Regeling vervallen per 15-01-2019

Klachtenverordening

Geldend van 08-06-2007 t/m 14-01-2019

Intitulé

Klachtenverordening

Klachtenverordening gemeente Woudrichem 2006 vastgesteld d.d. 17 oktober 2006, met eerste wijziging vastgesteld d.d. 29 mei 2007De raad, het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van Woudrichem, ieder voor zover het zijn bevoegdheden betreft;gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 10 oktober 2006,

nr. 76;gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht;

 

 

b e s l u i t e n :vast te stellen de navolgende Klachtenverordening gemeente Woudrichem 2006:

 

Hoofdstuk I ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    klacht: een schriftelijke of mondelinge uiting van ongenoegen over de wijze waarop een gemeentelijk bestuursorgaan, of een persoon, werkzaam onder de verantwoordelijkheid van een bestuursorgaan, zich in een bepaalde aangelegenheid jegens een natuurlijk persoon, een rechtspersoon of een andere entiteit heeft gedragen;

  • b.

    bestuursorgaan: 1. de raad;2. het college van burgemeester en wethouders;3. de burgemeester;4. een bestuurscommissie waaraan een bevoegdheid van de raad of van burgemeester en wethouders is toegekend.

  • c.

    klachtcoördinator: de functionaris als bedoeld in artikel 3;

  • d.

    Nationale ombudsman: het bureau van de Nationale ombudsman te 's-Gravenhage die als onafhankelijke externe instantie onderzoek verricht naar de feiten die aanleiding gaven tot de klacht; het bureau rapporteert aan het gemeentebestuur over zijn bevindingen en geeft een behoorlijkheidsoordeel over de gedraging, eventueel voorzien van aanbevelingen.

Artikel 1a Beperking reikwijdte verordening

Deze verordening is niet van toepassing op klachten over personen in dienst bij de gemeente Werkendam die, onder verantwoordelijkheid van een bestuursorgaan van de gemeente Woudrichem, werkzaamheden uitoefenen ingevolge de Raamovereenkomst samenwerking en de uitwerkings-overeenkomst samenwerking Werkendam-Woudrichem (beide aangegaan d.d. 19 december 2006 en geldend met ingang van 1 januari 2007). Klachten die bij de gemeente Woudrichem terzake worden ontvangen worden doorgestuurd aan de gemeente Werkendam en overeenkomstig de Klachtenbehandelingprocedure gemeente Werkendam 2006 behandeld ter voorbereiding van de beslissing van het college van burgemeester en wethouders van Woudrichem. De klager wordt hiervan schriftelijk mededeling gedaan.

 

Artikel 2. Fasering

De klachtbehandeling kent drie fasen, te weten:

  • a.

    Informele bemiddeling: indien iemand zich persoonlijk of telefonisch met een klacht tot de gemeente wendt wordt door de ontvanger getracht de klacht direct op te lossen en de klager tevreden te stellen;

  • b.

    Formele behandeling in eerste instantie: een schriftelijk ingediende klacht wordt behandeld overeenkomstig de bepalingen van afdeling 9.1.2 van de Algemene wet bestuursrecht en overigens met inachtneming met de bepalingen van deze verordening;

  • c.

    Formele behandeling in tweede instantie: indien de klager niet tevreden is met de uitkomst van de formele behandeling in eerste instantie kan hij vervolgens nog een klacht indienen bij de Nationale ombudsman.

Artikel 3. Klachtencoördinator

  • 1. Burgemeester en wethouders stellen een klachtencoördinator aan. Tevens wijzen zij een plaatsvervanger aan van de klachtencoördinator.

  • 2. De klachtencoördinator ziet erop toe, dat de behandeling van een klacht conform de bepalingen van Afdeling 9.1.2 van de Algemene wet bestuursrecht en het bepaalde in deze verordening plaatsvindt.

  • 3. De klachtencoördinator kan het bestuursorgaan adviseren over het voorkomen van klachten.

  • 4. De klachtencoördinator draagt zorg voor de registratie van elke schriftelijk ingediende klacht en stelt het jaarverslag als bedoeld in artikel 13 op.

  • 6. Bij de klachtbehandeling in tweede instantie is de klachtencoördinator contactpersoon voor de Nationale ombudsman.

Hoofdstuk II MONDELINGE KLACHTEN

Artikel 4 Indiening en afhandeling

  • 1. Voor de indiening van een mondelinge klacht gelden er geen vormvereisten.

  • 2. Mondelinge klachten worden in principe mondeling afgedaan. Degene bij wie de klacht wordt geuit probeert direct tot een oplossing te komen. Hierbij betrekt de ontvanger van de klacht degene op wie de klacht betrekking heeft (informele bemiddeling). Indien de klager hierom verzoekt is de betrokken ambtenaar verplicht de behandeling van de klacht over te dragen aan zijn direct leidinggevende.

  • 3. Wordt de mondelinge klacht niet tot tevredenheid van de klager afgedaan, dan wordt de klager op de mogelijkheid gewezen van schriftelijke klachtbehandeling. Voor de optekening van de klacht staat een daartoe bestemd formulier ten dienste.

Hoofdstuk III INDIENING VAN SCHRIFTELIJKE KLACHTEN

Artikel 5 Wijze van indiening

  • 1. Een schriftelijk ingediende klacht wordt – afhankelijk van de vraag op welk bestuursorgaan de klacht betrekking heeft – ingediend bij de in artikel 1.1., onder b. genoemde bestuursorganen. De klacht moet zijn ondertekend en ten minste de volgende gegevens bevatten:

    • a.

      de naam en het adres van de klager;

    • b.

      de dagtekening;

    • c.

      een omschrijving van de gedraging waartegen de klacht is gericht.

  • 2. Een klacht wordt langs elektronische weg ingediend via email of via het “klachtenformulier”, te vinden op de gemeentelijke website www.woudrichem.nl, waarbij de instructies op de website moeten worden opgevolgd.

  • 3. Indien het klaagschrift in een vreemde taal is gesteld en een vertaling voor een goede behandeling van het klaagschrift noodzakelijk is, dient de indiener zorg te dragen voor een vertaling.

  • 4. Zodra (tussentijds) naar tevredenheid van de klager aan diens klacht tegemoet is gekomen, vervalt de verplichting tot verdere behandeling van de klacht. De tevredenheid wordt schriftelijk aan klager en degene over wie werd geklaagd bevestigd.

Artikel 6 Klachtbehandelaar

  • 1. Een klacht over de gemeenteraad of bestuurscommissie, of een gedraging van een persoon werkzaam onder de verantwoordelijkheid van de gemeenteraad of bestuurscommissie wordt behandeld door de burgemeester.

  • 2. Een klacht over het college of over een lid ervan wordt behandeld door de burgemeester, tenzij deze zelf het onderwerp van de klacht is, in welk geval lid 3 van dit artikel van toepassing is.

  • 3. Een klacht over de burgemeester wordt behandeld door de loco-burgemeester.

  • 4. Een klacht over de gemeentesecretaris wordt behandeld door de burgemeester.

  • 5. Een klacht over een afdeling of een afdelingshoofd wordt behandeld door de gemeentesecretaris.

  • 6. Een klacht over een medewerker, voorzover niet genoemd in de vorige leden, wordt behandeld door het hoofd van de betreffende afdeling.

  • 7. Alle overige klachten worden behandeld door de burgemeester.

  • 8. De in de organisatie geldende vervangingsregeling is van overeenkomstige toepassing.

Artikel 7 Ontvangst en registratie

  • 1. Elke schriftelijke ingediende klacht wordt door de werkeenheid Documentaire Informatievoorziening voorgelegd aan de klachtencoördinator, die zorg draagt voor de registratie van de klacht.

  • 2. De ontvangst van een schriftelijk ingediende klacht wordt door de klachtencoördinator binnen één week schriftelijk aan de klager bevestigd.

  • 3. In de bevestiging wordt meegedeeld wie de klacht zal behandelen en hoe het verloop van de procedure zal zijn.

  • 4. Indien de klacht niet voldoet aan de formele vereisten voor het indienen van een schriftelijke klacht kan de klacht buiten behandeling blijven, mits de klager de gelegenheid heeft gehad het verzuim te herstellen binnen een hem daartoe door de klachtencoördinator gestelde termijn.

Hoofdstuk III BEHANDELING VAN SCHRIFTELIJKE KLACHTEN

Artikel 8 Niet verplicht tot klachtbehandeling

  • 1. De klachtencoördinator beoordeelt in overleg met de klachtbehandelaar of er sprake is van een van de situaties als genoemd in artikel 9:8, lid 1 en 2, van de Algemene wet bestuursrecht. Is hiervan sprake dan leggen zij dit voor aan het betreffende bestuursorgaan.

  • 2. Indien het betreffende bestuursorgaan besluit de klacht niet (verder) te behandelen wordt de klager zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen vier weken na ontvangst van het klaagschrift, hiervan schriftelijk in kennis gesteld. Lid 1 van artikel 12 is van overeenkomstige toepassing.

Artikel 9 Onderzoek

  • 1. De begeleiding van de behandeling van elke schriftelijke klacht vindt plaats door de klachtencoördinator.

  • 2. De klachtencoördinator is in verband met de voorbereiding van de behandeling van een klacht bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te doen inwinnen.

  • 3. De klachtencoördinator kan in overleg met de klachtbehandelaar, bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en deze zo nodig uitnodigen om te worden gehoord. Indien daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf toestemming nodig van het college van burgemeester en wethouders.

Artikel 10 Hoor en wederhoor

  • 1. De klachtencoördinator draagt er voor zorg dat degene op wiens gedraging de klacht betrekking heeft, een kopie van de klacht met de eventueel daarbij meegezonden stukken en de ontvangstbevestiging wordt toegezonden.

  • 2. De klachtbehandelaar stelt de klager en degene op wiens gedraging de klacht betrekking heeft, in de gelegenheid door hem/haar te worden gehoord, in het bijzijn van de klachtencoördinator. Het horen van beide partijen vindt al dan niet in elkaars aanwezigheid plaats. Van het horen van de klager kan worden afgezien indien de klacht kennelijk ongegrond is dan wel indien de klager heeft verklaard geen gebruik te willen maken van het recht te worden gehoord.

  • 3. Op verzoek van partijen of ambtshalve kunnen getuigen worden gehoord. Ambtenaren van de gemeente die als getuige worden opgeroepen, zijn verplicht aan deze oproep gehoor te geven.

  • 4. Zowel de klager als degene op wiens gedraging de klacht betrekking heeft, kunnen zich bij het horen door iemand van hun keuze laten vergezellen of doen bijstaan, of zich door een gemachtigde laten vertegenwoordigen.

  • 5. Van het horen wordt een verslag gemaakt, dat wordt ondertekend door de klachtbehandelaar en de klachtencoördinator. Het wordt zo spoedig mogelijk ter kennisneming aan partijen toegezonden of uitgereikt.

Artikel 11 Afdoening

  • 1. De klachtbehandelaar zendt een rapport van bevindingen, vergezeld van het advies en eventuele aanbevelingen, aan het bestuursorgaan. Het verslag van het horen wordt aan dit rapport gehecht. Het rapport wordt ondertekend door de klachtbehandelaar en de klachtencoördinator.

  • 2. Het bestuursorgaan handelt de klacht binnen zes weken of, na verdaging, binnen tien weken na de ontvangst van het klaagschrift af. Van een verdaging wordt door de klachtencoördinator voor afloop van de termijn van zes weken schriftelijk mededeling gedaan aan de klager en aan degene op wiens gedraging de klacht betrekking heeft.

  • 3. Het bestuursorgaan informeert de klager en degene op wiens gedraging de klacht betrekking heeft schriftelijk en gemotiveerd over de bevindingen van het onderzoek naar de klacht en over de eventuele conclusies die daaruit getrokken zijn.

Hoofdstuk IV NATIONALE OMBUDSMAN

Artikel 12 Klachtbehandeling in tweede instantie

  • 1. Bij de toezending van de bevindingen als bedoeld in artikel 10, derde lid, wordt klager meegedeeld dat hij, indien hij het niet eens is met de conclusie die uit het onderzoek is getrokken, binnen een jaar na de ontvangst van de bevindingen zijn klacht kan voorleggen aan de Nationale ombudsman te ’s-Gravenhage.

  • 2. De klachtencoördinator treedt namens de gemeente op als contactpersoon voor de Nationale ombudsman en is in die hoedanigheid belast met de volgende taken:

    • a.

      het registreren en coördineren van de schriftelijke klachten die bij de Nationale ombudsman tegen de gemeente zijn ingediend en het verzorgen van de correspondentie daaromtrent;

    • b.

      het adviseren van de bestuursorganen naar aanleiding van de bevindingen van de Nationale ombudsman;

    • c.

      het opstellen van het verslag als bedoeld in artikel 13, eerste lid.

Hoofdstuk V RAPPORTAGE

Artikel 13 Verslag

  • 1. De klachtencoördinator brengt jaarlijks vóór 1 april aan het college verslag uit van alle schriftelijke klachten die in het voorafgaande jaar binnen de gemeente zijn behandeld, aangevuld met een verslag van alle klachten die in het voorafgaande jaar zijn ingediend bij de Nationale ombudsman.

  • 2. Het verslag bevat informatie over het aantal en de aard van de klachten die formeel in behandeling zijn genomen en voorts over de wijze waarop alle klachten zijn afgehandeld.

Hoofdstuk VI SLOTBEPALINGEN

Artikel 14 Nadere regels

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels vaststellen met betrekking tot de uitvoering van deze verordening.

Artikel 15 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag volgende op de dag van openbare bekendmaking.

Artikel 16 Citeertitel

 Deze verordening kan worden aangehaald als "Klachtenverordening gemeente Woudrichem 2006”.

Ondertekening

Woudrichem,Aldus vastgesteld door de raad van Woudrichem d.d. 17 oktober 2006,De griffier, De voorzitter,Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders d.d. 11 juli 2006,De secretaris, De burgemeester,Aldus vastgesteld door de burgemeester d.d. 11 juli 2006,De burgemeester,De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Woudrichem;ieder voor zoveel het hun bevoegdheden betreft;gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;d.d. 16 mei 2007 nr. 36b;

1

b e s l u i t :vast te stellen de volgende Verordening tot 1 wijziging van de Klachtenverordening gemeente Woudrichem 2006:Artikel IAan hoofdstuk 1 wordt een nieuw artikel toegevoegd luidende als volgt:Artikel 1a Beperking reikwijdte verordeningDeze verordening is niet van toepassing op klachten over personen in dienst bij de gemeente Werkendam die, onder verantwoordelijkheid van een bestuursorgaan van de gemeente Woudrichem, werkzaamheden uitoefenen ingevolge de Raamovereenkomst samenwerking en de uitwerkings-overeenkomst samenwerking Werkendam-Woudrichem (beide aangegaan d.d. 19 december 2006 en geldend met ingang van 1 januari 2007). Klachten die bij de gemeente Woudrichem terzake worden ontvangen worden doorgestuurd aan de gemeente Werkendam en overeenkomstig de Klachtenbehandelingprocedure gemeente Werkendam 2006 behandeld ter voorbereiding van de beslissing van het college van burgemeester en wethouders van Woudrichem. De klager wordt hiervan schriftelijk mededeling gedaan.Artikel IIDeze Verordening treedt in werking met ingang van de dag volgende op die van de openbare bekendmaking.Aldus besloten door de raad van de gemeente Woudrichem in zijn openbare vergadering van29 mei 2007De raad voornoemd,, voorzitter., griffier