Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR602928
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR602928/1
Regeling vervallen per 31-12-2015
Verordening reinigingsheffingen 2015
Geldend van 01-01-2015 t/m 30-12-2015
Intitulé
Verordening reinigingsheffingen 2015GEMEENTE WIERDEN
Burgemeester en wethouders van Wierden maken (ter voorbereiding van het besluit van de raad van 9 december 2014) de tekst bekend van de Verordening reinigingsheffing 2015, zoals deze luidt op de datum van deze bekendmaking)
RAADSBESLUIT
Nr.: RAA-14-00820
Besluit van de gemeenteraad van Wierden over de vaststelling van de Verordening reinigingsheffing 2015.
De raad, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 29 september 2014;
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en de onderdelen a en b, van de Gemeentewet en
artikel 15.33 van de Wet milieubeheer;
b e s l u i t :
vast te stellen:
Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2015.
Hoofdstuk I Algemene bepalingen
Artikel 1 Inleidende bepaling
Krachtens deze verordening worden geheven:
- a.
een afvalstoffenheffing;
- b.
reinigingsrechten.
Artikel 2 Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder grof bedrijfsafval: afvalstoffen, met uitzondering van autowrakken, afkomstig van bedrijven en instellingen, welke door aard, omvang of hoeveelheid niet periodiek worden ingezameld.
Hoofdstuk II Afvalstoffenheffing
Artikel 3 Aard van de belasting en belastbaar feit
- 1.
Onder de naam 'afvalstoffenheffing' wordt een directe belasting geheven als bedoeld in artikel
- 15.
33 van de Wet milieubeheer (Stb. 1994, 80).
- 2.
De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel wordt
naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het gebruik van een perceel ten
aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting
tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
Artikel 4 Belastingplicht
1.De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente gebruik maakt van een perceel
ten aanzien waarvan ingevolge de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een
verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
- 2.
Voor de toepassing van het eerste lid wordt als gebruiker aangemerkt:
- a.
degene die naar de omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt
recht of persoonlijk recht gebruik maakt van het perceel;
- b.
ingeval een gedeelte van een perceel ten gebruike is afgestaan: degene die dat gedeelte ten
gebruike heeft afgestaan.
- a.
Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief
1.De belasting bedraagt per perceel per jaar € 70,20.
De belasting als bedoeld onder lid 1, wordt vermeerderd met:
- a.
€ 13,20 per emmer van 25 liter voor groente-, fruit- en tuinafval;b. € 51,60 per container van 140 liter voor groente-, fruit- en tuinafval;
- c.
€ 34,20 per container met een inhoud van 60 liter voor de overige huishoudelijke
afvalstoffen;
- d.
€ 80,40 per container met een inhoud van 140 liter voor de overige huishoudelijke
afvalstoffen;
- e.
€ 138,00 per container met een inhoud van 240 liter voor de overige huishoudelijke
afvalstoffen.
- 2.
Indien ten behoeve van meer dan één perceel gebruik dient te worden gemaakt van een
- 2.
zelfde container voor de aanbieding van groente- fruit en tuinafval dan wel de overige
huishoudelijke afvalstoffen dan wordt de onder 1. bedoelde belasting vermeerderd met
de belastingen genoemd onder a. en c.
Artikel 6 Belastingjaar
Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.
Artikel 7 Wijze van heffing
De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.
Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
1.De belasting is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van
de belastingplicht.
2.Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting verschuldigd
voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting. De aanvang van de
belastingplicht is de datum van inschrijving, waarbij de maand van inschrijving voor een volle
maand wordt gerekend.
3.Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing
voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting. De belastingplicht
eindigt op de datum van uitschrijving, waarbij de maand van uitschrijving niet in rekening wordt
gebracht.
4.Het tweede en het derde lid zijn niet van toepassing indien de belastingplichtige binnen de
gemeente verhuist en aldaar een ander perceel in gebruik neemt.
5.Belastingbedragen van minder dan € 5,- worden niet geheven.
Hoofdstuk III Reinigingsrechten
Artikel 9 Belastbaar feit
Onder de naam 'reinigingsrechten' worden rechten geheven zowel voor het genot van door het gemeentebestuur verstrekte diensten als voor het gebruik van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen, werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of in onderhoud zijn.
2.Het in het eerste lid bedoelde genot van diensten en het gebruik van bezittingen, werken
of inrichtingen bestaat uit:
-het periodiek verwijderen van bedrijfsafval van beperkte omvang of hoeveelheid;
Artikel 10 Belastingplicht
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
Artikel 11 Maatstaf van heffing en belastingtarief
Het bedraagt voor:
1.het periodiek verwijderen van bedrijfsafval, als bedoeld in artikel 9, onder 2 per
bedrijfspand;
a.basistarief € 70,20:
De belasting als bedoeld onder a. wordt vermeerderd met:
- b.
€ 13,20 per emmer van 25 liter voor groente- fruit en tuinafval;
- c.
€ 51,60 per container van 140 liter voor groente-, fruit- en tuinafval;
- d.
€ 34,20 per container met een inhoud van 60 liter voor het overige bedrijfsafval;
- e.
€ 80,40 per container met een inhoud van 140 liter voor het overige bedrijfsafval;
- f.
€ 138,00 per container met een inhoud van 240 liter voor het overige bedrijfsafval.
Artikel 12 Belastingjaar
Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.
Artikel 13 Wijze van heffing
1.De rechten bedoeld in artikel 11, onder 1, wordt geheven bij wege van aanslag;
Artikel 14 Ontstaan van de belastingschuld en de heffing naar tijdsgelang voor de jaarlijks verschuldigde rechten
1.Het recht als bedoeld in artikel 11, onder 1, is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo
dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.
2.Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting verschuldigd
voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting. De aanvang van de
belastingplicht is de datum van inschrijving, waarbij de maand van inschrijving voor een volle
maand wordt gerekend.
3.Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing
voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting. De belastingplicht
eindigt op de datum van uitschrijving, waarbij de maand van uitschrijving niet in rekening wordt
gebracht.
4.Het tweede en het derde lid zijn niet van toepassing indien de belastingplichtige binnen de
gemeente verhuist.
5.Belastingbedragen van minder dan € 5,- worden niet geheven.
Artikel 15 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten
De rechten bedoeld in artikel 11, zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.
Artikel 16 Termijnen van betaling
1.De belastingaanslagen als bedoeld in artikel 7 en artikel 13, onder 1, moeten worden betaald in
twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de
maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later.
In afwijking van het eerste volzin geldt, in geval het totaalbedrag van de op één
Aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het
bedrag daarvan minder is dan € 2.500,- en zolang de verschuldigde bedragen door
middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de
aanslagen moeten worden betaald in tien gelijke termijnen. De eerste vervalt één maand
na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen een maand
later. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden
gestelde termijnen.
2.Met betrekking tot een ingevolge artikel 2, tweede lid, onderdeel c, van de
Invorderingswet 1990 met een belastingaanslag gelijkgestelde beschikking inzake een
bestuurlijke boete is het in het eerste lid bepaalde van overeenkomstige toepassing.
Hoofdstuk IV Aanvullende bepalingen
Artikel 17 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de reinigingsheffingen.
Artikel 18 Inwerkingtreding en citeertitel
Inwerkingtreding en citeertitel.
1.De Verordening reinigingsheffingen 2014, vastgesteld bij raadsbesluit van 17 december 2013,
nummer 13-00684, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van
ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die
zich voor die datum hebben voorgedaan.
- 2.
Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.
- 3.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2015.
- 4.
Deze verordening wordt aangehaald als “Verordening reinigingsheffingen 2015”.
Ondertekening
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl