Regeling vervallen per 01-01-2015

Subsidieregeling culturele activiteiten Zaanstad

Geldend van 05-08-2014 t/m 31-12-2014

Intitulé

Subsidieregeling culturele activiteiten Zaanstad

Het college van burgemeester en wethouders van Zaanstad,

Overwegende:

dat de raad in november 2004 de Cultuurnota 2005 – 2008 en in november 2008 de notitie Cultuur in Uitvoering, maatregelenpakket 2009 – 2012 heeft vastgesteld;

dat het gemeentelijke programma Cultuurparticipatie in december 2008 geaccordeerd is door het fonds Cultuurparticipatie;

dat de gemeente het belang onderkent dat activiteiten, die bijdragen aan de in deze beleidskaders geformuleerde doelstellingen voor een subsidie in aanmerking kunnen komen;

dat de Bijzondere subsidieverordening lokaal sociaal beleid per 1 januari 2010 wordt ingetrokken en wordt vervangen door subsidieregels;

dat het wenselijk is om in dat kader nadere regels voor subsidiëring vast te stellen voor culturele organisaties;

gelet op:

de Algemene Subsidieverordening Zaanstad en de Algemene wet bestuursrecht;

besluit:

vast te stellen de

Subsidieregeling culturele activiteiten Zaanstad

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • 1.

    college: het college van burgemeester en wethouders van Zaanstad.

  • 2.

    verordening: de Algemene subsidieverordening Zaanstad.

  • 3.

    cultuurparticipatie: actieve en passieve deelname aan culturele activiteiten.

  • 4.

    culturele activiteit:

    • a.

      het leveren van een bijdrage aan de realisatie van het gemeentelijk cultuurbeleid,

    • b.

      het creëren van een cultureel, openbaar toegankelijk, aanbod in Zaanstad, bijvoorbeeld door het organiseren van concerten, het produceren en uitvoeren van theatervoorstellingen en dergelijke,

    • c.

      de bevordering van cultuurparticipatie (niet vallend onder de Subsidieregeling cultuurparticipatie) en/of,

    • d.

      de bevordering van kennis over verschillende cultuurdisciplines, waaronder architectuur en beeldende kunst.

  • 5.

    organisatie: stichting of rechtspersoonlijkheid bezittende vereniging met statutair doel gericht op culturele activiteit.

  • 6.

    subsidie: geldelijke bijdrage ter stimulering en (gedeeltelijke) bekostiging van incidentele culturele activiteit in Zaanstad, die bijdraagt aan verwezenlijking van de doelstellingen als bedoeld in de Cultuurnota 2005 – 2008, de notitie Cultuur in Uitvoering, maatregelenpakket 2009 – 2012 en het programma Cultuurparticipatie.

  • 7.

    subsidiabele periode: kalenderjaar.

  • 8.

    jaarsubsidie: subsidie voor structurele culturele activiteit gedurende de subsidiabele periode.

  • 9.

    incidentele subsidie: subsidie voor een incidentele culturele activiteit gedurende de subsidiabele periode.

Artikel 2 Reikwijdte

Deze regeling is, mede gelet op artikel 1 van de Verordening, van toepassing op door het college gedurende een subsidiabele periode te verstrekken geldelijke bijdragen voor culturele activiteiten van organisaties tot een maximum subsidie van € 25.000 per jaar.

Artikel 3 Incidentele subsidies

  • 1. Met inachtneming van de in deze regeling vermelde definities, voorwaarden en beperkingen kan het college een incidentele subsidie toekennen.

  • 2. Het college kan aan een subsidietoekenning voorwaarden verbinden.

Artikel 4 Subsidiabele periode, subsidieplafond en wijze van verdeling

  • 1. Een subsidiabele periode begint op 1 januari en eindigt 31 december.

  • 2. Het college stelt voorafgaand aan een subsidiabele periode het subsidieplafond voor incidentele subsidies vast.

  • 3. De ingevolge deze regeling beschikbare subsidie wordt verdeeld in de volgorde van binnenkomst van de aanvragen met dien verstande dat, indien de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht gelegenheid tot aanvulling van de aanvraag heeft gekregen, de dag waarop de aanvulling is ontvangen als datum van ontvangst van de aanvraag geldt.

Artikel 5 Aanvraag

  • 1. Een aanvraag voor een incidentele subsidie wordt tenminste 17 weken voorafgaand aan de te subsidiëren incidentele culturele activiteit ingediend.

  • 2. Een aanvraag kan uitsluitend worden gedaan door middel van een volledig ingevuld en ondertekend, door het college vastgesteld formulier.

  • 3. Het college kan van de aanvrager nadere gegevens verlangen, voor zover dat voor de beoordeling van de aanvraag nodig is.

Artikel 6 Weigeringsgronden

  • Een incidentele subsidie op grond van deze regeling wordt, behalve op grond van het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht of de Verordening, geweigerd indien:

    • a.

      door verstrekking het subsidieplafond zou worden overschreden;

    • b.

      de subsidiabele culturele activiteit niet in Zaanstad plaatsvindt;

    • c.

      de aanvrager een winstoogmerk heeft.

    • d.

      een zelfde (soort) activiteit, als waarvoor subsidie wordt aangevraagd, al verricht wordt door een andere (al dan niet gesubsidieerde) organisatie in Zaanstad;

    • e.

      de financiële middelen van de aanvrager, met inbegrip van een naar aanleiding van de aanvraag toe te kennen subsidie, onvoldoende worden geacht om de te subsidiëren activiteit(en) te verrichten;

    • f.

      de kosten van de activiteit(en) niet in redelijke verhouding staan tot de omvang van de beoogde culturele activiteit en/of het daarmee te bereiken aantal personen;

Artikel 7 Beslistermijn

  • Op een aanvraag voor een incidentele subsidie wordt door of namens het college beslist binnen 13 weken na ontvangst van de aanvraag als bedoeld in artikel 6 lid 1 en 2. Deze termijn kan met ten hoogste 13 weken worden verlengd

Artikel 8 Nadere regels

Het college kan ter uitvoering van deze regeling nadere regels stellen.

Artikel 9 Hardheidsclausule

In bijzondere gevallen en voor zover toepassing van deze regeling leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard, kan het college afwijken van het bepaalde in deze regeling.

Artikel 10 Onvoorziene gevallen

In gevallen, waarin deze regeling niet voorziet, beslist het college.

Artikel 11 Citeerartikel

Deze regeling wordt aangehaald als: ‘Subsidieregeling culturele activiteiten Zaanstad’.

Artikel 12 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2010.

Aldus vastgesteld in de vergadering van 16 november 2009.

Bekendgemaakt op 23 december 2009, door plaatsing van de regeling in het Gemeenteblad nr. 102.

Het college van burgemeester en wethouders van Zaanstad

mr. G.H. Faber, burgemeester

drs. A.J. van den Berg, gemeentesecretaris

Toelichting BEHORENDE BIJ DE SUBSIDIESREGELING CULTURELE ACTIVITEITEN ZAANSTAD

ALGEMENE TOELICHTING

De Algemene wet bestuursrecht (Awb) geeft een wettelijk kader voor alle subsidies die het Rijk en de lagere overheden toekennen. De eis dat een subsidie in beginsel steeds een wettelijke grondslag heeft, staat hierbij centraal. Voor de gemeente betekent dit dat toekenning van subsidies gebaseerd moet zijn op een verordening. Daarvoor is de Algemene Subsidieverordening Zaanstad vastgesteld.

De Subsidieregeling culturele activiteiten Zaanstad is gebaseerd op de Algemene Subsidieverordening. Deze regeling bevat nadere subsidieregels voor culturele activiteiten.

Voorheen vielen deze subsidieregels onder de Bijzondere subsidieverordening lokaal sociaal beleid. De laatstgenoemde verordening is ingetrokken en daarom is deze nieuwe Subsidieregeling culturele activiteiten gemaakt.

ARTIKELGEWIJZE TOELICHTING

Artikel 1 Begripsbepalingen

De meest relevante specifieke begrippen voor deze regeling zijn gedefinieerd. De Algemene subsidieverordening Zaanstad is aanvullend van toepassing.

Artikel 2 Reikweidte

In dit artikel is het doel vastgelegd. Het gaat om het verstrekken van subsidie voor culturele activiteiten van organisaties tot een maximum van € 25.000 per jaar. Subsidies boven de € 25.000 per jaar vallen rechtstreeks onder de Algemene subsidieverordening Zaanstad, zoals de grote culturele instellingen, waaronder het Zaantheater.

Artikel 3 Incidentele subsidies

Organisaties kunnen in aanmerking komen voor een incidentele subsidie. De incidentele subsidie kan worden aangevraagd voor een éénmalige activiteit.

Artikel 4 Subsidiabele periode, subsidieplafond en wijze van verdeling

De subsidie wordt verstrekt voor het kalenderjaar waarin de activiteiten plaatsvinden. Jaarlijks stelt het college het subsidieplafond vast. De aanvragen worden behandeld op volgorde van binnenkomst.

Artikel 5 Aanvraag

De organisatie vraagt de subsidie schriftelijk aan door het volledig invullen en ondertekenen van een daarvoor bestemd formulier dat via de website is te downloaden. Een incidentele subsidie moet worden aangevraagd 17 weken voordat de activiteit is gestart. Het kan zijn dat aanvullende informatie nodig is om de aanvraag goed te kunnen beoordelen.

Artikel 6 Weigeringsgronden

Een incidentele subsidie wordt geweigerd als een zelfde activiteit al wordt gesubsidieerd. Ook wordt de subsidie geweigerd als de financiële haalbaarheid van de activiteit wordt betwijfeld of dat de kosten niet in verhouding staan tot de omvang van de activiteit.

Artikel 7 Beslistermijn

Op een aanvraag voor een incidentele subsidies beslist het college binnen 13 weken.

Artikel 8 Nadere regels

Indien nodig kan het college aanvullende regels vaststellen.

Artikel 9 Hardheidsclausule

Het is denkbaar dat in uitzonderlijke gevallen de toepassing van de regeling tot onbillijke situaties leidt. In die gevallen kan het college afwijken van de regeling.