Verordening maatschappelijke participatie Participatiewet (WWB) Wijk bij Duurstede 2015

Geldend van 01-01-2015 t/m heden

Intitulé

Verordening maatschappelijke participatie Participatiewet (WWB) Wijk bij Duurstede 2015

Verordening maatschappelijke participatie Participatiewet (WWB) 2015 gemeente Wijk bij Duurstede

Hoofdstuk 1

Algemene bepalingen

Artikel 1. Begrippen

1.Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader

worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Wet werk en

bijstand (WWB), de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de Gemeentewet.

  • 2.

    In deze verordening wordt verstaan onder:

    • a.

      de Wet: de Participatiewet (WWB)

    • b.

      het college: het college van burgemeester en wethouders van gemeente Wijk bij Duurstede

    • c.

      de raad: de gemeenteraad van Wijk bij Duurstede.

    • d.

      maatschappelijke participatie: deelname aan een maatschappelijke/sociale, educatieve, sportieve of culturele activiteit die beoogt een sociaal isolement te voorkomen of te doorbreken.

Hoofdstuk 2

Recht op individuele bijzondere bijstand voor maatschappelijke participatie

Artikel 2. Voorwaarden

1.Uitsluitend een belanghebbende zoals bedoeld in artikel 35 lid 1 WWB,

met een in aanmerking te nemen inkomen van ten hoogste een inkomen

tot 110% van de bijstandsnorm komt in aanmerking voor individuele bijzondere bijstand op grond van deze verordening.

2.Uitsluitend kosten voor maatschappelijke/ sociale, educatieve, sportieve of culturele activiteiten in verband met ‘maatschappelijke participatie’ zoals bedoeld in artikel 1 lid 2 sub d komen in aanmerking voor individuele bijzondere bijstand op grond van deze verordening.

Artikel 3. Uitvoering

  • 1. Het college stelt beleidsregels vast met betrekking tot de uitvoering van de regeling.

  • 2. De beleidsregels bevatten in ieder geval een richtsnoer van de te verstrekken kosten in verband met sociale, educatieve, sportieve en culturele activiteiten.

Hoofdstuk 3.

Slotbepalingen

Artikel 4. Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2015.

Artikel 5. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening maatschappelijke participatie Participatiewet (WWB) 2015 gemeente Wijk bij Duurstede.

Artikelsgewijze toelichting Verordening maatschappelijke participatie Participatiewet (WWB) 2015 gemeente Wijk bij Duurstede

Artikel 1. Begrippen

Er is voor gekozen om begrippen die al zijn omschreven in de WWB, Awb of de Gemeentewet niet afzonderlijk te definiëren in deze verordening. Dit voorkomt dat in geval van wijziging van betreffende definities in de betreffende wetten ook de Verordening moet worden gewijzigd.

Ten aanzien van het beleid met betrekking tot de voorzieningen voor maatschappelijke participatie geldt dat deze uitsluitend betrekking mogen hebben op sociale, educatieve, sportieve of culturele activiteiten. In artikel 1 lid 2 onderdeel d van deze verordening is bepaald dat onder maatschappelijke participatie wordt verstaan: deelname aan een maatschappelijke, educatieve, sportieve of culturele activiteit die beoogt een sociaal isolement te voorkomen of te doorbreken. Er kan bijvoorbeeld worden gedacht aan een lidmaatschap van een (sport)vereniging.

Hierbij is in ogenschouw gehouden dat het deelnemen aan sociale activiteiten noodzakelijke kosten van het bestaan zijn en deze kosten niet kunnen worden voldaan uit de bijstandsnorm, individuele inkomenstoeslag, de individuele inkomenstoeslag, het vermogen en het inkomen voorzover dit meer bedraagt dan de bijstandsnorm zoals benoemd in artikel 35 lid 1 WWB.

Artikel 2. Voorwaarden

In artikel 2 zijn algemene voorwaarden opgenomen om in aanmerking te komen voor bijzondere bijstand zoals bedoeld in artikel 35 lid 1 WWB. In artikel 2 lid 1 is bepaald dat mensen tot een inkomensnorm tot 110% in aanmerking komen voor de regelingen. In de Wet wordt door de wijziging vanaf 2015 geen inkomensnorm meer gesteld. Gemeenten zijn hier vrij in.

In artikel 2 lid 2 van deze verordening is voorts bepaald dat uitsluitend kosten voor sociaal-culturele, educatieve respectievelijk sportieve activiteiten in verband met ‘maatschappelijke participatie’ zoals bedoeld in artikel 1 in aanmerking komen voor individuele bijzondere bijstand op grond van deze verordening. Zie in dit verband ook de toelichting bij artikel 1 van deze verordening.

Artikel 3. Uitvoering

Zoals is vastgelegd in artikel 3 lid 1 stelt het college beleidsregels vast om de uitvoering te regelen. Hierin zijn de voorwaarden benoemd op basis waarvan mensen gebruik kunnen maken van een specifieke regeling zoals benoemd in de beleidsregels.. De uitvoering van het verstrekken van individuele bijzondere bijstand is belegd bij de Regionale Sociale Dienst Kromme Rijn Heuvelrug (RSD).

In artikel 3 lid 2 van deze verordening is bepaald dat de beleidsregels in ieder geval een richtsnoer van de te verstrekken kosten bevatten. Hierbij kan worden gedacht aan de kosten van:

  • -

    contributie of lidmaatschap van een vereniging (sport, cultuur)

  • -

    museum (jaar)kaart

  • -

    abonnement op een krant

  • -

    een internetaansluiting

  • -

    een telefoonaansluiting of abonnement

  • -

    bezoek van concerten of voorstellingen

  • -

    een dagje uit/ schoolreisje

Artikel 4. Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2015, aangezien de wet op deze datum op een aantal punten wordt aangepast.

Artikel 5. Citeertitel

In dit artikel is de citeertitel neergelegd van deze verordening.