Regeling vervallen per 01-01-2013

Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2011

Geldend van 23-12-2011 t/m 31-12-2012

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2011

Registratienummer: 2011-000720/r/F

De raad van de gemeente Weststellingwerf;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders;

b e s l u i t

vast te stellen de “Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2011”.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    begraafplaats: de begraafplaats Wolvega, Steenwijkerweg te Wolvega;

  • b.

    particulier graf: een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot: - het doen begraven en begraven houden van lijken; - het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen; - het doen verstrooien van as;

  • c.

    kindergraf: een particulier graf met een maximale afmeting van 1.50 x 0.80 meter waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon voor bepaalde of onbepaalde tijd het uitsluitend recht is verleend tot het doen begraven en begraven houden van een lijk van een kind beneden de leeftijd van twaalf jaar;

  • d.

    algemeen graf: een graf bij de gemeente in beheer waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken;

  • e.

    particulier urnengraf: een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor voor bepaalde of onbepaalde tijd het uitsluitend recht is verleend tot: - het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen; - het doen verstrooien van as;

  • f.

    algemeen urnengraf: een graf bij de gemeente in beheer waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen bijzetten van asbussen met of zonder urnen;

  • g.

    urnennis: een nis, waarvoor voor bepaalde of onbepaalde tijd het recht is verkregen tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen of urnen;

  • h.

    asbus: een bus ter berging van as van een overledene;

  • i.

    urn: een voorwerp ter berging van één of meer asbussen;

  • j.

    verstrooiingsplaats: een permanent daartoe bestemd terrein waarop as wordt verstrooid, dan wel een plaats waarvoor voor bepaalde of onbepaalde tijd het recht is verleend om as te doen verstrooien.

Artikel 2 Belastbaar feit

Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door of vanwege de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 4 Vrijstellingen

De belasting wordt niet geheven voor:

  • a.

    het lichten van lijken of asbus op rechterlijk gezag;

  • b.

    het begraven van doodgeboren kinderen of van zuigelingen die met de overleden moeder in een kist worden begraven.

Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1. De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Belastingjaar

  • 1. Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

  • 2. Met betrekking tot de rechten genoemd in onderdeel 6.2 van de tarieventabel is het belastingtijdvak gelijk aan de periode waarvoor wordt afgekocht.

Artikel 7 Wijze van heffing

  • 1. De onderhoudsrechten, bedoeld in onderdeel 6.1 van de tarieventabel, worden geheven bij wege van aanslag.

  • 2. Andere rechten als die bedoeld in onderdeel 6.1 van de tarieventabel worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang voor de jaarlijks verschuldigde rechten

De onderhoudsrechten, als bedoeld in onderdeel 6.1 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten

Andere rechten als die bedoeld in onderdeel 6.1 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van bezittingen, werken of inrichtingen.

Artikel 10 Termijnen van betaling

In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in één termijn, binnen een maand na de dagtekening van het aanslagbiljet of de schriftelijke kennisgeving.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de rechten.

Artikel 12 Kwijtschelding van belasting

Bij de invordering en heffing van lijkbezorgingsrechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 13 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De “Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2010” van 6 december 2010, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de tweede dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening lijkbezorgingsrechten 2011”.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 12 december 2011,

de griffier, de voorzitter,

Registratienummer: 2011-000720/r/G

De raad van de gemeente Weststellingwerf;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders;

b e s l u i t

vast te stellen de “Tarieventabel behorende bij de Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2011”.

Hoofdstuk 1. Aankoop van een graf

1.1

Aankoop van een enkel graf voor 20 jaar

400,00

1.2

Aankoop van een enkel graf voor 40 jaar

750,00

1.3

Aankoop van een dubbel graf voor 20 jaar

750,00

1.4

Aankoop van een dubbel graf voor 40 jaar

1.500,00

1.5

Voor de aankoop van een kindergraf voor kinderen tot 12 jaar geldt een gereduceerd tarief van 50 % van het onder 1.1 of 1.2 genoemde tarief.

Hoofdstuk 2. Begraafrecht

2.1

Begraafrecht per gebeurtenis, voor het begraven op maandag tot en met vrijdag tussen 10.00 uur en 15.00 uur.

550,00

2.2

Begraafrecht per gebeurtenis, voor het begraven op maandag tot en met vrijdag voor 10.00 uur en na 15.00 en op zaterdag en op algemeen erkende feestdagen

1.000,00

2.3

Leges voor een vergunning voor de plaatsing van een grafkelder

250,00

2.4

Leges voor de vergunning voor de plaatsing van een grafmonument op een graf

250,00

Hoofdstuk 3. Tarieven voor een urnengraf of een urnennis

3.1

Aankoop van een urnengraf voor 20 jaar

200,00

3.2

Aankoop van een urnengraf voor 40 jaar

400,00

3.3

Aankoop van een open of gesloten urnennis voor 20 jaar

200,00

3.4

Aankoop van een open of gesloten urnennis voor 40 jaar

400,00

3.5

Aankoop van een betonbakje (voor een urnengraf)

175,00

3.6

Aankoop van een sierurn (voor een open nis)

50,00

3.7

Aankoop van een afsluitdeksel van natuursteen (voor een gesloten nis)

150,00

3.8

Het afsluitdeksel kan indien gewenst door een steenhouwer op kosten van de opdrachtgever worden gegraveerd met de namen van de bijgezette personen.

n.v.t.

3.9

Plaatsingsrecht voor een urnengraf of een urnennis

175,00

3.10

Leges voor de vergunning voor de plaatsing van een grafmonument op een urnengraf

250,00

Hoofdstuk 4. Verplichte afkoop van onderhoudsrechten

4.1

Verplichte afkoop van het onderhoudsrecht (enkel graf, 20 jaar)

750,00

4.2

Verplichte afkoop van het onderhoudsrecht (enkel graf, 40 jaar)

1.000,00

4.3

Verplichte afkoop van het onderhoudsrecht (dubbel graf, 20 jaar)

1.500,00

4.4

Verplichte afkoop van het onderhoudsrecht (dubbel graf, 40 jaar)

2.000,00

4.5

Voor de verplichte afkoop van het onderhoudsrecht van een kindergraf voorkinderen tot 12 jaar geldt een gereduceerd tarief van 50 % van hetonder 4.1of 4.2 genoemde tarief.

4.6

Verplichte afkoop van het onderhoudsrecht voor urnengraven en(open/gesloten) urnennissen gedurende 20 jaar

350,00

4.7

Verplichte afkoop van het onderhoudsrecht voor urnengraven en (open/gesloten) urnennissen gedurende 40 jaar

500,00

Hoofdstuk 5. De kosten voor een verlenging na afloop van de overeengekomen termijn (inclusief de afkoop van het onderhoudsrecht)

5.1

Verlenging voor een periode van 10 jaar voor een enkel graf

750,00

5.2

Verlenging voor een periode van 10 jaar voor een dubbel graf

1.500,00

5.3

Verlenging voor een periode van 10 jaar voor een kindergraf

400,00

5.4

Verlenging voor een periode van 10 jaar voor een urnengraf

500,00

5.5

Verlenging voor een periode van 10 jaar voor een urnennis

500,00

5.6

Verlenging voor een periode van 20 jaar voor een enkel graf

1.500,00

5.7

Verlenging voor een periode van 20 jaar voor een dubbel graf

3.000,00

5.8

Verlenging voor een periode van 20 jaar voor een kindergraf

800,00

5.9

Verlenging voor een periode van 20 jaar voor een urnengraf

1.000,00

5.10

Verlenging voor een periode van 20 jaar voor een urnennis

1.000,00

Hoofdstuk 6. Jaarlijkse betalingen voor het onderhouden van vóór 1 januari 1994 uitgegeven grafruimten.

6.1

Voor het door of vanwege de gemeente onderhouden van voorwerpen en het door of vanwege de gemeente onderhouden van een grafruimte, wordt voor een voor 1 januari 1994 uitgegeven grafruimte een jaarlijks recht geheven van:

1.

voor een particulier graf

€ 

100,00

2,

voor een particulier urnengraf

€ 

50,00

3.

voor een particuliere urnennis

50,00

6.2

De rechten als bedoeld in 6.1 kunnen worden afgekocht door betaling van een som ineens. Het bedrag van de afkoopsom wordt verkregen door vermenigvuldiging van het jaarlijks verschuldigd bedrag met een factor, die bedraagt:

a.

voor een voor 1 januari 1994 voor 15 jaar uitgegeven grafruimte

9

b.

voor een voor 1 januari 1994 voor 20 jaar uitgegeven grafruimte

11

c.

voor een voor 1 januari 1994 voor 25 jaar uitgegeven grafruimte

12

d.

voor een voor 1 januari 1994 voor 40 jaar uitgegeven grafruimte

14

e.

voor een voor 1 januari 1994 voor onbepaalde tijd uitgegeven grafruimte

25

Hoofdstuk 7. Lichten, ruimen en verstrooien

7.1

Voor het lichten van een lijk wordt geheven

€ 

500,00

7.2

Voor het na lichting weer opnieuw begraven in hetzelfde graf wordt geheven

€ 

500,00

7.3

Voor het na lichting weer begraven in een ander graf wordt geheven

€ 

550,00

7.4

Voor het lichten van een asbus uit een particulier graf, een particuliere urnennis of een particulier urnengraf wordt geheven

€ 

200,00

7.5

Bij het weer terugplaatsen van de asbus wordt geheven

€ 

250,00

7.6

Voor het ruimen van een graf op verzoek van de belanghebbende wordt geheven

€ 

250,00

7.7

Voor het verstrooien van as op een verstrooiingsplaats wordt per asbus geheven

€ 

100,00

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 12 december 2011,

de griffier, de voorzitter,