk restafval;

    • n.

      frituurvet;

    • o.

      metalen;

    • p.

      autobanden.

  • 2. Het college kan een omschrijving vaststellen van de categorieën huishoudelijke afvalstoffen als bedoeld in het eerste lid.

  • 3. Het college is bevoegd om van de bepalingen in deze verordening af te wijken teneinde experimenten mogelijk te maken ter versterking van het afvalbeleid waaronder de bevordering en het scheiden aan de bron alsmede het hergebruik van afvalstoffen.

Artikel 4 Inzamelmiddelen en -voorzieningen

  • 1. De inzameling vindt plaats via:

    • a.

      een inzamelmiddel voor de gebruiker(s) van een perceel;

    • b.

      een inzamelvoorziening voor de gebruikers van een aantal percelen;

    • c.

      een inzamelvoorziening op wijkniveau;

    • d.

      een gemeentelijk afvalbrengdepot;

    • e.

      een door gemeente aangewezen ophaaldienst op afroep.

  • 2. Het college kan aanwijzen via welk al dan niet van gemeentewege verstrekt inzamelmiddel of via welke inzamelvoorziening de inzameling van een bepaalde categorie huishoudelijke afvalstoffen ten behoeve van de gebruiker van een perceel plaatsvindt.

Artikel 5 Frequentie van inzamelen

  • 1. Huishoudelijk restafval van elk perceel wordt tenminste één maal per twee weken ingezameld.

  • 2. In afwijking van het eerste lid wordt huishoudelijk restafval dat door middel van verzamelcontainers wordt verzameld, eenmaal per week nabij de percelen ingezameld.

  • 3. Groente-, fruit- en tuinafval van elk perceel wordt tenminste één maal per twee weken ingezameld.

  • 4. In afwijking van het derde lid wordt groente-, fruit- en tuinafval dat door middel van verzamelcontainers wordt verzameld, één maal per week nabij de percelen ingezameld.

  • 5. Oud papier van huishoudens, voorzien van een blauwe inzamelcontainer of grijze inzamelcontainer met blauw deksel of een verzamelcontainer, wordt tenminste één maal per maand ingezameld.

  • 6. Het college kan de frequentie van inzameling vaststellen van de overige categorieën huishoudelijke afvalstoffen die afzonderlijk in aangewezen delen van de gemeente bij elk perceel worden ingezameld.

Artikel 6 Inzamelverbod huishoudelijke afvalstoffen behoudens aanwijzing

  • 1. Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen in te zamelen.

  • 2. Het verbod geldt niet voor de inzameldienst of andere inzamelaars.

  • 3. Het verbod geldt niet voor personen of instanties die in het kader van producenten-verantwoordelijkheid bij algemene maatregel van bestuur of ministeriële regeling een inzamelplicht hebben gekregen voor categorieën van huishoudelijke afvalstoffen.

§ 3 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen

Artikel 7 Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen aan anderen

Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden aan een ander dan de inzameldienst, andere inzamelaars of de personen of instanties die in het kader van producenten-verantwoordelijkheid bij algemene maatregel van bestuur of ministeriële regeling een inzamel-plicht hebben voor categorieën van huishoudelijke afvalstoffen.

Artikel 8 Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen door anderen dan de gebruikers van percelen

Het is aan anderen dan gebruikers van percelen in de gemeente verboden huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden of achter te laten.

Artikel 9 Afzonderlijk ter inzameling aanbieden

  • 1. Het is verboden om de categorieën huishoudelijke afvalstoffen zoals bepaald in artikel 3, eerste lid, anders dan afzonderlijk ter inzameling aan te bieden.

  • 2. Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen aan te bieden aan anderen dan krachtens artikel 2 aangewezen inzameldienst(en) en andere inzamelaars.

  • 3. Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet voor de bij nadere regels aan te wijzen categorieën van personen.

  • 4. Het in het tweede lid gestelde verbod geldt niet voor het aanbieden van categorieën huishoudelijke afvalstoffen aan personen of instanties die in het kader van producenten-verantwoordelijkheid bij algemene maatregel van bestuur of ministeriële regeling een inzamelplicht hebben gekregen voor die categorieën huishoudelijke afvalstoffen.

Artikel 10 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelmiddel of inzamelvoorziening voor de gebruiker(s) van een perceel

  • 1. Het is de gebruiker(s) van een perceel voor wie krachtens artikel 4, tweede lid, voor een bepaalde categorie huishoudelijke afvalstoffen een inzamelmiddel of inzamelvoorziening is aangewezen of van gemeentewege is verstrekt, verboden de huishoudelijke afvalstoffen anders aan te bieden dan via het daartoe aangewezen of verstrekte inzamelmiddel of de betreffende inzamelvoorziening of een inzamelmiddel op een afvalbrengdepot.

  • 2. Het is voor de gebruiker(s) van een perceel verboden andere categorieën huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelmiddel of een inzamelvoorziening aan te bieden, dan de categorie waarvoor dit inzamelmiddel of de inzamelvoorziening krachtens artikel 4, tweede lid, is bestemd.

  • 3. Het college kan regels stellen omtrent de plaats en de wijze waarop huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelmiddel ter inzameling moeten worden aangeboden.

  • 4. Het college kan regels stellen met betrekking tot het maximale gewicht van de afvalstoffen per inzamelmiddel en het maximale aantal inzamelmiddelen dat per keer kan worden aangeboden.

  • 5. Indien van gemeentewege een inzamelmiddel aan de gebruiker van een perceel is verstrekt, kan het college regels stellen omtrent de voorwaarden waaronder het inzamelmiddel is verstrekt, het gebruik en het reinigen daarvan.

  • 6. Behoudens op de inzameldag moeten de door of namens de gemeente verstrekte inzamel-middelen, behorend bij de woning, op eigen terrein worden geplaatst en gehouden;

  • 7. Indien een inzamelmiddel niet van gemeentewege is verstrekt, kan het college eisen stellen aan het te gebruiken inzamelmiddel of de inzamelvoorziening.

  • 8. Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere wijze ter inzameling aan te bieden dan krachtens dit artikel is bepaald.

  • 9. Het is verboden voor anderen dan de gebruiker(s) van een perceel ten behoeve van wie krachtens artikel 4, tweede lid, een inzamelmiddel is verstrekt of een inzamelvoorziening aangewezen, hun afvalstoffen ter inzameling aan te bieden via dit inzamelmiddel.

Artikel 11 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een gemeentelijk afvalbrengdepot

  • 1. Het is verboden andere categorieën huishoudelijke afvalstoffen via een gemeentelijk afvalbrengdepot aan te bieden dan de categorieën waarvoor het afvalbrengdepot krachtens artikel 4, tweede lid, is bestemd.

  • 2. Het college kan regels stellen omtrent de wijze waarop huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling kunnen worden aangeboden bij een afvalbrengdepot op lokaal of regionaal niveau.

  • 3. Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere wijze via een gemeentelijk afvalbrengdepot ter inzameling aan te bieden dan krachtens het tweede lid is bepaald.

  • 4. Het verbod in artikel 10, achtste lid, artikel 11, vierde lid en artikel 12, derde lid, geldt niet voor het aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een afvalbrengdepot op gemeentelijk niveau overeenkomstig dit artikel.

Artikel 12 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen zonder inzamelmiddel

  • 1. Het college kan categorieën huishoudelijke afvalstoffen aanwijzen die zonder inzamel-middel als bedoeld in artikel 9 van deze verordening ter inzameling kunnen worden aangeboden.

  • 2. Het college kan regels stellen over de wijze waarop deze categorieën huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling moeten worden aangeboden.

  • 3. Het college kan regels stellen over het maximale gewicht, de afmetingen en het volume waarop deze categorieën huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling moeten worden aangeboden.

  • 4. Het is verboden deze categorieën huishoudelijke afvalstoffen op andere wijze ter inzameling aan te bieden dan krachtens dit artikel is bepaald.

Artikel 13 Dagen en tijden voor het ter inzameling aanbieden

  • 1. Het college stelt de dagen en tijden vast waarop categorieën huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling kunnen worden aangeboden.

  • 2. Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere dagen en tijden ter inzameling aan te bieden dan krachtens het eerste lid is bepaald.

Artikel 14 Het stellen van nadere regels rond inzameling en ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen

In afwijking van hetgeen in paragraaf 2 en 3 is bepaald, kan het college nadere regels stellen omtrent het in bijzondere gevallen inzamelen en ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen aan de inzameldienst(en) of andere door het college aangewezen inzamelaars.

§ 4 Inzameling van bedrijfsafvalstoffen

Artikel 15 Inzameling bedrijfsafvalstoffen door de inzameldienst

Het college kan categorieën bedrijfsafvalstoffen aanwijzen die door de inzameldienst worden ingezameld.

Artikel 16 Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan de inzameldienst

  • 1. Het is verboden bedrijfsafvalstoffen aan te bieden aan de inzameldienst.

  • 2. Het verbod geldt niet voor een krachtens artikel 15 aangewezen categorieën bedrijfs-afvalstoffen (KCA bestaande uit door inwoners van de gemeente ingeleverde oude medicijnen, spuiten en naalden bij apotheken) voor zover degene die gebruik maakt van de inzameling door de inzameldienst.

  • 3. Het college kan regels stellen omtrent de dagen, tijden, wijzen en plaatsen waarop de krachtens artikel 15 aangewezen bedrijfsafvalstoffen aan de inzameldienst ter inzameling kunnen worden aangeboden.

  • 4. Het is verboden de krachtens artikel 15 aangewezen bedrijfsafvalstoffen ter inzameling aan te bieden in strijd met deze regels.

Artikel 17 Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan een ander dan de inzameldienst

  • 1. Het college kan regels stellen voor het ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan een ander dan de inzameldienst.

  • 2. Het is verboden bedrijfsafvalstoffen ter inzameling aan te bieden in strijd met deze regels.

§ 5 Zwerfafval

Artikel 18 Voorkomen van diffuse milieuverontreiniging

  • 1. Het is verboden buiten een daarvoor door het college bestemde plaats en buiten een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer een afvalstof, stof of voorwerp op of in de bodem te brengen, te storten, te houden, achter te laten of anderszins te plaatsen op een wijze die aanleiding kan geven tot hinder of nadelige beïnvloeding van het milieu.

  • 2. Het college kan voor het verbod ontheffing verlenen. Aan de verleende ontheffing kunnen voorschriften en beperkingen worden verbonden ter bescherming van het milieu.

  • 3. Het verbod is niet van toepassing op:

    • a.

      het overeenkomstig deze verordening ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen of bedrijfsafvalstoffen;

    • b.

      het thuis composteren van groente-, fruit- en tuinafval;

    • c.

      voor zover de (afval)stoffen tijdelijk op de weg geraken of worden gebracht als onvermijdelijk gevolg van het laden, lossen of vervoeren van afvalstoffen dan wel het verrichten van andere werkzaamheden op of aan de weg.

  • 4. Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet voorzover de Wet Bodembescherming of het Besluit Bodemkwaliteit voorziet in de beoogde bescherming van het milieu.

Artikel 19 Achterlaten van straatafval

  • 1. Het is verboden straatafval in de openbare ruimte achter te laten zonder gebruik te maken van de van gemeentewege of anderszins geplaatste of voorgeschreven afvalbakken, manden of soortgelijke voorwerpen.

  • 2. Het is verboden om andere afvalstoffen dan straatafval achter te laten in daartoe van gemeentewege of anderszins geplaatste of voorgeschreven afvalbakken, manden of soortgelijke voorwerpen.

Artikel 20 Voorkomen van zwerfafval bij ter inzameling gereed staande afvalstoffen

  • 1. Het is verboden voor anderen dan de inzameldienst, andere aangewezen inzamelaars of personen die met toezicht zijn belast op grond van artikel 28 van deze Verordening, afvalstoffen of inzamelmiddelen die ter inzameling gereed staan te doorzoeken, te verspreiden of me te nemen.

  • 2. Het is verboden tegen afvalstoffen of inzamelmiddelen, die ter inzameling gereed staan, te stoten, te schoppen, deze omver te werpen of deze anderszins te behandelen waardoor er zwerfafval ontstaat.

Artikel 21 Afvalbakken in inrichtingen voor het verbruiken van eet- en drinkwaren

De houder of beheerder van een inrichting waar eet- of drinkwaren worden verkocht die ter plaatse kunnen worden genuttigd, is verplicht:

  • a.

    een afvalbak, -mand of soortgelijk voorwerp in of nabij de inrichting op een duidelijk zichtbare plaats aanwezig te hebben, waarin het publiek afval kan achterlaten;

  • b.

    zorg te dragen dat deze afvalbak, -mand of soortgelijk voorwerp van een zodanige constructie is dat het afval daarin deugdelijk geborgen blijft en dat die afvalbak, -mand of voorwerp steeds tijdig wordt geledigd;

  • c.

    zorg te dragen dat dagelijks, uiterlijk een uur na sluiting van de inrichting, doch in ieder geval terstond op eerste aanzegging van een ambtenaar, belast met het toezicht op de naleving van dit artikel, in de nabijheid van de inrichting achtergebleven afval, voorzover kennelijk uit of van die inrichting afkomstig, wordt opgeruimd.

Artikel 22 Wegwerpen van reclamebiljetten of ander promotiemateriaal

Degene die in de openbare ruimte reclamebiljetten of dergelijke of ander promotiemateriaal onder het publiek verspreidt, is verplicht deze of de verpakking daarvan terstond op te ruimen of te laten opruimen, indien deze in de omgeving van de plaats van uitreiking op de weg of een andere voor het publiek toegankelijke plaats door het publiek worden weggeworpen.

Artikel 23 Zwerfafval bij vervoeren, laden en lossen of overige werkzaamheden

  • 1. Het is verboden afvalstoffen, stoffen of voorwerpen zodanig te laden, te lossen of te vervoeren of andere werkzaamheden te verrichten dat de weg wordt verontreinigd of het milieu nadelig kan worden beïnvloed.

  • 2. Indien bij het laden of lossen of vervoeren van afvalstoffen, stoffen of voorwerpen deze weg wordt verontreinigd of het milieu nadelig wordt beïnvloed, is degene die genoemde werkzaamheden verricht alsmede diens opdrachtgever verplicht deze weg te reinigen of te laten reinigen:

    • a.

      direct na het ontstaan van de verontreiniging, indien de verontreiniging gevaar voor de veiligheid van het verkeer of beschadiging van het wegdek oplevert;

    • b.

      direct na beëindiging van de werkzaamheden, indien de verontreiniging geen gevaar voor de veiligheid van het verkeer of beschadiging van het wegdek oplevert;

    • c.

      indien de werkzaamheden langer dan een dag duren, elke dag direct na beëindiging van de werkzaamheden.

§ 6 Overige onderwerpen die de verordening aangaan

Artikel 24 Verbod opslag van afvalstoffen

  • 1. Het is verboden afvalstoffen op voor het publiek zichtbare plaats in de open lucht en buiten een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer op te slaan of opgeslagen te hebben.

  • 2. Het college kan ontheffing verlenen van het in het eerste lid gestelde verbod. Aan de verleende ontheffing kunnen voorschriften en beperkingen worden verbonden ter bescherming van het milieu.

  • 3. Het verbod is niet van toepassing op het overdragen of ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen aan de inzameldienst, andere inzamelaars of de personen of instanties die in het kader van de producentenverantwoordelijkheid bij algemene maatregel van bestuur of ministeriële regeling een inzamelplicht hebben voor de categorieën van huishoudelijke afvalstoffen.

Artikel 25 Afgifte autowrakken afkomstig uit een huishouden

Het is de eigenaar of kentekenhouder verboden zich te ontdoen van een autowrak, dat afkomstig is van een huishouden, anders dan door afgifte aan inrichtingen, genoemd in artikel 6 van het Besluit Beheer Autowrakken.

Artikel 26 Verwerking huishoudelijk GFT- en restafval

Het college kan een alleenrecht verlenen als bedoeld in artikel 17 Besluit aanbestedingsregels voor overheidsopdrachten voor de verwerking van al het door of vanwege de gemeente ingezamelde huishoudelijk GFT- en restafval.

§ 7 Slotbepalingen

Artikel 27 Strafbepaling

Een gedraging in strijd met de volgende artikelen is een strafbaar feit in de zin van artikel 1a, onder 3, Wet op de economische delicten:

Artikel 6

Inzamelverbod huishoudelijke afvalstoffen behoudens aanwijzing;

Artikel 7

Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen aan anderen;

Artikel 8

Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen door anderen dan gebruikers van percelen;

Artikel 9

Afzonderlijk ter inzameling aanbieden;

Artikel 10

Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelmiddel of inzamelvoorziening voor de gebruiker(s) van een perceel;

Artikel 11

Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een gemeentelijk afvalbrengdepot;

Artikel 12

Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen zonder inzamelmiddel;

Artikel 13

Dagen en tijden voor het ter inzameling aanbieden;

Artikel 16

Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan de inzameldienst;

Artikel 17

Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan een ander dan de inzameldienst;

Artikel 18

Voorkomen van diffuse milieuverontreiniging;

Artikel 19

Achterlaten van straatafval;

Artikel 20

Voorkomen van zwerfafval bij ter inzameling gereed staande afvalstoffen;

Artikel 21

Afvalbakken in inrichtingen voor het verbruiken van eet- en drinkwaren;

Artikel 22

Wegwerpen van reclamebiljetten of ander promotiemateriaal;

Artikel 23

Zwerfafval bij vervoeren, laden en lossen of overige werkzaamheden;

Artikel 24

Verbod opslag van afvalstoffen;

Artikel 25

Afgifte autowrakken afkomstig uit een huishouden.

Artikel 28 Toezichthouders

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de krachtens artikel 5.10, derde lid van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht aangewezen ambtenaren.

Artikel 29 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na de datum van bekendmaking.

  • 2. De "Afvalstoffenverordening 2005 gemeente Westland" en sindsdien bij raadsbesluit gewijzigd, wordt ingetrokken.

Artikel 30 Overgangsbepaling

  • 1. Vergunningen - hoe ook genaamd - verleend krachtens de verordening bedoeld in artikel 29, tweede lid, blijven - indien en voorzover het gebod of het verbod waarop de vergunning betrekking heeft, ook vervat is in deze verordening en voorzover zij niet eerder zijn vervallen of ingetrokken - nog gedurende twee jaar na de inwerkingtreding van deze verordening van kracht en worden beschouwd als een aanwijzing bedoeld in artikel 2 van deze verordening.

  • 2. Ontheffingen verleend krachtens de verordening bedoeld in artikel 29, tweede lid, blijven - indien en voor zover de bepalingen ingevolge welke deze voorschriften en beperkingen zijn opgelegd, ook zijn vervat in deze verordening en voor zover zij niet eerder zijn vervallen of ingetrokken - nog gedurende twee jaar na de inwerkingtreding van deze verordening van kracht en worden beschouwd als een ontheffing als bedoeld in deze verordening.

  • 3. Voorschriften en beperkingen opgelegd krachtens de verordening bedoeld in artikel 29, tweede lid, blijven - indien en voor zover de bepalingen ingevolge welke deze voorschriften en beperkingen zijn opgelegd, ook zijn vervat in deze verordening en voor zover zij niet eerder zijn vervallen of ingetrokken - nog gedurende twee jaar na de inwerkingtreding van deze verordening van kracht.

  • 4. Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om een vergunning of ontheffing op grond van de verordening bedoeld in artikel 29, tweede lid, is ingediend en voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening nog niet op die aanvraag is beslist, wordt deze aanvraag beschouwd als een aanvraag tot aanwijzing als bedoeld in artikel 2 van deze verordening.

  • 5. Op een aanhangig beroep of bezwaarschrift, betreffende een vergunning of ontheffing bedoeld in het eerste lid, dan wel voorschrift of beperking bedoeld in het tweede lid dat voor of na het tijdstip bedoeld in artikel 29, eerste lid, is ingekomen binnen de voordien geldende beroepstermijn, wordt beslist met toepassing van de verordening bedoeld in artikel 29, tweede lid.

  • 6. De intrekking van de verordening bedoeld in artikel 29, tweede lid, heeft geen gevolgen voor de geldigheid van op basis van die verordening genomen nadere regels en aanwijzingsbesluiten, indien en voorzover de rechtsgrond waarop de aanwijzingsbesluiten zijn gebaseerd ook vervat is in deze verordening en voor zover zij niet eerder zijn vervallen of ingetrokken.

Artikel 31 Citeerbepaling

Deze verordening wordt aangehaald als: "Afvalstoffenverordening 2012 gemeente Westland".

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Westland op 20 december 2011,
De griffier, De voorzitter,
N.Broekema J. van der Tak