Regeling vervallen per 26-11-2022

Regeling inzake de behandeling van bezwaarschriften Wijk bij Duurstede 2011

Geldend van 27-04-2011 t/m 25-11-2022

Intitulé

Regeling inzake de behandeling van bezwaarschriften Wijk bij Duurstede 2011

De raad, het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Wijk bij Duurstede, ieder voor zover het hun bevoegdheden betreft;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.;

gelet op de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht en de Gemeentewet;

b e s l u i t e n:

vast te stellen de volgende Regeling inzake de behandeling van bezwaarschriften Wijk bij Duurstede 2011.

Artikel 1: Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    bestuursorgaan: gemeentelijk bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen en dient te beslissen op bezwaarschrift;

  • b.

    commissie: vaste commissie van advies voor de bezwaarschriften, als bedoeld in artikel 2;

  • c.

    voorzitter: de voorzitter van de commissie, als bedoeld in artikel 3;

  • d.

    plaatsvervangend voorzitter: de plaatsvervangend voorzitter, als bedoeld in artikel 3;

  • e.

    secretaris: de secretaris van de commissie, als bedoeld in artikel 5;

  • f.

    plaatsvervangend secretaris: de plaatsvervangend secretaris, als bedoeld in artikel 5;

  • g.

    wet: de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 2: Instelling en taak van de commissie

  • 1. Er is een commissie ter voorbereiding van de beslissing op gemaakte bezwaren als bedoeld in artikel 1:5 van de wet.

  • 2. De commissie is niet bevoegd ten aanzien van bezwaarschriften die zijn ingediend tegen besluiten op grond van:

    • a.

      de Wet Waardering Onroerende Zaken en de Algemene wet Rijksbelastingen en overige algemeen verbindende voorschriften, krachtens welke belastingen, rechten retributies of andere heffingen worden opgelegd.

    • b.

      personele aangelegenheden.

Artikel 3: Samenstelling van de commissie

  • 1. De commissie bestaat uit een voorzitter en ten minste twee leden. Er zijn maximaal twee plaatsvervangende leden.

  • 2. De commissie wijst uit haar midden een voorzitter aan. Ook plaatsvervangende leden kunnen als voorzitter worden aangewezen.

  • 3. De voorzitter en (plaatsvervangende) commissieleden worden door de drie bestuursorganen benoemd.

  • 4. De voorzitter en de (plaatsvervangende) leden van de commissie kunnen geen deel uitmaken van of werkzaam zijn onder verantwoordelijkheid van een der bestuursorganen van de gemeente Wijk bij Duurstede.

Artikel 4: Zittingsduur

  • 1. De voorzitter en de (plaatsvervangende) leden van de commissie treden af op de dag van het periodiek aftreden van de gemeenteraad.

  • 2. De voorzitter en de leden van de commissie kunnen op ieder moment ontslag nemen. Hiervan doen zij schriftelijk mededeling aan de drie bestuursorganen.

  • 3. De aftredende voorzitter en de aftredende leden van de commissie blijven hun functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien.

Artikel 5: Secretaris

  • 1. De secretaris van de commissie is een door de gemeentesecretaris aangewezen ambtenaar.

  • 2. De gemeentesecretaris wijst tevens een plaatsvervangend secretaris aan.

Artikel 6: Ingediend bezwaarschrift

  • 1. Op het ingediende bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst aangetekend.

  • 2. Het bezwaarschrift met de daarbij overgelegde stukken wordt zo spoedig mogelijk in handen van de commissie gesteld.

  • 3. Bij het bericht van ontvangst als bedoeld in artikel 6:14 van de wet wordt vermeld dat een commissie over het bezwaarschrift zal adviseren.

Artikel 7: Overdracht bevoegdheden

De bevoegdheden ingevolge de artikelen

  • -

    2:1, tweede lid,

  • -

    6:6, voor wat betreft het de indiener stellen van een termijn waarbinnen het verzuim in de zin van niet voldoen aan de vereisten als gesteld in artikel 6:5 van de wet, kan worden hersteld,

  • -

    6:17, voor zover het betreft de verzending van stukken tijdens de behandeling door de commissie;

  • -

    7:4, tweede lid,

  • -

    7:6, vierde lid,

van de wet worden voor de toepassing van deze regeling uitgeoefend door de voorzitter van de commissie.

Artikel 8: Vooronderzoek

  • 1. De voorzitter van de commissie is in verband met de voorbereiding van de behandeling van het bezwaarschrift bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te doen inwinnen.

  • 2. De voorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de commissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en dezen zo nodig uitnodigen daartoe in de zitting te verschijnen. Indien daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van het bestuursorgaan vereist.

Artikel 9: Hoorzitting

  • 1. De voorzitter van de commissie bepaalt plaats en tijdstip van de zitting waarin de belanghebbenden en het bestuursorgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te doen horen.

  • 2. De voorzitter beslist over de toepassing van de artikelen 7:3 van de wet.

  • 3. Indien de voorzitter op grond van het in het tweede lid genoemde artikel besluit van het horen af te zien doet hij daarvan mededeling aan:

    • a.

      de belanghebbenden;

    • b.

      het bestuursorgaan.

Artikel 10: Uitnodiging hoorzitting

  • 1. De voorzitter deelt de belanghebbenden en het bestuursorgaan ten minste twee weken voor de zitting schriftelijk mee, dat zij in de gelegenheid worden gesteld zich te doen horen tijdens de zitting.

  • 2. Binnen drie dagen na de in het eerste lid bedoelde mededeling kunnen de belanghebbenden of het bestuursorgaan, onder opgaaf van redenen de voorzitter verzoeken het tijdstip van de zitting te wijzigen.

  • 3. De beslissing van de voorzitter op een verzoek als bedoeld in het tweede lid wordt zo spoedig mogelijk, doch in ieder geval een week voor het tijdstip van de zitting aan de belanghebbenden en het bestuursorgaan meegedeeld.

  • 4. De voorzitter is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijking toe te staan van de termijnen als genoemd in het eerste, tweede en derde lid.

Artikel 11: Quorum

Voor het houden van een zitting is vereist dat tenminste twee leden, waaronder in ieder geval de voorzitter dan wel zijn plaatsvervanger, aanwezig zijn.

Artikel 12: Niet deelneming aan de behandeling

De voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift, indien daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn.

Artikel 13: Openbaarheid zitting

  • 1. De zitting van de commissie is openbaar.

  • 2. De deuren worden gesloten indien de voorzitter van de commissie of een van de aanwezige leden het nodig oordeelt of indien een belanghebbende daartoe een verzoek doet.

  • 3. Indien de commissie vervolgens beslist dat gewichtige redenen aanwezig zijn die zich tegen openbaarheid van de zitting verzetten, vindt de zitting plaats met gesloten deuren.

Artikel 14: Schriftelijke verslaglegging

  • 1. Het verslag als bedoeld in artikel 7:7 van de wet vermeldt de namen van de aanwezigen, met daarbij een vermelding van hun hoedanigheid.

  • 2. Het verslag houdt een korte vermelding in van hetgeen over en weer is gezegd en overigens ter zitting is voorgevallen.

  • 3. Indien de zitting geheel of gedeeltelijk met gesloten deuren plaatsvond, of indien belanghebbenden respectievelijk hun gemachtigden niet in elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord, maakt het verslag hiervan melding.

  • 4. Het verslag verwijst naar de op de zitting overgelegde bescheiden, die aan het verslag worden gehecht.

  • 5. Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de commissie.

Artikel 15: Nader onderzoek

  • 1. Indien na afloop van de zitting maar voordat het advies wordt opgesteld, nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de voorzitter uit eigen beweging of op verlan- gen van de commissie dit onderzoek houden.

  • 2. De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de leden van de commissie, het bestuursorgaan en de belanghebbenden toegezonden.

  • 3. De leden van de commissie, het bestuursorgaan en de belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de in het eerste lid bedoelde nadere informatie aan de voorzitter van de commissie een verzoek richten tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting. De voorzitter beslist omtrent een dergelijk verzoek.

  • 4. Op een nieuwe hoorzitting, als bedoeld in het derde lid, zijn de bepalingen in deze regeling, die betrekking hebben op de hoorzitting zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 16: Raadkamer en advies

  • 1. De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het door haar uit te brengen advies.

  • 2. a. De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies.

    • b.

      Indien bij een stemming de stemmen staken dan beslist de stem van de voorzitter.

    • c.

      Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt, indien die minderheid dat verlangt.

  • 3. Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.

  • 4. Het advies wordt door de voorzitter en de secretaris van de commissie ondertekend.

Artikel 17: Uitbrengen advies

  • 1. Het advies wordt, onder medezending van het verslag als bedoeld in artikel 14 en eventueel door de commissie ontvangen nadere informatie, tijdig uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen.

  • 2. Indien naar het oordeel van de voorzitter van de commissie de termijn van tien weken, als bedoeld in artikel 7:10, eerste lid van de wet, ontoereikend is voor achtereenvolgens het uitbrengen van een advies door de commissie en het nemen van een beslissing verzoekt hij het in het eerste lid bedoelde bestuursorgaan tijdig de beslissing te verdagen.

  • 3. Van een besluit tot verdaging ontvangen de commissie en de belanghebbenden een afschrift.

Artikel 18: Bijzondere omstandigheden

In gevallen waarin deze regeling niet voorziet, beslist de voorzitter.

Artikel 19: Inwerkingtreding, Overgangsregeling en Citeertitel

  • 1.

    Deze regeling treedt in werking op ..... ……………………….(zes weken na publicatie). Tegelijkertijd vervalt de Regeling behandeling bezwaarschriften gemeente Wijk bij Duurstede 2002, vastgesteld bij raadsbesluit van 23 april 2002 en besluit van 12 maart 2002 van burgemeester en wethouders van Wijk bij Duurstede.

  • 2.

    Ten aanzien van bezwaarschriften die zijn ingediend voor inwerkingtreding van deze regeling, blijft het bepaalde in de Verordening genoemd in lid 1 van toepassing.

  • 3.

    Deze regeling kan worden aangehaald als:Regeling behandeling bezwaarschriften gemeente Wijk bij Duurstede 2011.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de gemeenteraad van Wijk bij Duurstede van 1 maart 2011.

De raad voornoemd,

de griffier, de burgemeester,

M.van Esterik. G.K. Swillens.

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van Wijk bij Duurstede van 8 februari 2011.

Het college voornoemd,

de secretaris, de burgemeester,

J.Louisa Muller. G.K. Swillens.

Aldus vastgesteld door de burgemeester van Wijk bij Duurstede op 8 februari 2011.

de burgemeester,

G.K. Swillens