Regeling vervallen per 14-01-2017

Verordening straatnaamgeving en huisnummering

Geldend van 15-09-1998 t/m 13-01-2017

Intitulé

Verordening straatnaamgeving en huisnummering

Geconsolideerde tekst van de regelingOnderwerp:Verordening straatnaamgeving en huisnummering.De Raad der gemeente Zederik;gezien het advies van de raadscommissie I d.d. 6 juli 1998;gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van d.d. 7 juli 1998;gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;overwegende dat het wenselijk is een regeling vast te stellen voor het benoemen vanstraten en het nummeren van vastgoedobjecten en dat de bevoegdheid hiertoe thans bijde raad berust op grond van artikel 108 en 147 van de Gemeentewet;b e s l u i t :vast te stellen de volgende Verordening op het benoemen van openbare ruimte en het nummerenvan bouwwerken, gebouwen, complexen, afgebakende terreinen, lig- en standplaatsen. 

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    openbare ruimte: alle voor het openbaar rij- of ander verkeer openstaande wegen ofpaden, pleinen, plaatsen, plantsoenen en alle wateren die, al dan niet met enige beperking, voorhet publiek bevaarbaar of anderszins toegankelijk zijn, alsmede daarin begrepen alle bouw- enkunstwerken die daar onderdeel van uitmaken;

  • b.

    bouwwerk: elke constructie van enige omvang van hout, steen metaal of ander materiaal,die op de plaats van bestemming hetzij direct, hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzijdirect of indirect steun vindt in of op de grond en bedoeld om ter plaatse te functioneren;

  • c.

    gebouw: elk bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel ofgedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;

  • d.

    complex: een afgebakend samengesteld geheel van onroerende zaken(industriecomplex, complex van vakantiehuisjes enzovoort);

  • e.

    afgebakend terrein: een terrein, waarop zich geen bouwwerken bevinden en datafzonderlijk wordt gebruikt;

  • f.

    ligplaats: een deel van het openbare water dat door burgemeester en wethouders isaangewezen voor het permanent afmeren van een woonschip of een woonark;

  • g.

    standplaats: een kavel, bestemd voor het plaatsen van een woonwagen, waaropvoorzieningen aanwezig zijn die op het leidingnet van de openbare nutsbedrijven, van andereinstellingen of van gemeenten kunnen worden aangesloten;

  • h.

    burgemeester en wethouders: het college van burgemeester en wethouders;

  • i.

    nummer: een nummer bestaande uit een of meer Arabische cijfers, al dan niet mettoevoeging van een letter of een cijfercombinatie;

  • j.

    object: een bouwwerk, gebouw, complex, afgebakend terrein, ligplaats of standplaats;

  • k.

    rechthebbende: ieder, die krachtens eigendom of een beperkt zakelijk recht zodanigbeschikking heeft over een onroerende zaak, dat hij naar burgerlijk recht bevoegd is metbetrekking tot die zaak te handelen als in de verordening is voorgeschreven, alsmede debeheerder;

  • l.

    uitvoeringsvoorschriften: nadere bepalingen van technische en administratieve aard.

Hoofdstuk 2 Het benoemen van openbare ruimte en het nummeren van bouwwerken, gebouwen, complexen, afgebakende terreinen en van ligplaatsen of standplaatsen.

Artikel 2

  • 1. De raad kan de gemeente, al dan niet op basis van bouwblokken, in wijken en buurtenverdelen en aanduiden met nummers, zo nodig aangevuld met letters of namen. 

  • 2. De raad kan de openbare ruimte en gemeentelijke bouwwerken benoemen. 

Artikel 3 Nieuw Artikel

  • 1. Burgemeester en wethouders kunnen aan een object of aan een te onderscheiden deeldaarvan een nummer toekennen. 

  • 2. Aan een object dat een nummer heeft gekregen moet het nummer op een doeltreffendewijze zijn aangebracht.

Artikel 4 Nieuw Artikel

  • 1. De door de raad aan delen van de openbare ruimte en aan gemeentelijke bouwwerkentoegekende namen worden zichtbaar en in voldoende aantallen ter plaatse aangebracht 

  • 2. Het is een ieder, die daartoe niet bevoegd is, verboden aan delen van de openbare ruimte,aan de daaraan liggende gemeentelijke bouwwerken en aan ligplaatsen of standplaatsennamen of nummers toe te kennen door deze op zichtbare wijze aan te brengen.

Hoofdstuk 3 Plaatsen van naam- en nummerborden.

Artikel 5

  • 1. Indien burgemeester en wethouders het nodig oordelen dat borden met een wijk- of buurtaanduiding,borden met straatnamen, huisnummer-verzamelborden en verwijsaanduidingenaan een bouwwerk, een gebouw, een muur, paal, schutting of andere soort terreinafscheidingworden aangebracht is de rechthebbende verplicht toe te laten dat de hier bedoelde bordenvanwege of op verzoek en overeenkomstig de aanwijzingen van burgemeester en wethoudersworden aangebracht, onderhouden, gewijzigd of verwijderd

  • 2. De rechthebbende dient er zorg voor te dragen dat naamborden vanaf de openbare wegduidelijk leesbaar blijven.

Artikel 6

  • 1. Tenzij door burgemeester en wethouders anders is besloten, is de rechthebbende van eenobject verplicht het nummer, zoals bedoeld in artikel 3, eerste lid, aan te brengen op eenwijze zoals in artikel 7, eerste lid, is bepaald.

  • 2. Tenzij door burgemeester en wethouders anders is besloten, is de rechthebbende van eenobject verplicht het nummer, zoals bedoeld in artikel 3, eerste lid, aan te brengen op eenwijze zoals in artikel 7, eerste lid, is bepaald.

  • 3. Indien een object nog niet is voltooid, wordt het nummer binnen vier weken na de voltooiingaangebracht. 

  • 4. Burgemeester en wethouders kunnen de in het tweede en derde lid genoemde termijnverlengen.

Hoofdstuk 4 Uitvoeringsvoorschriften.

Artikel 7

  • 1. Burgemeester en wethouders kunnen nadere technische uitvoeringsvoorschriften vaststellenvoor de wijze van nummeren en voor het aanbrengen van nummerborden. 

  • 2. Burgemeester en wethouders kunnen, met oog op het interbestuurlijk en maatschappelijkbelang van een systematische registratie van door de raad en door hen uitgegeven namenen nummers, nadere registratieve voorschriften stellen.

Hoofdstuk 5 Straf-, overgangs- en slotbepalingen.

Artikel 8 Strafbepaling

  • 1. Overtreding van artikel 4, tweede lid, of het niet voldoen aan de bepalingen in de artikelen 5en 6, eerste en tweede lid, wordt gestraft met een geldboete van de eerste categorie.

  • 2. De opsporing van de in het eerste lid strafbaar gestelde feiten is, naast de in artikel 141 vanhet Wetboek van Strafvordering genoemde opsporingsambtenaren, opgedragen aan hen diedoor burgemeester en wethouders met de zorg voor de naleving van deze verordening zijnbelast, ieder voor zover het de feiten betreft die in de aanwijzing zijn vermeld.

Artikel 9 lnwerkingtreding

De verordening treedt in werking op 15 september 1998.

Artikel 10 Vervallen oude regels

Met de inwerkingtreding van deze verordening vervallen alle eerdere gemeentelijke regels envoorschriften voor het benoemen van delen van de openbare ruimte en het nummeren van dedaaraan liggende objecten.

Artikel 11 Overgangsbepaling

  • 1. Namen en nummers, die op grond van de in artikel 10 genoemde regels en voorschriften aanobjecten zijn toegekend, blijven na het inwerking treden van deze verordening bestaan.

  • 2. Burgemeester en wethouders kunnen in afwijking van het eerste lid besluiten dat de op grondvan de in het eerste lid genoemde regels en voorschriften aangebrachte namen en nummersbinnen een door hen te bepalen termijn moeten worden vervangen door namen en nummersdie voldoen aan de bij of krachtens deze verordening gestelde voorschriften.

Artikel 12 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening straatnaamgeving enhuisnummering".

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Zederik,gehouden op 31 augustus 1998.De secretaris,                                  De voorzitter,