Regeling vervallen per 01-01-2016

Verordening op de heffing en de invoering van leges 2015

Geldend van 25-12-2014 t/m 31-12-2015

Intitulé

Verordening op de heffing en de invoering van leges 2015

De Raad der gemeente Zederik;

 

gelezen het voorstel van het college van 25 november 2014;

gelet op de artikelen 156, tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229 , eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet;

 

b e s l u i t :

 

vast te stellen:

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2015 (Legesverordening 2015).

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    ’dag’: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    ’week’: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    ’maand’: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand;

  • d.

    ’jaar’: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    'kalenderjaar': de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

  • a.

    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

  • b.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • b.

    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

  • c.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2,1, eerste lid, onderdeel i, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover het een activiteit betreft bedoeld in artikel 2.2a van het Besluit omgevingsrecht (omgevingsvergunning beperkte milieutoets).

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor het zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

  • 3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      onderdeel 1.1.9 (akten burgerlijke stand);

    • 2.

      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

    • 3.

      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

    • 4.

      onderdeel 1.4.3 en 1.4.4 (verstrekkingen uit de basisregistratie personen met behulp van alternatieve media of schriftelijk);

    • 5.

      hoofdstuk 6 (verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens);

    • 6.

      onderdeel 1.9 1 (verklaring omtrent het gedrag);

    • 7.

      hoofdstuk 16 (kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12 Overgangsrecht

  • 1. De “1e wijziging Legesverordening 2014” van 24 februari 2014 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten:

    • a.

      die zich voor die datum hebben voorgedaan;

    • b.

      waarop de Wet ruimtelijke ordening of de Woningwet zoals deze luidden voor inwerkingtreding van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht nog moeten worden toegepast.

  • 2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvinden belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2015

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als Legesverordening 2015.

Aldus vastgesteld in de openbare vergade-

ring van de raad van de gemeente Zederik,

gehouden op 15 december 2014.

De griffier, De voorzitter,

Tarieventabel leges

Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening 2015.

Indeling tarieventabel

Titel 1 Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het Kiezersregister

Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens

Hoofdstuk 7 Bestuursstukken

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie

Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken

Hoofdstuk 10 Gemeentearchief

Hoofdstuk 11 Huisvestingswet

Hoofdstuk 12 Leegstandwet

Hoofdstuk 13 Vervallen

Hoofdstuk 14 Vervallen

Hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet

Hoofdstuk 16 Kansspelen

Hoofdstuk 17 Kinderopvang

Hoofdstuk 18 Telecommunicatie

Hoofdstuk 19 Verkeer en vervoer

Hoofdstuk 20 Diversen

Hoofdstuk 21 Algemene Plaatselijke Verordening Zederik (A.P.V.)

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordelen conceptaanvraag

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

Hoofdstuk 4 Vermindering

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

Hoofdstuk 6 Vervallen

Hoofdstuk 7 Vervallen

Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

Hoofdstuk 9 Vervallen

Hoofdstuk 10 Ontheffing in het kader van de Wet geluidhinder

Hoofdstuk 11 Vervallen

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1 Horeca

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven

Hoofdstuk 4 Splitsingsvergunning woonruimte

Hoofdstuk 5 Vervallen

Hoofdstuk 6 Vervallen

Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

Titel 1 Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

1.1.1

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap op:

1.1.1.1

Maandag:

van 9.00 tot 10.00 uur

Kosteloos

van 10.00 uur tot 16.00 uur

€ 300,00

1.1.1.2

Dinsdag tot en met vrijdag:

van 9.00 tot 16.00 uur

€ 300,00

1.1.1.3

Zaterdag:

van 10.00 tot 16.00 uur

€ 500,00

1.1.1.4

Zondag:

€ 500,00

1.1.1.5

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het benoemen van een buitengewoon ambtenaar burgerlijke stand voor 1 dag

€ 100,00

1.1.1.6

Het tarief voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van partnerschap in het Stadhuis Ameide bedraagt € 100,00 extra ten opzichte van de onder 1.1.1 tot en met 1.1.1.4 genoemde tarieven

1.1.2

Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk danwel het omzetten van een huwelijk in een geregistreerd partnerschap indien daarbij gebruik gemaakt wordt van de trouwzaal of een andere door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte op:

€ 50,00

1.1.3

Voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk met een ceremonie gelden de leges zoals vermeld in artikel 1.1.1 en volgende.

1.1.4

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek

€ 94,50

1.1.5

Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek

€ 94,50

1.1.6

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

1.1.6.1

een trouwboekje of partnerschapboekje in een normale uitvoering

€ 30,00

1.1.7

Het tarief bedraagt voor het van gemeentewege beschikbaar stellen van een getuige bij de huwelijksvoltrekking, wordt per getuige een bedrag in rekening gebracht van:

€ 25,00

1.1.8

Het tarief voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap op een door het college aan te wijzen locatie, anders dan de reeds benoemde locatie, bedragen de leges € 300,00 extra van de onder 1.1.1 tot en met 1.1.1.4 genoemde leges.

1.1.9

Het tarief bedraagt voor het doen van naspeuringen in de registers van de burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 13,00

1.1.10

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

1.2

Het tarief bedraagt voor het inrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:

1.2.1

Van een nationaal paspoort:

1.2.1.1

Voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€67,10

1.2.1.2

Voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt.

€51,20

1.2.2

Van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort):

1.2.2.1

Voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€67,10

1.2.2.2

Voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€51,20

1.2.3

Van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):

1.2.3.1

Voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€67,10

1.2.3.2

Voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€51,20

1.2.4

Van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

€51,20

1.2.5

Van een Nederlands identiteitskaart:

1.2.5.1

Voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€53,05

1.2.5.2

Voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€28,45

1.2.6

Voor een spoedlevering van de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde documenten, de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een bedrag van:

€47,30

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

€38,80

1.3.2

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met

€34,10

1.3.3

Indien aan de aanvrager reeds eerder een rijbewijs werd verstrekt, welk bij verstrekking van het nieuwe rijbewijs niet compleet kan worden overgelegd, worden de verschuldigde leges verhoogd met:

€25,00

1.3.4

Het tarief bedraagt voor de administratieve kosten voor het afgeven van een eigen verklaring:

€ 2,00

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens over één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.4.2.1

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€ 7,50

1.4.3

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens met behulp van alternatieve media, bedoeld in artikel 16, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen.

€22,65

1.4.4

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens bedoelt in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen.

€ 2,25

1.4.5

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de basisregistratie personen, voor ieder daaraan besteed kwartier

€13,00

Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het Kiezersregister

1.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een inlichting betreffende de registratie van de aanvrager als kiezer bedoeld in artikel D4 van de Kieswet

€2,00

Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens

1.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een bericht als bedoeld in artikel 35 van de Wet bescherming persoonsgegevens:

€8,80

Hoofdstuk 7 Bestuursstukken

1.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.7.1.1

een afschrift van de programbegroting

€36,00

1.7.1.2

een afschrift van de programrekening

€36,00

1.7.1.3

een afschrift van het burgerjaarverslag

€12,50

1.7.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.7.2.1

tot het verstrekken van:

1.7.2.1.1

een afschrift van het verslag van een raadsvergadering, per pagina

€ 0,65

1.7.2.1.2

een afschrift van de stukken behorende bij een raadsvergadering, per pagina

€ 0,65

1.7.2.2

tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar:

1.7.2.2.1

op de stukken behorende bij de raadsvergaderingen

€85,00

1.7.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.7.3.1

tot het verstrekken van:

1.7.3.1.1

een afschrift van het verslag van een vergadering van een raadscommissie, per pagina

€ 0,65

1.7.3.1.2

een afschrift van de stukken behorende bij een vergadering van een raadscommissie, per pagina

€ 0,65

1.7.3.2

tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar:

1.7.3.2.1

op de stukken behorende bij de vergaderingen van een raadscommissie

€50,00

1.7.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.7.4.1

een afschrift van de bouwverordening

€24,00

1.7.4.2

een afschrift van de Algemene Plaatselijke Verordening

€24,00

1.7.4.3

een afschrift van een beleidsplan, zoals bijvoorbeeld de nota activabeleid

€24,00

1.7.4.4

een exemplaar van elke andere gemeentelijke verordening of gedeelte er van, per pagina

€ 0,65

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie

1.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.8.1.1

tot het verstrekken van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in onderdeel 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan:

1.8.1.1.1

in formaat A4 of kleiner, per bladzijde

€ 0,65

1.8.1.1.2

in formaat A3, per bladzijde

€ 1,50

1.8.1.2

tot het verstrekken van een lichtdruk van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in onderdeel 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan, per A4-formaat

€ 1,50

1.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit:

1.8.2.1

de gemeentelijke basisregistratie adressen of de gemeentelijke basisregistratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen

€11,50

1.8.2.2

de legger bedoeld in artikel 27 van de Wegenwet

€11,50

1.8.2.3

de inschrijving in het register bedoeld in artikel 6, eerste lid, van de Monumentenwet 1988

€11,50

1.8.2.4

het openbare register van beschermde monumenten bedoeld in artikel 20 van de Monumentenwet 1988

€11,50

1.8.2.5

het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen

€14,00

1.8.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.8.3.1

het gemeentelijke adressenbestand of delen daarvan, per adres

€ 0,65

1.8.3.2

het gemeentelijke relatiebestand adreskadastraal perceel of delen daarvan, per gelegde relatie

€ 0,65

1.8.3.3

het gemeentelijke adrescoördinatenbestand of delen daarvan, per adrescoördinaat

€ 0,65

Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken

1.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.9.1

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag

€30,05

1.9.2

tot het verkrijgen van een bewijs van in leven zijn

€ 7,50

1.9.3

tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening en/of het waarmerken van een kopie

€ 7,50

1.9.4

bewijs van garantstelling

€ 7,50

Hoofdstuk 10 Gemeentearchief

1.10.1

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier

€13,00

1.10.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:

1.10.2.1

een afschrift of fotokopie van een in het gemeentearchief berustend stuk, per pagina

€ 0,65

1.10.2.2

een uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk

€ 8,50

Hoofdstuk 11 Huisvestingswet

1.11

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.11.1

tot het verlenen van een huisvestingsvergunning als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Huisvestingswet

€20,00

1.11.4

tot het verlenen van een vergunning tot gehele of gedeeltelijke onttrekking van woonruimte aan de bestemming tot bewoning als bedoeld in artikel 30, eerste lid, onderdeel a, van de Huisvestingswet

€87,00

1.11.5

tot het verlenen van een vergunning tot samenvoeging van woonruimte met andere woonruimte als bedoeld in artikel 30, eerste lid en onder b, van de Huisvestingswet

€87,00

1.11.6

tot het verlenen van een vergunning tot omzetting van zelfstandige woonruimte in onzelfstandige woonruimte als bedoeld in artikel 30, eerste lid, onderdeel c, van de Huisvestingswet

€87,00

Hoofdstuk 12 Leegstandwet

1.12

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.12.1

tot het verlenen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet

€50,00

1.12.2

tot het verlengen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, vijfde lid, van de Leegstandwet

€25,00.

Hoofdstuk 13 Gemeentegarantie

Vervallen

Hoofdstuk 14 Markten

Vervallen

Hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet

1.15

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.15.1

voor een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet of het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet

€11,50

1.15.2

tot het verlenen van toestemming om een in onderdeel 1.15.1 bedoelde ontheffing over te dragen aan een ander

€11,50

1.15.3

tot het intrekken of wijzigen van een in onderdeel 1.15.1 bedoelde ontheffing

€11,50

Hoofdstuk 16 Kansspelen

1.16.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

1.16.1.1

voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat

€56,50

1.16.1.2

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat

€56,50

en voor iedere volgende kansspelautomaat

€22,50

1.16.1.3

voor één kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode langer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd

€226,50

1.16.1.4

voor twee of meer kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode langer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd, voor de eerste kansspelautomaat

€226,50

en voor iedere volgende kansspelautomaat

€ 90,50

1.16.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

€ 16,50

1.16.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 28 van de Wet op de kansspelen (prijsvraagvergunning)

€ 16,50

Hoofdstuk 17 Telecommunicatie

1.18.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet

€216,00

1.18.1.1

indien het betreft werkzaamheden in tegel-, klinker- en sierbestratingen, alsmede gesloten verhardingen, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf verhoogd met

€ 2,00

1.18.1.2

indien het betreft werkzaamheden in bermen, groenstroken en dergelijke, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf verhoogd met

€ 2,00

1.18.1.3

indien met betrekking tot een melding overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, verhoogd met

€108,00

Hoofdstuk 18 Verkeer en vervoer

1.19

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.19.1

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990

€31,00

1.19.2

tot het verstrekken van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

€27,00

1.19.3

voor ontheffing op grond van artikel 22 Wet vervoer gevaarlijke stoffen

€193,60

1.19.4

van een volgende aanvraag voor ontheffing op grond van artikel 22 Wet vervoer gevaarlijke stoffen

€117,30

1.19.5

tot het verkrijgen van een ontheffing in het kader van het sluipverkeer Kanaaldijk

€ 0,00

Hoofdstuk 19 Diversen

1.20.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.20.1.1

gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 2,50

1.20.1.2

afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

1.20.1.2.1

afschrift van een elektronisch gemeenteblad

€ 0,65

1.20.1.2.2

per pagina op papier van A4-formaat

€ 0,65

1.20.1.2.3

per pagina op papier van een ander formaat

€ 0,40

1.20.1.2.4

voor meerdere pagina’s boven de 20, per pagina

€ 0,30

1.20.1.3

kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in de onderdelen 1.20.1.1 en 1.20.1.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk

€ 1,50

1.20.1.3.1

per pagina op papier van A4-formaat

€ 1,50

1.20.1.3.2

per pagina op papier van A3-formaat

€ 2,50

1.20.1.3.3

een bouwtekening

€12,00

1.20.1.4

een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€ 8,50

1.20.1.5

stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 8,50

1.20.1.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een persoonsgebonden gedoogbeschikking zoals genoemd in het Plan van aanpak permanente bewoning van recreatiewoningen binnen de gemeente Zederik. Indien een extern adviseur moet worden ingeschakeld ter uitvoering en toetsing van de criteria genoemd in het Plan van aanpak, worden de leges genoemd in dit artikel verhoogd met deze externe advieskosten, blijkend uit de begroting die ter zake door of vanwege het college is opgesteld. Voor de toepassing van deze tarieventabel wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van de externe advieskosten aan de aanvrager ter kennis is gebracht. Indien de werkelijke advieskosten minder bedragen dan het aan de hand van de begroting geraamde bedrag, wordt voor het verschil teruggaaf verleend.

€178,00

Hoofdstuk 20 Algemene Plaatselijke Verordening 2012 gemeente Zederik (APV 2012 Zederik)

De hieronder vermelde tarieven hebben betrekking op het in behandeling nemen van kennisgevingen of van aanvragen tot het verkrijgen van een vergunning of het verlenen van een ontheffing of een vergunning op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening 2012 gemeente Zederik, in de tekst verder afgekort als APV. In onderstaande tarieventabel wordt verwezen naar de betreffende artikelen van de APV 2012 Zederik

1.21.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:

1.21.1.1

een ontheffing als bedoeld in artikel 2:1 vierde lid, APV (Samenscholing en ongeregeldheden)

€18,50

1.21.1.2

een ontheffing als bedoeld in artikel 2:6, vierde lid, APV (Beperking aanbieden e.d. van geschreven of gedrukte stukken of afbeeldingen)

€18,50

1.21.1.3

een ontheffing als bedoeld in artikel 2:9, derde lid, APV (Straatartiest e.d.)

€18,50

1.21.1.4

een ontheffing als bedoeld in artikel 2:10, vierde lid, APV (Voorwerpen op of aan de weg)

€10,00

1.21.1.5

een vergunning als bedoeld in artikel 2:11, eerste lid, APV ((Omgevings) vergunning voor het aanleggen, beschadigen en veranderen van een weg)

€18,50

1.21.1.6

een ontheffing als bedoeld in artikel 2:22, tweede lid, APV (Objecten onder hoogspanningslijn)

€18,50

1.21.1.7

een ontheffing als bedoeld in artikel 2:28d, tweede lid, APV (Weigeringsgronden)

€18,50

1.21.1.8

een ontheffing als bedoeld in artikel 2:28i, derde lid, APV (Exploitatie van terrassen)

€18,50

1.21.1.9

een ontheffing als bedoeld in artikel 2:29, vijfde lid, APV (Sluitingstijd)

€18,50

1.21.1.10

een ontheffing als bedoeld in artikel 2:45, eerste lid, APV (Betreden van plantsoenen e.d.)

€18,50

1.21.1.11

een ontheffing als bedoeld in artikel 2:60, tweede lid, APV (Houden of voeren van hinderlijke of schadelijke dieren)

€18,50

1.21.1.12

een vrijstelling als bedoel in artikel 2:67, tweede lid, APV (Verplichtingen met betrekking tot het verkoopregister

€18,50

1.21.1.13

een vergunning als bedoeld in artikel 2:72, eerste lid, APV (Ter beschikking stellen van consumentenvuurwerk tijdens de verkoopdagen)

€18,50

1.21.1.14

een ontheffing als bedoeld in artikel 4:6, tweede lid, APV (Overige geluid- en lichthinder)

€18,50

1.21.1.15

een ontheffing als bedoeld in artikel 4:6a, tweede lid, APV ((Geluid) hinder in de openlucht)

€18,50

1.21.1.16

een ontheffing als bedoeld in artikel 4:6d, tweede lid, APV ((Geluid) hinder door vrachtauto’s)

€18,50

1.21.1.17

een ontheffing als bedoeld in artikel 4:6e, tweede lid, APV (Routering)

€18,50

1.21.1.18

een ontheffing als bedoeld in artikel 4:18, derde lid, APV (Recreatief nachtverblijf buiten kampeerterreinen.)

€18,50

1.21.1.19

een ontheffing als bedoeld in artikel 5:2, vierde lid, APV (Parkeren van voertuigen van autobedrijf e.d.)

€18,50

1.21.1.20

een ontheffing als bedoeld in artikel 5:3, tweede lid, APV (Te koop aanbieden van voertuigen.)

€18,50

1.21.1.21

een ontheffing als bedoeld in artikel 5:6, tweede lid, APV (Kampeermiddelen e.a.)

€18,50

1.21.1.22

een ontheffing als bedoeld in artikel 5:7, tweede lid, APV (Parkeren van reclamevoertuigen)

€18,50

1.21.1.23

een ontheffing als bedoeld in artikel 5:8, vijfde lid, APV (Parkeren van grote voertuigen)

€18,50

1.21.1.24

een ontheffing als bedoeld in artikel 5:11, derde lid, APV (Aantasting groenvoorzieningen door voertuigen)

€18,50

1.21.1.25

een vergunning als bedoeld in artikel 5:13, eerste lid. APV (Inzameling van geld of goederen)

voor het goede doel:

€ 0,00

voor commerciële doeleinden:

€18,50

1.21.1.26

een ontheffing als bedoeld in artikel 5:16, derde lid, APV (Vrijheid van meningsuiting)

€18,50

1.21.1.27

een vergunning als bedoeld in artikel 5:18, eerste lid, APV (Standplaatsvergun-ning en weigeringsgronden)

€18,50

1.21.1.28

een vergunning als bedoeld in artikel 5:24, eerste lid, APV (Voorwerpen op, in of boven openbaar water)

€18,50

1.21.1.29

een vergunning als bedoeld in artikel 5:25, eerste lid, APV (Ligplaats woonsche-pen en overige vaartuigen)

€18,50

1.21.1.30

een ontheffing als bedoeld in artikel 5:33, vijfde lid, APV (Beperking verkeer in natuurgebieden)

€18,50

1.21.1.31

een ontheffing als bedoeld in artikel 5:34, derde lid, APV (Verbod afvalstoffen te verbranden buiten inrichtingen of anderszins vuur te stoken)

€18,50

1.21.1.32

een ontheffing als bedoeld in artikel 5:3, derde lid, APV (Verboden plaatsen)

€18,50

1.21.1.33

Voor een vergunning c.q. ontheffing op grond van de APV 2012 Zederik, voor zover daarvoor niet elders in deze verordening of in een andere regeling een tarief is opgenomen

€18,50

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

2.1.1.1

Aanlegkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.1.2

Bouwkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.1.3

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking heben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling schetsplan

2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een schetsplan:

€115,00

2.2.1

Indien voor de beoordeling van een schetsplan als bedoeld in artikel 2.2;

a.extern advies moet worden ingewonnen, worden de verschuldigde leges verhoogd met het bedrag van de externe advieskosten. Voorafgaand aan het verzoek om een extern advies, wordt aan de aanvrager de externe advieskosten, schriftelijk medegedeeld.

b.voor de toepassing van het vorige onderdeel wordt pas opdracht verstrekt tot een extern advies op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van de externe advieskosten aan de aanvrager ter kennis is gebracht.

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

2.3 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

2.3.1

Bouwactiviteiten

2.3.1.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.1.1.1

indien de bouwkosten minder dan € 10.000 bedragen:

€255,00

2.3.1.1.2

indien de bouwkosten € 10.000 of meer bedragen:

een vast bedrag van:

€126,50

vermeerderd met:

2,66%

van de bouwkosten

Verhoging in verband met toetsing aan welstandscriteria

2.3.1.2

Indien voor de behandeling van een aanvraag tot het verkrijgen van een bouwvergunning, als bedoeld in artikel 2.3.1.1 en uit oogpunt van welstand advies nodig is van de Welstandcommissie van de vereniging “Dorp, Stad en Land” wordt het onder 2.3.1.1.1 en 2.3.1.1.2 genoemde bedrag als volgt verhoogd:

Bouwkosten lager dan € 25.000

€ 45,00

Bouwkosten van € 25.000 - € 455.000,- vermeerderd met 1,8 promille van de bouwkosten

Bouwkosten vanaf € 455.000,- en hoger

2.250,00

2.3.1.2.1

adviezen inzake reclame uitingen

€ 55,00

Advies agrarische commissie

2.3.1.3

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld, dient de aanvraag te worden verhoogd met:

nieuw

2.3.1.3.1

Bouwen op een bestaand agrarisch bouwperceel

€ 540,00

2.3.1.3.2

Bouwen met overschrijding grenzen bestaand bouwperceel

€ 605,00

2.3.1.3.3

Bouwen op niet bouwperceel (starters), verzoek tot bedrijfsverplaatsing

€ 715,00

2.3.1.3.4

Aanvullend doelmatigheidsadvies binnen 1 jaar naar eerste advies

€ 0,00

2.3.1.3.5

Overige aanvullende adviezen

Maatwerk

2.3.1.3.6

Advies regeling hobbyboer

€ 405

2.3.1.3.7

Adviezen bij onttrekken aan agrarische bestemming

€ 450

2.3.1.3.8

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens het bestemmingsplan voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies of toetsing van een landschapsdeskundige nodig is, dient de aanvraag te worden verhoogd met € 450,-

Achteraf ingediende aanvraag

2.3.1.4

Indien de aanvraag van een vergunning als bedoeld in onderdeel 2.3.1.1 wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit, danwel in afwijking van de verleende vergunning, worden de onder 2.3.1.1 genoemde leges verhoogd met:

100%

2.3.2

Aanlegactiviteiten

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 126,50

Het verschuldigde bedrag op grond van onderdeel 2.3.2 wordt, indien de aanvraag van een aanlegvergunning:

2.3.2.1

betrekking heeft op een werk of werkzaamheid ten aanzien waarvan artikel 3.10 (projectbesluit) of 3.40 (buiten toepassingsverklaring) van de Wet ruimtelijke ordening wordt toegepast, verhoogd met:

€1.500,00

2.3.2.2

betrekking heeft op een werk of werkzaamheid ten aanzien waarvan artikel 3.6, eerste lid, onder a of c, of 3.38, vierde lid, van de Wet ruimtelijke ordening wordt toegepast, verhoogd met:

€ 345,00

2.3.2.3

betrekking heeft op een werk of werkzaamheid ten aanzien waarvan artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening wordt toegepast, verhoogd met:

€1.000,00

2.3.3

Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1:

2.3.3.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking) verhoogd met:

€ 345,00

2.3.3.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking) verhoogd met:

€ 345,00

2.3.3.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking) verhoogd met een tarief per uur van:

€ 76,00

met een minimum van:

€ 5.500

2.3.3.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking) verhoogd met:

€ 345,00

2.3.3.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan) verhoogd met:

€ 345,00

2.3.3.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving) verhoogd met:

€ 345,00

2.3.3.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving) verhoogd met:

€ 345,00

2.3.3.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit) verhoogd met:

€ 345,00

2.3.3.9

Er worden geen leges geheven voor een afwijkingsprocedure voor bouwplannen waarvan de bouwkosten minder dan € 10.000,- bedragen.

2.3.4

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen:

€ 126,50

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief

2.3.4.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 345,00

2.3.4.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€ 345,00

2.3.4.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking) per uur:

€ 76,00

met een minimum van:

€5.500,00

2.3.4.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking)

€ 345,00

2.3.4.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 345,00

2.3.4.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 345,00

2.3.4.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 345,00

2.3.4.8

indien in artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 345.00

2.3.5

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

Vervallen

2.3.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

2.3.6.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

2.3.6.1.1

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:

€137,00

2.3.7

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€95,00

2.3.8

Aanleggen of veranderen weg

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:11 van de Algemene Plaatselijke Verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€50,00

2.3.9

Uitweg/inrit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:12 van de Algemene Plaatselijke Verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€50,00

2.3.10

Kappen

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4:11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€25,00

2.3.11

Opslag van roerende zaken

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

2.3.11.1

indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder j, van de Wabo:

€100,00

2.3.11.2

indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder k, van de Wabo:

€100,00

2.3.12

Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998

2.3.12.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998:, waarvoor een andere instantie advies moet uitbrengen, worden deze advieskosten in zijn geheel doorberekend aan de aanvrager.

2.3.12.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998, waarvoor een andere instantie advies moet uitbrengen, worden deze kosten in zijn geheel doorberekend aan de aanvrager.

2.3.13

Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, waarvoor een andere instantie advies moet uitbrengen, worden deze kosten in zijn geheel doorberekend aan de aanvrager.

2.3.14

Omgevingsvergunning in twee fasen

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.14.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

2.3.14.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

2.3.15

Externe advieskosten:

Indien voor de behandeling van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 2.3;

a.externe advies moet worden ingewonnen, worden de verschuldigde leges verhoogd met het bedrag van de externe advieskosten. Voorafgaand aan het verzoek om een extern advies, wordt aan de aanvrager de externe advieskosten, schriftelijk medegedeeld.

b.voor de toepassing van het vorige onderdeel wordt pas opdracht verstrekt tot een extern advies op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van de externe advieskosten aan de aanvrager ter kennis is gebracht.

2.3.16

Beoordeling bodemrapport

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

2.3.16.1

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport

€431,00

2.3.16.2

het door de extern deskundige aan de gemeente doorberekende bedrag voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport.

2.3.17

Advies

2.3.17.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij algemene maatregel van bestuur, provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.26, derde lid, van de Wabo: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.3.17.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.3.18

Verklaring van geen bedenkingen

2.3.18.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

2.3.18.1.1

indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

€250,00

2.3.18.1.2

indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.3.18.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.18.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Hoofdstuk 4 Vermindering

2.4.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg of beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3.

.

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

2.5.1.1

indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 2 weken na het in behandeling nemen ervan

75%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

2.5.1.2

indien de aanvraag wordt ingetrokken na 2 weken en binnen 4 weken na het in behandeling nemen ervan

50%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

2.5.1.3

indien de aanvraag wordt ingetrokken na 4 weken en binnen 8 weken na het in behandeling nemen ervan

25%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 2 jaren na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

25%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

2.5.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onder-delen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

50%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.3.2

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

2.5.4

Minimumbedrag voor teruggaaf

Een bedrag minder of gelijk aan € 126,50 wordt niet teruggegeven.

2.5.5

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend.

Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning

Vervallen.

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

Vervallen

Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

2.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening per uur:

€ 76,00

met een minimum van:

€5.500,00

2.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening

€ 345,00

2.8.3

Indien voor de behandeling van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 2.8;

a.externe advies moet worden ingewonnen, worden de verschuldigde leges verhoogd met het bedrag van de externe advieskosten. Voorafgaand aan het verzoek om een extern advies, wordt aan de aanvrager de externe advieskosten, schriftelijk medegedeeld.

b.voor de toepassing van het vorige onderdeel wordt pas opdracht verstrekt tot een extern advies op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van de externe advieskosten aan de aanvrager ter kennis is gebracht.

Hoofdstuk 9 Sloopmelding

Vervallen

Hoofdstuk 10 Ontheffing in het kader van de Wet geluidhinder

2.10.1

Geluidhinder – vaststelling hogere waarde

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot het vaststellen van een hogere waarde voor de ten hoogste toelaatbare geluidsbelasting zoals bedoeld in hoofdstuk VIIIa (hogere waarde en onderzoeksbepalingen) van de Wet geluidhinder voor:

1.een procedure vallend onder Klasse I

€1.872,00

2.een procedure vallend onder Klasse II

€2.600,00

Hoofdstuk 11 In deze titel niet benoemde beschikking

Vervallen

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1 Horeca

3.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet

€250,00

3.1.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in artikel 30b van de Drank- en Horecawet

€ 50,00

3.1.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet

€ 50,00

3.1.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een exploitatievergunning horecabedrijf

€150,00

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten

3.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2:25, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening (evenementenvergunning), indien het betreft:

€65,00

3.2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een vergunning voor het organiseren van een snuffelmarkt als bedoeld in artikel 5:23, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening

€18,50

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven

3.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

3.3.1

een exploitatievergunning of wijziging van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3:4, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening, anders dan een wijziging bedoeld in onderdeel 3.3.2:

3.3.1.1

voor een seksinrichting

€1.000,00

3.3.1.2

voor een escortbedrijf

€1.000,00

3.3.2

wijziging van een exploitatievergunning in verband met uitsluitend een wijziging van het beheer in een seksinrichting of escortbedrijf, als bedoeld in artikel 3:4, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening:

3.3.2.1

voor een seksinrichting

€ 300,00

3.3.2.2

voor een escortbedrijf

€ 300,00

Hoofdstuk 4 Splitsingsvergunning woonruimte

3.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een splitsingsvergunning als bedoeld in artikel 33 van de Huisvestingswet

€87,00

Hoofdstuk 5 Leefmilieuverordening

Vervallen

Hoofdstuk 6 Brandbeveiligingsverordening

Vervallen

Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

3.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

€18,50