Regeling vervallen per 01-01-2017

Verordening cliëntenparticipatie Wsw

Geldend van 01-07-2008 t/m 31-12-2016

Intitulé

Verordening cliëntenparticipatie Wsw

Het Algemeen Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Werkvoorzieningsschap Nijmegen e.o.,

gelezen het voorstel van het Dagelijks Bestuur van van de Gemeenschappelijke Regeling Werkvoorzieningsschap Nijmegen e.o. <datum>,

gelet op het bepaalde in artikel 2, lid 3 van de Wet sociale werkvoorziening,

overwegende dat het Algemeen Bestuur bij verordening nadere regels dient vast te stellen met betrekking tot de cliëntenparticipatie Wsw,

besluitvast te stellen de volgende verordening:

VERORDENING CLIENTENPARTICIPATIE WET SOCIALE WERKVOORZIENING

Artikel 1 - Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Wsw: Wet sociale werkvoorziening

  • b.

    Wsw-gerechtigden : ingezetenen die geïndiceerd zijn, te weten:

    • 1.

      Beschikbare Wsw-gerechtigden op de wachtlijst;

    • 2.

      Wsw-gerechtigden als werknemer van een Wsw-bedrijf (inclusief de gedetacheerden);

    • 3.

      Wsw-gerechtigden als werknemer bij een reguliere werkgever;

  • c.

    Wsw-raad : de door het Algemeen Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling als zodanig erkende en namens de regiogemeenten Nijmegen, Beuningen, Druten, Groesbeek, Heumen, Millingen aan de Rijn, Ubbergen, West Maas en Waal en Wijchen actief zijnde cliëntenraad van Wsw-gerechtigden of hun vertegenwoordigers;

  • d.

    De wet: de Wet sociale werkvoorziening;

  • e.

    GR: Gemeenschappelijke Regeling Werkvoorzieningsschap Nijmegen e.o.;

  • f.

    Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven, hebben dezelfde betekenis als in de Wet sociale werkvoorziening.

Artikel 2 - Doelstelling

  • 1.

    Het bewerkstelligen dat Wsw-gerechtigden of hun vertegenwoordigers, via het instellen van een regionale Wsw-raad betrokken worden bij de voorbereiding, vaststelling, uitvoering en evaluatie van het regionale Wsw-beleid.

  • 2.

    De Wsw-raad wordt in de gelegenheid gesteld haar advies kenbaar te maken bij de totstandkoming of verbetering van het regionale Wsw-beleid, gericht op het bieden van optimale arbeidsmogelijkheden voor Wsw-gerechtigden.

Artikel 3 - Beleidsterreinen

De Wsw-raad wordt door het Dagelijks Bestuur van de GR om haar advies gevraagd bij de volgende beleidsterreinen:

  • -

    Persoons Gebonden Budget voor Begeleid Werken;

  • -

    Wachtlijstbeheer;

  • -

    Cliëntenparticipatie;

  • -

    De kwaliteit van de dienstverlening aan Wsw-gerechtigden van het SW-bedrijf en overige begeleidingsorganisaties.

Artikel 4 - Informatievoorziening, overleg en advies

  • 1.

    Tussen het Dagelijks Bestuur van de GR of een afgevaardigde hiervan en de Wsw-raad vindt minimaal vier keer per jaar overleg plaats ten einde het advies van de Wsw-raad te horen aangaande de beleidsterreinen genoemd in artikel 3.

  • 2.

    De Wsw-raad kan voor dit overleg onderwerpen ter bespreking aanmelden. Het Dagelijks Bestuur van de GR bepaalt in overleg met de Wsw-raad of het onderwerp op de agenda wordt geplaatst.

  • 3.

    Het Dagelijks Bestuur van de GR verstrekt de Wsw-raad uiterlijk twee weken vóór het overleg de benodigde informatie.

  • 4.

    De Wsw-raad is gerechtigd uit eigen beweging haar advies kenbaar te maken (volgens een in overleg vastgesteld model) aan het Dagelijks Bestuur van de GR.

  • 5.

    Indien de Wsw-raad uiterlijk 6 weken voor een definitief door het Algemeen Bestuur van de GR te nemen besluit haar advies kenbaar maakt, wordt dit advies door het Dagelijks Bestuur van de GR schriftelijk meegedeeld aan het Algemeen Bestuur van de GR.

  • 6.

    De voorzitter en secretaris van de Wsw-raad vertegenwoordigen de Wsw-raad en onderhouden het contact met het Dagelijks Bestuur van de GR.

  • 7.

    De samenwerking tussen het Dagelijks Bestuur van de GR en de Wsw-raad wordt iedere twee jaar geëvalueerd.

Artikel 5 - Samenstelling en omvang

  • 1.

    De Wsw-raad bestaat uit minimaal vijf en maximaal zeven leden en vormt zo veel mogelijk een evenredige afspiegeling van de doelgroep zoals vastgelegd in artikel 1 sub b.

  • 2.

    De leden van de Wsw-raad hebben affiniteit met de Wsw en eventuele deskundigheid verkregen door eigen ervaring met de Wsw.

  • 3.

    Het Dagelijks Bestuur van de Wsw-raad bestaat uit een onafhankelijke voorzitter, een vice-voorzitter en een secretaris.

  • 4.

    Extern deskundigen of vertegenwoordigers van groepen kunnen per onderwerp worden uitgenodigd in de Wsw-raad.

Artikel 6 - Benoeming en zittingsduur

  • 1.

    De leden van de Wsw-raad worden benoemd door het Dagelijks Bestuur van de GR.

  • 2.

    De Wsw-raad benoemt uit haar midden een vice-voorzitter en een secretaris.

  • 3.

    De te benoemen voorzitter van de Wsw-raad wordt aangezocht door een door het Dagelijks Bestuur van de GR samen te stellen selectiecommissie, die bestaat uit ten hoogste drie leden van de Wsw-raad.

  • 4.

    De leden van de Wsw-raad worden benoemd voor een periode van vier jaar en kunnen eenmaal voor eenzelfde periode herbenoemd worden.

  • 5.

    Het Dagelijks Bestuur van de GR kan een niet-functionerend lid van de Wsw-raad ontslaan uit zijn lidmaatschap op voordracht van tenminste tweederde deel van het aantal leden van de Wsw-raad.

Artikel 7 - Faciliteiten

  • 1.

    Het Algemeen Bestuur van de GR stelt aan de Wsw-raad zodanige middelen ter beschikking dat de Wsw-raad redelijkerwijs in staat kan worden geacht om in het kader van de uitvoering van deze verordening, de belangen te behartigen van de in de aangesloten regiogemeenten woonachtige Wsw-gerechtigden.

  • 2.

    De middelen als bedoeld in het eerste lid worden door het Algemeen Bestuur van de GR jaarlijks toegekend op basis van een door de Wsw-raad ingediende begroting.

  • 3.

    In deze begroting kunnen in ieder geval de volgende kostensoorten worden opgevoerd:

    • a.

      vacatiegelden per vergadering voor de leden van de Wsw-raad (volgens de verordening Geldelijke voorzieningen commissieleden van de gemeente Nijmegen);

    • b.

      vergoeding voor deskundigheidsbevordering;

    • c.

      aanschaf van documentatie, literatuur en vaktijdschriften;

    • d.

      faciliteiten voor kantoorkosten en correspondentie;

    • e.

      reiskosten.

  • 4.

    De Wsw-raad voert het beheer over het budget en stelt het Algemeen Bestuur van de GR jaarlijks een overzicht beschikbaar met betrekking tot de wijze van besteding.

  • 5.

    Het Algemeen Bestuur van de GR kan ook besluiten bepaalde faciliteiten in natura aan te bieden.

  • 6.

    Het Algemeen Bestuur van de GR draagt er zorg voor dat de Wsw-raad ambtelijk ondersteund wordt.

  • 7.

    Kosten worden alleen vergoed voor zover deze zijn opgenomen in de begroting en ook daadwerkelijk zijn gemaakt. Dit laatste zal de Wsw-raad aannemelijk maken door middel van het voeren van een boekhouding.

Artikel 8 - Beëindiging lidmaatschap en onverenigbaarheid functies

  • 1.

    Het lidmaatschap van de Wsw-raad eindigt:

    • a.

      door het aflopen van de zittingsperiode;

    • b.

      bij schriftelijke ontslagname door een lid van de Wsw-raad (bedanken);

    • c.

      bij verhuizing van de Wsw-gerechtigde naar een gemeente die niet behoort tot de regiogemeenten als aangegeven in artikel 1 sub c;

    • d.

      bij verlies van het raadslid van zijn hoedanigheid als Wsw-gerechtigde of als vertegenwoordiger van een Wsw-gerechtigde;

    • e.

      door overlijden;

    • f.

      bij ontslag door het Dagelijks Bestuur conform artikel 6 lid 4.

  • 2.

    In tussentijdse vacatures wordt zo mogelijk binnen drie maanden voorzien.

  • 3.

    De leden van de Wsw-raad bekleden geen vertegenwoordigende functie namens een politieke partij in een van de regiogemeenten en zij bekleden geen functie bij een(commerciële) organisatie, die direct belang heeft bij de dienstverlening aan de doelgroepen van de Wsw en zijn geen lid van de ondernemingsraad van Breed.

Artikel 9 - Slotbepalingen

  • 1.

    In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist het Algemeen Bestuur.

  • 2.

    Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening cliëntenparticipatie Wet sociale werkvoorziening.

  • 3.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 juli 2008.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van het Algemeen Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Werkvoorzieningsschap Nijmegen e.o. op 26 juni 2008,
De voorzitter, De secretaris,
P.F.G. Depla G.W.J. Hendriks

Algemene Toelichting

De Wet sociale Werkvoorziening (Wsw), geldend vanaf 1 januari 2008, bepaalt dat gemeenten de verplichting hebben Wsw-geïndiceerden of hun vertegenwoordigers te betrekken bij de uitvoering van de Wsw. De gemeenteraden dienen hiertoe regels vast te stellen. De regiogemeenten Nijmegen, Beuningen, Druten, Groesbeek, Heumen, Millingen aan de Rijn, Ubbergen, West Maas en Waal en Wijchen hebben hun bevoegdheden in het kader van de Wsw overgedragen aan het Werkvoorzieningschap Nijmegen e.o. (Breed). Dat heeft tot gevolg dat het Algemeen Bestuur van het Werkvoorzieningschap bevoegd is deze regels vast te stellen.

Het Algemeen Bestuur heeft besloten, nadat de gemeenteraden van de aangesloten gemeenten om hun zienswijze is gevraagd, een regionale Wsw-raad in te stellen. De regionale Wsw-raad, bestaande uit Wsw-geïndiceerden of hun vertegenwoordigers, wordt op de in de verordening aangegeven wijze door het Dagelijks Bestuur betrokken bij het regionale Wsw-beleid. Zo vindt er minimaal vier keer per jaar overleg plaats met het Dagelijks Bestuur of een afgevaardigde daarvan. Daarnaast regelt de verordening de samenstelling en omvang van de Wsw-raad, de benoeming van de leden, de faciliteiten waarover de Wsw-raad kan beschikken en de beëindiging van het lidmaatschap van de raad.

Het Dagelijks Bestuur en de te installeren Wsw-raad zullen in overleg nog een protocol opstellen waarin een aantal punten die in de verordening staan nog nader afgesproken worden zoals de wijze waarop de informatie aangeleverd wordt (in braille, grote letters e.d.).

Hieronder volgt een artikelgewijze toelichting van de verordening. Alleen de artikelen die daadwerkelijk toelichting behoeven, worden toegelicht.

Artikelgewijze Toelichting

Artikel 1

Dit artikel omschrijft de voor de verordening van belang zijnde begrippen. Uit de definitie van het begrip Wsw-raad blijkt het regionale karakter van de raad. Alleen de Wsw-geïndiceerden of hun vertegenwoordigers uit de aangegeven gemeenten kunnen lid zijn van de Wsw-raad. Verhuizing naar een andere gemeente heeft dan ook gevolgen voor het lidmaatschap van de Wsw-raad.

Artikel 2.

Dit artikel geeft aan dat Algemeen Bestuur met het instellen van de Wsw-raad beoogt de Wsw-geïndiceerden of hun vertegenwoordigers te betrekken bij het Wsw-beleid. Niet alleen bij de uitvoering van het beleid maar ook bij de voorbereiding en bij de evaluatie van het beleid zal de Wsw-raad om haar advies worden gevraagd.

Artikel 3

Dit artikel geeft de beleidsterreinen aan waarbij de Wsw-raad wordt betrokken.

Artikel 4

Dit artikel geeft aan dat er regelmatig overleg plaatsvindt met het Dagelijks Bestuur of een afgevaardigde hiervan. Het is de verantwoordelijkheid van het Dagelijks Bestuur om de Wsw-raad tijdig van informatie te voorzien zodat de Wsw-raad haar advies kan geven mondeling tijdens het overleg of schriftelijk op een later tijdstip. De Wsw-raad kan ook ongevraagd haar advies geven.

Artikel 5

De te installeren Wsw-raad kan ten hoogste bestaan uit zeven leden. Deze leden kunnen reeds werkzaam zijn bij Breed of een andere werkgever maar kunnen ook nog op de wachtlijst staan. Het Algemeen Bestuur streeft ernaar tenminste één vertegenwoordiger van elk van deze categorieën in de Wsw-raad te laten plaatsnemen. Het maakt niet uit in welke aangesloten regiogemeente de leden van raad wonen.

De voorzitter moet onafhankelijk zijn en kan dus geen Wsw-geïndiceerde of een vertegenwoordiger van een Wsw-geïndiceerde zijn. De voorzitter kan ook niet werkzaam zijn bij een begeleidingsorganisatie van Wsw-geïndiceerden. Ook een familielid van een Wsw-geïndiceerde wordt niet als onafhankelijk gezien. De voorzitter mag ook niet werkzaam zijn bij één van de aangesloten regiogemeenten of bij Breed.

Artikel 6

Het Dagelijks Bestuur benoemt de leden van de Wsw-raad. De onafhankelijke voorzitter wordt door het Dagelijks Bestuur en de leden van de Wsw-raad gezamenlijk aangezocht. Het Dagelijks Bestuur kan een lid van de Wsw-raad ontslaan. Echter alleen vanwege niet functioneren en als tweederde meerderheid van de Wsw-raad hierom verzoekt.

Artikel 7

Het Algemeen Bestuur stelt de Wsw-raad middelen ter beschikking zodat zij haar in de verordening genoemde taak op een adequate wijze kan uitoefenen. Daartoe dient de Wsw-raad jaarlijks een begroting in te dienen. In de begroting mag de Wsw-raad zogenaamde vacatiegelden opvoeren. Vacatiegelden vormen een vergoeding voor de deelname aan de vergaderingen. In de verordening Geldelijke voorzieningen commissieleden van de gemeente Nijmegen zijn de bedragen te vinden die uitgekeerd worden. Uit getekende presentielijsten zal echter de aanwezigheid bij de vergaderingen moeten blijken.

Het Algemeen Bestuur kan ook besluiten bepaalde zaken niet in geld maar in natura uit te keren. Zo kan het Algemeen Bestuur besluiten vergaderruimte ter beschikking te stellen. Ook zorgt het Algemeen Bestuur ervoor dat de Wsw-raad ambtelijk ondersteund wordt.

Artikel 8

Het lidmaatschap van de Wsw-raad kan aan het einde van de zittingsperiode eindigen maar ook tussentijds. Zo eindigt het lidmaatschap automatisch op het moment dat een Wsw-raadslid verhuist naar een gemeente die niet tot de regiogemeenten behoort als genoemd in artikel 1 sub c van de verordening. Ook vanaf het moment dat het raadslid niet meer Wsw-gerechtigd is als bedoeld in artikel 1 sub b, eindigt het lidmaatschap. Tevens is aangegeven dat het lidmaatschap van de vertegenwoordiger eindigt op het moment dat hij of zij niet meer een Wsw-gerechtigde vertegenwoordigt. Dit heeft tot gevolg dat het lidmaatschap van een vertegenwoordiger eindigt vanaf het moment dat een andere persoon de Wsw-gerechtigde gaat vertegenwoordigen en ook vanaf het moment dat de vertegenwoordigde Wsw-gerechtigde niet meer Wsw-gerechtigd is. Indien een Wsw-gerechtigde een nieuwe vertegenwoordiger krijgt, is het aan het Dagelijks Bestuur om te beslissen of deze nieuwe vertegenwoordiger benoemd wordt tot lid van de raad.

Het Algemeen Bestuur heeft bepaald dat een aantal functies niet verenigbaar zijn met het lidmaatschap van de raad, waaronder het lidmaatschap van de ondernemingsraad bij Breed. Daarom kunnen personen die deze functies bekleden, niet door het Dagelijks Bestuur benoemd worden in de Wsw-raad.