Regeling vervallen per 01-01-2014

Besluit tot het stellen van nadere regels krachtens de Parkeerverordening 2013

Geldend van 01-01-2013 t/m 31-12-2013

Intitulé

Besluit tot het stellen van nadere regels krachtens de Parkeerverordening 2013

Burgemeester en wethouders van Zaanstad

gelet op artikel 225 van de Gemeentewet en de artikelen 5, derde lid, 8, vierde lid, 9, derde lid, en 11 van de Parkeerverordening 2013,

Besluiten,

vast te stellen de volgende regels:

Artikel 1

  • 1. De aanvrager van een vergunning in de categorie I of II met een woon- dan wel vestigingsadres op de Gedempte Gracht dient bij zijn aanvraag aan te geven of hij een vergunning wenst voor het gebied Oud West of een vergunning voor het gebied Russische Buurt.

  • 2. De bewoner met een woonadres op de Gedempte Gracht die verzoekt om het

    verstrekken van bezoekersvergunningen, dient bij zijn verzoek aan te geven of hij bezoekersvergunningen wenst voor het gebied Oud West of een vergunning voor het gebied Russische Buurt.

  • 3. Het bepaalde in het tweede lid is van overeenkomstige toepassing op een verzoek om bezoekersvergunningen mantelzorg.

Artikel 2

De houder van een bezoekersvergunning dan wel een bezoekersvergunning mantelzorg dient de volgende handelingen te verrichten om de vergunning geldig te maken:

  • -

    het met pen vermelden van het kenteken van het voertuig waarvoor de vergunning wordt gebruikt;

  • -

    het aangeven van de datum van geldigheid van de vergunning door het open krassen van de vakjes op de bezoekersvergunning die de gewenste dag en maand aangeven.

Artikel 3

  • 1. Er worden maximaal 150 Burchtvergunningen verleend.

  • 2. Burchtvergunningen zijn geldig op weekdagen tot 19.00 uur

  • 3. Burchtvergunningen worden verieend in volgorde van ontvangst van de aanvraag. Bij gelijktijdige ontvangst vindt loting plaats

Artikel 4

  • 1. Een vergunning is niet overdraagbaar

  • 2. Bij eigenhandig wijzigen of kopiëren van een vergunning wordt de vergunning

    ingetrokken.

  • 3. De houder van een vergunning kan aan de vergunning geen recht ontlenen op een parkeerplaats

  • 4. De houder van de vergunning dient alle aanwijzingen van het bevoegd gezag stipt en onmiddellijk op te volgen.

  • 5. In geval van wijziging van één of meer omstandigheden die relevant waren voor het besluit tot het verlenen van de vergunning, dient de vergunninghouder dit bij het college te melden. De vergunninghouder dient de melding te adresseren op dezelfde wijze als de aanvraag van een nieuwe vergunning.

Artikel 5

Vergunningen die zijn verleend krachtens de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) worden op de volgende wijze geacht overeen te stemmen met vergunningen krachtens de Parkeerverordening 2013:

Vergunning krachtens de

APV

Vergunning krahctens de Parkeerverordening 2013

Bezoekersvergunning

Bezoekersvergunning

Bewonersvergunning belanghebbenden parkeren

Parkeervergunning categorie 1, geldig in het gebied waarin de bewoner woonachtig is

Bewonersvergunning betaald parkeren

Parkeervergunning categorie 1, geldig in het

gebied waarin de bewoner woonachtig is

Bedrijvenvergunning belanghebbenden parkeren

Parkeervergunning categorie II, geldig in het

gebied waarin het bedrijf is gevestigd

Bedrijvenvergunning betaald parkeren

Parkeervergunning categorie II, geldig in het

gebied waarin het bedrijf is gevestigd

Bedrijvenvergunning met twee kentekens

Tweemaal de betreffende parkeervergunning

met één kenteken dusdanig met elkaar

verbonden dat slechts één vergunning

tegelijkertijd gebruikt kan worden.

Artikel 6

Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2013.