Beleidsregels ontheffingen verkeersmaatregelen Wijk bij Duurstede

Geldend van 08-11-2012 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels ontheffingen verkeersmaatregelen Wijk bij Duurstede

Beleidsregels ontheffingen verkeersmaatregelen Wijk bij Duurstede

Burgemeester en wethouders van Wijk bij Duurstede

Gelet op de artikelen 149, 150 en 151 van de wegenverkeerswet en artikel 87 van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens (RVV) 1990

Gelet op artikel 4.81 van de Algemene wet Bestuursrecht (Awb)

Overwegende dat:

De gemeente Wijk bij Duurstede ontheffingen kan verlenen op basis van artikel 87 RVV 1990;

De bevoegdheid hiervoor is gemandateerd;

Er nog geen beleidsregels zijn opgesteld om aanvragen voor ontheffingen op de juiste manier te kunnen beoordelen;

Het noodzakelijk is ontheffingen voor verkeerstekens en verkeersregels zo terughoudend mogelijk te verlenen om te voorkomen dat verkeersmaatregelen ongeloofwaardig worden dat of handhaving in het geding komt;

Besluit:

Vast te stellen de navolgende beleidsregels,

welke in acht dienen te worden genomen bij het beoordelen van aanvragen om ontheffingen van de artikelen 3, eerste lid, 4, 5, eerste en tweede lid, 6, eerste, tweede en derde lid, 8, 10, 23, eerste lid, 24, 25, 26, 42, 43, 46, 53, 61b, alsmede artikel 62 voor zover het betreft de verkeerstekens C1, C2, C4, C6 tot en met C21, D2, D4 tot en met D7, E1 tot en met E3, F7 en de verkeerstekens genoemd in de artikelen 73, 76, 77, 78, 81 en 98 van het RVV 1990.

Beleidsregels voor beoordeling van aanvragen en voor het gebruik van ontheffingen op basis van art. 87 RVV 1990.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

college

het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Wijk bij Duurstede;

eigen parkeergelegenheid

een parkeerplaats op eigen terrein of in een garage in eigendom bij, uitgegeven in erfpacht of verhuurd aan de aanvrager van de ontheffing;

kenteken

kenteken als bedoeld in artikel 36 of artikel 37, derde lid van de Wegenverkeerswet 1994;

kortdurende ontheffing

een ontheffing die wordt verleend wanneer voor tijdelijke activiteiten verkeersmaatregelen moeten worden overtreden;

laden en lossen

het onmiddellijk, nadat het voertuig tot stilstand is gebracht, bij voortduring in- of uitladen van goederen van enige omvang of enig gewicht gedurende de tijd die daarvoor nodig is of de tijd die nodig is voor het onmiddellijk laten in- en uitstappen van passagiers;

langdurige ontheffing

een ontheffing die wordt verleend wanneer een verkeersmaatregel regelmatig moet worden overtreden zonder dat daarvoor een alternatief is;

ontheffing

ontheffing van een krachtens de Wegenverkeerswet 1994 ingesteld verbod of gebod, welke zijn opgenomen in artikel 87 van het RVV 1990;

ontheffinghouder

de natuurlijke of rechtspersoon aan wie de ontheffing is verleend;

ontheffingskaart

de kaart die de ontheffinghouder ontvangt en waarop een verkorte omschrijving staat van hetgeen staat vermeld in de ontheffing;

RVV 1990

Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (RVV 1990);

weg

alle voor het openbaar verkeer openstaande wegen of paden met inbegrip van de daarin liggende bruggen en duikers en de tot die wegen behorende paden en bermen of zijkanten;

Artikel 2 Aanvraaggronden

  • 1 Tot het beslissen op een aanvraag om ontheffing op grond van artikel 87 RVV 1990 is het college bevoegd;

  • 2 Aanvragen worden ingediend door het bij deze beleidsregels behorende aanvraagformulier volledig in te vullen.

Artikel 3 Gebruikers

Inwoners van de gemeente Wijk bij Duurstede alsmede bedrijven die werkzaamheden verrichten binnen de gemeente Wijk bij Duurstede kunnen in aanmerking komen voor een ontheffing indien zij kunnen aantonen dat voor de uitoefening van hun werkzaamheden of het bereiken van het eigen perceel ge- of verboden overtreden moeten worden.

Artikel 4 Aanvragen van een ontheffing

  • 1 Een aanvraag moet 8 weken van te voren schriftelijk worden ingediend;

  • 2 De aanvraag bestaat uit de in artikel 5 genoemde gegevens en bescheiden;

  • 3 Indien een aanvraag voor een ontheffing wordt ingediend minder dan acht weken voor het tijdstip waarop de aanvrager de ontheffing nodig heeft, kan het college de aanvraag buiten behandeling laten, indien zij van mening zijn dat de aard van de gevraagde ontheffing zodanig is dat voor een verantwoorde beoordeling van de aanvraag onvoldoende tijd aanwezig is;

  • 4 Een uitzondering op lid 3 kan gemaakt worden voor spoedeisende zaken. Hiervoor kan een ééndagsontheffing worden verleend. Deze kan binnen tien werkdagen worden verleend mits alle genoemde gegevens ter plaatse kunnen worden overgelegd.

Artikel 5 Te verstrekken gegevens

  • 1 Bij de aanvraag voor een ontheffing in het kader van artikel 87 van RVV 1990 moeten de volgende gegevens worden verstrekt voor overgegaan kan worden tot beoordeling:

    • a

      inschrijvingsnummer bij de Kamer van Koophandel, indien van toepassing;

    • b

      burgerservicenummer (BSN);

    • c

      het verbod of gebod waarvan ontheffing wordt verlangd;

    • d

      een duidelijk omschreven reden en noodzaak waarom men ontheffing verlangt;

    • e

      de datum waarop de ontheffing moet ingaan;

    • f

      de datum waarop de ontheffing eindigt (indien van toepassing);

    • g

      de tijdsduur (venstertijden) van de ontheffing;

    • h

      eventuele dagdelen of tijden;

    • i

      een opgaaf van zaken waarmee men eventuele overlast beperkt;

    • j

      kopie van het Kentekenbewijs deel II of 1b (tenaamstelling).

  • 2 De onderdelen genoemd in lid 1a tot en met 1j moeten op bijbehorend aanvraagformulier worden ingevuld.

Artikel 6 Beslistermijn

  • 1 Burgemeester en wethouders beslissen op een aanvraag binnen 8 weken na de dag waarop de aanvraag volledig is ontvangen.

  • 2 Burgemeester en wethouders kunnen hun beslissing voor ten hoogste 4 weken verdagen. Van het besluit tot verdaging wordt voor de afloop van de in het eerste lid bedoelde termijn schriftelijk mededeling gedaan aan de aanvrager.

Artikel 7 Geldigheidsduur van de ontheffing

  • 1 Een langdurige ontheffing wordt voor een periode van maximaal 1 jaar verleend.

  • 2 Een kortdurende ontheffing wordt voor de duur van de tijdelijke activiteiten verleend, met een maximum van 6 maanden.

  • 3 De ontheffing is geldig voor het voertuig en gedurende de periode die op de ontheffing is vermeld;

  • 4 Ontheffingen voor bouw-, onderhouds- en installatiebedrijven zijn geldig van maandag t/m vrijdag van 7:00 uur tot 19:00 uur. Onderhouds- en installatiebedrijven kunnen in aanmerking komen voor één 24 uurs ontheffing op bedrijfsnaam voor calamiteiten;

  • 5 In bepaalde gevallen kan het college besluiten de ontheffing op naam te verlenen;

  • 6 Er kan verlenging van een ontheffing worden aangevraagd.

Artikel 8 Karakter van ontheffing

  • 1 Een ontheffing wordt verleend voor een bepaald, zo klein mogelijk, gebied.

  • 2 De ontheffing is voertuiggebonden, tenzij in een ontheffing anders is bepaald.

Artikel 9 Intrekking, weigering of wijziging van ontheffing

  • 1 De ontheffing kan worden ingetrokken of gewijzigd:

    • a

      de houder van de ontheffing daartoe verzoekt;

    • b

      indien ter verkrijging daarvan onjuiste dan wel onvoldoende gegevens zijn ingediend;

    • c

      indien op grond van verandering van omstandigheden dan wel verandering van inzicht na het verlenen van de ontheffing is opgetreden kan intrekking of wijziging worden gevorderd ter bescherming van het belang of de belangen waarvoor ontheffing vereist is;

    • d

      indien de aan de ontheffing verbonden voorschriften en/of beperkingen niet zijn of worden nagekomen;

    • e

      indien van de ontheffing geen gebruik wordt gemaakt binnen een daarin gestelde termijn dan wel, bij ontbreken van een dergelijke termijn, binnen een redelijke termijn;

    • f

      bij herhaling sprake is van misbruik of een ander gebruik van de ontheffing, dan waarvoor deze is bedoeld;

  • 2 Het college van burgemeester en wethouders kan weigeren een ontheffing te verlenen, indien:

    • a

      ter verkrijging daarvan onjuiste dan wel onvoldoende gegevens zijn ingediend;

    • b

      de aanvraag om een ontheffing tegenstrijdig is met een van de beleidsregels;

    • c

      de noodzaak voor het verlenen van de ontheffing onvoldoende is aangetoond;

    • d

      er schade aan de openbare ruimte te verwachten is die redelijkerwijs niet kan worden gerepareerd of voorkomen

    • e

      een voorafgaande ontheffing van de ontheffinghouder is ingetrokken op basis van lid 1 onder f;

    • f

      In alle gevallen waarin de reden(en) die bij de aanvraag golden niet meer van toepassing zijn.

Artikel 10 Vervallen van de ontheffing

  • 1 De ontheffing vervalt:

    • a

      bij overlijden of niet meer bestaan van de ontheffinghouder;

    • b

      bij het niet meer bestaan van het voertuig of niet meer op naam van de aanvrager is geregistreerd, indien de ontheffing op kenteken is verleend;

    • c

      wanneer de verkeersmaatregel, waarvoor de ontheffing is verleend, wordt ingetrokken of gewijzigd;

  • 2 De kortdurende ontheffing vervalt zodra de tijdelijke activiteiten zijn afgerond;

Artikel 11 Afgifte van ontheffingen

  • 1 Het college kan voorschriften verbinden aan de ontheffing;

  • 2 Een ontheffing wordt afgegeven op kenteken of op naam. Per ontheffing(skaart) kunnen meerdere kentekens worden opgenomen, met een maximum van twee (2) of er kan één (1) naam worden vermeld;

  • 3 Op de ontheffing wordt duidelijk en specifiek vermeld:

    • a

      het kenteken van het motorvoertuig, waarvoor ontheffing is verleend of de naam indien de ontheffing persoonsgebonden is;

    • b

      indien van belang, de naam van het bedrijf;

    • c

      de periode waarvoor de ontheffing geldt en het tijdvak gedurende welke de ontheffing kan worden gebruikt;

    • d

      een duidelijke en specifieke omschrijving van de geboden en verboden waarvoor ontheffing is verleend.

    • e

      voorwaarden die het college heeft verbonden aan het gebruik van de ontheffing;

  • 4 Een ontheffing wordt vergezeld van een ontheffingskaart, welke achter de voorruit van buiten af duidelijk zichtbaar en leesbaar in het voertuig geplaatst moet zijn wanneer gebruik wordt gemaakt van de ontheffing.

Artikel 12 Uitzonderingen

  • 1 Een uitzondering voor de verplichting een kenteken op te nemen op de ontheffing(skaart) kan worden gemaakt ten behoeve van praktische voordelen, hier gaat het dan om openbaar collectief personenvervoer en wegbeheer;

  • 2 Het betreffende bedrijf of instelling kan in aanmerking komen voor een of meer bedrijfsontheffingen die niet-voertuiggebonden zijn, mits het belang hiervan voldoende kan worden aangetoond;

Artikel 13 Langdurige ontheffingen

Het college kan langdurige ontheffingen verstrekken aan bewoners of bedrijven indien:

  • 1.

    een verkeersmaatregel moet worden overtreden om de eigen woning, een eigen perceel of de eigen parkeergelegenheid te bereiken en deze niet op andere wijze of alleen via een te grote omrijdroute bereikt kan worden;

  • 2.

    een verkeersmaatregel moet worden overtreden om op een locatie activiteiten uit te voeren en deze niet op andere wijze bereikt kan worden;

  • 3.

    het aantoonbaar noodzakelijk is om met regelmaat met een voertuig een weg met een door verkeerstekens aangegeven geslotenverklaring in te rijden, ten behoeve van het laden en lossen van materialen voor bedrijfswerkzaamheden, zoals bijvoorbeeld bouw, onderhouds- en installatiewerkzaamheden;

  • 4.

    het aantoonbaar noodzakelijk is met regelmaat een voertuig te parkeren ten behoeve van bedrijfswerkzaamheden op plaatsen waar parkeren verboden is, doordat bijvoorbeeld te gebruiken gereedschap is verbonden met de auto en niet geladen en gelost kan worden;

  • 5.

    een verkeersmaatregel moet worden overtreden door dienstverleners ter voorkoming dan wel bestrijding van noodsituaties, zoals bijvoorbeeld het droogpompen van ondergelopen gebouwen, het oplossen van verstoppingen, of andersoortige kleine calamiteiten;

  • 6.

    een verkeersmaatregel moet worden overtreden door zorgdienstverleners voor het verrichten van spoedeisende medische hulp, te denken valt aan huisartsen en verloskundigen.

Artikel 14 Kortdurende ontheffingen

Het college kan ontheffingen verlenen ten behoeve van activiteiten van tijdelijke aard indien:

  • 1

    het aantoonbaar noodzakelijk is om met een voertuig een geslotenverklaring in te rijden, ten behoeve van het laden en lossen van materialen voor bedrijfswerkzaamheden, zoals bijvoorbeeld bouw, onderhouds- en installatiewerkzaamheden;

  • 2

    het aantoonbaar noodzakelijk is een voertuig te parkeren ten behoeve van bedrijfswerkzaamheden op plaatsen waar parkeren verboden is, doordat bijvoorbeeld te gebruiken gereedschap is verbonden met de auto en niet geladen en gelost kan worden;

  • 3

    bewoners in een geslotenverklaring te maken hebben met incidentele gebeurtenissen, zoals bijvoorbeeld een verhuizing, of tijdelijke mobiliteitsproblemen als gevolg van hun gezondheid.

Artikel 15 Leges

Voor het in behandeling nemen van aanvragen op grond van deze beleidsregels is leges conform art 9.1.1 van de legesverordening Wijk bij Duurstede verschuldigd.

Artikel 16 Citeertitel

Deze beleidsregels kunnen worden aangehaald als “Beleidsregels ontheffingen verkeersmaatregelen Gemeente Wijk bij Duurstede”.

Artikel 17 Inwerkingtreding

Deze beleidsregels treden in werking op de dag na bekendmaking.

Wijk bij Duurstede, 23 juli 2012,

Burgemeester en wethouders van Wijk bij Duurstede,Janneke Louisa-Muller Guus Swillenssecretaris burgemeester