Regeling vervallen per 01-01-2014

Beleidsregels betreffende de heffing en de invordering van honden- en toeristenbelasting Westland 2012

Geldend van 01-01-2014 t/m 31-12-2013

Intitulé

Beleidsregels betreffende de heffing en de invordering van honden- en toeristenbelasting Westland 2012

Burgemeester en wethouders van Westland;

Gelet op de artikelen 6, derde lid, 13, eerste lid en 14, eerste lid, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, artikel 231, tweede lid, onderdeel a, en derde lid, van de Gemeentewet en de bepalingen van de betreffende belastingverordeningen;

besluit:

vast te stellen

BELEIDSREGELS BETREFFENDE DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN HONDEN- EN TOERISTENBELASTING 2012

Artikel 1 Reikwijdte van de regeling

De in deze regeling opgenomen beleidsregels gelden bij de heffing en de invordering van de gemeentelijke belastingen op grond van de onderscheidene belastingverordeningen voorzover deze regels in artikel 5 van deze regeling van toepassing zijn verklaard voor de betreffende gemeentelijke belasting.

Artikel 2 Aangifte

  • 1. De belastingplichtige die niet binnen zes maanden na afloop van het belastingjaar of kalenderjaar is uitgenodigd tot het doen van aangifte of aan wie niet binnen zes maanden na afloop van het belastingjaar of kalenderjaar een aanslag is opgelegd, is gehouden binnen een maand na afloop van die zes maanden bij de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar een schriftelijk verzoek in te dienen om te worden uitgenodigd tot het doen van aangifte.

  • 2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar ontstaat dan wel het aantal honden dat door de belastingplichtige wordt gehouden wijziging ondergaat, moet de belastingplichtige binnen veertien dagen na het tijdstip waarop de belastingplicht is ontstaan of de wijziging van het aantal honden heeft plaatsgevonden, bij de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar schriftelijk verzoeken om te worden uitgenodigd tot het doen van aangifte.

Artikel 3 Voorlopige aanslag

Na de aanvang van het belastingjaar of het kalenderjaar kan aan de belastingplichtige een voorlopige aanslag worden opgelegd of kan van de belastingplichtige een voorlopig bedrag worden gevorderd tot ten hoogste het bedrag waarop de aanslag of het gevorderde bedrag over dat jaar vermoedelijk zal worden vastgesteld.

Artikel 4 Ontheffing hondenbelasting

De ingangsdatum voor de ontheffing wordt vastgesteld op:

  • 1.

    de datum van overlijden van de hond indien er een euthanasieverklaring wordt afgegeven binnen zes weken na de eerste aanslag hondenbelasting volgend op het overlijden van de hond;

  • 2.

    de datum van bekendmaking van het overlijden van de hond, indien geen euthanasieverklaring aanwezig is;

  • 3.

    de datum van beëindiging van de belastingplicht indien hiervan een bewijs wordt afgegeven binnen zes weken na de eerste aanslag hondenbelasting volgend op het einde van de belastingplicht. Als bewijs geldt een door beide partijen getekende afstandsverklaring.

  • 4.

    de datum van bekendmaking van de wijziging in het houden van het aantal honden.

Artikel 5 Aanwijzing belastingen

Deze beleidsregels hebben betrekking op:

  • 1.

    de hondenbelasting;

  • 2.

    de toeristenbelasting.

Artikel 6 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. Deze beleidsregels treden in werking met ingang van de tweede dag na die van de bekendmaking en worden toegepast met ingang van 1 januari 2012.

  • 2. Deze beleidsregels worden aangehaald als ‘Beleidsregels betreffende de heffing en de invordering van honden- en toeristenbelasting Westland 2012’.

  • 3. De regeling op de heffing en invordering van toeristenbelasting 2008, vastgesteld op 8 april 2008, wordt gelijktijdig ingetrokken.

Ondertekening

Westland, 20 december 2011
Burgemeester en wethouders voornoemd,
De secretaris, de burgemeester
M.van Beek