Besluit van burgemeester en wethouders van Woerden houdende beleidsregels voor terrassen (Terrassenbeleid gemeente Woerden 2019)

Geldend van 15-10-2019 t/m heden

Intitulé

Besluit van burgemeester en wethouders van Woerden houdende beleidsregels voor terrassen (Terrassenbeleid gemeente Woerden 2019)

Het college van burgemeester en wethouders van Woerden,

besluit:

het volgende “Terrassenbeleid gemeente Woerden 2019” vast te stellen.

1. VISIE OP TERRASSEN

Eén van de economische speerpunten van Woerden is het stimuleren en verbeteren van de kwaliteit van de horeca in de gemeente Woerden. Horeca is immers uit recreatief, toeristisch en economisch oogpunt uiterst belangrijk.

Terrassen spelen daarin een belangrijke rol:

  • Ze zijn een manier om horeca te stimuleren en te versterken;

  • Ze kunnen mogelijk omzet verhogend werken en voor levendigheid in een gebied zorgen;

  • Ze kunnen een bijdrage leveren aan een langere verblijfsduur van winkelend publiek, bezoekers en bewoners van de gemeente Woerden die het gezellig vinden om ‘een terrasje te pikken’.

In de zomermaanden genieten honderden mensen van de sfeer en de evenementen in onze gemeente. Met het terrassenbeleid stelt de gemeente Woerden duidelijke kaders waarbinnen terrassen kunnen worden geëxploiteerd. De basis hiervoor is te vinden in de Algemene plaatselijke verordening(APV). Voor ondernemers staat helder omschreven wat, waar en onder welke omstandigheden een terras is toegestaan. Bestaande ondernemers komen zo te weten wat zij moeten doen om zich aan de gewijzigde situatie te conformeren; nieuwe ondernemers komen te weten wat zij kunnen verwachten wanneer zij een terras bij hun horecagelegenheid willen uitbaten.

Bij het opstellen van dit beleid is rekening gehouden met de wensen van de horeca ondernemers, de winkeliersvereniging(en) en de bewoners. Hiermee bereiken we een zo breed mogelijk draagvlak voor dit kader en voor alle gebruikers van onze openbare ruimte, aansluitend bij het beleidskader binnenstad Woerden 2018-2022: “Gastvrije terrassen door een stimulerend en gedragen terrassenbeleid”.

Dit beleid is tevens zo geformuleerd dat de openbare orde en veiligheid in de gemeente Woerden gewaarborgd zijn en blijven.

Ook zijn een aantal wensen naar voren gebracht om voor andere branches dan horeca terrassen toe te staan zoals bij detailhandel met ‘winkel ondergeschikte horeca’.

Een zeker voor ons nageslacht belangrijk onderwerp, en in dit beleid opgenomen, is het milieu. De vraag die daarin centraal staat is: Op welke wijze kunnen de uitbaters van een terras bijdragen aan het streven naar een CO2 neutrale gemeente, meer concreet, naar de ambitie van de gemeente Woerden om in het jaar 2030 CO2 neutraal te zijn.

Woerden richt zich op de toekomst: Op een levendige, gastvrije binnenstad waar iedereen zich welkom en thuis voelt en mag blijven voelen. 

2. DEFINITIES

Een terras is de sensatie van het buiten verblijven, het beleven van de openbare ruimte. Een terras biedt sta- en zitgelegenheid, waar men kan uitrusten en iets consumeren. Het terras heeft een open en uitnodigend karakter en biedt beperkte bescherming tegen weersinvloeden. Een terras is een onderdeel van een openbare inrichting. Uitzondering hierop is een terras bij winkel ondergeschikte horeca.

2.1 Terras: Een buiten de besloten ruimte van de openbare inrichting liggend deel daarvan waar sta- of zitgelegenheid kan worden geboden en waar tegen vergoeding dranken kunnen worden geschonken of spijzen voor directe consumptie kunnen worden bereid of verstrekt.

2.2 Openbare inrichting: De voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was logies worden verstrekt of dranken worden geschonken of rookwaren of spijzen voor directe consumptie worden verstrekt of bereid. Onder een openbare inrichting wordt onder andere verstaan: een hotel, restaurant, pension, café, cafetaria, snackbar, lunchroom, kebabzaak, discotheek, buurthuis, afhaalzaak of clubhuis. Onder openbare inrichting wordt tevens verstaan een bij deze inrichting behorend terras en andere aanhorigheden.

2.3 Een vergunning of ontheffing: is een officiële (noodzakelijke) toestemming van de (decentrale) overheid om een bepaalde activiteit uit te voeren.

2.4 Terrasmeubilair: Stoelen, banken, tafels, parasols, windschermen, andere objecten, waaronder reclameborden, plantenbakken en alle overige objecten die op het terras geplaatst zijn ten dienste van het terras en/of het overige deel van de openbare inrichting.

2.5 Een parasol: bestaat uit een stok met baleinen, bespannen met een doek. De constructie is gelijk aan die van een paraplu, maar groter.

2.6 Een zonnescherm: is een zonwering die aan de buitenzijde van de gevel is opgehangen.

2.7 Een partytent: is een tent die ontworpen is voor gebruik tijdens een feest of een evenement. De basis van de partytent is een vrij hoog dak dat steunt op tentpalen. Het dak is zo hoog dat men er gemakkelijk onder kan staan. Zo ontstaat een open maar overdekte ruimte buiten. Een partytent wordt vaak ingezet voor openluchtfeesten of –evenementen.

2.8 Een accessoire: is een bijkomend, nietnoodzakelijk iets, dat behoort bij een wel noodzakelijk goed of zaak bijvoorbeeld een bestekkast, een flipboard e.d.

2.9 Een terrasverwarming: is een verwarmingsapparaat, onder andere in de horeca, bedoeld voor het verwarmen van een terras ten behoeve van bezoekers van een terras.

2.10 Bij winkel ondergeschikte horeca of “kleine horeca service”: is een beperkt gedeelte van de winkel zoals opgenomen in het horeca beleidskader ingericht als gelegenheid voor een bescheiden hapje en alcoholvrij drankje. De aangeboden “kleine horeca” service is alleen als ondergeschikt toegestaan, en mag géén zelfstandige activiteit zijn.

2.11 Open vuur: is een niet van de buitenlucht afgeschermde warmtebron. Dit zijn o.a. een vuurkorf, barbecue of een gasbrander.

3. VOORWAARDEN VOOR EEN TERRAS

3.1 Juridische grondslag en toetsingskader

De ondernemer die bij zijn horecagelegenheid een terras voert heeft met twee zaken rekening te houden.

Voor het exploiteren van zijn horecabedrijf heeft hij een horecaexploitatievergunning nodig (op grond van artikel 2:28 APV). Deze vergunning kan ook voorschriften bevatten voor het terras, bijvoorbeeld over de omvang van het terras, de veiligheid op het terras en ten behoeve van de directe woon- en leefomgeving van het terras. Dit beleid bevat hiervoor regels en geeft aan welke criteria worden gehanteerd bij het beoordelen van een vergunningaanvraag.

Wanneer het terras is gelegen in de openbare ruimte kan het zijn dat een tweede vergunning nodig is (op grond van artikel 2:10 APV). De openbare ruimte, ook wel openbare plaats genoemd, vervult immers een publieke functie, bijvoorbeeld voor verkeersactiviteiten. Gebruik van een deel van die ruimte als terras wijkt af van deze publieke functie. Een tweede vergunning is echter niet nodig als het terras voldoet aan de regels die daarover zijn opgenomen in dit beleid (artikel 2.10, vierde en vijfde lid, APV). Dat zijn de regels die zien op de inrichting van de openbare ruimte met voorwerpen ten behoeve van een terras.

3.2 Precariobelasting

Als een terras zich op gemeentegrond bevindt, moet ook precariobelasting betaald worden. De hoogte van deze precariobelasting staat vermeld in de geldende Verordening precariobelasting

3.3 Drank- en horecavergunning

Bij het uitoefenen van een horecabedrijf is een drank- en horecavergunning verplicht. Bij de start van een horecabedrijf moet het terras vermeld worden in de aanvraag voor de drank- en horecavergunning. Als een bestaande horecabedrijf wil uitbreiden met een terras, moet een wijziging worden aangevraagd op de drank- en horecavergunning.

3.4 Exploitatievergunning

In de APV staan regels voor de openbare orde en de veiligheid en zedelijkheid in de omgeving van openbare inrichtingen. Bij de start van een horecabedrijf moet op de horecaexploitatievergunning staan aangegeven dat sprake is van een terras. Wil een horecabedrijf uitbreiden met een terras of dit wijzigen, moet een wijziging worden aangevraagd van de horecaexploitatievergunning.

3.5 Terrasseizoen

Het exploiteren van een terras is het gehele jaar toegestaan: Er is geen sprake van een “terrasseizoen”.

3.6 Vergunninghouder

De verleende vergunning(-en), waarin het terras is vermeld, verliest zijn geldigheid op het moment dat de in de vergunning vermelde rechtspersoon het uitbaten van de onderneming op de in de vergunning vermelde locatie beëindigt.

3.7 Tropenrooster terras

Indien de buitentemperatuur op de vrijdag of zaterdag in De Bilt -volgens het KNMI- 30° Celsius of hoger zal zijn dan treedt voor wat betreft de sluitingstijden van het terras het tropenrooster in werking. Uitbaters mogen hun terras dan één uur langer geopend houden dan op basis van de openingstijden opgenomen in de APV is toegestaan. De gemeente zal op haar website, www.woerden.nl, op de desbetreffende vrijdag vanaf 12.00 uur hiervan melding maken.

4. LOCATIE EN OMVANG VAN HET TERRAS

4.1 Terras in buitenruimte

Een terras bevindt zich altijd in een buitenruimte, gelegen op gemeentegrond of op eigen grond.

4.2 Toestemming terras

Toestemming voor een terras wordt alleen gegeven wanneer dit in de onmiddellijke nabijheid van de betreffende horecalokaliteit bevindt.

Bij een terras gelegen op gemeentegrond moet rekening gehouden worden met het multifunctionele gebruik van deze ruimte; door voetgangers en voertuigen.

4.3 Drie soorten terras

De klant van vandaag wil naast het traditionele “kijken, voelen en snuffelen” ook een gevoel van gastvrijheid beleven. De detailhandel speelt hierop in o.a. door een gedeelte van de zaak in te richten als “kleine horeca” ook wel “winkel ondergeschikte horeca” genoemd. Winkeliers zijn genoodzaakt zich te onderscheiden van internet winkels en extra toegevoegde waarde aan de beleving van het shoppen toe te voegen. Vooral in de zomerse periodes is behoefte om ook een klein terras voor de gevel te kunnen inrichten. In de volksmond ook wel “gevelterras” genoemd. De gemeente Woerden ziet dit als een positieve bijdrage aan het straatbeeld.

We onderscheiden drie soorten terras:

  • a.

    Het gevelterras bevindt zich direct aansluitend tegen de voor, zij- of achtergevel van het bijbehorende pand van de inrichting ten behoeve waarvan het terras wordt geëxploiteerd.

  • b.

    Het terraseiland is een solitair, direct tegenover de inrichting liggend terras dat wordt gescheiden van de inrichting door een voetgangers- of andere verkeersstrook. Indien zich een verkeersstrook tussen de inrichting en het eilandterras bevindt, dan dient, uit veiligheidsoverwegingen een doorloopbelemmering, zoals bijvoorbeeld een hekje (zie afbeelding) aanwezig te zijn.

  • *Voorbeeld van een “doorloop belemmering”:

  • afbeelding binnen de regeling

  • c.

    Het terras bij winkel ondergeschikte horeca bevindt zich in de “1 meter vrije” uitstalzone, zoals vermeld in het reclamebeleid onder 2B.1.2. Het plaatsen van een tafeltje, stoeltje of bankje als verlengstuk van de winkel zijnde ondergeschikte horeca is toegestaan. De voorwaarden gesteld in het reclamebeleid zijn hierop van toepassing. Hiervoor geldt dat het karakter bescheiden dient te blijven.

4.4 Vergunde omvang terras

De gemeente stelt naar aanleiding van een aanvraag voor een horecaexploitatievergunning met terras voor de betreffende locatie een maximaal vergunbare terrasruimte vast. Het is aan de ondernemer of deze gebruik maakt van de maximaal vergunbare terrasruimte of een kleiner oppervlak wenst te gebruiken voor zijn terras. Bij de bepaling van de maximaal vergunbare terrasruimte worden de volgende criteria gehanteerd:

  • a.

    Er dient een strook van minimaal 3.50 meter breed bij een recht stuk weg en 4.5 meter breed bij een korte doorsteek of (flauwe) bocht in de openbare ruimte vrij te blijven ten behoeve van hulpdiensten. Deze strook is vanaf de grond tot alle ruimte daarboven. Voor de Voorstraat - in Woerden centrum - is een apart regime van toepassing. Daarbij geldt de volgende verdeelsleutel: De afstand van gevel tot gevel minus 3,50 meter gedeeld door 2 is de maximaal toegestane breedte vanuit de gevel.

  • b.

    Om te zorgen dat voetgangers, rolstoelgebruikers, voetgangers met een kinderwagen, en andere weggebruikers veilig en doelmatig gebruik kunnen maken van de openbare ruimte dient er altijd voor deze weggebruikers een ongehinderde doorgang mogelijk te zijn.

  • c.

    Indien een (aankomend) uitbater van een horecagelegenheid een terras wenst in de openbare ruimte, en bij de betreffende locatie is eerder nog geen terras gesitueerd geweest, dan dient deze ondernemer hiervoor contact op te nemen met de gemeente. Een medewerker van de afdeling Toezicht en Handhaving zal dan met de ondernemer ter plaatse naar de mogelijkheden voor een terras kijken en daaropvolgend, wanneer het realiseren van een terras tot de mogelijkheden behoort, een terrasplattegrond maken. Deze plattegrond dient de toekomstige uitbater dan toe te voegen bij de aanvraag voor een Horeca exploitatievergunning. De plattegrond wordt, na verlening van deze exploitatievergunning, een permanent onderdeel van deze vergunning.

  • d.

    De vergunde terrasruimte wordt in het plaveisel visueel zichtbaar gemaakt door middel van door de gemeente aangebrachte terraspinnen.

5. DE “AANKLEDING” VAN HET TERRAS

Een terras is een eerste kennismaking met het (horeca-)bedrijf. Het is het visitekaartje voor passanten ter uitnodiging voor een hapje en drankje. Daarnaast is het ook het visitekaartje van de gemeente Woerden. Samen met de ondernemers laten we zien dat onze gasten welkom zijn. De uitstraling van het terras levert hier een belangrijke bijdrage aan. De aankleding van het terras is van essentieel belang. Het stellen van enkele regels voor de aankleding van het terras is noodzakelijk om verrommeling te voorkomen en het open karakter van een terras te waarborgen. Deze regels worden hierna genoemd.

5.1 Terrasmeubilair

De gemeente laat de ondernemer vrij in de keuze van stijl en uitvoering van het terrasmeubilair. Enkele uitgangspunten zijn:

  • a.

    Eén thema of stijl per terras om eenheid en een rustig beeld te krijgen;

  • b.

    Meubilair en accessoires uitgevoerd in kwalitatief hoogstaand materiaal, zoals rotan, hout, staal of aluminium.

  • c.

    Gebruik van brandvrij materiaal.

5.1.1 Sluiting en opslag terrasmeubilair

Na sluitingstijd van het terras conform de APV dient het terras zichtbaar gesloten te zijn. Dit is de verantwoordelijkheid van de uitbater zelf. Dit kan o.a. door het meubilair op te stapelen, aan de kant te zetten en te verankeren met een ketting binnen een half uur na sluitingstijd van het terras. Opslag dient plaats te vinden op eigen terrein. Opslag op gemeentegrond is alleen toegestaan wanneer dit op eigen terrein niet mogelijk

is, geen (zicht)belemmering oplevert in de openbare ruimte én het meubilair niet beklommen kan worden om eventueel boven de horecagelegenheid aanwezige balkons en woningen te bereiken.

5.1.2 Terrasaccessoires

Accessoires zoals bestekkasten, plantenbakken en menu/ flip borden - met een omvang conform het reclamebeleid - mogen alleen op het terras zelf geplaatst worden. Buiten de vergunde terrasruimte is het plaatsen van deze objecten niet toegestaan.

5.2 Terrasparasols en (zonne)schermen

Voor het plaatsen van een (zonne)scherm of parasol gelden de volgende regels:

5.2.1 Parasols zijn toegestaan indien:

a. ze inklapbaar zijn;

b. (zonder omgevingsvergunning) ze niet in de grond verankerd zijn;

c. ze uitgevoerd zijn in stof/tentdoek van brandvertragend materiaal;

d. in uitgeklapte toestand de onderkant van de volant op minstens 2.20 meter hoogte zit; Redenen hiervoor zijn:

• het behoud beleving van openbare ruimte en de open zichtlijnen

• een onbelemmerde toegankelijkheid voor hulpdiensten.

e. in uitgeklapte toestand ze de terrasgrenzen niet overschrijden;

f. d e reclame-uiting hierop alleen betrekking heeft op de naam van het bedrijf of een product dat in het bedrijf wordt verkocht.

g. er geen flappen worden aangebracht aan parasols, gevels of andere objecten, dit ter voorkoming van verrommeling en het behoud van het open karakter van een terras. -uitgezonderd (horizontaal) tussen twee parasols ter bescherming tegen neerslag- .

5.2.2 Voor het verankeren van een parasol in de grond is een omgevingsvergunning nodig.

5.2.3Parasols mogen alleen uitgeklapt zijn gedurende de openingstijden van het terras.

5.2.4Aangepaste voorwaarden Rijnstraat (kern Woerden)

De Rijnstraat is ingericht als “Shared Space” gebied. Dit betekent dat de verkeersruimtes zijn ingericht als verblijfsruimte. Belangrijk hierin is het behouden van een “open” karakter. Om dit te realiseren en te behouden gelden hier volgende regels: a. parasols zijn niet toegestaan.

b. beschutting tegen zon en regen dient verwezenlijkt te worden door een aan de gevel bevestigd, inklapbaar, (zonne)scherm.

c. wanneer de constructie van de gevel het aanbrengen van een inklapbaar (zonne)scherm niet mogelijk maakt of de monumentencommissie hiermee niet instemt, kan het college afwijken van de eis dat een inklapbaar (zonne)scherm aan de gevel moet worden bevestigd.

5.2.5 (Zonne)schermen

a. (Zonne)schermen aan de gevel kunnen vergunningplichtig zijn. Hiervoor kunt u een vergunningcheck - www.omgevingsloket.nl – doen of contact opnemen met het omgevingsloket van de gemeente. Voor gemeente- en rijksmonumenten gelden specifieke voorwaarden. Informeer bij het omgevingsloket van de gemeente of hiervoor en monumentenvergunning dient te worden aangevraagd.

b. Het aanbrengen van flappen en/of extra windschermen aan een (zonne)scherm is niet toegestaan.

c. In uitgeschoven positie is de minimale hoogte van de volant 2.20 meter.

afbeelding binnen de regeling

5.3 Terrasschermen, bloembakken e.d.

5.3.1 Ten aanzien van deze objecten gelden de volgende regels:

a. Genoemde objecten mogen niet permanent verankerd worden in de grond.

b. Genoemde objecten dienen mobiel te worden uitgevoerd, met de volgende eigenschappen:

  • 1.

    Hoogte maximaal 1.50 m -inclusief beplanting-;

  • 2.

    Voor terrasschermen geldt: Transparant (dus geen folie en geen roeden) en het onderste deel tot 0,80 m mag ondoorzichtig zijn;

  • 3.

    Geen reclame; Redenen hiervoor zijn: het voorkomen van verrommeling van de openbare ruimte en het bevorderen van een rustige uitstraling van objecten in de openbare ruimte.

  • 4.

    Vervaardigd van kwalitatief hoogwaardig materiaal (Bij terrasschermen: glas, duurzaam plaatmateriaal, en voorzien van slanke profielen van hout of metaal).

c. In de binnenstad van Woerden (gebied binnen

de singels, conform de definiëring in het Horeca beleidskader) zijn genoemde objecten toegestaan tot een lengte vanuit de gevel van maximaal 75 % van de diepte van het terras.

d. In de binnenstad van Woerden zijn genoemde objecten evenwijdig aan de gevel niet toegestaan.

5.3.2 Ons advies is:

a. uw voornemen tot plaatsing van genoemde objecten onder punt 5.3 vooraf af te stemmen met uw directe buren.

b. gelijkvormige uitvoering toe te passen en bij aangrenzende terrassen te streven naar eenheid in presentatie.

5.4 Partytenten

Het plaatsen van een partytent op uw terras is niet toegestaan.

5.5 Brandveiligheid

Alle op een terras toegepaste (zonne)schermen en parasols - dienen te voldoen aan de brandklasse en rookproductie zoals deze vermeld is in het Bouwbesluit.

Hier wordt aan voldaan indien een naar de lucht gekeerd onderdeel van het inrichtingselement voldoet aan brandklasse B en rookklasse 2, als bedoeld in NEN-EN 13501-1.

5.6 Terrasverwarming en verlichting

Het verhogen van het comfort op een terras zorgt er voor dat bezoekers langer verblijven op het terras. Aangezien de gemeente Woerden geen terrasseizoen heeft, kan het verwarmen en verlichten van het terras in de koudere en donkere periodes van het jaar gewenst zijn. Verwarming en verlichting zijn voor iedere terrasuitbater een belangrijke bijdrage aan het zitcomfort en aan de bestedingen op een terras.

De gemeente Woerden wenst zich te ontwikkelen als een CO2 neutrale gemeente, opdat we voor ons nageslacht een milieu-gezonde voetafdruk nalaten. De gemeente hecht aan veilige en duurzame terrasverwarming en aan veilige en passende verlichting.

Voor verwarming en verlichting gelden daarom de volgende regels:

a. Verwarmingselementen en verlichtingsbronnen dienen te voldoen aan de in de Nederlandse wet gestelde NEN-EN veiligheidsnormen. Verwarmingselementen en verlichtingsbronnen moeten beveiligd zijn tegen omvallen en omstoten.

Voor het gebruik van (elektrische)verwarming en verlichting zijn kabels en leidingen nodig.

b. Het is niet toegestaan om kabels en leidingen in de openbare ruimte aan te brengen zonder toestemming van de gemeente. Voor kabels en leidingen is - naast de landelijke wet- en regelgeving - de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren (kortweg: AVOI) Woerden van toepassing. Voor nadere informatie hierover kunt u contact opnemen met de gemeente, afdeling Realisatie & Beheer (stadhuis@woerden.nl of 140348).

De terrasverlichting mag enkel gericht zijn op het terras en geen hinder geven voor de directe (woon)omgeving.

Klimaat neutrale gemeente

De Gemeente Woerden heeft de ambitie om in 2030 CO2 neutraal te zijn. In dit kader is voor het bedrijfsleven een belangrijke rol weggelegd.

Stimuleren

Om dit doel te bereiken zal de gemeente stimuleringsinitiatieven ontwikkelen. Deze dragen bij aan het vergroten van de draagkracht van deze intentie. Te denken valt aan korting op de precario wanneer het terras een CO2 neutraal energie verbruik heeft; Of aan een energiescan door de warmteambassadeurs: aanvragen via duurzaam@woerden.nl Ondernemers kunnen waar mogelijk inzetten op een passieve verwarming (dekens).

Voorschrijven

Nieuwe terrasverwarming is alleen toegestaan in een energiezuinige variant.

Bestaande terrasverwarming mag, maar moet bij natuurlijke vervangingsmomenten worden vervangen door een energiezuinige variant.

Subsidiëren

Gemeente Woerden heeft geen aparte subsidies voor terrasverwarming. Landelijk zijn er wel regelingen zoals Energie-investeringsaftrek (EIA) of Milieuinvesteringsaftrek (MIA) en Willekeurige afschrijving milieu-investeringen (Vamil). De landelijke en actuele regelingen zijn te vinden op de website van het Rijksdienst voor Ondernemend Nederland www.rvo.nl/subsidies-regelingen

6. HET GEBRUIK VAN HET TERRAS

6.1 Open vuur

Het gebruiken van “open” vuur, zowel als verwarmingsbron, voor de sfeer en als bron om voedsel te bereiden is niet toegestaan. Een uitzondering hierop is indien in de horeca exploitatievergunning is opgenomen dat barbecueën is toegestaan.

Bij de aanvraag voor een horeca exploitatievergunning kan aangegeven worden dat de wens bestaat om op het terras te barbecueën. Een dergelijk verzoek wordt in het kader van de aanvraag voor een exploitatievergunning getoetst aan het belang van het voorkomen van ontoelaatbare overlast en het beschermen van de (brand-)veiligheid. De (woon-)omgeving en de afstand van gevels en zitplaatsen die gecreëerd kan worden op een terras maken onderdeel uit van de afweging om het barbecueën op een terras toe te staan.

Aan de mogelijkheid om een barbecue te mogen houden op een terras kunnen in de exploitatievergunning regels verbonden worden die betrekking hebben op het aantal keer per jaar dat gebruik mag worden gemaakt van een barbecue, de tijdstippen waarop gebarbecued mag worden en de hoeveelheid van toestellen waarop gebarbecued wordt.

De ondernemer die reeds beschikt over een horecaexploitatievergunning dient, om te mogen barbecueën op het terras, een aanvraag tot wijziging van die horecaexploitatievergunning in te dienen.

6.2 Geluid op het terras

  • a.

    Horecabedrijven hebben te maken met geluidseisen. Op grond van de Wet milieubeheer bestaan er allerlei regels omtrent de hoeveelheid geluid die verschillende soorten bedrijven mogen produceren.

  • b.

    Voor terrassen is van belang dat het stemgeluid afkomstig van bezoekers op een onoverdekt en onverwarmd terras niet mag worden betrokken bij de berekening van de totale geluidsproductie van een inrichting. Deze uitzondering is door de wetgever expliciet gecreeerd omdat in het geval stemgeluid wel bij de berekening wordt betrokken, vrijwel elk horecabedrijf op enig moment de geluidsnormen zou overtreden. De wetgever gaat er echter van uit dat het geluid afkomstig van terrassen aan de openbare weg opgaat in het reeds aanwezige omgevingsgeluid.

  • c.

    Gelet op de ratio van deze uitzondering geldt zij niet voor terrassen gelegen in een binnenterrein: het bestaande omgevingsgeluid is daar immers vaak aanmerkelijk lager dan aan de openbare weg als gevolg van de afgezonderde ligging van een dergelijk terras.

  • d.

    Ook voor verwarmde terrassen geldt de uitzondering van de geluidsnormen niet. Dit betekent dat met het ophangen van terrasverwarmers het geluid van de bezoekers van het terras meegenomen kan worden bij het berekenen van de totale geluidsproductie van de horeca-inrichting. Dat kan in veel gevallen leiden tot overschrijding van de toepasselijke geluidsnormen. Het verwarmen van een terras kan dus minder aangename gevolgen hebben.

  • e.

    Geluid uit mechanische geluidsbronnen zoals speakerboxen is niet toegestaan.

6.3 Vlonders

Op het terras mogen geen vlonders aanwezig zijn.

Indien de bestrating zéér ongelijk is door bijvoorbeeld boomwortels, dan kan er een uitzondering worden gemaakt op dit verbod. In dit geval zal de uitbater contact op moeten nemen met het omgevingsloket van de gemeente om na te gaan of een vergunning nodig is.

6.4 Roken

Het is aan de uitbater van het terras om eventueel regels op te stellen betreffende het roken op het terras gedurende de officiële openingstijden van het terras.

Ná sluitingstijd is het een ander verhaal. Bezoekers van de horecagelegenheid gaan dan naar buiten om te roken en houden zich dan op het gesloten zijnde terras op.

De uitbater van de openbare inrichting is ter voorkoming van overlast van de omgeving gehouden tot het volgende:

  • a.

    De ondernemer richt een klein gedeelte van het gesloten terras in als “rookterras”. Dit dient duidelijk te worden aangegeven.

  • b.

    Er mag alleen staande van het rookterras gebruik gemaakt worden.

  • c.

    Luide conversatie dient voorkomen te worden.

  • d.

    De ondernemer voorziet in asbakken en peukenbakken.

  • e.

    Er mogen geen consumpties mee naar buiten genomen worden.

  • f.

    Voor de rokers is één zogenaamde “rookparasol” toegestaan.

6.5 De “25 meter” regel

Voor terrassen geldt de zogenaamde “”25 meter-regel”: ondernemers dienen hun stoep, althans de 25 meter rond hun onderneming/terras, schoon te houden.

De ’25-meter regel’ (Artikel 2.13 van het Activiteitenbesluit) luidt: “Degene die de inrichting drijft verwijdert zo vaak als nodig etenswaren, verpakkingen, sport- of spelmaterialen, of andere materialen die uit de inrichting afkomstig zijn of voor de inrichting zijn bestemd binnen een straal van 25 meter van de inrichting”.

(https://www.nederlandschoon.nl/wat-jij-kan-doen/de-25-meter-regel)

6.6 Terrassen tijdens werkzaamheden aan de infrastructuur en tijdens evenementen

  • a.

    Wanneer een groot evenement plaatsvindt of door de gemeente (infrastructurele) werkzaamheden worden uitgevoerd is terrasvoering niet altijd mogelijk. De horecaexploitatievergunning wordt dan ook verleend onder de voorwaarde dat in die gevallen, bij eerste aanzegging van de burgemeester - minimaal twee weken van tevoren - het terras moet worden verwijderd gedurende de periode van het evenement of gedurende de (infrastructurele) werkzaamheden, uitgezonderd spoedwerkzaamheden.

  • b.

    Bij werken van openbaar nut geldt mogelijk de verplichting om het terras tijdelijk te sluiten. Voor zover mogelijk wordt rekening gehouden met de wensen van de ondernemer zoals de dag en/of het tijdstip waarop genoemde werken plaatsvinden.

  • c.

    Tijdens evenementen kunnen zowel beperkende als uitbreidende voorwaarden/bepalingen aan het terras gesteld worden.

7. SLOTBEPALINGEN

7.1 Inleiding

Exploitatie van een vergund terras in het verleden geeft geen rechten voor de toekomst.

Op locaties waar blijkt dat een onevenwichtige verhouding dreigt te ontstaan tussen het door één of meerdere terrassen ingenomen terrasoppervlak in relatie tot de omgeving kan de burgemeester het terrasoppervlak beperken, voorwaarden verbinden aan de vergunning of besluiten in zijn geheel geen terras toe te staan. Een vergunning is altijd maatwerk!

7.2 Handhaving

Dit beleid heeft uiteraard alleen het gewenste effect wanneer de regels worden nageleefd. De feitelijke handhaving vindt plaats door een nauwe samenwerking tussen de gemeente en de politie. De gemeente heeft naast de toezichthoudende taak een coördinerende rol. De politie past de controle en handhaving in de dagelijkse werkzaamheden toe met eventuele ondersteuning van BOA’s. De manier waarop hier op wordt toegezien is verankerd in het gemeentelijke handhavingsbeleid

7.3 Overgangsrecht

Een bestaande gevestigde openbare inrichting met een geldige horecaexploitatievergunning op het moment van inwerkingtreding van deze beleidsregels heeft het recht op voortzetting van de exploitatie van dat terras op de wijze zoals die in de vergunning is vastgelegd voor de duur van de geldigheid van die vergunning. Zaken die niet in een geldende horecaexploitatievergunning zijn vastgelegd vallen niet onder het overgangsrecht. Vanaf het moment dat dit nieuwe beleid is vastgesteld zijn deze nieuwe regels van toepassing voor aanvragen voor nieuwe exploitatievergunningen, verlengingen en wijzigingen van bestaande (aflopende) exploitatievergunningen.

7.4 Hardheidsclausule

Met deze beleidsregels wil het college duidelijkheid verschaffen over de regels, voorwaarden en criteria die van toepassing zijn op het voeren van een terras binnen de gemeente Woerden. In specifieke, bijzondere of onvoorziene omstandigheden kan het college dan wel de burgemeester besluiten van deze beleidsregels af te wijken.

7.5 Termijn

Deze beleidsregels worden jaarlijks geëvalueerd en indien nodig bijgesteld.

7.6 Citeertitel; inwerkingtreding

7.6.1 Deze regeling kan worden aangehaald als: “Terrassenbeleid gemeente Woerden”;

7.6.2 Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na die van de bekendmaking.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de collegevergadering van dinsdag 1 oktober 2019.

De secretaris, De burgemeester,

drs. M.H.J. van Kruijsbergen MBA V.J.H. Molkenboer