Regeling vervallen per 01-01-2023

Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Westvoorne houdende regels omtrent minimaregelingen (Beleidsregels minimaregelingen Westvoorne 2018)

Geldend van 01-01-2018 t/m 31-12-2022

Intitulé

Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Westvoorne houdende regels omtrent minimaregelingen (Beleidsregels minimaregelingen Westvoorne 2018)

HOOFDSTUK 1 BEGRIPSBEPALINGEN

  • 1. In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

    aanvraag

    het verzoek van de belanghebbende aan het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Westvoorne, om op basis van het ingevulde en ondertekende aanvraagformulier een besluit te nemen op grond van de Participatiewet en de gemeentelijke beleidsregels hieromtrent ;

    belanghebbende

    iedere alleenstaande of het gezin die voldoet aan de voorwaarden van de wet;

     

     

    bijstandsnorm

    de bijstandsnorm zoals bedoeld in de artikelen 20 tot en met 24 van de Wet, inclusief de verlaging van de norm op grond van artikel 27 of 28 van de Wet.

     

     

    de Wet

    de Participatiewet;

    gemeente

    het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Westvoorne;

    Kindpakket

    minimaregeling voor kinderen en jeugdigen van 0 tot 18 jaar;

    Maatschappelijke participatie

    Minnelijk traject

    het bij voorkeur in vereniging of in groepsverband deelnemen aan sportieve en/of sociaal-culturele activiteiten;

    een schuldhulpverleningstraject opgezet volgens strikte en objectieve normen van de NVVK;

    Participatiepakket

    minimaregeling voor volwassenen vanaf 18 jaar;

    partner

    echtgenoot, geregistreerd partner of de ongehuwde die met een ander een gezamenlijk huishouden voert, bedoelt in artikel 3 eerste en tweede lid sub a van de Wet;

    vermogen

    het vermogen als bedoeld in artikel 34 van de Wet.

  • 2. De begripsbepalingen van de Wet en de overige in de Wet opgenomen en daaruit voortvloeiende bepalingen en de gemeentelijke beleidsregels omtrent de Participatiewet, zoals vaststelling draagkracht bijzondere bijstand, zijn van toepassing.

HOOFDSTUK 2 PROCEDURES

PARAGRAAF 2.1 ALGEMENE REGELS AANVRAAG EN BESLUIT

ARTIKEL 1 RECHTHEBBENDE

  • 1. De minimaregeling voor volwassenen: het Participatiepakket, staat open voor iedere belanghebbende met een inkomen van 110% van de toepasselijke bijstandsnorm of lager.

  • 2. De minimaregeling voor kinderen tot 18 jaar: het Kindpakket staat open voor ieder kind van de belanghebbende met een inkomen van 120% van de toepasselijke bijstandsnorm of lager.

  • 3. De belanghebbende in een minnelijke schuldsaneringsregeling of die is toegelaten tot de Wet schuldsanering natuurlijke personen (Wsnp) heeft ongeacht het inkomen aanspraak op het Kindpakket.

ARTIKEL 2 AANVRAAG

  • 1. De belanghebbende die een aanvraag doet dient meerderjarig te zijn. De bijzondere bijstand of een vergoeding uit het Kindpakket voor een minderjarig kind wordt aangevraagd door de ouder(s) of anderszins wettelijk vertegenwoordiger van de minderjarige belanghebbende.

  • 2. De belanghebbende gebruikt voor de aanvraag een door de gemeente beschikbaar gesteld aanvraagformulier.

ARTIKEL 3 (FINANCIËLE) GEGEVENS AANVRAAG

  • 1. Gegevens worden uitgevraagd conform de regels zoals de gemeente die heeft vastgesteld bij aanvragen om bijzondere bijstand.

  • 2. De situatie van de belanghebbende die bij de Kamer van Koophandel ingeschreven staat als zelfstandig ondernemer, wordt aanvullende op lid 1 beoordeeld aan de hand van de jaarwinst voor inkomstenbelasting van het voorafgaand boekjaar, tenzij door de gemeente aanleiding wordt gevonden om hiervan af te wijken.

ARTIKEL 4 INLICHTINGEN- , MEDEWERKINGSVERPLICHTING

  • 1. De gemeente mag op grond van de Wet:

    alle voor de beoordeling en verwerking van de aanvraag benodigde en toegankelijke gegevens over de belanghebbende en zijn (financiële) situatie verzamelen, beoordelen of de belanghebbende recht heeft op bijzondere bijstand, het recht op al toegekende bijzondere bijstand heronderzoeken de ten onrechte verstrekte bijzondere bijstand terugvorderen, onderzoek doen bij vermoeden van fraude met bijzondere bijstand, een beëindigingsonderzoek doen.

  • 2. De belanghebbende verstrekt aan de gemeente, tijdens de aanvraagperiode en op andere momenten, uit eigen beweging of als hierom wordt gevraagd, alle noodzakelijke (financiële) gegevens waar hij redelijkerwijs over kan beschikken.

  • 3. De belanghebbende overlegt aan de gemeente, tijdens de aanvraagperiode en op andere momenten, uit eigen beweging of als hierom wordt gevraagd, direct alle feiten en omstandigheden waarvan hem redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat deze van invloed kunnen zijn op het recht op bijzondere bijstand.

  • 4. De belanghebbende is verplicht als hierom wordt gevraagd, aan de gemeente medewerking te geven die redelijkerwijs nodig is voor de uitvoering van de Wet.

ARTIKEL 5 HET BESLUIT

Na de beoordeling van de aanvraag wordt door het college een schriftelijk besluit afgegeven, ook wel beschikking genoemd, aan de belanghebbende en - wanneer dat van toepassing is - diens partner.

HOOFDSTUK 3 VERSTREKKINGEN EN HOOGTEMINIMAREGELINGEN

ARTIKEL 6 MINIMAREGELINGEN

  • 1. Een minimaregeling is een doelverstrekking. De gemeente beoordeelt daarom aan de hand van de aanvraag of het kosten zijn die voor vergoeding vanuit een minimaregeling in aanmerking komen en of deze kosten voor een kind zijn van 0 tot 18 jaar of voor een volwassene.

  • 2. De bijstand wordt uitbetaald na overlegging van een betaalbewijs of bewijs van een betaalverplichting.

ARTIKEL 7 MINIMAREGELING VOOR KINDEREN EN JEUGDIGEN: KINDPAKKET

  • 1. Het Kindpakket heeft als doel om via een financiële ondersteuning, ouder(s) in staat te stellen om de kansen en mogelijkheden van hun kinderen te vergroten.

  • 2. Voor het Kindpakket komen alleen de volgende kosten in aanmerking voor een vergoeding:

    zwemlessen en abonnement zwembad;

    contributie sportverenigingen of fitnesscentrum en bijbehorende sportuitrusting;

    lesgeld muziekschool of dansschool, cursusgeld voor hobbyclub;

    lidmaatschap vereniging voor amateurkunst, toneelvereniging, koor, bibliotheek;

    bezoek dierentuin, attractiepark, bioscoop, theater;

    vakantiekamp;

    schoolactiviteiten en aan school gerelateerde kosten;

    computer en computer gerelateerde kosten;

    aanschaf en gebruik Rotterdampas.

ARTIKEL 8 MINIMAREGELING VOOR VOLWASSENEN: PARTICIPATIEPAKKET

  • 1. Het Participatiepakket heeft als doel om via een financiële ondersteuning, inwoners in staat te stellen om deel te nemen aan de samenleving.

  • 2. Voor het Participatiepakket komen alleen de volgende kosten in aanmerking voor een vergoeding:

    contributie sportvereniging of fitnesscentrum en bijbehorende sportuitrusting;

    zwemlessen en abonnement zwembad;

    lesgeld muziekschool of dansschool, contributie of cursusgeld voor een hobbyclub;

    lidmaatschap vereniging voor amateurkunst, toneelvereniging, koor, bibliotheek;

    bezoek theater, bioscoop, concert, museum, dierentuin, attractiepark;

    lidmaatschap bibliotheek;

    aanschaf en gebruik van de Rotterdampas.

ARTIKEL 9 HOOGTE VERSTREKKINGEN

  • 1. De hoogte van de verstrekking vanuit het Kindpakket bedraagt per jaar maximaal:

    € 200,00 voor een kind van 0 tot 4 jaar

    € 300,00 voor een kind van 4 tot 12 jaar,

    € 400,00 voor een kind van 12 tot 18 jaar.

  • 2. De hoogte van de verstrekking vanuit het Participatiepakket bedraagt maximaal € 100,00 per jaar voor een volwassene vanaf de leeftijd van 18 jaar.

  • 3. Een minimaregeling wordt individueel toegekend. Het is daarom niet mogelijk om toegekende bedragen voor verschillende leden van één gezin te bundelen en/of aan kosten voor een ander gezinslid te besteden.

ARTIKEL 10 REGELING PEUTERSPEELZAAL

  • 1. De regeling voorziet in de verstrekking van bijzondere bijstand voor de kosten van een peuterspeelzaal en is een extra onderdeel van het Kindpakket.

  • 2. De verstrekking is bedoeld voor kinderen vanaf 2,5 tot 4 jaar en bedraagt jaarlijks per schooljaar maximaal twee vaste gecombineerde dagdelen per week, gedurende de veertig schoolweken.

ARTIKEL 11REGELING FIETS

De regeling voorziet éénmalig in de vergoeding van maximaal € 200,-- voor een fiets voor kinderen die voortgezet onderwijs volgen en is een extra onderdeel van het Kindpakket.

ARTIKEL 12 REGELING ZWEMDIPLOMA A

De regeling, een extra onderdeel van het Kindpakket, voorziet in de verstrekking van bijzondere bijstand voor de kosten van het behalen van het zwemdiploma A voor kinderen die geen gebruik (hebben) kunnen maken van schoolzwemmen.

HOOFDSTUK 5 SLOTBEPALINGEN

ARTIKEL 13 OVERGANGSRECHT

De beleidsregels Minimaregeling 2018 worden per 1 januari 2018 direct van kracht voor diegenen die op 31 december 2017 recht hadden op bijzondere bijstand op grond van de Sport en Cultuurregeling, waarbij rekening wordt gehouden met de toegekende periode en de al gedeclareerde kosten.

ARTIKEL 14HARDHEIDSCLAUSULE

Het college kan, gelet op alle omstandigheden, afwijken van de bepalingen van deze beleidsregels ten gunste van de belanghebbende, als de toepassing hiervan leidt tot bijzonder onredelijke gevolgen of als zeer dringende redenen daartoe noodzaken.

ARTIKEL 14 CITEERTITEL

Deze beleidsregels worden aangehaald als Beleidsregels minimaregelingen Westvoorne 2018.

ARTIKEL 15 INWERKINGTREDING

  • 1. Deze beleidsregels treden in werking op 1 januari 2018.

  • 2. De Beleidsregels ten aanzien van de bijdrage Sport en Cultuur Westvoorne 2015 komen per 1 januari 2018 te vervallen.

Ondertekening

Aldus vastgesteld op 28 november 2017

Burgemeester en wethouders van Westvoorne

de secretaris,

R.G. Beek

de burgemeester,

P.E. de Jong