Regeling vervallen per 31-05-2011

Algemeen Mandaatbesluit Zaanstad

Geldend van 01-05-2009 t/m 30-05-2011 met terugwerkende kracht vanaf 01-05-2009

Intitulé

Algemeen Mandaatbesluit Zaanstad

Artikel 1 Mandaat aan leden van het college

  • 1. De afzonderlijke leden van het college wordt mandaat verleend tot het nemen van besluiten en het afdoen van zaken, tenzij de regeling waarop de desbetreffende bevoegdheid steunt of de aard van de desbetreffende bevoegdheid, zich hiertegen verzet.

  • 2. Indien het uitoefenen van het onder het voorgaande lid bedoelde mandaat consequenties kan hebben voor meerdere portefeuilles, wordt het besluit niet genomen of de zaak niet afgedaan dan nadat overleg is gepleegd met de betrokken portefeuillehouders.

  • 3. Van het onder lid 1 verleende mandaat wordt slechts gebruikgemaakt indien het besluit of de zaak van dusdanige aard is dat het gerechtvaardigd is de zaak niet ter besluitvorming of bespreking aan het college voor te leggen.

Artikel 2 Mandaat aan gemeentesecretaris en directeuren

  • 1. De secretaris en de directeuren wordt mandaat verleend tot het nemen van besluiten en het afdoen van zaken die verband houden met en voortvloeien uit de verantwoordelijkheid die zij ingevolge artikelen 7, tweede lid, 16,17 en 18, van de Organisatieverordening Zaanstad dragen,

  • 2. Ten aanzien van het mandaat ingevolge artikelen 16 en 17 van de Organisatieverordening Zaanstad is artikel 4 van toepassing.

Artikel 3 Verlening van Ondermandaat

  • 1. De secretaris en de directeuren wordt toegestaan terzake het vorenstaande mandaat, ondermandaat te verlenen aan functionarissen van het door hen geleide organisatieonderdeel. Dit geschiedt bij schriftelijk besluit waarbij de ondergemandateerde met functienaam wordt aangeduid.

  • 2. Op het verleende ondermandaat zijn de voorwaarden genoemd in artikel 4 van toepassing.

  • 3. De ondermandaten worden minimaal eenmaal per jaar ter kennis gebracht aan het college.

Artikel 4 Voorwaarden waaronder het mandaat wordt verleend

Het ingevolge de artikelen 2 en 3 verleende mandaat is niet van toepassing:

  • a.

    op zaken die politiek of bestuurlijk gevoelig liggen;

  • b.

    op zaken die een beslissing vergen die zou afwijken van het tot dan toe door het gemeentebestuur gevoerde beleid;

  • c.

    op zaken die een beslissing vergen die zou afwijken van een advies waarvan het inwinnen ingevolge wettelijk voorschrift dan wel ingevolge een gemeentelijke richtlijn verplicht is;

  • d.

    op zaken die een beslissing vergen die leidt tot overschrijding van het voor deze beslissing(en) aan de gemandateerde beschikbaar staande budget;

  • e.

    de beslissing om de raad een voorstel te doen;

  • f.

    op zaken die de vaststelling van algemeen verbindende voorschriften vergen, alsmede op de vaststelling van beleidsregels, tenzij het regels betreffen aanzien van de ambtelijke organisatie met uitzondering van de organisatie van de griffie;

  • g.

    op zaken die het nemen van een besluit vergen waarvoor is bepaald dat dit genomen moet worden met versterkte meerderheid of waarvan de aard van de bevoegdheid zich verzet tegen het nemen van een besluit krachtens mandaat;

  • h.

    op besluiten die wettelijk onderworpen zijn aan goedkeuring.

Artikel 5 Terugkoppeling naar bestuurlijk niveau

In de gevallen dat een of een aantal van de uitzonderingen genoemd in artikel 4 van toepassing is, dan wel indien de gemandateerde twijfelt of zulks het geval is, wordt het besluit of de afdoening van de zaak aan het college of aan het lid van het college tot wiens portefeuille het onderwerp logischerwijs behoort, voorgelegd.

Artikel 6 ondertekening

  • 1. In de gevallen, waarin het college gebruik maakt van haar bevoegdheid, hanteert zij de volgende formule

    Hoogachtend,

    burgemeester en wethouders van Zaanstad,(><titulatuur><voorletters><naam><burgemeester> )(><titulatuur><voorletters><naam><gemeentesecretaris>)

    Voorbeeld:

    ‘Hoogachtend,

    burgemeester en wethouders van Zaanstad,

    mr. G.H. Faber, burgemeester

    drs. A.J. van den Berg, gemeentesecretaris’

  • 2. In de gevallen, waarin een afzonderlijk lid van het college, gebruikmaakt van zijn mandaat tekent het lid van het college de betreffende stukken. In die gevallen worden de betreffende stukken voorzien van de volgende ondertekeningsformule

    ‘Hoogachtend,

    namens burgemeester en wethouders van Zaanstad,

    wethouder (naam portefeuille, met hoofdletter),

    (<titulatuur> <voorletters> <naam wethouder>

    'Voorbeeld:

    Hoogachtend,

    namens burgemeester en wethouders van Zaanstad,

    wethouder Onderwijs,

    drs. R.J. Linnekamp

  • 3. In de gevallen waarin de secretaris, de directeuren of de ondergemandateerde ge bruik maken van het binnen dit besluit verleende mandaat, worden de desbetreffende stukken voorzien van de volgende ondertekeningsformule

    ‘Hoogachtend,

    namens burgemeester en wethouders van de gemeente Zaanstad, functienaam,

    <mevrouw/mijnheer><titulatuur><voorletters><naam functionaris>

    ’Voorbeeld:

    Hoogachtend,

    namens burgemeester en wethouders van de gemeente Zaanstad,

    hoofd afdeling Cultuur, Monumenten en Toerisme,

    mevrouw mr. J.Meelker

  • 4. De burgemeester tekent volgens de volgende formule

    ‘Hoogachtend,

    burgemeester van Zaanstad,

    <titulatuur><voorletters><naam burgemeester >

    (bij vervanging loco-burgemeester gevolgd door naam wethouder)’

    Voorbeeld:

    Hoogachtend,

    de burgemeester van Zaanstad,

    mr. G.H. Faber

    Hoogachtend,

    de loco-burgemeester van Zaanstad,

    drs. H.J. Egberts

  • 5. In de gevallen, waarin een gevolmachtigde gebruik maakt van zijn volmacht, tekent de gevolmachtigde. In die gevallen worden de betreffende stukken voorzien van de volgende ondertekeningsformule

    voor zover het een bevoegdheid van de burgemeester betreft:

    Hoogachtend,

    namens de burgemeester van de gemeente Zaanstad,

    functienaam

    <mevrouw/mijnheer><titulatuur><voorletters><naam>

    Voorbeeld:

    Hoogachtend,

    namens de burgemeester van de gemeente Zaanstad,

    hoofd afdeling Cultuur, Monumenten en Toerisme,

    mevrouw mr. J.Meelker

Artikel 7 Informatieverstrekking over gebruik van de gemandateerde bevoegdheid

De secretaris en de directeuren verstrekken de afzonderlijke leden van het college respectievelijk de burgemeester regelmatig informatie over de zaken die zij op basis van dit mandaatbesluit afdoen of hebben afgedaan, de beslissingen krachtens ondermandaat daarbij inbegrepen.

Artikel 8 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2006.

Artikel 9 Intrekking

Het Algemeen Mandaatbesluit, in werking getreden 1 januari 2002 wordt ingetrokken op 1 januari 2006.

Artikel 10 Citeertitel

Dit besluit kan worden aangehaald als 'Algemeen Mandaatbesluit Zaanstad'.

Ondertekening

Aldus besloten door het college van Zaanstad op 20-12-2005

waarnemend burgemeester

drs. J.H.H. Mans

gemeentesecretaris a.i.

G. oosterloo